Or see the index
Frans Babylon
(Frans Obers 1924-1968)
In memoriam fratris
Een knaap nog, met serene dromen,
die hij verbeten, fier behield,
want hij verlangde gans bezield
in God te worden opgenomen.
Hij proefde angstig ’s levens druiven
en kussen, droef om hun tekort,
“Misschien dat ik nog monnik word,”
zei hij voor ’t laatste afscheid-wuiven.
En toen een avond was bezonken
in ’t jeugdland met zijn wijd verschiet,
wou hij weer zwemmen bij het riet,
maar is in de eeuwigheid verdronken.
O ouderpaar, verwanten, vrinden
en meisje, dat zijn beeld behoedt,
vertrouwt dat hij ons nu voorgoed
als hemels edelknaap zal binden.
(Gedachtenisprentje Leo Obers, 1951)
Frans Babylon poetry
kempis.nl poetry magazine
More in: Archive A-B, Babylon, Frans
Frans Babylon
(Frans Obers 1924-1968)
Mijn muze
Nog altijd draagt mijn muze haar korsetje
van tucht en rijmdwang, ook al knelt het strak
en heeft zij aan de strenge normen lak,
gewend aan menig bandeloos verzetje.
Zo bloot en dartel in ’t gespreide bedje
heeft zij voor kapriolen zeer een zwak,
maar pleegt toch volgens de regels van het vak
ons minnespel op maten van ’t sonnetje.
Door haar kan ik de tucht en ontucht rijmen
in zwakke strofen zonder veel geheimen;
de vrijheid triomfeert dank zij de dwang.
Mijn speelse muze prikkelt om te vlijmen
en laat zich dan –per slot- door sperma lijmen,
al duurt genot slechts veertien regels lang.
(Distels en doornen. Humor- en hekelsonnetten, 1959)
Frans Babylon poetry
kempis.nl poetry magazine
More in: Archive A-B, Babylon, Frans
Poëthement Eindhoven
Herdenking Frans Babylon
21 augustus 2011 is het 43 jaar geleden dat dichter en kunstpromotor Frans Babylon op tragische wijze stierf. Ter ere van hem organiseert Poëthement de eerste van een jaarlijks terugkerend memoriam-podium onder de naam BOEKENKAST. Een literair podium met de kans familie en vrienden van de overleden dichter te ontmoeten.
Frans Babylon is geboren in Deurne als F.G.J. Obers. Hij schreef een twintigtal dichtbundels in de periode 1944 – 1967. Er zijn bij de toenmalige schrijversassociatie ‘Opwenteling’ en de ‘Vrienden van Babylon’ na zijn overlijden in 1968 nog diverse bundels verschenen met gedichten van Babylon. Naast zijn vele activiteiten redigeerde hij onder meer teksten voor bundels van aankomende Zuid-Nederlandse dichters.
Frans Babylon was eveneens actief met beeldende kunst. Niet alleen als criticus maar tevens als promotor. Heel wat later bekende kunstenaars zijn via Babylon’s toedoen bekend geworden.
Hij was voor veel Eindhovense dichters en beeldende kunstenaars een inspiratiebron. Zowel tijdens zijn leven als daarna. Veel mensen uit Eindhoven en omgeving hebben hem gekend.
‘BOEKENKAST – Frans Babylon’ is een gelegenheid om de dichter te gedenken, je te laten inspireren door zijn gedichten of gedichten voor hem geschreven en ervaringen tijdens zijn leven met anderen te delen. En in de stijl van Babylon hedendaagse dichters aan het woord te laten op een locatie waar Frans zelf regelmatig te vinden was: De Gouden Bal.
Onder andere met voordrachten van: Erik Vink, Léon Obers, Lou Vleugelhof, Lau Kanen, Jan Smeets, Pierre Maréchal, Willem Adelaar, Frya Obers, Theo van der Put, Ad. J. van Vegchel, Jan van der Pol, Angela Polderman, Nicole Loeven, Derrel Niemeijer en Robert Tau.
In de pauze zal dichter en muzikant Jacob Bisschops zijn baritonsax bespelen.
