Or see the index
Een nieuwe ster aan het poëtisch firmament
Leeft een lichaam nog als het alleen maar naar een beeldscherm staart? Wat glinstert er tussen de ruïnes van de eenentwintigste eeuw? Dat onderzoekt Maxime Garcia Diaz in deze spetterende debuutbundel.
Haar associatieve gedichten kronkelen, bedwelmen, ontregelen, en wortelen diep in het digitale, het feminiene en het hedendaagse. Flarden van nieuwsberichten vermengen zich met academische theorie en uitgestorven webpagina’s uit de jaren nul. In haar poëzie worden grenzen poreus – tussen lichamen, talen, stemmen – en is alles onzuiver. Het is warm in de hivemind is als een analoog internet, een papieren web, een bloederige rotzooi van popcultuur, ondode URL’s en meisjeslichamen. Een bruisend poëtisch debuut waarin de taal welig tiert, over fantasie, gekte, woede, angst, en een spookachtige revolutie. Deze meerstemmige, meertalige maelstrom lijkt nog het meest op het internet zelf: grillig, gevaarlijk en vol van een duistere en vreugdevolle overvloed.
live through this w/ me
(. . .)
voor nu heb ik geen honger meer
ik heb de hele middag in een bushokje
gezeten (neorexisch koninkrijk)
met euroshopper & amnesia haze
en een amerikaanse tiener
opgekruld in een hoekje als een
suburban spook, zielige zieke ideeën
& een meisje (girl of the geist)
that promised to live through this
with me
(. . .)
Maxime Garcia Diaz (1993) studeerde Cultural Analysis aan de Universiteit van Amsterdam. In 2019 won ze het NK Poetry Slam. Haar werk is eerder gepubliceerd door De Internet Gids, Samplekanon, Yes The Void, Deus Ex Machina en De Optimist. In 2020 kwam haar chapbook Artificielle uit bij het label Marktcorruptie en werkte ze met andere jonge schrijvers aan de voorstelling Poetic Resistance. Garcia Diaz is Nederlands en Uruguayaans en woont in Amsterdam.
Het is warm in de hivemind
Maxime Garcia Diaz
Gedichten
ISBN: 9789403120614
NUR: 306
Type: Paperback
Aantal pagina’s: 112
Uitgever: De Bezige Bij
Verschijningsdatum: 15-07-2021
Prijs: 22,99 euro
• fleursdumal.nl magazine
More in: #Editors Choice Archiv, Archive C-D, Archive C-D, Garcia Diaz, Maxime, STREET POETRY
Gebruiksaanwijzing
Zegslieden zeggen niets. Ze geven hun meester door.
O, wat zijn ze bang in het donker. Als ze zelf redenen
om te zwijgen moeten verzinnen, met de kreet van de
wraak in de keel. Scherprechters wachten in hun ijle
dromen op bevelen. Ach, die macht over de taal.
Gebruik haar gerust want gemuilkorfd door luwte
blijven toch de lichtgelovigen. Goed onder woorden.
Bert Bevers
Gebruiksaanwijzing
Gedicht
Verschenen in Eigen terrein, Uitgeverij WEL, Bergen op Zoom, 2013
• fleursdumal.nl magazine
More in: Archive A-B, Archive A-B, Bevers, Bert
Ook als niemand
Geen blijf weten zij met zichzelf, maar zeker
kennen ze murw als getuigen hun plaats.
De hemelstreken zijn hun wanden want geen
vensters zijn er om uitzicht te kaderen. Het
zuiden is hun raam. Ook als niemand hem
uitspreekt dragen zij volhardend hun naam.
Bert Bevers
Ook als niemand
Gedicht
Geschreven bij potloodportretten van daklozen
door Kees Franken uit Bergen op Zoom
• fleursdumal.nl magazine
More in: Archive A-B, Archive A-B, Bevers, Bert
Het moment dat een kind opeens weet: ik besta. Weinigen weten de taal te vinden om die ervaring op te schrijven; Tjitske Jansen kan dat.
Kraakhelder: ‘Als elfjarige kwam ik op een middag de trap af en wist ik dat ik er was en er niet meer zomaar niet kon zijn. Ik bestond. Daar had ik zelf niet zoveel over te zeggen.’ Zoals uit de titel zowel vervreemding als aanvaarding spreekt, zo is de ‘ik’ even ontredderd als wijs, even verward als begripvol.
