Or see the index
Vincent Berquez: Drawing
Vincent Berquez contributes regularly to our art-magazine fleursdumal.nl
________________________________________________________________________
Vincent Berquez is a London–based artist and poet. He has published in Britain, Europe, America and New Zealand. His work is in many anthologies, collections and magazine worldwide. Vincent Berquez was requested to write a Tribute as part of ‘Poems to the American People’ for the Hastings International Poetry Festival for 9/11, read by the mayor of New York at the podium. He has also been commissioned to write a eulogy by the son of Chief Albert Nwanzi Okoluko, the Ogimma Obi of Ogwashi-Uku to commemorate the death of his father. Berquez has been a judge many times, including for Manifold Magazine and had work read as part of Manifold Voices at Waltham Abbey. He has recited many times, including at The Troubadour and the Pitshanger Poets, in London. In 2006 his name was put forward with the Forward Prize for Literature. He recently was awarded a prize with Decanto Magazine. Berquez is now a member of London Voices who meet monthly in London, United Kingdom.
Vincent Berquez has also been collaborating in 07/08 with a Scottish composer and US film maker to produce a song-cycle of seven of his poems for mezzo-soprano and solo piano. These are being recorded at the Royal College of Music under the directorship of the concert pianist, Julian Jacobson. In 2009 he will be contributing 5 poems for the latest edition of A Generation Defining Itself, as well as 3 poems for Eleftheria Lialios’s forthcoming book on wax dolls published in Chicago. He also made poetry films that have been shown at various venues, including a Polish/British festival in London, Jan 07.
As an artist Vincent Berquez has exhibited world wide, winning prizes, such as at the Novum Comum 88’ Competition in Como, Italy. He has worked with an art’s group, called Eins von Hundert, from Cologne, Germany for over 16 years. He has shown his work at the Institute of Art in Chicago, US, as well as many galleries and institutions worldwide. Berquez recently showed his paintings at the Lambs Conduit Festival, took part in a group show called Gazing on Salvation, reciting his poetry for Lent and exhibiting paintings/collages. In October he had a one-man show at Sacred Spaces Gallery with his Christian collages in 2007. In 2008 Vincent Berquez had a solo show of paintings at The Foundlings Museum and in 2011 an exposition with new work in Langham Gallery London.
fleursdumal.nl magazine
More in: Berquez, Vincent, Exhibition Archive, Vincent Berquez
Avondklok
Strooptrage winter. Zangen verwaaien over vermolmd
hout. Er zijn letters genoeg, vertrouwd als postbestellers.
Mensen willen helemaal niet weten waar alles eigenlijk
over gaat. Ze fluiten zachtjes achter reeds gevallen doek,
om ter snelst de lichten dovend. Daar zitten ze dan achter
hun luiken, de legioenen van verdwaalden. Wanneer we niet
uitkijken zullen farizeeërs de wereld erven. Wachtwoorden
kraken. Demontage. Vreemdelingen vermijden frontlijnen,
buiten. Morgen zullen ze in hun opschrijfboekjes plaats
en uur noteren. Er gaan heldere gebeden vuurwaarts, en
het is alsof wat wij doen niet echt is. Men fluistert dat
ondank van een kind nog feller bijt dan addertanden.
Bert Bevers
Zie: https://www.youtube.com/watch?v=u1a3XTWu-gQ
(uit Eigen terrein – Gedichten 1998-2013, Uitgeverij WEL, Bergen op Zoom, 2013)
fleursdumal.nl magazine
More in: Archive A-B, Bevers, Bert
De woedende kraaien verschoonden het bed. Alwéér schone lakens en dekens. De jongen was er erg aan toe. Handen en borst zaten onder de brandblaren. De vrouwen smeerden de wonden in om de pijn te verzachten. Het leek of hij daar helemaal geen last van had. Pijn bestond voor hem niet meer. Hij was al van een andere wereld. De cafémeid, die verlamd en sprakeloos stond in de korte tijd dat dit alles gebeurde, wist zich uit haar verstarring los te maken. Ze holde naar het bed en knielde bij de jongen neer.