Bert van der Leeuw zal met ruime documentatie over Frans Babylon aanwezig zijn.
Podium: Poëthement’s Boekenkast
Waar: Café De Gouden Bal, Hoogstraat 112
Wanneer: zondag 21 augustus 2011
Tijd: 14.30u
Toegang: GRATIS
Contact: info@poeziepodium.nl
fleursdumal.nl magazine
More in: Babylon, Frans
‘Uitgebeende gedichten’ van Theo Verhaar
en het Handboek der Jeugd
Wat hebben De Jeugd van Tegenwoordig en Theo Verhaar gemeen? Ze hebben een link met de negentiende eeuwse dichter Robert Browning: less is more. De Jeugd van Tegenwoordig, de coverstars van de nieuwe Passionate Magazine, vertellen over hun rapteksten die ontstaan door woorden te stelen, woorden aan elkaar te plakken en dialecten te vergroten. Aanleiding is het verschijnen van het Handboek der Jeugd met hun verzamelde teksten.
Theo Verhaars poëzie kenmerkt zich door ‘uitgebeende gedichten’ met een filosofische inslag. Erik Brus schrijft over Theo Verhaar naar aanleiding van het onlangs verschenen Alle gedichten. Astrid Lampe wijdt een persoonlijk essay aan haar in 1999 overleden dichtersvriend.
Herman Brusselmans schrijft over de Vlaming, gezien door andermans ogen. Dit beeld blijkt niet al te vleiend te zijn, maar ook de niet-Vlaming heeft zo zijn gebreken. Merijn de Boer, Jasper van Buren en Hassan Bahara dragen bij met verhalen, Myrte Leffring met gedurfde poëzie. Op de vooravond van zijn nieuwe roman Alles kan kapot schrijft Martijn Knol over zijn favoriete songtekst: ‘Schijt aan regels’ van Mooi Wark.
Literariteiten en online recensies: Voor de liefhebbers van Literariteiten is het vernieuwde Passionatemagazine.nl een uitkomst. Elke woensdag brengt schrijfster Hanneke Hendrix actuele, grappige of originele wetenswaardigheden over de hedendaagse literatuur. Bovendien is de redactie gestart met het plaatsen van online boekrecensies voor eenieder die op de hoogte wil blijven van de trends in de literatuur en nieuwe boeken voorgeschoteld wil krijgen die het lezen écht waard zijn.
Passionate Magazine is een eigentijds magazine dat je op een journalistieke en niet-elitaire manier op de hoogte houdt van proza, poëzie, columns, strips, recensies, events en meer. Vind ons ook op Facebook en Twitter!
Passionate Magazine
Juli/Augustus 2011
Jaargang 18, nummer 4
Abonnement: € 35 (6 edities) Losse verkoop: € 6,95
Passionatemagazine.nl
Facebook: Passionate Magazine
Twitter: #Passionatemag
Losse verkoop: verkrijgbaar bij de betere boekhandel en online op passionatemagazine.nl
fleursdumal.nl magazine
More in: Lampe, Astrid, Magazines
Hugues C. Pernathprijs 2011
In 2011 wordt de tweejaarlijkse Hugues C. Pernathprijs voor poëzie voor de veertiende maal toegekend door het Hugues C. Pernathfonds. Het bedrag van de prijs bedraagt € 4.000,00.
In aanmerking komen ingezonden uitgegeven dichtbundels, gepubliceerd na 16 februari 2009 van Nederlandstalige dichters die op 15 augustus 2011 de leeftijd van 43 jaar niet hebben bereikt. Komen ook in aanmerking: ingezonden onuitgegeven dichtbundels waarbij een uitgeverscontract is gevoegd.
Eerdere winnaars van de H.C. Pernathprijs komen niet in aanmerking.
Een dichtbundel (origineel of fotokopie) kan maar eenmaal worden ingezonden en wel in vijfvoud, onder eigen naam en per gewone post, op het adres van het H.C. Pernathfonds, Minderbroedersstraat 22, 2000 Antwerpen met vermelding van plaats en datum van geboorte.
