Or see the index
Volgens Pierre Maréchal was de Brabantse dichter Frans Babylon een zieke poète maudit die zowel de poëzie als de kunst stimuleerde te vernieuwen. Brabant liep sterk achter bij de ontwikkelingen.
Uiteindelijk verwierp hij de traditionele dichtstijlen en schreef hij gedichten op gevoel. Met vrienden vormde hij de Bredero-club en stimuleerde hij kunstenaars om zich verder te ontwikkelen. Babylon bevorderde eveneens de ontwikkeling van openbare kunstexposities voor groot publiek.
Naast Brabant en Amsterdam was Frankrijk een geliefde omgeving. Ondanks zijn bipolaire stoornis en dankzij zijn creativiteit bracht Frans Babylon veel tot stand.
Pierre Maréchal werkte onder meer voor de internationale trekvogel-bescherming. Ruim twintig jaar is hij actief bezig met poëzie. Hij schrijft en organiseert maandelijks diverse podia en optredens. De laatste jaren doet hij dit bij de PoëzieClub Eindhoven en de werkgroep ‘Boekenkast’. Frans Babylon – herinneringsgewijs is typisch zo’n onderwerp. Het is een project over een bekende en tegelijk een minder bekende dichter, wiens daden van betekenis waren voor de ontwikkeling van de poëzie en de kunsten in het zuiden van ons land.
Pierre L.Th.A. Maréchal
Frans Babylon – herinneringsgewijs
Biografie Frans Babylon,
pseudoniem van Franciscus Gerardus Jozef Obers (1924 – 1968)
ISBN: 978-94-0223-720-7
Paperback 12,5 x 20 cm
186 pag. – 2017
€ 19,99
fleursdumal.nl magazine
More in: *Archive Les Poètes Maudits, - Archive Tombeau de la jeunesse, - Book News, Archive A-B, Archive A-B, Art & Literature News, Babylon, Frans, Brabantia Nostra, Frans Babylon
De laatste deur (nieuwe herziene en zeer uitgebreide editie)
door Jeroen Brouwers
Liefde-literatuur-dood is de thematische drie-eenheid binnen het oeuvre van Jeroen Brouwers. Zijn fascinatie voor zelfmoord dateert van het begin van de jaren zeventig, toen een vriendin zich het leven had benomen. Brouwers’ wens om het zelfmoordraadsel te begrijpen resulteerde in het inmiddels legendarische boek De laatste deur.
Dit is de ingrijpend herziene en zeer uitgebreide editie van het dertig jaar geleden verschenen werk, dat handelt over de zelfverkozen dood van Nederlandstalige schrijvers. Vanuit gevoelens van mededogen, begrip en solidariteit met hen die in het verleden en de meer recente tijd de hand aan zichzelf sloegen (van wie hij er enkelen van zeer nabij heeft gekend), poogt Brouwers aan de hand van hun literaire werk een mogelijke verklaring te vinden voor hun ultieme daad.
Brouwers karakteriseert op integere en invoelende wijze uiteenlopende figuren als François Haverschmidt (Piet Paaltjens), Menno ter Braak, Halbo Kool, Jan Emmens, Jan Arends, Dirk de Witte, Jan Emiel Daele, Jotie T’Hooft en tal van anderen. Deze nieuwe editie bevat ook levensgeschiedenissen van overledenen in de laatste jaren: Adriaan Venema, Anil Ramdas, Nanne Tepper, Joost Zwagerman en Wim Brands.
Aan De laatste deur is een supplement toegevoegd (De zwarte zon, De versierde dood en verspreide opstellen) met essays over buitenlandse schrijvers en onderwerpen als zelfmoordverenigingen en –sekten, en geruchten en verzinsels over zelfmoord. Een aantal van deze opstellen is niet eerder in boekvorm verschenen.
Auteur(s) : Jeroen Brouwers
Uitgeverij : Atlas Contact
ISBN : 9789045021089
Taal : Nederlands
Uitvoering : Hardcover
Aantal pagina’s : 1400
Verschijningsdatum : 15-03-2017
Afmetingen : 314 x 254 x 27 mm.
