Or see the index
Heinrich von Kleist
(1777-1811)
Für Adolfine Henriette Vogel
Mein Jettchen, mein Herzchen, mein Liebes, mein
Täubchen, mein Leben, mein liebes süßes Leben,
mein Lebenslicht, mein Alles, mein Hab und Gut,
meine Schlösser, Äcker, Wiesen und Weinberge, o
Sonne meines Lebens, Sonne, Mond und Sterne, Him-
mel und Erde, meine Vergangenheit und Zukunft,
meine Braut, mein Mädchen, meine liebe Freundin,
mein Innerstes, mein Herzblut, meine Eingeweide,
mein Augenstern, o, Liebste, wie nenn ich Dich?
Mein Goldkind, meine Perle, mein Edelstein, meine
Krone, meine Königin und Kaiserin. Du lieber Lieb-
ling, meines Herzens, mein Höchstes und Teuerstes,
mein Alles und Jedes, mein Weib, meine Hochzeit,
die Taufe meiner Kinder, mein Trauerspiel, mein
Nachruhm. Ach Du bist mein zweites besseres Ich,
meine Tugenden, meine Verdienste, meine Hoffnung,
die Vergebung meiner Sünden, meine Zukunft und
Seligkeit, o, Himmelstöchterchen, mein Gotteskind,
meine Fürsprecherin und Fürbitterin, mein Schutzen-
gel, mein Cherubim und Seraph, wie lieb ich Dich! –
[Berlin, November 1811]
Heinrich von Kleist poetry
fleursdumal.nl magazine
More in: Archive K-L, Kleist, Heinrich von
Sonja Prins
(1912-2009)
Geen stem
geen stem in de wolkbreuk de plotselinge waterval
van de daken glijdend
druipende steen met hun zoute tongen
verwoest o geen stem
onder het afdak
geen oog en geen beeld en geen godheid
buiten het raam
wuivende takken en de echo van een licht
over de grond kruipend
nee een stroom wild
rode robijn
een wilde stroom
en het daglicht dat opstijgt
in de kuil van de zee
die het land omvademt
geen stem maar hij komt
hij komt kruipend
(uit ‘Nieuwe proeve in strategie’ van Sonja Prins, 1912)
Sonja Prins poetry
kempis.nl poetry magazine
More in: Archive O-P
Theodor Fontane
(1819–1898)
Der echte Dichter
(Wie man sich früher ihn dachte)
Ein Dichter, ein echter, der Lyrik betreibt,
Mit einer Köchin ist er beweibt,
Seine Kinder sind schmuddlig und unerzogen,
Kommt der Mietszettelmann, so wird tüchtig gelogen,
Gelogen, gemogelt wird überhaupt viel,
»Fabulieren« ist ja Zweck und Ziel.
Und ist er gekämmt und gewaschen zuzeiten,
So schafft das nur Verlegenheiten,
Und ist er gar ohne Wechsel und Schulden
Und empfängt er pro Zeile ‘nen halben Gulden
Oder pendeln ihm Orden am Frack hin und her,
So ist er gar kein Dichter mehr,
Eines echten Dichters eigenste Welt
Ist der Himmel und – ein Zigeunerzelt.
Theodor Fontane poetry
kempis.nl poetry magazine
More in: Archive E-F, Theodor Fontane
William Shakespeare
(1564-1616)
THE SONNETS
128
How oft when thou, my music, music play’st,
Upon that blessed wood whose motion sounds
With thy sweet fingers when thou gently sway’st
The wiry concord that mine ear confounds,
Do I envy those jacks that nimble leap,
To kiss the tender inward of thy hand,
Whilst my poor lips which should that harvest reap,
At the wood’s boldness by thee blushing stand.
To be so tickled they would change their state
And situation with those dancing chips,
O’er whom thy fingers walk with gentle gait,
Making dead wood more blest than living lips,
Since saucy jacks so happy are in this,
Give them thy fingers, me thy lips to kiss.
kempis.nl poetry magazine
More in: -Shakespeare Sonnets
Musici en dichters aan huis in Maastricht
zondag 13 mei 2012 – aanvang 12:30
Muziek en poëzie
Op zondagmiddag 13 mei verzorgen zeven musici (waaronder een duo) van het Conservatorium Maastricht én zes dichters een intieme voordracht met muziek en poëzie in zes Maastrichtse huiskamers in de nabije omgeving van Conservatorium Maastricht.