De inzendingen worden niet geretourneerd. Inzenden kan tot en met 4 juli 2011.
De uitreiking is gepland op 8 oktober 2011 in het Letterenhuis.
Het Letterenhuis – Minderbroedersst. 22, 2000 Antwerpen – tel. 03 222 93 20
fleursdumal.nl magazine
More in: Pernath, Hughues C.
Lieke Marsman wint C.Buddingh’-prijs 2011
De winnaar van de C. Buddingh’-prijs 2011, de belangrijkste debuutprijs voor Nederlandstalige poëzie werd gisteren op het Poetry International Festival overhandigd aan Lieke Marsman. De dichteres kreeg de prijs voor haar debuutbundel Wat ik mijzelf graag voorhoud (verschenen bij uitgeverij Van Oorschot):
‘Marsmans gedichten hebben iets van onvoorspelbaar meanderende beken, draaikolken en taalwoelingen, waarbij je telkens even een glimp opvangt van de formidabele vis die hier in en uit het water springt’, schrijft de jury, die Wat ik mijzelf graag voorhoud leest als een ontdekking door de dichter van de eigen stem en het dichterschap.
Aan de C. Buddingh’-prijs is een geldbedrag van € 1.200,- verbonden.
Jarig
“Ik dacht dat ik mezelf een boek ging geven,
maar het werd een plant
Ik had geen plaats voor een plant,
want ik had er al veel te lang aan gedacht
Soms word ik ‘s nachts wakker en kijk of mijn buik nog plat is
meestal is het te donker om iets te zien
Dat is niet gek, het is nacht
Meestal is mijn buik vol
Zo vol als een buik nadat ik cake heb gegeten
Cake, mijn hele verjaardag lang”
Lieke Marsman: Wat ik mijzelf graag voorhoud
Uitg. Van oorschot Amsterdam
ISBN 9789028241534 – paperback, € 14,50
fleursdumal.nl magazine
17-06-2011
More in: Archive M-N, Buddingh', Cees, Poetry International
Uitreiking C.Buddingh’-prijs 2011
tijdens Poetry International Festival
De C. Buddingh’-prijs voor Nieuwe Nederlandstalige Poëzie, groot 1.200 euro, wordt sinds 1988 door een jaarlijks wisselende jury toegekend aan het beste poëziedebuut van het voorgaande jaar. De prijs is bedoeld als een stimulans voor beginnende dichters en biedt een gelegenheid meer aandacht te genereren voor hun werk. De prijs wordt uitgereikt tijdens het Poetry International Festival. Tijdens dit programma, op donderdag 16 juni 2011, lezen genomineerden voor uit hun bundel en wordt de uiteindelijke winnaar bekendgemaakt en gehuldigd.
De jury van de C. Buddingh’-prijs 2011, bestaande uit Anja de Feijter, Maarten Elzinga en Koen Stassijns, heeft de volgende vier dichters voor hun debuutbundel genomineerd:
Y.M. Dangre
Meisje dat ik nog moet
verschenen bij uitgeverij De Bezige Bij Antwerpen
Y.M. Dangre
De derde eenzaamheid..
De dichter is een kant, een donkere
Helft van de mensheid waar het schijndood
En zondagse vernieling regent, waar de wolken smelten
Tussen de uitgelezen tanden van zijn weemoed.
Een schaduwland is hij, een knokig kroondomein
Van raadsels en te lang bewaarde mythes
Over witte zonnen die niemand meer bezoekt
En in wier stralen hij groeiend dakloos is.
Hij is als vanouds die kant, dat land
Van schuimende sterrenbeelden en echo’s te groot
Voor het vergeelde gras en de trouwe grafzerken
Van zijn keel. Hij dobbert rond in wanklank
Stoffig van alle seizoenen en eindigt megalomaan
Onbewoond.