Gewicht : 700 gr.
fleursdumal.nl magazine
More in: - Archive Tombeau de la jeunesse, - Book News, Art & Literature News, Babylon, Frans, Brands, Wim, DRUGS & MEDICINE & LITERATURE, Galerie des Morts, Jeroen Brouwers, Zwagerman, Joost
Bundel bij 50 jaar uitgeverij Opwenteling
Onnaspeurbaar: van Frans Kuipers tot Hans Vlek
“Tijd, Iedereen zegt dat je erg veranderd bent.” dichtte Frans Kuipers in Gottegot & Bubble Up (1977, vers 6). Het was niet de eerste bundel die de Eindhovense uitgeverij Opwenteling van Kuipers uitbracht. ‘Zoals wij’, het debuut van deze dichter, verscheen al in 1965 bij Opwenteling. Niemand kon nog vermoeden dat Gerrit Komrij later negen gedichten van Kuipers zou opnemen in zijn vermaarde bloemlezing.
Het gedicht ‘vers 6’ opent de jubileumbundel ‘Onnaspeurbaar. 50 jaar Opwenteling.’ die Opwenteling op 29 december 2013 presenteerde. De bundel bevat een kleine 50 gedichten. Samen laten ze zien hoeveel talent er in 50 jaar bij Opwenteling is verschenen. De bundel is daarmee overigens geen doorsnede van een periode. Het is eerder een bloemlezing waarmee de huidige Opwentelaars aangeven hoe Opwenteling anno 2013 denkt over poëtische kwaliteit. In die zin markeert de bundel eerder het begin van een nieuwe periode dan de afsluiting van een voorbije.
Opwenteling werd in 1962 geboren. Geestelijk vader was Joop Oversteegen, die het eigen geluid van Brabantse dichters wilde laten horen. Dat hij daarin geslaagd is, daarover bestaat geen twijfel. Opwenteling ontwikkelde zich tot een ideële uitgeverij, gerund door vrijwilligers, die honderden dichters de kans gaf te debuteren. Voor een aantal bleef het bij een debuut. Anderen, onder wie Frans Kuipers, maar ook Maria van der Steen, Frans Babylon, Hans Vlek, Hans van de Waarsenburg groeiden uit tot nationaal bekende poëtische grootheden.
Onnaspeurbaar. 50 Jaar Opwenteling
Uitgever Stichting Opwenteling
ISBN-13 9789063381578 / ISBN-10 9063381573
fleursdumal.nl magazine
More in: - Book News, Art & Literature News, Babylon, Frans, Waarsenburg, Hans van de
Joop Oversteegen
(Amsterdam 1900 – Eindhoven 1994)
‘Ome Joop’ werd Oversteegen genoemd door veel dichters. Hij stond altijd voor hen en kunstenaars in het algemeen klaar. Toen hij in 1962 het initiatief namen tot de Schrijvers Associatie Opwenteling ging dat ten koste van zijn eigen spaargeld.
Oversteegen nam het initiatief omdat de Brabantse dichters landelijk nauwelijks tegen het ‘poëtisch geweld’ van de dichters en schrijvers uit de randstad op konden. Met name jonge dichters hadden hier geen schijn van kans. En poëzie was juist van belang voor de ontwikkeling van de vrij denkende mens! Stad en land werd door hem afgelopen om contacten te leggen. De resultaten waren er naar. Uiteindelijk zouden heel wat later bekend geworden dichters en schrijvers bij de Eindhovense Schrijvers Associatie Opwenteling debuteren. Denk bijvoorbeeld aan Frans Kuijpers, Maria van der Steen, Hans Vlek, Silva Ley en Hans van de Waarsenburg. Maar ook de voor de tijd van Opwenteling landelijk bekend staande dichter Frans Babylon werd bij Opwenteling gepubliceerd. In totaal zagen zeker zo’n zeshonderd dichters bij Opwenteling hun poëzie in bundelvorm verschijnen. Allemaal gerealiseerd door vrijwilligers of die in de redacties functioneerden, bij de PR of er voor zorgden dat het secretariaat functioneerden.
De Schrijvers Associatie Opwenteling had een ideaal en groeide uit tot een landelijke en in België bekende debuutuitgeverij van bloemlezingen en persoonlijke dichtbundels. En dat niet alleen, hoorspelen, korte verhalen kregen eveneens hun plaats. In de loop der tijd kende ‘Opwenteling’ verschillende voorzitters. Allereerst Oversteegen zelf, die naast de dichtbundels eveneens het literair tijdschrift ‘Manifest’ publiceerde, Ton Veugen die de bekende reeks ‘Naar Morgen’ het licht deed zien. Riet van Gent die de fakkel van hem overnam. Wim van Til, de huidige directeur van het Studie en Documentatiecentrum ‘Poëzie Centrum Nederland’ in Bredevoort en schrijver van diverse dichtbundels zowel bij en buiten Opwenteling. Will van Sebille die na haar voorzitterschap bij Opwenteling actief was als begeleidster van jonge dichters wat leidde tot de bundel ‘Re_cyclus’, de schrijfgroep ‘Het schrijfsterscollectie Eindhoven’ en een dichtersgroep uit Delft. Zelf bleef ze bezig als dichter, publiceerde een dichtbundel en leverde bijdragen aan verschillende bloemlezingen. Als uitgever bij De Witte Uitgeverij (tussen 2007 en 20012) zette zij de reeks ‘Witte Voeten’ op, waarin ook weer een aantal opwenteling dichters verschijnen.