Hij kwam niet meer tot rust. Voor zijn ogen zag hij onophoudelijk de beelden van zijn brandende kat. Zijn kat, die men hem nu ook had afgenomen. Hij dacht aan zijn andere dieren. Wilde weten waar ze waren. Riep hun namen. Niemand begreep er iets van. Alleen Céleste, maar die kon het niet over haar hart verkrijgen hem te vertellen dat de adder was vermoord. Dat eigenlijk alleen de buizerd nog leefde. Ze fluisterde in zijn oren dat zij voor zijn dieren zorgde. Dat ze niets te kort waren gekomen, al de tijd dat hij ziek was. En dat ze hem goed zou blijven verzorgen tot hij weer beter zou zijn. Ze zei ook dat de kat er wel bovenop zou komen, al kon ze de woorden nauwelijks over haar lippen krijgen. Gelukkig zag de jongen niet dat Kaffa het verminkte lijk van de kat van het plein droeg. Het kind geloofde Céleste en leek te kalmeren. Hij weerde de kraaien af, die dichterbij wilden komen en die meenden recht op hem te hebben.
Ze wilden niet dat de cafémeid zo intiem met hem was. Omdat de vrouwen niet wilden weggaan, voer de jongen woedend tegen hen uit. Hij spoog naar hen. Met moeite wisten omstanders de kraaien te overreden. Gedwongen hielden ze zich koest en lieten ze de jongen en de cafémeid met rust. Ze voelden zich in hun waardigheid van doodbidsters aangetast en lieten dat duidelijk merken door met de omstanders te ruziën. Céleste greep de handen van de jongen en drukte die tegen haar borst. De kraaien kregen het te kwaad. Alle handelingen van die meid wekten hun woede op. Weer wilden ze naderbij komen, maar de mannen, die hun bemoeizucht kenden, plaatsten zich tussen hen en het bed in en maanden hen tot rust. Veel meer dan de vrouwen voelden de kerels aan dat er tussen die twee iets bestond wat voor het kind van veel groter belang was dan alle zorgen van de kraaien. De jongen klemde Célestes hand als een bankschroef vast en draaide zijn gezicht naar haar toe. Ze zag dat zijn huid blauw wegtrok. Hij bleef haar aankijken. Zijn blik werd wijder en wijder, of hij door alles heen keek. Zijn adem kwam niet meer terug. Hij was dood.
Ton van Reen: Landverbeuren (59)
wordt vervolgd
fleursdumal.nl magazine
More in: - Landverbeuren, Reen, Ton van
Rodin – Claudel
He carves a stone body; each chip removes,
reduces until the whole begins to succumb.
The split in the marble is a slit deep in the grain,
it bleeds crystals for his folly, fighting against him.
His chisel is not a weapon; it does not maim or kill,
it is a tool to improve what can be understood,
it yields to the force of his delicate hand gently.
The female figure becomes a thing of love
justifying its long term existence as art,
beyond our stupid waste, beyond selfishness.
He penetrates as they communion together.
Vincent Berquez poetry
14.11.13
fleursdumal.nl magazine
More in: Archive A-B, Auguste Rodin, Berquez, Vincent, Camille Claudel, Vincent Berquez
Met ontblote bovenlijven liepen de mannen langs het bed en de kraaien. Hadden een paar opmerkingen over voor de vrouwen in het zwart die ze wel of niet konden uitstaan, meestal niet. Want in hun zwarte kleren zagen de kraaien er nauwelijks vrouwelijk uit. Hun doodse rouwjurken maakten hen eerder afschrikwekkend dan aantrekkelijk, voorzover ze nog over een lichaam beschikten dat een vent aansprak. Ze deden er ook niet veel aan om er goed uit te zien. Getrouwd waren ze toch. Daar konden hun kerels niets meer aan veranderen.