Die ‘ik’ is een kind dat zich vragen stelt. Over opgroeien, over haar lichaam, over God, over pleegouders, over de fietsenmaker, over zekerheden van anderen, over de tijd. ‘Ik was bijna tien. Dat was snel gegaan. Ik was dus eigenlijk al bijna twintig, dertig, veertig, vijftig, zestig, zeventig, tachtig.’ Zo dreigend kan het besef van de eindigheid zijn. Zo onontkoombaar kun je dat opschrijven.
Tjitske Jansen (1971) combineert in wat ze schrijft als vanzelf poëzie, proza en theater. Al vanaf haar vroegste bundels, de bestsellers Het moest maar eens gaan sneeuwen en Koerikoeloem, treedt ze veel op en geeft ze met grote inzet les over schrijven, poëzie en performance aan middelbare scholieren. Haar werk werd genomineerd voor De Bronzen Uil en bekroond met de Anna Bijns Prijs
Tjitske Jansen
Iedereen moet ergens zijn
Hardcover
ISBN: 9789021425825
09-03-2021
Prijs: € 18,99
• fleursdumal.nl magazine
More in: #Editors Choice Archiv, - Book News, Archive I-J, Archive I-J, Art & Literature News, Jansen, Tjitske
Poetry International heeft 11 juni tijdens het Poetry International Festival de C. Buddingh’-prijs 2021 toegekend aan de Nederlandse dichter Wout Waanders, voor zijn poëziedebuut Parkplan, een uitgave van De Harmonie. In toegankelijke verzen komt het leven van alledag aan bod: soms grappig, dan weer keihard.
Per gedicht weet je niet wat je kan verwachten: of het start absurd, en dan gaat het over iets wezenlijks zoals ziek zijn en verdwijnen, of het begint heel serieus over hoe een relatie in de slop zit en wordt uiteindelijk weer licht.
Dit jaar vond de ontknoping van de C. Buddingh’-prijs zowel in de zaal in LantarenVenster in Rotterdam als online plaats.
Ook de dichters Schiavone, René Smeets en Dorien de Wit maakten met hun debuut kans op de prijs.
De jury bestond uit Ellen Deckwitz (voorzitter), Mylo Freeman en Ilke Froyen.
De jury: “Parkplan is een zeer consistente bundel die handelt over de worsteling die het bestaan is, en hoe we daar met onze dagelijkse kleine onderhandelingen toch een kloppend geheel van proberen te maken.” Wout Waanders draait de realiteit een kwartslag, maar net genoeg om er helemaal in mee te gaan. Je stapt naar binnen en alles lijkt volkomen vanzelfsprekend:
Op een onbewaakt ogenblik
was er een meisje in mijn
rabarberlimonade gesprongen.
34e C. Buddingh’-prijs 2021
Voor de 34ste editie van de C. Buddingh’-prijs werden 25 poëziedebuten ingezonden. De jury prees het gemiddeld hoge niveau van de poëzie-eerstelingen. “Er werd intelligent geënjambeerd, de slimme intertekstualiteiten vlogen je om de ogen en aan ieder detail, van titel tot vormgeving, van pagina-opmaak tot kleurstelling, was aandacht besteed”, aldus de jury. “Er was een aantal waaruit niet alleen technisch, maar ook empathisch vernuft sprak. De bereidwilligheid om alleen te willen plezieren, maar ook om een statement in te nemen van wat poëzie vermag. Deze overtuigden door de eigen stem, doordat ze het risico durfden te nemen de lezer voor het hoofd te stoten, buiten de gebaande paden van de dichtkunst te willen gaan.”
Met de jaarlijkse uitreiking van de C. Buddingh’-prijs beoogt Poetry International sinds 1988 meer aandacht te genereren voor de meest talentvolle nieuwe stemmen in de Nederlandstalige poëzie. Voor menig dichter van naam was de C. Buddingh’-prijs de eerste belangrijke trofee die in de wacht werd gesleept. Joke van Leeuwen, Ilja Leonard Pfeijffer en Anna Enquist, of recenter Lieke Marsman, Ellen Deckwitz, Marieke Lucas Rijneveld en Radna Fabias en Roberta Petzoldt wonnen de prijs. In 2020 ging de prijs naar de Vlaamse dichter Jens Meijen.
