Or see the index
In Memoriam Anton (Toon) Eijkens
(1920-2012)
Anton Eijkens schreef de Tilburgse historie in 1000 dichtregels
TILBURG – In het verzorgingshuis Koningsvoorde is afgelopen zaterdagochtend Antonius Maria Eijkens overleden. Toon Eijkens heeft diverse boeken op zijn naam staan en schreef ook de Tilburgse rijmkroniek die burgemeester Jan van de Mortel in 1946 bij zijn afscheid aangeboden kreeg van de Tilburgse bevolking. Het beschrijft de geschiedenis van Tilburg in duizend dichtregels.
Eijkens werd in 1920 te Tilburg geboren en volgde het gymnasium op het St. Odulphuslyceum waar hij zich al vroeg ontpopte als een jongeman met talent voor taal en muziek én als dichter. Zijn vader vond een baan voor hem bij Bureau Van Spaendonck. Het stond zijn literaire ambities niet in de weg. Onder de naam Anton Eijkens schreef hij artikelen en verhalen in de bladen Brabantia Nostra en Edele Brabant, waar hij ook in de redactie zat.
In 1946 beleefde Anton Eijkens zijn productiefste jaar. Hij publiceerde toen onder meer de verhalenbundel Rond de toren, de bloemlezing De Sprookjeshoorn en Een handvol verzen. Bovendien schreef hij samen met Jan Naaijkens het scenario en de teksten voor het massale openluchtspel Kruis en Ploeg dat in de zomer van 1946 bij gelegenheid van het 50-jarig bestaan van de Noord-Brabantse Christelijke Boerenbond (NBC) opgevoerd werd in het Willem II-stadion. Kort erna werd aan burgemeester Van de Mortel het gedenkboek Rijmkroniek van Tilburg, het hart van Brabant aangeboden, een uniek in kalfsleer gebonden boek waarvan de door Eijkens geschreven tekst geheel gekalligrafeerd was door zijn zwager Kees Mandos.
Ook in de daarop volgende jaren bleef Eijkens actief als schrijver, zij het vooral van gelegenheidsliederen voor zijn collega’s en van gedenkboeken voor het bedrijfsleven en voor Bureau Van Spaendonck zelf. Daar nam hij in 1984 afscheid als secretaris van diverse werkgeversorganisaties en directeur van de Sector Secretariaten.
Toon Eijkens was getrouwd met Thea Mandos met wie hij zeven kinderen kreeg. In 1982 werd hij geridderd in de Orde van Oranje Nassau.
Anton Eijkens
(1920-2012)
Voor de Beminde
Mijn liederen zijn gering als schaamle kinderen,
die voor een aalmoes komen zingen aan je raam,
als ‘t daglicht in de straat begint te minderen
en aan de avondlucht de eerste sterren staan.
Wie zal mij in mijn schamelheid verhinderen
mijn leed en vreugd te komen zingen aan je raam?
Ik weet: jij kunt het lied van schaamle kinderen
niet zonder mildheid langs je venster laten gaan.
Ontmoeting
Ik had maar de kortste weg genomen,
een weg vol distels en woekerkruid,
want de avond viel dichter in de bomen
en de wind blies langzaam de sterren uit.
Maar aan de rand van een bloeiende tuin,
geurend van appels, pruimen en peren,
blies een bultenaar op zijn kranke bazuin;
“Kunt gij het geluk uw rug toekeren?”
Hoe vreemd: teruggaand heb ik genomen
de langste weg, langs de hoogste bomen.
Anton Eijkens: Twee gedichten
fleursdumal.nl magazine
More in: Archive E-F, Eijkens, Anton, In Memoriam
Anton Eijkens
Vademecum van een liefhebber (13)
Epiloog
Ik zei vannacht en hield de beker hooggeheven:
“De volle kroes zij immer ‘t teken van mijn leven.”
Vanmorgen werd ik wakker naast mijn trouwe kroes,
waarvan niets dan ‘t armzalig oor was heel gebleven.