Benno Barnard, Frans Budé, Emma Crebolder, Quirien van Haelen, Paul Hermans en Hagar Peeters komen uit alle windstreken om zondagmiddag 13 mei voor te dragen uit eigen werk. Iedere dichter zorgt met samen met een student of alumnus van het Conservatorium Maastricht voor een muzikale poëtische voorstelling in intieme setting.
Het openingsconcert vindt plaats om 12.30 uur in de Willem Hijstekzaal van het Conservatorium. Masterstudent Jesse Passenier combineert samen met zijn Broad Music Orchestra op een prachtige manier poëzie, klassieke muziek en jazz/pop muziek in hun voorstelling ‘Nos Pères’. Het orkest bestaat veelal uit alumni en studenten van het Conservatorium.
Na de opening in het Conservatorium, beginnen de voordrachten om 14.00 uur en 15.30 uur in zes Maastrichtse huiskamers nabij het Conservatorium. U kiest twee van de zes voorstellingen uit en stelt daarmee uw eigen route samen. Tijdens elke voordracht luistert u ongeveer 15 minuten naar muziek en 15 minuten naar poëzie. Daarna is er nog gelegenheid tot een kort gesprek met de dichter en de musicus, waarna u een andere locatie kunt bezoeken.
Toegang en reserveren: Kaarten (die tevens het programma en een plattegrond bevatten) zijn op de dag zelf te koop aan de balie van Conservatorium Maastricht, Bonnefantenstraat 15, Maastricht. Ook kunt u vooraf per e-mail reserveren: reservering.conservatorium@zuyd.nl. Een passe-partout kost €15; voor studenten op vertoon van studentenkaart €5. Het passe-partout geeft toegang tot het openingsconcert én twee optredens van een dichter/ musicus op locatie. Een los ticket voor het openingsconcert kost €7,50.
Dichter Leo Herberghs schreef speciaal voor het jubilerend Conservatorium Maastricht een gedicht. Het is tot eind 2012 te bewonderen: het prijkt levensgroot op de zijgevel van het hoofdgebouw aan de Bonnefantenstraat 15. Ook vanaf het Academieplein is het goed zichtbaar.
Musici en dichters aan huis in Maastricht zondag 13 mei 2012
fleursdumal.nl magazine
More in: Art & Literature News, Literary Events, Peeters, Hagar, The talk of the town
Nick J. Swarth
Mijn onsterfelijke lever (een winterverhaal)
1. Het is geen broodje aap, boef.
Het is een straat die op de kaart staat, gewoon,
die je nooit neemt
(omdat je het niet waard bent
genomen te worden > BLING = KING
& YOU’RE A QUEEN!
Kom, til gerust de deken op, ik heb niets op mijn
onsterfelijke lever. De lucht is bruin, het denken
dief. Schrompel, Schram & Schrot.
Krostovič, heb je hier telefoon?
Nee, maar d’r is een cel om de hoek.
Ik ga even bellen. Als ie grappen uithaalt, schieten.
O.K. Nick.
You must be 18+ to read this poem.
If you are not 18+ please close your eyes.
2. Koppen freest de kou,
een heer van sneeuw, sneeuwsoldaatjes, verstoken
van buit.
Schrompel, Schram & Schrot, Ave, Ade (van
de opmerkelijkste mummies zijn er enkele bij toeval
toeval geconserveerd
Niemand bewaakte de maag
Niemand hield de darmen vast
Niemand hield een oogje op de longen
Niemand woog het hart, de onsterfelijke lever
Geen barst, geen biet, geen zier
snars noch sikkepit, moer noch fluit.
Verse maden
haalt de visser
uit de muur 24/7 om de hoek bij de dierenspeciaalzaak
O GEKKIE
JE BEKKIE
EEN STEKKIE VAN STEEN!