• Wout Waanders wint 34e C. Buddingh’-prijs 2021
• Parkplan beste poëziedebuut van het jaar
• 25 ingezonden debuutbundels
• fleursdumal.nl magazine
More in: #Modern Poetry Archive, - Book News, Archive A-B, Archive W-X, Awards & Prizes, Buddingh', Cees, Conceptual writing, Marsman, Lieke, Poetry International, Rijneveld, Marieke Lucas
Attentie
Doorzichtiger is op zondagen het menen, en vaster
de zit. Waarom de winter hapert wenst schijnbaar echt
niemand te begrijpen. Amper hoorbaar nog is daar het
prevelen van delicate arrangementen, zijn daar mensen
op schaal alom. Ze denken allemaal zelf over van alles.
In aanhankelijkheid navigeren ze braaf vederlicht bedrog.
Bert Bevers
gedicht
Attentie
• fleursdumal.nl magazine
More in: Archive A-B, Archive A-B, Bevers, Bert
Perzische kievitsbloem
(Fritillaria persica)
Je blaadjes glanzen amper aarzelend klokvormig,
mauve en zacht als het velletje van een pruim.
Vochtig in de halfschaduw op een zwart grondje
bestond je in oude dromen reeds, elke lente steeds
de lampenkapjesbloemetjes vrolijk in het gelid.
Hommeltjes gebruiken ze blij als schommeltjes.
Bert Bevers
Perzische kievitsbloem
(Fritillaria persica)
• fleursdumal.nl magazine
More in: Archive A-B, Archive A-B, Bevers, Bert, Natural history
VOORGEVOEL
H. Marsman
Hij met ontstekingen in de longen,
bloed en etter, blaffende dagen, wekenlang
in bed, in niet aflatende strijd.
En die andere hij, niet veel jonger, getroffen
door flitsen uit het schoolboek, in borst en maag
de dood in een schaars verlicht ruim.
Beiden ouder. Hij met de als kalmte
vermomde vrees dat een nacht op zee
daadwerkelijk het einde zou worden.
En hij afwisselend wetend en radend in besef
van een doffe plof, scheurend ijzer, geschreeuw.
Dan benamen donker en kou de adem,
nam de druk toe, knarste het schip,
schoof het zuchtend naar de bodem,
het zwart schuimende dal der Durance,
in een hart voorgoed doordrenkt van azuur.
Albert Hagenaars
Voorgevoel
H. Marsman
Gedicht
• Voorpublicatie uit de nieuwe bundel Pelgrimsgrond
• fleursdumal.nl magazine
More in: Archive G-H, Archive G-H, Hagenaars, Albert
Dichter Ingmar Heytze wordt door bezoekers van zijn optredens nog wel eens verward met een cabaretier of comedian. De belangrijkste reden daarvoor is dat hij niet alleen zijn gedichten en vertalingen geweldig voordraagt, maar er ook van alles bij vertelt ter inleiding, uitleiding of gewoon als aangenaam geouwehoer tussendoor.
Heytze houdt zich daarbij ver van interpretatie van zijn eigen werk. Dat moet de lezer of luisteraar zelf maar doen: ‘Een gedicht is net een mop, als je hem moet uitleggen was het geen goede mop, en als hij wel goed was, is hij dat na uitleg zeker niet meer.’ Dat neemt niet weg dat hij in de inleidingen, die inderdaad wel iets weg hebben van miniconferences, veel van zijn poëzieopvattingen en werkwijze prijsgeeft. De goede verstaander kan er zonder veel moeite Heytzes poëtica uit destilleren. Dit zijn de honderd gedichten die iedereen van Heytze in de kast zou moeten hebben, voorzien van tekst en uitleg in de vorm van de anekdotes, verhalen, betogen en improvisaties waarmee hij furore maakte tijdens duizenden voordrachten in Nederland en België. Duik in het poëtisch universum van een van de vitaalste dichters van Nederland.