*
Er komt een dag, dat brood en wijn
onaangeroerd op tafel staan;
wij zullen niet meer samen zijn
en moeten vreemde wegen gaan.
Er komt een dag, dat wij niet meer
in liefde zacht geborgen zijn.
Hoe proef ik bitter het weleer
hier in dit brood, in deze wijn.
*
O mens die zonder rust of duur
naar ‘s werelds bonte vreugden haakt,
gedenk, zij vroeg of laat het uur,
dat gij van aarde zijt gemaakt
en weer tot aarde keren zult:
en broze kruik, tot aan de rand
nu nog met wijn en geur gevuld
maar eenmaal scherven in het zand.
Anton Eijkens: Vademecum van een liefhebber (13)
Epiloog
kempis.nl poetry magazine
More in: Archive E-F, Eijkens, Anton
Anton Eijkens
Vademecum van een liefhebber (12)
Te gast bij dichters
Naar Li Tai Po
De drinker in de lente
Als ‘t leven droom is en meer niet
Waarom dan wee en ach?
Ik drink totdat ik niet meer kan,
de lange lieve dag.
En als ik niet meer drinken kan
zo barstensvol, bij God!
dan val ik voor mijn drempel neer
en slaap als een marmot.
Wat hoor ik bij ‘t ontwaken? Zingt
een vogel in een boom?
Ik vraag me af of ‘t lente is
en leef als in een droom.
De vogel fluit: de lente is
gekomen overnacht;
ik zucht ontroerd en luister hoe
hij zingt en fluit en lacht.
Ik schenk mijn beker nog eens vol,
drink hem in één teug uit
en zing totdat de volle maan
blinkt in mijn vensterruit.
En als ik niet meer zingen kan
dan doe ik weer een tuk.
Wat gaat mij toch de lente aan?
Drinken is puur geluk.
Naar Wang Wei
Toen jij hier weg ging, zei ik je vaarwel
en keek je na en vergrendelde mijn deur.
Het gras zal wel weer groeien volgend jaar,
maar jij, mijn vriend, kom jij dan weer terug?
Anton Eijkens: Vademecum van een liefhebber (12)
wordt vervolgd
kempis.nl poetry magazine
More in: Eijkens, Anton
Anton Eijkens
Vademecum van een liefhebber (11)
Te gast bij dichters
Naar Li Tai Po
Om de eeuwige droefheid van de wereld te verdrijven
laat ons bij honderd glazen drinkend samenblijven.
De lentenacht noodt tot schermutseling zonder wapen,
zo helder schijnt de maan, dat wij niet kunnen slapen.
En op een kale berg zal ons de wijn uitblussen:
de hemel onze deken, de aarde ons oorkussen.
Naar Li Tai Po
Drinkend met een niets om handen hebbende heer in de bergen.
Beiden hebben we gedronken op de geboorte van de bergbloemen.
Santé! Santé, Sante!
En nog en nog.
Ik ben dronken, hunker naar slaap.
Mijnheer, ga nu weg en kom met uw luit – als u wilt – morgenvroeg terug.
Naar Li Tai Po
Stil is het in mijn hart. Ik ben alleen.
Mijn kruik is vol, maar niemand drinkt met mij.
Wees welkom, maan, en wees mijn metgezel.
Daar is mijn schaduw ook. Met drieën zijn we nu.
Jij, bleke vriend, was nooit een drinkebroer,
Maar hij, de donkere, doet me in alles na.
Bedankt, gij allebei, die mij gezelschap houdt.
Laat ons nu drinken tot het morgenrood.
Naar Li Tai Po
De maan wiegt zich op het ritme van mijn lied
en als ik dans, danst ook mijn schaduw mee.
Hei! Wat een nacht, wat fraaie drinkkompanen!
Vervoering bindt ons, tot de slaap ons scheidt.
De dag breekt aan, de eenzaamheid omsluit
mij weer tot aan de avond, ik heb het koud.
Maar toch, één troost verwarmt mijn moede hart:
ik zie u, vrienden, weer terug vannacht.