Nu het avond werd, kwamen de mannen zoals gewoonlijk uit het hele dorp in de caféhof bij elkaar. In kleine groepjes stonden ze te praten. Of zaten ze op hun hurken en speelden met hun messen. Spelletjes landverbeuren. Over het dorp trok de weeë geur van de vuren op de velden, waar elke avond in de oogsttijd het droge aardappelloof in brand werd gestoken. De rook was hinderlijk, doch beloofde een gezellig einde van de dag. Vooral als het weer wilde meewerken, veroorzaakte de in hun keel brandende lucht veel dorst en die zette het volk tot drinken aan. Dat had vaak een algemene vrolijkheid tot gevolg. De oogsttijd had toch altijd al een feestelijk karakter. De jongen in zijn bed kreeg het moeilijk door de kwalijke dampen. Hij hoestte veel en spuwde klodders bloed over de beddensprei uit. Tot ergernis van de kraaien, wie het gedoe van de jongen begon te vervelen. Meer en meer hing zijn aanwezigheid hen de strot uit. Het zag ernaar uit dat het kind hen voor de gek hield. Veertien dagen niet eten, almaar bloed spuwen en dan nog niet dood. Dat was te gek. Dat hadden ze nooit eerder meegemaakt. En dan al die vuile was en narigheid! Om het uur schone lakens. Welke vrouw zou daar niet knettergek van worden? Plotseling werd de avondrust verstoord door de boskat, die krijsend uit de werkplaats van de timmerman vloog en brandend over het plein buitelde. Het krijsen van de met zichzelf vechtende kat deed de mensen de haren te berge rijzen. Met de dood in het lijf rolde de kermende bal vuur over het plein, maar de vlammen doofden niet en sloegen steeds weer op uit het kleine lijf. Met een vuile grijns op zijn gezicht zat de timmerman achter het dier aan. Met een lat sloeg hij op de brandende kat in, de hemel prijzend dat hij weer een van die verrekte dieren van de jongen te pakken had gekregen. Het dier was zo dom geweest om zich in de werkplaats te verbergen.
Als de kat haar hersens had gebruikt, had ze kunnen weten dat de timmerman haar daar ooit zou vinden, in de olie zou soppen en in de fik zou steken. Ze was niet meer te redden. De jongen in bed hoorde zijn kat huilen. Hij schoot overeind en gilde. Sloeg wild met zijn armen. Zag in een heldere vlaag zijn getemde boskat, door het dodelijke vuur omarmd. Hij riep het beest. De kat herkende zijn stem en zette koers naar het bed, een brandend spoor achterlatend, en vloog met een vaart op dekens en sprei. Bij het zien van dit eigenlijk ontroerende tafereel vielen de kraaien in onmacht. De jongen kwam onder de lakens uit en drukte de kat tegen zich aan. Met het dier in zijn armen viel hij uit bed. De toegesnelde mannen hadden al hun kracht nodig om de kat uit de armen van de jongen los te trekken en het vuur uit zijn pyjama te slaan. De jongen, die al zoveel had geleden, kende de pijn van het vuur niet meer. Alleen de pijn van verlatenheid en ellende, die hem in het krijsen van zijn boskat zo had getroffen. Hij gilde hard en sloeg met een kracht van zich af die men hem niet meer had toebedacht. Kaffa was van zijn plaats opgevlogen. Hij zag de hopeloze strijd van de kat. De tranen sprongen in zijn ogen. Om de kat uit zijn lijden te verlossen dacht hij niet lang na, greep het dier en sloeg het tegen de meidoorn de hersens in. Toen richtte hij zijn aandacht op de timmerman. De bruut moest maken dat hij wegkwam, want Kaffa leek in staat hem af te maken. De man vluchtte zijn werkplaats in en deed voor de zekerheid de deur achter zich op slot.
Ton van Reen: Landverbeuren (58)
wordt vervolgd
fleursdumal.nl magazine
More in: - Landverbeuren, Reen, Ton van
Selfie
van Gerrit Achterberg
Hoe zal nu in het huis de stilte zijn?
Val ik tezamen met uw lijn?
Mijn ledematen worden van ivoor.
Ik ben bij u gekomen, binnendoor.
Nooit was ik zo geheel en zo bijeen
terechtgekomen, ogen wijd uiteen.
Ontschorste bomen liggen aan de kant.
God heeft een buiten- en een binnenkant.