Dennis Gaens
Ik en mijn mensen
verschenen bij uitgeverij Van Gennep
Dennis Gaens
Er zijn tijden
Er zijn tijden dat we ons willen vastketenen
aan deze plek tot we weer in onze moedertaal
denken, al komt dat zelden voor. Meestal worden
we al richting straat wakker, onze kleren langs
het bed geplooid. De deur nog open van vannacht.
Marjolijn van Heemstra
Als Mozes had doorgevraagd
verschenen bij uitgeverij Thomas Rap
Marjolijn van Heemstra
Schaduwhuis
Ik kwam hier achteloos wonen
van schaduw wist ik niks
hoe het bot krimpt en de planken
kieren schemer broeden
ik had nooit een lijn getrokken
om te zien tot waar de zon komt
Ik wist niets van het meten van licht
van verlangen
naar schaduw van bomen op de ijskast
de trap meer geel dan wit, een raam
dat vet toont een poes
die erdoor wil naar het gras
een plant die opkijkt, dingen
kleiner dan dieren zichtbaar dansend
in rode reuzenwarmte.
Bij het tuinhuis schuift een streep
langzaam sinds maart de goede kant op
tegels vlakbij zijn al verdroogd
een halve meter nog en twee weken
tot de langste dag.
Lieke Marsman
Wat ik mijzelf graag voorhoud
verschenen bij uitgeverij Van Oorschot
Lieke Marsman
Soms moet dat
Ik sta met mijn open mond vol geluk
te wachten tot iemand het eruit pakt wil je
het geluk uit mijn keel pakken zodat ik er
niet langer over struikel tijdens het praten misschien
zou je kunnen luisteren op de kruk bij mijn knie
kunnen zitten zeggen dat je iets leuks gaat doen
dit weekend dat je van alles van plan bent en
vragen of ik daar de uitvoering van
wil worden misschien
kun je mijn hand vasthouden als we nog eens
samen voor een winkelruit ons af staan te vragen
hoeveel de papieren vogel kost of zou je je wang
in het kuiltje van mijn schouderblad kunnen leggen
tijdens het strijkconcert zoals een egel die zich
met het zachte stukje van zijn bestaan terugtrekt
in de schaduw van twee struiken in juli en meer
nog dan dit zou je de luidspreker uit mijn handen
kunnen trekken als ik weer eens op blote voeten
sta te stampen met al het goede uit een dag
op mijn lippen zou je kunnen zeggen stil maar ook
als je fluistert wordt er naar je geluisterd misschien
zeg ik is er niemand die wil horen wat je zegt
omdat je aan mensen niet iets kunt hangen
zoals jij doet enkel rond
kunt hangen in de zweetlucht van
je jeugd terwijl er nergens iemand klaarstaat
met een zonnige waterspuit nee je moet zelf
door de zomersproeier lopen in je
mickey mouse zwempak
of veertien jaar later
in je supermarktschort en
als men vraagt waarom schrijf je
in hemelsnaam nog gedichten antwoord dan
omdat mensen niet onder mijn tong
blijven liggen omdat je gedichten stil
kunt laten staan als een luisterend oor
tegen je schokkende borstkas omdat poëzie
aan je ribben is gaan rusten en
een verband heeft aangelegd
met jouw verhaal.
Voor de C. Buddingh’-prijs 2011 kwamen alle debuutbundels gepubliceerd door een reguliere uitgeverij en verschenen tussen 1 maart 2010 en 28 februari 2011 in aanmerking.
fleursdumal.nl magazine
More in: Art & Literature News, Buddingh', Cees, Poetry International
Letterenhuis Antwerpen
Soldatenbrieven Snoek-Pernath
28.5.2011 – 10.7.2011
Vijftig jaar geleden verscheen de bundel ‘Soldatenbrieven’. Ontdek een aantal van de ‘brieven’ in een kleine presentatie in het Letterenhuis in Antwerpen.
In 1961 verscheen Soldatenbrieven van Paul Snoek en Hugues C. Pernath. Deze bundel bestaat uit proza en poëzie in briefvorm.
De experimentele dichters Snoek en Pernath leerden elkaar kennen in 1955 als redacteuren van het avant-gardetijdschrift gard sivik, waarvan Gust Gils de initiatiefnemer was.