Anton Eijkens: Vademecum van een liefhebber (11)
wordt vervolgd
kempis.nl poetry magazine
More in: Eijkens, Anton
Anton Eijkens
Vademecum van een liefhebber (10)
Te gast bij dichters
Zwanezang
Eens zwom ik op de waterplas,
de mooiste van de vogelklas,
toen ik een trotse zwaan nog was.
O bittere smart,
ik ben roetzwart
van kop tot start.
Ik was eertijds als hagel wit
de mooiste vogel in ‘t gelid;
nu ben ik zwarter nog dan git.
O bittere smart…
Het wrede vuur verzengt mij zeer,
het braadspit draait me keer om keer,
de kok zet mij op tafel neer.
O bittere smart…
Ik die gedreven door mijn lust
zo zalig vloog van kust tot kust
ben in de peper uitgeblust.
O bittere smart…
Nu lig ik op uw bord, meneer,
vliegen dat kan ik nu niet meer,
uw wrede tanden doen me zeer.
O bittere smart…
Anonymus
Vlees eet ik maar bij mondjesmaat,
mijn maag is niet zo sterk,
maar drinken kan ik net zo goed
als edelman en klerk.
Al ben ik niet te best gekleed,
‘t zal mij een zorg zijn:
ik stop mijn buikje lekker vol
met goede, oude wijn.
Van achteren en van voren bloot,
handen en voeten koud:
maar buik, God geef je wijn genoeg,
‘t zij piepjong of stokoud.
Ik hou slechts van geroosterd brood
en een gegrilde krab;
veel brood is uit den boze, mij
volstaat een enkele hap.
Noch vorst, noch sneeuw, noch schrale wind
doen mij een centje pijn,
ik ben gebakerd als een kind
in goede, oude wijn.
Om kleren maak ik mij geen zorg,
ik houd me toch wel warm,
als ik maar goede, oude wijn
laat zakken in mijn darm.
Ik hoef voor niemand, nog zo sterk
en dapper, bang te zijn,
als ik maar flink geharnast ben
in goede, oude wijn.
Laat drinken ons zo lang het kan
en drinkend vrienden zijn:
wij vinden ziel en zaligheid
in goede oude wijn.
Anton Eijkens: Vademecum van een liefhebber (10)
wordt vervolgd
kempis.nl poetry magazine
More in: Eijkens, Anton
Anton Eijkens
Vademecum van een liefhebber (09)
Te gast bij dichters
Beatus Pastor Ille
Qui sedet ad fornacem
et intus habet pacem,
qui colit Deum Trinum
et bonum habet vinum
et circiter sex mille
beatus pastor ille.
Wie bij het vuur gezeten
met onbezwaard geweten
zo Triniteit als Trijntje
vereert met een goed wijntje
en – niet te krap bemeten –
patrijs en kreeft kan eten,
zo’n pastor, beste mensen,
kan zich niets beter wensen.
Gebed
(naar Clément Marot)
Van povere spijzen, slecht bereid,
van schraal souper en slaaploosheid
en van een wijn als slappe thee,
libera nos Domine.
Van oude wijven, zeer en zuur,
van dolkstoot en kogelvuur
en van het louche staminee,
libera nos Domine.
Verschaf ons, Heer, patrijs en duif,
veel dikke rib en malse kluif,
schenk er met goede wijn op los,
Te rogamus, audi nos.
Verschaf ons rijke oogst van wijn
om dag en nacht gelaafd te zijn
en bankpapier, een hele bos,
Te rogamus, audi nos.
Anton Eijkens: Vademecum van een liefhebber (09)
wordt vervolgd
kempis.nl poetry magazine
More in: Eijkens, Anton
Anton Eijkens
Vademecum van een liefhebber (08)
In de marge van de menukaart
Poulet de grain Rôti
Een kip die als een engel vliegen wil,
vergist zich evenzeer
als engelen die zich wagen in
het culinair verkeer.
Want ieder past de eigen plaats
die hem gegeven wordt:
de engelen in hoger sfeer,
de kippen op ons bord.