3. Zum Korken, overgeleverd aan koffie & brein. Helen
clandestien. Op het scherm een gier, geluidloos een buik
vlies doordringend.
O, die, ja, die. Die, die lag een dag voor pampus,
kop in de kattenbak, benen wijd
(op z’n Mexicaans, meneer, uit de hand, meneer
knalden de knapen een kapitaal aan pijlen de lucht in &
bestookten elkaar met rotjes, daarna), ‘s anderendaags
het beesten
een kreng
dat nekloos ploegde door de vorstkorst
& in de Obstquelle
kleumend foerageerde
tussen voor het doordraaien
behoed fruit DRIE mango’s voor EEN enkele euro!
Productinformatie uit den boze
in het buisverlichte kot. Alle appels heten er ‘appel’
alle peren ‘peer’
alle aardappelen ‘aardappel’
en als ze pijn zouden verkopen heette het simpelweg
‘pijn’, alle pijn, ook de lekkere. Met een beetje geluk
heb je er een koopje aan, in het andere geval keil je
de zak in de container
& ga je morgen weer. Schrompel, Schram & Schrot.
(uit: Nick J. Swarth: MIJN ONSTERFELIJKE LEVER. Gedichten & tekeningen. Uitgeverij IJzer, Utrecht | 2012. ISBN 978 90 8684 086 1 – NUR 305 – Paperback, 64 blz. Prijs: € 10)
Nick J. Swarth’s nieuwe bundel heet Mijn onsterflijke lever (Uitgeverij IJzer, mei 2012). Eerder verscheen in druk: ¡Mondo Manga’ (gedichten); Horror Vacui | een docudrama in 14 staties, verslag van een schandaalverwekkend kunstproject; Naked City Poems (stadsgedichten); Vier zure zultsculpturen (grafiekmap); De napalmsessies (bundel-dvd). Voorganger van het guerrilla rock trio Betonfraktion. Swarth is voorts actief in Zwarte Vleugels, dat voorstellingen maakt op basis van een rock-’n-roll-dramaturgie. Zie voor meer informatie: www.swarth.nl.
nick j. swarth poetry
fleursdumal.nl poetry magazine
More in: 4SEASONS#Winter, Archive S-T, Swarth, Nick J.
Presentatie nieuwe dichtbundel Nick J. Swarth
Mijn onsterfelijke lever
Op woensdag 16 mei 2012 vindt de presentatie plaats van de nieuwe dichtbundel van Nick J. Swarth, ‘Mijn onsterfelijke lever’ (Uitgeverij IJzer, Utrecht). De dichtbundel kwam mede tot stand dankzij de steun van 73 donateurs, die een bijdrage leverden op voordekunst.nl, een site voor crowdfunding. Dankzij hen is ‘Mijn onsterfelijke lever’ in de boekhandel verkrijgbaar aan een uiterst scherpe prijs: EUR 10.
De lancering vindt plaats in Paradox, Telegraafstraat 62, 5038 BM Tilburg. Daar kan men terecht vanaf 20:00. Aanvang 20:30.
De presentatie van de avond is in de capabele handen van ‘juffrouw’ Janine Ensslin. Ze stond eerder garant voor het geslaagde crowdfunding-traject, dat de bundel mede mogelijk maakte. Zij zal onder andere spreken met Efrat Zehavi. Deze in Rotterdam woonachtige beeldende kunstenares werkt aan een animatiefilm op basis van teksten van Swarth. In Paradox toont zij de eerste resultaten van dit work in progress.
De dichter zelf treedt ook voor het voetlicht. Hij draagt een aantal kakelverse teksten voor, daarin bijgestaan op gitaar door instant composer Frank Crijns.
En omdat zo’n bundelpresentatie toch een feestje is, wordt de avond afgesloten met een vitaal optreden van de band Zibabu. Zibabu wortelt in de underground en treedt doorgaans op in kraakpanden, of tijdens demonstraties, spoorblokkades en wat dies meer zij. Rocking On Burning Barricades. Gedreven, vuurvast en voor geen gat te vangen. Unplugg your brain, baby!