Pernath had op zijn zestiende vrijwillig dienst genomen in het Belgische leger, Snoek werd in juli 1957 opgeroepen voor zijn legerdienst. Beroepsmilitair Pernath en dienstplichtige Snoek begonnen in die periode aan een literair project dat bestond uit experimentele poëzie in briefvorm. Een keuze uit deze correspondentie werd in 1961 gepubliceerd in Soldatenbrieven.
De vijftigste verjaardag van het verschijnen van de bundel is aanleiding voor een kleine presentatie in het Letterenhuis. U ontdekt er meer over beide dichters en krijgt originelen van teksten uit Soldatenbrieven te zien. Uit een aantal van de échte brieven die Snoek en Pernath elkaar schreven, leert u meer over hun literaire bezigheden en plannen.
fleursdumal.nl magazine
More in: Archive S-T, Pernath, Hughues C.
Bert Bevers
over Jan Hanlo’s gedicht Oote
Het gaat hier natuurlijk om een typisch geval van met de mantel der liefde bedekken. In Zo meen ik dat jij ook bent – Biografie van Jan Hanlo kon auteur Hans Renders natuurlijk niét doen of een en ander niet gebeurd was, dus hij komt er niet onderuit ergens tussen neus en lippen te vermelden dat in de jaren vijftig een Vlaming de euvele moed had gehad de originaliteit van het voorwerp van zijn verering in twijfel te trekken. Het betrof de Antwerpse dichter Adriaan De Roover (88 ondertussen), die Hanlo destijds in het tijdschrift De Tafelronde niet eens openlijk van plagiaat beschuldigde, maar een citaat uit diens beroemde vers Oote simpelweg liet volgen door een stukje uit een veel ouder werk. Volgens Rutger H. Cornets de Groot zou een beschuldiging van plagiaat volslagen misplaatst zijn: “Veeleer toont dit voorbeeld aan dat niemand zijn eigen gedachten kiest: gebruik van taal houdt die erkenning in. Poëzie noch taalgebruiker zijn autonoom; beide liggen verankerd in de gemeenschap, in de taal, hoezeer die gemeenschap ook vijandig kan zijn aan de individuele expressie van haar leden.”
Ik denk er zo het mijne van. Ter vergelijking:
oote oote oote boe
hoe boe hoe boe
hoe boe hoe boe
B boe
Boe oe oe
Oe oe (etc.)
Eh eh euh euh euh
Oo-eh oo-eh o-eh eh eh eh
Ach ach ah ach ach ah a a
Oh ohh ohh
Adriaan De Roover (foto B. Bevers)
En dan het fragment waarvan Antwerpenaar De Roover (foto) wist dat het in hoofdstuk 18 uit het Vierde Boek van François Rabelais’ meesterwerk Pantagruel te vinden was:
Bou, bou, bou, bou!
Otto, to, to, to, ti, bou
bou, bou, bou, ou, ou
ou, bou, bou, bous
bous
bous, bous, bous, bous
paich, hu, hu, hu, ha, hu
ah ! ah! ah!
Be, be, bous, bous, bobous
ho, ho ho ho ho
Vierhonderd jaar eerder geschreven, en geen experimentele poëzie maar het gejammer dat Panurge slaakt als hij zeeziek is….
Bert Bevers over Jan Hanlo’s gedicht Oote
fleursdumal magazine
More in: Bevers, Bert, Hanlo, Jan, The talk of the town
STICHTING PERDU AMSTERDAM
Zondag 1 mei 2011
Effectief weigeren
Over Civil Disobedience van H. D. Thoreau
Aanvang: 15.00 uur
Zaal open: 14.30 uur
Entree: 7 euro / 5 euro (studenten of vriendenpas)
Met Astrid Lampe, Robin Stokrom, e.a.