Bert Bevers
Hoe zal nu in het huis de stilte zijn? is een sample uit Distantie
Val ik tezamen met uw lijn? is een sample uit 13
Mijn ledematen worden van ivoor. is een sample uit Smaragd
Ik ben bij u gekomen, binnendoor. is een sample uit Oculair
Nooit was ik zo geheel en zo bijeen. is een sample uit Tracé
Terechtgekomen, ogen wijd uiteen is een sample uit Lucifer
Ontschorste bomen liggen aan de kant is een bijna-sample uit Station
God heeft een buiten- en een binnenkant. is een sample uit Reflexie
(verschenen in de bloemlezing Je tikt er tegen en het zingt – Gedichten over Gerrit Achterberg Samenstelling Hannie Rouweler en Gerhard Te Winkel, voorwoord Nicole Van Overstraeten. Demer Uitgeverij, Leusden, oktober 2015)
fleursdumal.nl magazine
More in: Achterberg, Gerrit, Archive A-B, Bevers, Bert
Zelfs opoe Ramesz leek ervan te schrikken en greep met beide handen naar haar oren. De bakker laadde het overgebleven brood uit de wagen en joeg het paard naar de wei. Voor hem zat de dagtaak erop. Ook de slager sloot de deur van zijn winkel en droeg het vlees uit de toonbank naar de kelder.
Daarna deed hij de stal op slot, waarin hij de biggen had ondergebracht die de volgende dag de varkenshemel in zouden gaan. Hij haalde een fles bier uit de keuken en ging op de stoep voor zijn winkel zitten uitblazen, zijn schort nog voor, zijn kleding onder de bloedvlekken. Alleen opoe Ramesz bracht nog wat leven op het plein door zo nu en dan op haar stoofje te stampen. Ze bracht meer vrolijke geluiden voort dan anders. Ze leek plotseling veel plezier in het leven te hebben. Meer dan de vier kaarters die nu te dronken waren om nog te kunnen spelen en die versuft in hun stoelen hingen en op hun kleren kwijlden. De oude mannen wisten van de wereld geen kwaad meer. Voelden zich nauwelijks nog aanwezig op het plein. En hadden er helemaal geen idee van dat dicht bij hen een kind op sterven lag. De jongen was wakker geworden door het rammelen van de bakkerskar. Hij huilde. De kraaien, die hier en daar een praatje stonden te maken, keerden terug naar het bed. Ze zagen dat hij rochelde en bloed spuwde. De witte sprei zat onder de rode vlekken. Dat wekte de ergernis van de vrouwen op. De jongen bezorgde hun veel hoofdbrekens. Hij hoorde er netjes bij te liggen, al lag hij dan op sterven. Ook het oog wilde wat. En daarom verschoonden ze voor de zoveelste keer zijn lakens. In Solde hoorde men proper te sterven, zelfs zo’n bengel van een jongen.
De boeren kwamen thuis van het land. Ze reden hun karren de schuren in en stapelden de zakken aardappels op. Anderen dreven hun koeien naar de pomp. Traag sjokten de dieren naar de drinkgoot, moe en lusteloos alsof ze het leven ook maar moesten uitdienen. Net of ze er weet van hadden dat ze ooit, in moten verdeeld, in de winkel van slager Azurri zouden eindigen. Zelfs het koele water bleek niet bij machte de duistere voorgevoelens uit hun koppen te verdrijven. Ze hieven hun staart op, plaatsten hun achterpoten uit elkaar en zeikten terwijl ze hun pensen vol zopen. Daarna liepen ze uit zichzelf naar de stallen, waar ze werden gemolken en aan kettingen werden gelegd. Plotseling zag Kaffa dat een van de koeien vreemd met haar kop draaide, door de benen zakte en met het schuim op de bek op de grond viel. Kaffa liet zijn mes vallen, rende naar de koe en knielde erbij neer. De tong hing uit de bek. De ogen draaiden. Ook de slager zag dat de koe het te kwaad had. Wat mankeerde dat beest? Mond-en-klauwzeer? Miltvuur? Azurri zag het met welgevallen. De koe was reddeloos verloren, ook al zou de boer al het mogelijke doen om het dier op te lappen. Een koe die erbij ging liggen, had zich al overgegeven aan de dood. Met een kennersblik schatte de slager dat het beest nog enkele dagen te leven had. Wellicht zou hij het al eerder onder het mes krijgen. Voor een koopje. Als boeren hem vee aanboden dat spoedig dood zou gaan, kon hij best een stuk onder de prijs betalen. Ze konden er toch nergens anders mee heen. Met een ziek dier was niet te leuren. De boer, die blijkbaar nog niet wilde weten dat de koe verloren was, knuppelde het dier genadeloos overeind en sloeg het de stal in. Na hun werk wasten de mannen zich bij de pompbak. Ze waren moe. Het koele water friste hen op. Ze praatten opgewekt. Dagelijkse praat over de oogst, de beesten, de prijs van de melk, en vooral de droogte die het maar niet liet afweten. Ze letten niet op het zieke kind dat hun luidruchtige taal goed kon horen maar niet meer de betekenis ervan begreep. Niemand kon het die boeren kwalijk nemen dat ze weinig interesse voor de jongen toonden. Tenslotte lag hij al weken zo. En wie zei dat hij doodging?