Nick J. Swarth is dichter en performer. Werk in druk: ‘¡Mondo Manga!’ (gedichten, 2010); ‘Horror Vacui’, registratie van een schandaalverwekkend kunstproject (i.s.m. J. de Leijer, 2008); ‘Naked City Poems’ (stadsgedichten, 2007); ‘De napalmsessies’ (bundel-dvd, 2005). Swarth is de voice ‘n’ noise van het illustere guerrilla rock trio Betonfraktion. I.s.m. typograaf Sander Neijnens verwezenlijkte hij ‘Plekgedichten’ in de openbare ruimte.
Nick J. Swarth
MIJN ONSTERFELIJKE LEVER
Gedichten & tekeningen
Omslagontwerp: Nick J. Swarth
Foto’s omslag: Nick J. Swarth
Typografie: Bureau Vanbinnen
Uitgeverij IJzer, Utrecht | 2012
ISBN 978 90 8684 086 1
NUR 305
Paperback, 64 blz
Prijs: € 10
MIJN ONSTERFELIJKE LEVER werd mogelijk gemaakt door de 73 donateurs die hun geloof in de maker en zijn werk kracht bijzetten op Voordekunst.nl
fleursdumal.nl magazine
More in: Archive S-T, Swarth, Nick J.
Ton van Reen
vannacht
Vannacht
zijn wij
over het ijs gelopen
er was
een vale maan
die traag
langs zijn koude licht
naar beneden schreed
jouw mistige adem
tekende draden
over je bedroomd
gezicht
schiep een waaiend
mozaïek
van zomaar
bij elkaar gezette
brandende
kaarsen
daartussen leek het
of de haren
rond je ogen
in kool getekend waren
de maan werd
een zware magneet
die de ijzeren deuren
in mijn hart
opentrok
later
heb ik jou
over de schuimsneeuwen
drempel van mijn huis
gedragen
Uit: Ton van Reen, Blijvend vers, Verzamelde gedichten (1965-2007). Uitgeverij De Contrabas, 2011, ISBN 9789079432462, 144 pagina’s, paperback
kempis.nl poetry magazine
More in: Archive Q-R, Reen, Ton van
Hans Lodeizen
(1924-1950)
Toen ik nog . . .
(fragment)
ik heb zijn handen een hand gegeven
ik ben in zijn ogen gevangen
ik ben in zijn oren verward
ik ben in zijn lichaam verdwaald
in zijn lichaam verdronken.
Hans Lodeizen poetry
fleursdumal.nl magazine
More in: Archive K-L
William Shakespeare
(1564-1616)
THE SONNETS
127
In the old age black was not counted fair,
Or if it were it bore not beauty’s name:
But now is black beauty’s successive heir,
And beauty slandered with a bastard shame,
For since each hand hath put on nature’s power,
Fairing the foul with art’s false borrowed face,
Sweet beauty hath no name no holy bower,
But is profaned, if not lives in disgrace.
Therefore my mistress’ eyes are raven black,
Her eyes so suited, and they mourners seem,
At such who not born fair no beauty lack,
Slandering creation with a false esteem,
Yet so they mourn becoming of their woe,
That every tongue says beauty should look so.
kempis.nl poetry magazine
More in: -Shakespeare Sonnets
Jan Campert
(1902- 1943)
Het lied der achttien doden
Een cel is maar twee meter lang
en nauw twee meter breed,
wel kleiner nog is het stuk grond,
dat ik nu nog niet weet,
maar waar ik naamloos rusten zal,
mijn makkers bovendien,
wij waren achttien in getal,
geen zal de avond zien.
O lieflijkheid van licht en land,
van Hollands vrije kust,
eens door de vijand overmand
had ik geen uur meer rust.
Wat kan een man oprecht en trouw,
nog doen in zulk een tijd ?
Hij kust zijn kind, hij kust zijn vrouw
en strijd den ijlden strijd.