In 1846 bracht de Amerikaanse dichter, schrijver en essayist Henry David Thoreau een nacht in de gevangenis door. Zijn misdaad: belastingontduiking. Hij had geen belasting betaald omdat hij weigerde de staat Massachussetts te steunen, die in zijn ogen fundamenteel onrechtvaardig was wegens zijn positie inzake slavernij en medeverantwoordelijkheid voor de Amerikaans-Mexicaanse oorlog. De gevangenneming zelf duurde maar kort omdat de volgende dag een familielid het verschuldigde bedrag voldeed, maar in 1849 publiceerde Thoreau het essay “Resistance to Civil Government”, beter bekend als “Civil Disobedience”. Met dit essay en de stevige stellingnames over weigering van staatsonrecht kreeg Thoreau in de loop der jaren grote invloed op het politieke denken, en werd hij een belangrijk inspirator voor veel verzetsbewegingen. Het is vooral die publicatie die zijn eerdere verzet effectief maakt als kritische positie.
De kwestie van burgerlijke ongehoorzaamheid en onrechtvaardige overheid is altijd actueel gebleven. Over het eerste is in Nederland de laatste jaren discussie geweest (denk aan de Duyvendak-affaire); en er heerst nu een regering die in veler ogen moreel onaanvaardbaar is. Reden om opnieuw terug te grijpen op Thoreau’s tekst en het thema dat hij erin aansnijdt.
Is heden ten dage een dergelijk verzet nodig? Is het mogelijk om in een verondersteld permissieve liberale maatschappij te weigeren mee te doen, en hoe? En op welke manier kan zo’n weigering überhaupt waarneembaar worden binnen het maatschappelijke discours, en zijn potentie als kritische daad actief ontplooien?
Stichting Perdu
Kloveniersburgwal 86
1012 CZ Amsterdam
fleursdumal.nl magazine
More in: DICTIONARY OF IDEAS, Henry David Thoreau, Lampe, Astrid, MONTAIGNE, MUSEUM OF PUBLIC PROTEST
Ingrid Jonker (1933-1965)
Film Black Butterflies op 31 maart in de bioscoop
Black Butterflies gaat over het leven van de jonge Zuid-Afrikaanse kunstenares Ingrid Jonker, een gevoelige en rebelse geest die haar vrije ideeën over kunst, liefde en politiek met een kleine groep gelijkgestemde schrijvers en kunstenaars in Zuid-Afrika deelde, de Sestigers. Tegen de achtergrond van verzet tegen de censuur van de Nasionale Party, leeft Ingrid Jonker haar jonge leven tot het uiterste en wordt haar werk steeds bekender en meer gewaardeerd. De grote liefde in het leven van Ingrid Jonker, de schrijver Jack Cope, kan haar niet het geluk en de gemoedsrust geven waar ze naar op zoek is. Met haar vader Abraham Jonker, een rechtse minister voor de Nasionale Party tijdens het Apartheidsregime, heeft ze een moeizame relatie. Politieke onenigheid drijft vader en dochter steeds verder uiteen. Het belang van het werk van Ingrid Jonker voor de Zuid-Afrikaanse cultuur wordt pas erkend nadat Nelson Mandela haar gedicht ‘Die Kind’ voordraagt bij zijn eerste rede voor het Zuid-Afrikaanse Parlement in 1994.
Regisseur: Paula van der Oest
Carice van Houten (Ingrid Jonker)
Liam Cunningham (Jack Cope)
Rutger Hauer (Abraham Jonker)
Nicholas Pauling (Eugene Maritz)
Graham Clarke (Uys Krige)
► Website BLACK BUTTERFLIES
Ingrid Jonker poetry
fleursdumal.nl magazine
More in: # Archive S.A. literature, Apartheid, Archive I-J, Ingrid Jonker, Ingrid Jonker, Jonker, Ingrid
Nieuwe film over het leven van de Zuid-Afrikaanse dichteres
Ingrid Jonker:
Black Butterflies
31 maart in de bioscoop
Ingrid Jonker (1933-1965) was een van de meest invloedrijke Zuid-Afrikaanse dichters van haar generatie. Vaak wordt ze vanwege haar grote talent, haar schoonheid en eeuwige hunkering naar liefde vergeleken met Virginia Woolf, Sylvia Plath en Marylin Monroe.