Latere voorzitters zijn Bernard Kessels en Willem Fonteijn. De dichtbundel ‘’ Dat ik je dan vastleg’ van de Eindhovenaar Chris van Lenteren en Jan Holman onder de redactie van Jack Tinnemans is de laatste uitgegeven bundel van de Stichting Schrijvers Associatie Opwenteling.
Onlangs maakte Opwenteling een doorstart. Hoewel niet op dezelfde leest geschoeid als zijn illustere voorganger. Daarover meer tijdens het literair Podium ‘Joop Oversteegen en Opwenteling op 28 oktober a.s.
De Werkgroep ‘Boekenkast’ III. Organiseerde eerder een soortgelijk podium over Frans Babylon en Lodewijk van Woensel (Louis Vrijdag). Doel: Het onder de aandacht brengen van overleden dichters die in de ontwikkeling van de poëzie in Eindhoven en regio van belang zijn geweest. De werkgroep bestaat uit: Willem Adelaar (dichter), Pierre Maréchal (schrijver/dichter) en Peter Thoben (Cultuur- en kunsthistoricus).
De Popband Beez. Over de bekende verrassende Eindhovense Band Beez valt veel te schrijven. Tijdens het vorige literaire programma van De Werkgroep Boekenkast brachten zij indrukwekkende muziek aan de hand van gedichten van Lodewijk van Woensel (Louis Vrijdag). Deze keer brengen zij muziek en zang ten gehoor aan de hand van gedichten van Joop Oversteegen. Nadere informatie: www. beezbeez.nl
De bekende blues zanger en gitarist Ernest van Aaken ontvangt met zijn muziek de gasten van deze middag. Van Aaken is onder andere bekend van zijn deelname aan K& B Literair, NulVeertig©, Poëtement en momenteel ‘Eindhoven uit de kunst’.
Groendomein Wasven. Bestaat uit: Gasterij in ’t Ven, Tussen de Molens en De Wasvenboerderij met een groene omgeving waarin het niet alleen goed vertoeven is maar waar mens, natuur en milieu belangrijk zijn. In dit kader worden er educatie-avonden gehouden. Om kennis te maken met het groendomein is het raadzaam om vroeger te komen en eens door het gebied te wandelen. De Wasvenboerderij is geopend van 10 – tot 22. Uur. Gasterij open van Nadere informatie: www.wasven.nl
Literair Podium over Joop Oversteegen en Opwenteling
Waar: Groendomein Wasven, Celebeslaan 30, 5641 AG Eindhoven (stadsdeel Tongelre).
Wanneer: Zondag 28 oktober 2012
Tijd: 14.00 uur- 17.00 uur
Parkeren in de omliggende omgeving nabij bij ’t Hofke bijvoorbeeld
Openbaar vervoer: Bushalte ‘Hofke nabij het oude raadhuis van Tongelre. Bus 55 vanaf Eindhoven Station naar ’t Hofke. Let op de zondagtijden!
fleursdumal.nl magazine
More in: Archive O-P, Babylon, Frans, Brabantia Nostra, Waarsenburg, Hans van de
Frans Babylon
(Frans Obers 1924-1968)
Lichten in nevel
als zich traag de avondnevel
weer in amsterdam verdicht
loop ik eenzaam langs de gevels
zoekend naar een vergezicht.
dubbelzinnig zijn reklames
punten voor mijn evenwicht;
achter de miljoenen ramen
leven mensen in het licht.
in zo’n ruime nevelavond
voel ik mij in ’t diepst gericht
naar de wezens die gehavend
geven hoe ze zijn ontwricht.
en bij één der voze grachten
-waar elk licht in damp vergaat-
smoor ik schamel kleine klachten
in een goede schoot van ’t kwaad.
en ik keer door lege stegen
waar ooit breero zwierf van pijn
godverlaten doodgezwegen
door de nevel van het Zijn.