Ton van Reen: Landverbeuren (57)
wordt vervolgd
fleursdumal.nl magazine
More in: - Landverbeuren, Reen, Ton van
Regieaanwijzingen
Bij de extra’s van The Return van Andrjej Zvjagintsev
(de ondertiteling daarvan)
I
Een stukje van de grond,
en dan doen we dezelfde zon.
Vertel me, wat versta je onder nacht?
Wel, wat versta je onder nacht?
Naar mijn mening dit: als de zon ondergaat.
Dat is niet conventioneel.
II
Het licht van het vuur kan niet op hem schijnen.
Ik kan je niet verstaan.
Misschien is de andere kant beter?
Zie je dat?
Ik zie het!
Niet ademen.
Ga asjeblieft naar de boot.
We gaan bewegen.
III
Misschien is dit niet genoeg.
Doe het zo. Zo is het genoeg.
Het water is trouwens warm.
Iedereen op zijn plaats.
Niet omkijken!
Wees voorzichtig, maar niet waterschuw.
(later)
Dat was het jongens. Kom maar terug.
Bert Bevers
(Eerder verschenen op Versindaba, Stellenbosch, januari 2015)
fleursdumal.nl magazine
More in: Archive A-B, Bevers, Bert
Begin 2016 organiseert het Nederlands Letterenfonds in samenwerking met Stichting Schrijvers School Samenleving (SSS) voor de derde keer op rij de actie ‘Boek een dichter’. Inzet is om gedurende de hele maand januari en de Poëzieweek zo veel mogelijk dichters te laten optreden. Boekhandels, bibliotheken en scholen kunnen – via SSS – dichters boeken tegen een extra aantrekkelijk Poëzieweektarief.
De actie ‘Boek een dichter’ wordt ondersteund door een brochure voor de boekhandel en bibliotheek die in samenwerking met de CPNB en het Vlaams Fonds voor de Letteren is samengesteld. Hierin worden tien recente Nederlandse en Vlaams dichtbundels uitgelicht, waaronder werk van Charlotte Van Den Broeck, Ellen Deckwitz en Ingmar Heytze. Douwe Draaisma leidt de brochure in met een beschouwing over het thema van de Poëzieweek: herinneringen.
Geïnteresseerde boekhandels, bibliotheken en scholen uit Nederland kunnen contact opnemen met SSS, per mail: info@sss.nl of telefonisch op 020 623 49 23.
Vlaamse boekhandels kunnen contact opnemen met het Vlaams Fonds voor de Letteren.
De Poëzieweek 2016 loopt van 28 januari tot en met 3 februari. Stefan Hertmans schrijft het Poëziegeschenk. Dit krijgt u van de boekhandel cadeau bij aankoop van een gedichtenbundel ter waarde van tenminste € 12,50. Meer informatie over de Poëzieweek is te vinden op poezieweek.com.
In de afgelopen jaren nam door de actie ‘Boek een dichter’ het aantal optredens van dichters toe. De eerste editie van ‘Boek een dichter’ zorgde voor een toename van 15% van het aantal poëzievoordrachten; in totaal werden 74 optredens geboekt. Bij de tweede editie, begin 2015 was er een toename van 30%: in totaal vonden 96 optredens plaats op podia in de Nederlandse bibliotheken, boekwinkels en scholen.
Boek een dichter – Tijdens de Poëzieweek én de hele maand januari 2016
Over het Nederlands Letterenfonds:
Het Nederlands Letterenfonds stimuleert, door middel van beurzen en subsidies aan schrijvers, vertalers, uitgevers en festivals, de kwaliteit en diversiteit in de literatuur en draagt bij aan de verspreiding en promotie van de Nederlands- en Friestalige literatuur in binnen- en buitenland.