Tijdens haar korte leven was ze al een zeer gewaardeerd schrijfster, maar pas nadat Nelson Mandela haar beroemde gedicht ‘Het Kind’ voordroeg, tijdens de opening van het parlement in 1994, krijgt Ingrid de waardering van het grote publiek die ze verdient. Mandela noemt haar zowel een Afrikaner als een Afrikaan en Ingrid groeit uit tot een waar icoon. Haar werk wordt tot op de dag van vandaag door miljoenen Zuid-Afrikaners gelezen en op scholen onderwezen.
Nog voor de geboorte van Ingrid verlaat haar vader, Abraham Jonker, het gezin en laat ze met niets achter. Ingrid groeit op bij haar grootouders en ziet daar hoe haar geesteszieke moeder steeds depressiever wordt en uiteindelijk zelfmoord pleegt als Ingrid tien jaar is. Haar grootmoeder is niet in staat om voor Ingrid en haar zus Anna te zorgen en de meisjes moeten bij hun vader en zijn nieuwe gezin gaan wonen. Abraham Jonker accepteert zijn dochters met moeite en maakt duidelijk onderscheid tussen Ingrid en Anna en zijn andere kinderen, iets wat Ingrid niet kan en wil begrijpen en het begin is van de moeilijke relatie met haar vader.
Ingrid is een zeer gevoelig kind en stopt al het verdriet in haar gedichten. Al op dertienjarige leeftijd maakt ze haar eerste gedichtenbundel getiteld Na die Somer. Als ze later in contact komt met de bekende Zuid-Afrikaanse dichter D.J. Opperman vindt ze in hem de mentor die ze nodig heeft. De relatie met haar vader daarentegen verslechtert. De erkenning die Ingrid als dochter van hem wil, krijgt ze niet en met haar vrijgevochten ideeën raakt ze steeds verder van hem verwijderd.
In 1956 trouwt Ingrid met schrijver Pieter Venter en verhuist naar Johannesburg. Ook wordt haar eerste officiële bundel, Ontvlugting, gepubliceerd. Het huwelijk met Pieter is geen succes. Ingrid vindt niet de liefde en zekerheid die ze nodig heeft en is diep ongelukkig in Johannesburg. Na een aantal jaar scheiden ze en Ingrid keert met hun dochtertje Simone terug naar Kaapstad.
In Kaapstad wordt Ingrid de ster van de ‘Sestigers’, een groep artiesten rondom dichter Uys Krige die strijden tegen het conservatisme en zich vrijelijk mengen met Afrikaanse kunstenaars. Ze heeft tegelijkertijd een heftige verhouding met de schrijvers Jack Cope en André Brink. Beiden sleept ze mee in haar passionele liefde, maar beiden durven zich door haar onvoorspelbaarheid niet aan haar te binden. De publicatie van een tweede bundel van Ingrid stuit op veel weerstand door het duidelijke standpunt dat Ingrid met de Sestigers in neemt tegen de Apartheid en wordt tegengehouden door de nieuwe censuurcommissie, waar haar vader deel van uit maakt. Vader en dochter staan lijnrecht tegenover elkaar. Voor de gevoelige Ingrid is dit te veel, ze belandt in een depressie. In 1961 wordt ze kort opgenomen in de psychiatrische inrichting Valkenburg, dezelfde kliniek waar haar moeder een einde aan haar leven maakte. Nadat ze is ontslagen uit de kliniek, lijken er betere aan te breken. Eindelijk wordt haar tweede bundel Rook en Oker gepubliceerd. De bundel wordt met lovende kritieken ontvangen door schrijvers en dichters.
Rook en Oker wordt in 1964 bekroond met de prestigieuze Afrikaanse Pers-Boekhandel Prijs en Ingrid vertrekt naar Europa voor een lange reis. De reis brengt haar niet wat ze ervan had verwacht en eenmaal terug in Zuid-Afrika wordt ze weer opgenomen. In de nacht van 18 op 19 juli 1965 loopt Ingrid de zee in bij Drieankerbaai. Ingrid Jonker was 32 jaar en liet een klein maar indrukwekkend oeuvre achter.