Ingmar Heytze (1970) publiceerde talloze dichtbundels, drie dagboeken en een bundel miniaturen. In 2008 ontving Heytze de C.C.S. Croneprijs voor zijn gehele oeuvre. In 2012 verscheen zijn bundel Ademhalen onder de maan. Een jaar later verscheen Reisoefeningen, waarin Heytze verslag doet van zijn gevecht tegen reisangst, die hem vele jaren aan zijn woonplaats Utrecht kluisterde. Met Ademhalen onder de maan won Ingmar Heytze de Hugues C. Pernathprijs 2013. In 2015 verscheen De man die ophield te bestaan, over het vaderschap, en Utrecht voor beginners & gevorderden. In 2016 verscheen zijn verzamelbundel Voor de liefste onbekende, met daarin bijna al zijn gedichten (gepubliceerde én ongepubliceerde).
Ingmar Heytze: De honderd van Heytze
224 pagina’s
Omslag: Rouwhorst + Van Roon
ISBN: 9789463810678
Nur: 306
17×24 cm
€ 25,00
• fleursdumal.nl magazine
More in: Archive G-H, Archive G-H, Heytze, Ingmar
Net als de vorige dichtbundels van Albert Hagenaars kent Pelgrimsgrond een strakke thematische indeling. In zeven reeksen van elk zeven gedichten roept hij ditmaal herinneringen op aan momenten dat hij kort maar heftig of juist blijvend getroffen werd door poëzie, schilderijen, muziek en films, herbeleeft hij de glorie en teloorgang van de liefde en bezoekt hij plaatsen die niet alleen cultureel maar ook sacraal van betekenis zijn.
De lezer komt in Pelgrimsgrond Charles Baudelaire en de Middeleeuwse mystica Hadewych tegen, beschouwt schilderijen van Edward Hopper, Edvard Munch en Egon Schiele, hoort muziek van Jacob Obrecht en Gustav Mahler, ziet films als Der Tod in Venedig en The crying game en doet bedevaartplaatsen aan in Cambodja, China, Litouwen, Noorwegen en Polen. Pelgrimsgrond verbindt hierbij telkens individuele gebeurtenissen met algemene, het verleden met het heden, onvermogen met prestatie, realiteit met verbeelding.
Door alle gedichten heen klinken de bastonen van Hagenaars’ vertrouwde thema’s: levensdrang; erotiek en vruchtbaarheid; het belang van reizen en identiteit; de fascinatie voor de eindeloos uit te vouwen werkelijkheid.
Albert Hagenaars debuteerde in 1979 bij Poëzie-uitgeverij WEL met de bundel Stadskoorts. In deze uitgave treft de lezer al volop kenmerken van het latere werk aan. Inhoudelijk zijn dat onderwerpen als het reizen, vervreemding en identiteit. Formeel is er al een duidelijke tendens naar één, in cycli verdeeld geheel.
Zijn tweede bundel, Spertijd kent drie even grote delen met aandacht voor respectievelijk 1) portretten van Europese steden, 2) Parijs, waar de dichter inzoomt op fysieke aspecten zoals de metro en de RER, stations en pleinen, een rosse buurt, park, paleis, voorstad enzovoort en 3) het nachtleven op anoniem geworden plaatsen.
Ook de volgende bundels zijn ter wille van de helderheid strak thematisch geordend, het meest symbolisch in Tropendrift. Dit boek, dat in het NL en Engels tegelijk verscheen, volgt qua compositie zowel in traject als verblijfsduur een reis. Het is gewijd aan bezochte plaatsen in Zuidoost-Azië: Thailand, Maleisië & Singapore, Sumatra, Java , Bali , Singapore & Maleisië en opnieuw Thailand.
Later verscheen ook een volledig Indonesische versie, gemaakt door de bekende vertaler Landung Simatupang.
In Tropendrift speelt de geschiedenis een belangrijke rol, zowel op het algemene niveau van politiek, religie en oorlog, als op het persoonlijke van familiebetrekkingen en relaties tussen man en vrouw, tussen ouders en kinderen, tussen west en oost.
In Bloedkrans, bestaande uit 4 delen van elk 20 gedichten, brengt Albert Hagenaars vooral liefde, lust en dood samen. In dit boek, geschreven in het verhoopte midden van z’n eigen leven, koppelt de dichter herinneringen en eigen ervaringen aan wereldgebeurtenissen en omgekeerd. Nog nadrukkelijker dan voorheen richt hij zich hier op de thematiek van vruchtbaarheid. De drang tot overleven vormt voor elke cultuur in sterke mate de basis van het geloof.