Gratin de Fruits
Zoals dit kostelijk fruit
het kil seizoen trotseert,
wens ik U vriendschap toe
die tijdeloos floreert.
Polonaise aux cérises
Soms maken wij elkander
een Poolse landdag klaar,
waar elk zijn eigen kersen
roemt als de beste waar.
Hetgeen tot droef gevolg heeft
dat niemands woord beklijft
en ‘t mensdom met de peren
(gebakken) zitten blijft.
Moka – Liqueurs
Men keert naar huis met weemoed
om ‘t voorbijgaan van de dingen,
maar ergens in een donkere boom
gaat al een vogel zingen
en wekt een nieuwe droom.
Anton Eijkens: Vademecum van een liefhebber (08)
wordt vervolgd
kempis.nl poetry magazine
More in: Eijkens, Anton
Anton Eijkens
Vademecum van een liefhebber (07)
In de marge van de menukaart
Houtsnep met compôte
Al klinkt het in uw oor
als een misplaatste grap,
van het Latijn naar ‘t Frans:
compost, compôte
is maar één stap.
Niet anders is ‘t gesteld
met houtsnep en houtsnip,
nochtans proeft zelfs een kind
het klankverschil
op tong en lip.
En hebt ge er moeite mee,
zo moet gij maar bedenken
bij houtsnip drinkt men thee,
houtsnep verplicht
een mooie wijn te schenken.
Tournedos Rossini
Zweert gij bij opera
of geeft ge haar kado?
Vergeet Rossini voor mijn part
maar niet zijn Tournedos.
Filet de Mignon de Boeuf aux champignons
In runderhaas vertrapt het rund
uw droom analfabetisch
maar in filet mignon vermomd
stemt het u zeer poëtisch.
Misschien kunt gij in Vieilles Voûtes
het rund als een mooi meisje groeten.
Anton Eijkens: Vademecum van een liefhebber (07)
wordt vervolgd
kempis.nl poetry magazine
More in: Eijkens, Anton
Anton Eijkens
Vademecum van een liefhebber (06)
In de marge van de menukaart
Solette au Beurre de Poivrons
Roert gij uw tong teveel
aan welvoorziene dis,
dan komt gij tijd te kort
voor ‘t proeven van de vis.
Darne de Saumon de la Loire en Bellevue
Benijdt de zalmen niet, zij drinken weliswaar
naar hartelust en zonder te betalen
maar zwichten voor het onbarmhartig lot
dat hun beschoren is ten huize van Van Galen.
Nietwaar, gij houdt u samen vroom en vroed
aan ‘t spreekwoord, dat een visje zwemmen moet.
Pâté de foie de volaille
Zolang de wereldbol roteert
Zal het een twistpunt blijven
Of aan het ei dan wel de kip
‘t begin is toe te schrijven.
Kiest gij in deze strijd pastei
‘t geluk is waarlijk aan uw zij.
Croustade de ris de veau à la Toulouse
Een mestkalf in de buurt van Vught
had aan zijn soortgenoten lucht
en ging bij zekere Bossche heren
de goede omgangsvormen leren.
Ocharm, zij geven slechts een knikje
ter wille van zijn zwezerikje.
Anton Eijkens: Vademecum van een liefhebber (06)
wordt vervolgd
kempis.nl poetry magazine
More in: Eijkens, Anton
Anton Eijkens
Vademecum van een liefhebber (05)
In de marge van de menukaart
Potage Condé
Rocroy, Dunkerque, Franche-Comté
Heeft hij in zijn banieren,
Maar later zou hij met zijn soep
Groter triomfen vieren.
Consommé double au cerfeuil
Ik had bij deze soep
zo graag een vers geschreven,
dat bij het nageslacht
nog lang zou blijven leven.
Maar ik bleef bij gebreke
aan rijm op ‘kervel’ steken.
Kreeft à l’Armoricaine
Een Amerikaanse gastvrouw
stond eens in dubio,
hoe zij een kreeft zou koken
en vroeg het haar alzo.