(Lichten in nevel, 1966)
Frans Babylon poetry
kempis.nl poetry magazine
More in: Archive A-B, Babylon, Frans
Frans Babylon
(Frans Obers 1924-1968)
In memoriam fratris
Een knaap nog, met serene dromen,
die hij verbeten, fier behield,
want hij verlangde gans bezield
in God te worden opgenomen.
Hij proefde angstig ’s levens druiven
en kussen, droef om hun tekort,
“Misschien dat ik nog monnik word,”
zei hij voor ’t laatste afscheid-wuiven.
En toen een avond was bezonken
in ’t jeugdland met zijn wijd verschiet,
wou hij weer zwemmen bij het riet,
maar is in de eeuwigheid verdronken.
O ouderpaar, verwanten, vrinden
en meisje, dat zijn beeld behoedt,
vertrouwt dat hij ons nu voorgoed
als hemels edelknaap zal binden.
(Gedachtenisprentje Leo Obers, 1951)
Frans Babylon poetry
kempis.nl poetry magazine
More in: Archive A-B, Babylon, Frans
Frans Babylon
(Frans Obers 1924-1968)
Mijn muze
Nog altijd draagt mijn muze haar korsetje
van tucht en rijmdwang, ook al knelt het strak
en heeft zij aan de strenge normen lak,
gewend aan menig bandeloos verzetje.
Zo bloot en dartel in ’t gespreide bedje
heeft zij voor kapriolen zeer een zwak,
maar pleegt toch volgens de regels van het vak
ons minnespel op maten van ’t sonnetje.
Door haar kan ik de tucht en ontucht rijmen
in zwakke strofen zonder veel geheimen;
de vrijheid triomfeert dank zij de dwang.
Mijn speelse muze prikkelt om te vlijmen
en laat zich dan –per slot- door sperma lijmen,
al duurt genot slechts veertien regels lang.
(Distels en doornen. Humor- en hekelsonnetten, 1959)
Frans Babylon poetry
kempis.nl poetry magazine
More in: Archive A-B, Babylon, Frans
Poëthement Eindhoven
Herdenking Frans Babylon
21 augustus 2011 is het 43 jaar geleden dat dichter en kunstpromotor Frans Babylon op tragische wijze stierf. Ter ere van hem organiseert Poëthement de eerste van een jaarlijks terugkerend memoriam-podium onder de naam BOEKENKAST. Een literair podium met de kans familie en vrienden van de overleden dichter te ontmoeten.
Frans Babylon is geboren in Deurne als F.G.J. Obers. Hij schreef een twintigtal dichtbundels in de periode 1944 – 1967. Er zijn bij de toenmalige schrijversassociatie ‘Opwenteling’ en de ‘Vrienden van Babylon’ na zijn overlijden in 1968 nog diverse bundels verschenen met gedichten van Babylon. Naast zijn vele activiteiten redigeerde hij onder meer teksten voor bundels van aankomende Zuid-Nederlandse dichters.
Frans Babylon was eveneens actief met beeldende kunst. Niet alleen als criticus maar tevens als promotor. Heel wat later bekende kunstenaars zijn via Babylon’s toedoen bekend geworden.
Hij was voor veel Eindhovense dichters en beeldende kunstenaars een inspiratiebron. Zowel tijdens zijn leven als daarna. Veel mensen uit Eindhoven en omgeving hebben hem gekend.
‘BOEKENKAST – Frans Babylon’ is een gelegenheid om de dichter te gedenken, je te laten inspireren door zijn gedichten of gedichten voor hem geschreven en ervaringen tijdens zijn leven met anderen te delen. En in de stijl van Babylon hedendaagse dichters aan het woord te laten op een locatie waar Frans zelf regelmatig te vinden was: De Gouden Bal.
Onder andere met voordrachten van: Erik Vink, Léon Obers, Lou Vleugelhof, Lau Kanen, Jan Smeets, Pierre Maréchal, Willem Adelaar, Frya Obers, Theo van der Put, Ad. J. van Vegchel, Jan van der Pol, Angela Polderman, Nicole Loeven, Derrel Niemeijer en Robert Tau.
In de pauze zal dichter en muzikant Jacob Bisschops zijn baritonsax bespelen.
Bert van der Leeuw zal met ruime documentatie over Frans Babylon aanwezig zijn.