Ik wist de taak die ik begon,
een taak van moeite zwaar,
maar ‘t hart dat het niet laten kon
schuwt nimmer het gevaar;
het weet hoe eenmaal in dit land
de vrijheid werd geëerd,
voordat de vloekbre schennershand
het anders heeft begeerd.
Voordat die eeden breekt en bralt
het miss’lijk stuk bestond
en Holland’s landen binnenvalt
en brandschat zijnen grond;
voordat die aanspraak maakt op eer
en zulk Germaans gerief
ons volk dwong onder zijn beheer
en plunderde als een dief.
De Rattenvanger van Berlijn
pijpt nu zijn melodie, –
zoo waar als ik straks dood zal zijn,
de liefste niet meer zie
en niet meer breken zal het brood
en slapen mag met haar –
verwerp al wat hij biedt of bood
die sluwe vogelaar.
Gedenk die deze woorden leest
mijn makkers in den nood
en die hen nastaan ‘t allermeest
in hunnen rampspoed groot,
gelijk ook wij hebben gedacht
aan eigen land en volk –
er daagt een dag na elke nacht,
voorbij trekt iedre wolk.
Ik zie hoe ‘t eerste morgenlicht
door ‘t hooge venster draalt.
Mijn God, maak mij het sterven licht –
en zoo ik heb gefaald
gelijk een elk wel falen kan,
schenk mijn dan Uw genâ,
opdat ik heenga als een man
als ik voor de loopen sta.
Jan Campert (1902-1943): Nederlands letterkundige, journalist en dichter, werd gearresteerd wegens hulp aan joden en ter dood gebracht te Neuengamme. Toen Campert op 5 maart 1941 de Duitse bekendmaking las over de voltrokken doodvonnissen van vijftien verzetslieden van de illegale groep De Geuzen en drie stakers van de Februaristaking, schreef hij het gedicht De achttien dooden.
Bernardus IJzerdraad (49 jaar), gobelinrestaurateur
Jan Kijne (46 jaar), vertegenwoordiger
Ary Kop (40 jaar), verzekeringsagent
Jacob van der Ende (22 jaar), schilder
Leendert Keesmaat (29 jaar), onderwijzer
Hendrik Wielenga (37 jaar), electrotechnicus
Johannes Smit (30 jaar), monteur
Frans Rietveld (36 jaar), slijper
Leendert Langstraat (31 jaar), machinebankwerker
Jan Wernard van den Bergh (47 jaar), slijper
Albertus Johannes de Haas (37 jaar), metaalgieter
Reijer Bastiaan van der Borden (32 jaar), hulppolitieagent
Nicolaas Arie van der Burg (36 jaar), vertegenwoordiger
George de Boon (21 jaar), metaalbewerker
Dirk Kouvenhoven (24 jaar), stoker
E. Hellendoorn
Hermanus Mattheus Hendricus Coenradi, elektricien
J. Eyl
Jan Campert poetry
fleursdumal.nl magazine
More in: *War Poetry Archive, Archive C-D, Campert, Remco, REPRESSION OF WRITERS, JOURNALISTS & ARTISTS
Stabilitas loci
Lamellen breken zonlicht. Buiten ballen kinderen.
Ik kan ze horen, vreugdekreetjes om ik weet niet wat.
De kamer droomt hartgrondig dat zij een kajuit is.
Op straat speelt het leven zich af als een parodie
op zichzelf. In boodschappentassen herkennen
tussen karton ajuin en prei zich als verre verwanten.
Lippen praten elkaar naar de mond met woorden
leeg als kraters. In de verte stap iemand een kerk binnen.
Dezelfde wereld is er anders voor wie zich welkom weet.
Hier zwijgt de telefoon met het ritme van een goederentrein.
Ik huiver van begrip: nooit is het te laat om te blijven
waar men is. Nooit te laat is het. Het is altijd tijd.
Bert Bevers
(uit Afglans – Gedichten 1972-1997, uitgeverij WEL, Bergen op Zoom, 1997, ISBN 90 6230 080 4)
kempis.nl poetry magazine
More in: Bevers, Bert
Thank you for reading Fleurs du Mal - magazine for art & literature