De kreeft zei zonder blozen
(want dat kwam later wel):
“Op Armoricaanse wijze,
maar liever niet te snel.”
Anton Eijkens: Vademecum van een liefhebber (05)
wordt vervolgd
kempis.nl poetry magazine
More in: Eijkens, Anton
Anton Eijkens
Vademecum van een liefhebber (04)
In de marge van de menukaart
Crême Agnes Sorel
Zij stond niet aan de martelpaal
noch in de Tweede Kamer,
maar wist, in Karels arm gevlijd,
zich voor ‘s Lands heil bekwamer.
Hiermee is weer eens aangetoond,
dat liefdesspel de moeite loont.
Oxtail Clair
De staart zit meestal aan het eind
en in de punt deszelfs kan steken
niet zelden het bekend venijn
of, om in klaarder taal te spreken:
de winst die men normaliter
verwachten zou in goede jaren,
wordt aan het eind fiscaliter
zo vaak een knoop van duivelsgaren.
Troost u dus met de ossestaart
die onvermengde vreugde baart.
Kangeroestaart-bouillon
Een kangeroe, ach, een kangeroe
is meer dan een brave Hollandse koe.
Hij laat zich goedmoedig om der wille
van een lekker soepje geheel en al villen.
Postuum streelt hij met zijn tedere staart
de verwendste tong op een wenk van de waard.
En waaraan men de ware goedmoedigheid kent:
in zijn eigen buidel steekt hij geen cent.
Een kangeroe, ach, een kangeroe
is meer dan een brave Hollandse koe.
Anton Eijkens: Vademecum van een liefhebber (04)
wordt vervolgd
kempis.nl poetry magazine
More in: Eijkens, Anton
Anton Eijkens
Vademecum van een liefhebber (03)
Gedenkwaardige herbergen
Pastorie Avila di Buia (Italië)
Hoe wisselvallig is het lot
op studieuze reizen.
Soms landt men aan in een woestijn,
soms ook in paradijzen.
Nog met de wierook in de neus
loofden wij ‘t goede leven,
ons vrome pelgrims transalpien
zo rijkelijk gegeven.
Gezegend zij het druivennat
dat onze dorst kwam lessen,
gezegend zij de Lieve Vrouw,
ons aller patronesse.
Gezegend zij Hilaire Belloc
die ons hart zeer verblijdde.
Weet gij nog, beste pastor, wat
wij unisono zeiden?
Wherever a catholic sun does shine
there is always laughter and good red wine,
at least I’ve always found it so:
Benedicamus Domino.
Hostellerie La Pomme d’Or – Oudenaarde (B)
Toen dit huis nog “Den Gouden Appel” heette,
heeft hier – zegt men – de schone Greet van York
op Vlaamse wijs, maar reeds met mes en vork,
konijn in Oudenaarder bier gegeten.
Dankzij de komst van ‘s Zonnekonings Garde
eet nu de burgerman in “La Pomme d’Or”
in een half Vlaams, half Waals aandoend décor
zijn Lapéreau à la Bière d`Audenarde.
Au Grand Zinc – Parijs
Voor wie het nog niet mochten weten:
niets is zo eenzaam als Parijs,
wanneer men er alleen moet eten.
De blanke oesters smaken grijs,
de vork blijft in de biefstuk steken,
‘t dessert is als antarktisch ijs.
Nog vóór de bittere tranen leken,
hoor je van Georges Brassens een lied,
waarbij je hart allicht moet breken:
‘Het zachtste vlees haalt het toch niet
bij ‘t vlees van jouw hals, lieve meidje,
waarvan ik weelderig geniet’.
Dan, meer dan ooit, geloof me, lijd je
aan eenzaamheid. Het gaat voorbij,
jawel, maar ‘t duurt toch wel een tijdje.
Anton Eijkens: Vademecum van een liefhebber (03)
wordt vervolgd
kempis.nl poetry magazine
More in: Brabantia Nostra, Eijkens, Anton
Thank you for reading Fleurs du Mal - magazine for art & literature