Podium: Poëthement’s Boekenkast
Waar: Café De Gouden Bal, Hoogstraat 112
Wanneer: zondag 21 augustus 2011
Tijd: 14.30u
Toegang: GRATIS
Contact: info@poeziepodium.nl
fleursdumal.nl magazine
More in: Babylon, Frans
Walter Breedveld over Harrie Kapteijns
DE KUNST VAN HET DICHTEN
door Jef van Kempen
Walter Breedveld (1901-1977) was lange tijd ongekend populair als schrijver van Brabantse volksboeken. Maar Breedveld deed meer. Zo maakte hij in 1959 en 1960 ruim vijftig portretten van Brabantse kunstenaars voor De Gelderlander. Een korte serie belicht deze andere kant van Breedveld. Vandaag: Harrie Kapteijns (1917-1987).
“De dichter is veel meer individualist dan de romanschrijver, niet in de zin dat hij in een glazen huisje wenst te wonen, afkerig van het normale gemeenschapsleven, doch hij is individualist omdat ieder vers eigenlijk een reflectie is van zijn eigen wezen, geschapen voor zich zelf.”
Zo introduceert Walter Breedveld de letterkundige Harrie Kapteijns. Kapteijns was een dichter, maar een die vooral naam zou maken als essayist.
Hij promoveerde in 1949 met zijn proefschrift Autonome dichters: typen van ‘poètes maudits’ en oogstte veel lof voor zijn in 1964 verschenen studie over het katholieke letterkundige tijdschrift De Gemeenschap. Maar misschien wel zijn belangrijkste publicatie is de in 1951 verschenen becommentarieerde bloemlezing: Hedendaagse Brabantse dichters. Er passeren gevestigde namen de revue van dichters uit de kring van Roeping, De Gemeenschap en Brabantia Nostra, zoals Anton van Duinkerken en Paul Vlemminx. Maar er is ook veel aandacht voor de jonge nieuwe talenten zoals Frans Babylon, Anton Eijkens, Bert Voeten en Harriet Laurey.
Kapteijns neemt in zijn bloemlezing een duidelijke ontwikkeling van de Brabantse dichtkunst onder de jongeren waar. Volgens Kapteijns: “blijken de jonge dichters anders georiënteerd; hun werk is niet expliciet Brabants, al publiceerden ze in Brabantia Nostra, en soms niet expliciet katholiek, al debuteerden of publiceerden ze in Roeping. Bij de artistieke vormgeving van hun liefde, hun problemen, hun levensinzicht steunen ze niet op de waarden van het gewestelijke”.
Acht jaar later, in een gesprek met Walter Breedveld, is Harrie Kapteijns opmerkelijk minder optimistisch. “Er is weinig eigentijds talent in Brabant. (…) Al wat oudere dichters als Anton van Duinkerken, Frank Valkenier en Lucas van Hoek zwijgen. Hebben ze hun tijd gehad? Verstaan zij de dynamiek van onze dagen niet?” Wat de jongeren betreft blijken de verwachtingen te hoog gespannen te zijn geweest: “In tegenstelling tot de westelijke provincies waar nieuw eigentijds talent aanwijsbaar is. De belangrijkste reden zal ongetwijfeld te vinden zijn in de gemoedelijkheid en de traagzaamheid van de Brabantse aard.”
“De gave van het dichterschap is slechts aan weinigen gegeven” merkt Walter Breedveld op. “De kunst van het dichten is onder de kunsten dan ook wel de moeilijkste, de meest persoonlijke en de minst begrijpelijke vorm van artistiek vermogen.” Breedveld roemt daarna Harrie Kapteijns als een van de meest betekenende Brabantse dichters.
Er zijn in mijn leven
enkele onbenutte kansen
als stille open vijvers,
niet met wrangheid toegevroren,
en niet benaderde,
ongeschonden cijfers,
die tot geen getal behoren.
Jef van Kempen: De kunst van het dichten. Walter Breedveld over Harrie Kapteijns
(Brabants Dagblad, 15 november 2001)
• fleursdumal.nl magazine
More in: Anton van Duinkerken, Babylon, Frans, Brabantia Nostra, Eijkens, Anton, Jef van Kempen, Walter Breedveld
LEON VAN KELPENAAR
Zeg niet
Voor Frans Babylon
Zeg niet, dat gij achter de blauwe kim
de rust zult vinden voor Uw zwerfziek hart,
dat het plateau, in eeuwen-wind verstard,
u zal verzaadgen na de steile klim –
Zeg niet: het leven is mij steeds te slim,
ik raak weer telkens in zijn net verward –
Maar ’t is de doem, die ons ten dood benart,
te weten, dat wij jagen op een schim.