# meer informatie op website www.letterenfonds.nl
Over SSS:
Schrijvers School Samenleving bemiddelt bij het organiseren van lezingen door schrijvers. Ook geven wij advies bij de keuze van de schrijver, de inhoud en organisatie van het programma. SSS beoogt een bijdrage te leveren aan het verbeteren van de leescultuur.
# meer informatie op website www.sss.nl
fleursdumal.nl digital magazine
More in: Art & Literature News, MODERN POETRY, POETRY ARCHIVE, Poëzieweek, The talk of the town
Overvloed
In de naslaap waad ik langzaam water
in. Dat doe ik nooit. Als ik me druipend
afvraag wat ik hier te doen sta verrijs jij.
Met het jonge slanke lichaam dat ik ken
van oude foto’s, gekartelrand en al, maar
met het hoofd dat ik zo zachtjes streelde
toen je bijna aan je laatste adem. Weet je
nog? Je glimlacht. “Wat krijgen we nou?
Jij gaf toch helemaal niets om zwemmen,
jongen?” zeg je. En je drukt me nat tegen
je borst die zo op de mijne lijkt. “Dag pa,”
zeg ik. “Dag papa. Waar ben je al die tijd?”
Bert Bevers
Abundancia
Adormilado lentamente cruzo por el agua.
Una experiencia nueva. Cuando empapado me pregunto
qué hago yo aquí tú resucitas.
Con este cuerpo joven y delgado que conozco
de antiguas fotos enmarcadas, con
la cabeza que suavemente te acaricié
cuando casi no podías respirar más. ¿Te acuerdas?
Te sonríes. “¿Qué occurre?
No te gustaba nada, ¿verdad
hijo mío?” me dices. Y me aprietas mojado
contra tu pecho que se parece al mío. “Hola padre,”
yo digo. “Hola papa. ¿Dónde estuviste todo este tiempo?”
Gedicht Bert Bevers
Vertaald naar het Spaans door Frank Decerf
fleursdumal.nl digital magazine
More in: Archive A-B, Overvloed, TRANSLATION ARCHIVE
John Reinhart: An arsonist by trade, eccentric by avocation, John Reinhart lives in Colorado with his wife and children, and beasts aplenty, including a dog, cat, duck, goats, chickens, and probably mice. His poetry has recently been published in Interfictions, Star*Line, Moon Pigeon Press, and Charles Christian’s Grievous Angel. More of his work is available at http://home.hampshire.edu/~jcr00/reinhart.html
John Reinhart: inspection
johnreinhart@hotmail.com
Arsonist, Versifier
digital magazine fleursdumal.nl
More in: Archive Q-R, John Reinhart, Reinhart, John
Overvloed
In de naslaap waad ik langzaam water
in. Dat doe ik nooit. Als ik me druipend
afvraag wat ik hier te doen sta verrijs jij.
Met het jonge slanke lichaam dat ik ken
van oude foto’s, gekartelrand en al, maar
met het hoofd dat ik zo zachtjes streelde
toen je bijna aan je laatste adem. Weet je
nog? Je glimlacht. “Wat krijgen we nou?
Jij gaf toch helemaal niets om zwemmen,
jongen?” zeg je. En je drukt me nat tegen
je borst die zo op de mijne lijkt. “Dag pa,”
zeg ik. “Dag papa. Waar ben je al die tijd?”
Bert Bevers
Revărsare
Ȋn somnul de apoi, înaintam cu greu prin
apă. Nu mi se întâmplă niciodată. Eram șiroare tot
și mă ȋntrebam ce caut. Atunci ai ȋnviat.
Cu trupul zvelt și tânăr, pe care-l știu
din vechile poze de album, cu zimți –
dar totuși te mângâiam ușor pe cap,
ca și cum ai fi fost pe patul de moarte.
Ȋţi amintești? Zȃmbeai. „Ce avem noi aici?
Dar ție nu ȋţi pasă deloc de ȋnot,
măi băiete?“ Așa ziceai. Și m-ai strȃns la piept,
numai șiroaie, ca și mine. „Bun găsit, tati!“
„Bun găsit, tăticule! Unde ai fost ȋn tot acest timp?“
Gedicht Bert Bevers
Vertaald naar het Roemeens Alexandra Raluca Ciobanu Universitatea din București
fleursdumal.nl magazine
More in: Archive A-B, Overvloed, TRANSLATION ARCHIVE
Thank you for reading Fleurs du Mal - magazine for art & literature