De nieuwe, dit jaar te verschijnen bundel Pelgrimsgrond, bevat zeven reeksen van elk zeven gedichten, alle in het teken van de belangrijkste invloeden die Albert Hagenaars in zijn kunstenaarsleven heeft ondergaan.
I TE WOORD (over leven en werk van dichters)
II ONDER OGEN (over leven en werk van schilders)
III TUSSEN DE OREN (over leven en werk van componisten)
IV SNIJWERK (over specifiek genoemde films)
V BEKORING (over glorie en teloorgang van liefdes)
VI BEDEVAART (over bezochte pelgrimsoorden)
VII IDOLEN (over goden en godheden)
Het motto van dit boek is onderstaande haiku van Matsuo Kimera:
reizen naar schrijnen
die wachten op wie ze zelf
zal moeten vullen
• Albert Hagenaars (Bergen op Zoom, 1955) was aanvankelijk werkzaam als beeldend kunstenaar en galeriehouder. Hij studeerde Nederlands en bracht veel tijd in Frankrijk door. In 1980 koos hij voor de literatuur. Werk van zijn hand verscheen in talrijke bladen en bloemlezingen, waaronder Maatstaf, De Tweede Ronde, Literair Akkoord, Raster, Poëziekrant en ‘De Nederlandse poëzie van de negentiende en twintigste eeuw in 1000 en enige gedichten’. Behalve gedichten, romans en vertalingen schrijft hij ook kritieken over literatuur en moderne beeldende kunst voor tal van bladen. Hagenaars werkt vaak samen met kunstenaars en musici en ook met collega’s uit andere taalgebieden. Enkele van zijn boeken werden vertaald; in het Duits, Frans, Indonesisch en Roemeens. Enkele componisten maakten muziek bij werk van Albert Hagenaars. Hagenaars maakte veel reizen, door o.a. de Verenigde Staten, Latijns-Amerika en het Verre Oosten. De laatste jaren woont hij deels in Indonesië, het geboorteland van zijn vrouw, Siti Wahyuningsih, met wie hij al ruim 200 Nederlandstalige gedichten van bekende en onbekende auteurs in Bahasa Indonesia vertaalde en publiceerde. (www.alberthagenaars.nl)
# new poetry
Albert Hagenaars
Pelgrimsgrond
Gedichten
Uitgeverij In de Knipscheer
ISBN 978-94-93214-32-3
84 pagina’s
Prijs ca. € 17,50
Verschijnt September 2021
• fleursdumal.nl magazine
CRÉNOM
Charles Baudelaire
De plavuizen waren hard in de Saint-Loup
maar minder dan de hospitaalbedden die wachtten.
Al voor de val begon de glijvlucht in de afasie
op uiteindelijk dat ene woord na. Inniger
klampte hij zich daaraan vast dan aan de trouwe
hoer die het venijn om zijn jeugd heen schoof.
Alles nog weten, wensen te kunnen. Hij scherpte
z’n zinnen aan de krimpende ring van de spraak
waar hij ooit met pijnlijk geduld het ingesnoerde vel
van vermocht te tuchtigen tot schandaal en verbod.
Hij rook de wierook weer, mama, en werd jonger
dan in zijn oudste gedicht, waarde elke nacht
dagenlang tussen bezielde stammen rond, versloeg
als Lupus de draak die alle woorden verslond,
en kletste en zwetste, tierde als nooit tevoren,
kwam niet meer tot bedaren.
Albert Hagenaars
Uit: Pelgrimsgrond
• fleursdumal.nl magazine
More in: - Book News, - Bookstores, Archive G-H, Archive G-H, Baudelaire, Charles, Hagenaars, Albert
Orewoet
Hadewych
Te lang bezworen? Te kort? Het trillen
tussen hoofd en schoot ving alweer aan,
Brabants gestamel doordrong Latijnse beden
ende mijn herte ende mijn aderen ende alle mine lede
scudden ende beveden van begherten
om zichzelf tot voorbij de minne te verdoen,
niet in overgave maar in de gloed waar zij naar
was vernoemd, van strijd en geweld.