En daarmee gaan wij door het dagelijks leven,
berooid of hoog-geacht, soms hand in hand,
meestal alleen, ofschoon bijeengedreven.
Want ieder zoekt eenzelvig d’ oeverrand,
waarvan de spiegeling hem is gebleven,
totdat de goede dood hem overmant.
(Uit de nagelaten gedichten van Leon van Kelpenaar, 1951)
Leon van Kelpenaar
(Leo Obers 1930-1951)
More in: Babylon, Frans, Frans Babylon
F R A N S B A B Y L O N
vijf gedichten
In memoriam fratris
Een knaap nog, met serene dromen,
die hij verbeten, fier behield,
want hij verlangde gans bezield
in God te worden opgenomen.
Hij proefde angstig ’s levens druiven
en kussen, droef om hun tekort,
“Misschien dat ik nog monnik word,”
zei hij voor ’t laatste afscheid-wuiven.
En toen een avond was bezonken
in ’t jeugdland met zijn wijd verschiet,
wou hij weer zwemmen bij het riet,
maar is in de eeuwigheid verdronken.
O ouderpaar, verwanten, vrinden
en meisje, dat zijn beeld behoedt,
vertrouwt dat hij ons nu voorgoed
als hemels edelknaap zal binden.
(Gedachtenisprentje Leo Obers, 1951)
Meinacht
je bleek en welig lichaam bloeide binnen
de arabesken van je tederheid
volkomen open in de maanlichtvrede
des Meinachts met de zoetheid van jasmijn
en koelte van beregend gras
je bruine ogen kneedden melancholisch
en moe met toegespitste vingers
het nieuwe beeld van mij dat uit de oerklei
van mijn beminnen autonoom verrees
maar pas door jouw afrondend strelen
tot zijn voltooiing kwam
tot in mijn bloed door ’t overdadig bloeien
van jou in deze lentenacht bedwelmd
verlangde ik naar ’t ingetogen geuren
van de jasmijnen
maanlicht
in ’t aardedonker van je schoot
o lief
(Privé-feest, 1955)
Wintermorgen
In deze lichte morgensneeuw
van mijn abrupt ontwaken
verschijnt je vol en zacht gezicht
geruisloos vlokken witte woorden
van goedheid in mijn wezen neer
ik vind geen antwoord geen verweer
ik sta vergrauwd en wat ontredderd
te kleumen in je glimlach lief
en jij omvat mij primitief
behoedend zonder mij te raken
jij weet mij weer tot mens te maken
(Eigen credo, 1958)
Mijn muze
Nog altijd draagt mijn muze haar korsetje
van tucht en rijmdwang, ook al knelt het strak
en heeft zij aan de strenge normen lak,
gewend aan menig bandeloos verzetje.
Zo bloot en dartel in ’t gespreide bedje
heeft zij voor kapriolen zeer een zwak,
maar pleegt toch volgens de regels van het vak
ons minnespel op maten van ’t sonnetje.
Door haar kan ik de tucht en ontucht rijmen
in zwakke strofen zonder veel geheimen;
de vrijheid triomfeert dank zij de dwang.
Mijn speelse muze prikkelt om te vlijmen
en laat zich dan –per slot- door sperma lijmen,
al duurt genot slechts veertien regels lang.
(Distels en doornen. Humor- en hekelsonnetten, 1959)
Lichten in nevel
als zich traag de avondnevel
weer in amsterdam verdicht
loop ik eenzaam langs de gevels
zoekend naar een vergezicht.
dubbelzinnig zijn reklames
punten voor mijn evenwicht;
achter de miljoenen ramen
leven mensen in het licht.
in zo’n ruime nevelavond
voel ik mij in ’t diepst gericht
naar de wezens die gehavend
geven hoe ze zijn ontwricht.
en bij één der voze grachten
-waar elk licht in damp vergaat-
smoor ik schamel kleine klachten
in een goede schoot van ’t kwaad.
en ik keer door lege stegen
waar ooit breero zwierf van pijn
godverlaten doodgezwegen
door de nevel van het Zijn.
(Lichten in nevel, 1966)
Frans Babylon
(Frans Obers 1924-1968)
kempis.nl poetry magazine
More in: Babylon, Frans, Frans Babylon
Thank you for reading Fleurs du Mal - magazine for art & literature