Uitgeverij Podium geeft een nieuwe editie uit van de bundel ‘Ik herhaal je’ met een selectie van het werk van Ingrid Jonker, vertaald door Gerrit Komrij, en een biografie van Henk van Woerden.
Het verhaal van Black Butterflies
Black Butterflies gaat over het leven van de jonge Zuid-Afrikaanse kunstenares Ingrid Jonker, een gevoelige en rebelse geest die haar vrije ideeën over kunst, liefde en politiek met een kleine groep gelijkgestemde schrijvers en kunstenaars in Zuid-Afrika deelde, de Sestigers. Tegen de achtergrond van verzet tegen de censuur van de Nasionale Party, leeft Ingrid Jonker haar jonge leven tot het uiterste en wordt haar werk steeds bekender en meer gewaardeerd. De grote liefde in het leven van Ingrid Jonker, de schrijver Jack Cope, kan haar niet het geluk en de gemoedsrust geven waar ze naar op zoek is. Met haar vader Abraham Jonker, een rechtse minister voor de Nasionale Party tijdens het Apartheidsregime, heeft ze een moeizame relatie. Politieke onenigheid drijft vader en dochter steeds verder uiteen. Het belang van het werk van Ingrid Jonker voor de Zuid-Afrikaanse cultuur wordt pas erkend nadat Nelson Mandela haar gedicht ‘Die Kind’ voordraagt bij zijn eerste rede voor het Zuid-Afrikaanse Parlement in 1994.
The child who was shot dead by soldiers in Nyanga
The child is not dead
the child raises his fists against his mother
who screams Africa screams the smell
of freedom and heather
in the locations of the heart under siege
The child raises his fists against his father
in the march of the generations
who scream Africa scream the smell
of justice and blood
in the streets of his armed pride
The child is not dead
neither at Langa nor at Nyanga
nor at Orlando nor at Sharpeville
nor at the police station in Philippi
where he lies with a bullet in his head
The child is the shadow of the soldiers
on guard with guns saracens and batons
the child is present at all meetings and legislations
the child peeps through the windows of houses and into the hearts of mothers
the child who just wanted to play in the sun at Nyanga is everywhere
the child who became a man treks through all of Africa
the child who became a giant travels through the whole world
Without a pass
© Translation: 2007, Antjie Krog & André Brink – From: Black Butterflies – Publisher: Human & Rousseau, Cape Town, 2007
Regisseur: Paula van der Oest (1965) studeerde in 1988 af aan de Nederlandse Film en Televisie Academie en begon haar carrière als regie-assistente en later als regisseuse bij de VPRO. Haar speelfilmdebuut kwam in 1996 met de film DE NIEUWE MOEDER, waarmee ze meteen een nominatie voor Beste Film op het Nederlands Film Festival in de wacht sleepte en de Holland Film Award voor Beste Film won. In 2001 maakte Van der Oest de overstap naar het grote publiek met ZUS EN ZO, die genomineerd werd voor de Oscar voor Beste Buitenlandse Film. Time Magazine benoemde haar tot de “Woody Allen van Amsterdam”. Na dit succes volgde de Engelstalige thriller MOONLIGHT, waarmee ze de Hollywood Discovery Award voor Beste Europese Film won. Andere films van Paula van der Oest zijn MADAME JEANETTE, VERBORGEN GEBREKEN, TIRAMISU en WIJSTER.
Carice van Houten (Ingrid Jonker) – Liam Cunningham (Jack Cope) – Rutger Hauer (Abraham Jonker) – Nicholas Pauling (Eugene Maritz) – Graham Clarke (Uys Krige)
fleursdumal.nl magazine
magazine for art & literature
More in: # Archive S.A. literature, Apartheid, AUDIO, CINEMA, RADIO & TV, Ingrid Jonker, Ingrid Jonker, Jonker, Ingrid, Sylvia Plath
Thank you for reading Fleurs du Mal - magazine for art & literature