Jc begherde mijns liefs te vollen te ghebrukene ende
te bekinnenne ende te ghesmakene in allen vollen ghereke
en zij besteeg zijn aardse staat, bezatte zich
aan spijs en wijn, klauwde en beet, ontrukte
hen aan gebod en verbod van klooster en hemel.
Daer na quam hi selve te mi, ende nam mi alte male
insine arme ende dwanc mi ane heme
en met stijf gesloten ogen ervoer zij hoezeer zijn lijf
eiste dat zij hem nogmaals wilde in een lust die groter
dan woede, overvloediger dan offergaven was.
Nu hevestu mijns ghesmaect ende ontfaen van buten
ende van binnen; Ende du heves verstaen
die eneghe weghe die gheheel in mi beghinnen.
Albert Hagenaars
Orewoet.
Hadewych
gedicht
• fleursdumal.nl magazine
# Albert Hagenaars (1955) werd geboren in de grensstad Bergen op Zoom en was aanvankelijk werkzaam als beeldend kunstenaar en galeriehouder. Hij studeerde Nederlands en bracht veel tijd in Frankrijk door. In 1980 koos hij voor de literatuur. Werk van zijn hand verscheen in talrijke bladen en bloemlezingen, waaronder Maatstaf, De Tweede Ronde, Literair Akkoord, Raster, Poëziekrant en ‘De Nederlandse poëzie van de negentiende en twintigste eeuw in 1000 en enige gedichten’. Behalve gedichten, romans en vertalingen schrijft hij ook kritieken over literatuur en moderne beeldende kunst voor tal van bladen (o.a. de Haagsche Courant) alsmede, sinds 1980 al, de Nederlandse Bibliotheek Dienst. In totaal verschenen tot nu toe 1500 besprekingen. Hagenaars werkt graag samen met kunstenaars en musici en ook met collega’s uit andere taalgebieden. Enkele van zijn boeken werden vertaald; in het Duits, Frans, Indonesisch en Roemeens. Bovendien maakten componisten muziek bij werk van Albert Hagenaars. Jan Walraven produceerde een cd met muziek voor piano en orgel gebaseerd op de bundel ‘Linguisticum’. De Amerikaanse musicus Dirk Stromberg koos 18 gedichten uit ‘Tropendrift’ voor een gelijknamige dubbel-cd met overwegend elektronische muziek. Hierop zijn de gedichten in de Engelse vertaling van John Irons te horen.
Albert Hagenaars maakte veel reizen, door o.a. de Verenigde Staten, Latijns-Amerika en bovenal het Verre Oosten. De laatste jaren woont hij deels in Indonesië, het geboorteland van zijn vrouw, Siti Wahyuningsih, met wie hij al ruim 200 Nederlandstalige gedichten van bekende en onbekende auteurs in Bahasa Indonesia vertaalde en publiceerde. Zijn belangrijkste thema’s zijn mede daarom: reizen, identiteit en interculturele relaties. In 2007 ontving Hagenaars de Sakko-Prijs, een oeuvre-onderscheiding die jaarlijks beschikbaar wordt gesteld door Tamoil Nederland BV.
www.alberthagenaars.nl
More in: Archive G-H, Archive G-H, Hadewijch, Hagenaars, Albert
De losprijs van de wederkeer
Kruis en anker is het denken, hartsgrondig als
de eenzaamheid van eerstelingen. Nooit vergeten
die dat bouwen op de trouw van tijd maar al
te vaak verglijdt naar lusteloosheid. Passanten
blikken op naar ramen die niet ontsloten worden.
Daarachter mogen van onwil scherpe sporen
worden gewist. Primipara’s snikken er van vreugde
en pijn. In de plooien van hun klanken wankelt het
contrapunt. Nu moet je maar wachten of iemand
in ootmoed herboren de losprijs van de wederkeer
herkent. Nu moet je maar beter gewoon wachten.
Want geluk is meer dan blij zijn met je ademen.
Wreed is hij die nimmer weent.
Bert Bevers
gedicht
De losprijs van de wederkeer
(Eerder verschenen in Eigen terrein – Gedichten 1998-2013,
Uitgeverij WEL, Bergen op Zoom, 2013)
• fleursdumal.nl magazine
More in: Archive A-B, Archive A-B, Bevers, Bert
Thank you for reading Fleurs du Mal - magazine for art & literature