In this category:

Or see the index

All categories

  1. AFRICAN AMERICAN LITERATURE
  2. AUDIO, CINEMA, RADIO & TV
  3. DANCE & PERFORMANCE
  4. DICTIONARY OF IDEAS
  5. EXHIBITION – art, art history, photos, paintings, drawings, sculpture, ready-mades, video, performing arts, collages, gallery, etc.
  6. FICTION & NON-FICTION – books, booklovers, lit. history, biography, essays, translations, short stories, columns, literature: celtic, beat, travesty, war, dada & de stijl, drugs, dead poets
  7. FLEURSDUMAL POETRY LIBRARY – classic, modern, experimental & visual & sound poetry, poetry in translation, city poets, poetry archive, pre-raphaelites, editor's choice, etc.
  8. LITERARY NEWS & EVENTS – art & literature news, in memoriam, festivals, city-poets, writers in Residence
  9. MONTAIGNE
  10. MUSEUM OF LOST CONCEPTS – invisible poetry, conceptual writing, spurensicherung
  11. MUSEUM OF NATURAL HISTORY – department of ravens & crows, birds of prey, riding a zebra, spring, summer, autumn, winter
  12. MUSEUM OF PUBLIC PROTEST
  13. MUSIC
  14. PRESS & PUBLISHING
  15. REPRESSION OF WRITERS, JOURNALISTS & ARTISTS
  16. STORY ARCHIVE – olv van de veestraat, reading room, tales for fellow citizens
  17. STREET POETRY
  18. THEATRE
  19. TOMBEAU DE LA JEUNESSE – early death: writers, poets & artists who died young
  20. ULTIMATE LIBRARY – danse macabre, ex libris, grimm & co, fairy tales, art of reading, tales of mystery & imagination, sherlock holmes theatre, erotic poetry, ideal women
  21. WAR & PEACE
  22. ·




  1. Subscribe to new material: RSS

FLEURSDUMAL POETRY LIBRARY – classic, modern, experimental & visual & sound poetry, poetry in translation, city poets, poetry archive, pre-raphaelites, editor’s choice, etc.

«« Previous page · Sir Walter Scott: “Proud Maisie” · Henry Bataille: Les trains · W. B. Yeats: For Anne Gregory · Albertine Kehrer: Verlangen · Bert Bevers: Berchtesgaden · Salvatore Quasimodo: Street in Agrigentum · Ton van Reen: Jef van Kempen houdt van gedichten · Onderscheiding Jef van Kempen voor verdiensten literatuur en cultuur · William Carlos Williams: This Is Just to Say · A. E. Housman: Eight O’Clock · Nieuwe bundel van Jef van Kempen: LAATSTE BEDRIJF · Amy Lowell: To a Friend

»» there is more...

Sir Walter Scott: “Proud Maisie”

sirwalterscott 01

Sir Walter Scott

(1771-1832)

“Proud Maisie”

 

Proud Maisie is in the wood,

Walking so early;

Sweet Robin sits on the bush,

Singing so rarely.

 

“Tell me, thou bonny bird,

When shall I marry me?”

“When six braw gentlemen

Kirkward shall carry ye.”

 

“Who makes the bridal bed,

Birdie, say truly?”

“The grey-headed sexton

That delves the grave duly.

 

“The glow-worm o’er grave and stone

Shall light thee steady.

The owl from the steeple sing,

‘Welcome, proud lady’.”

 

Sir Walter Scott: “Proud Maisie”

kempis.nl poetry magazine

More in: Archive S-T


Henry Bataille: Les trains

Henry Bataille

(1872-1922)

Les trains

 

Les trains rêvent dans la rosée, au fond des gares…

Ils rêvent des heures, puis grincent et démarrent…

J’aime les trains mouillés qui passent dans les champs,

Ces longs convois de marchandises bruissant,

Qui pour la pluie ont mis leurs lourds manteaux de bâches,

Ou qui dorment la nuit entière dans les garages…

Et les trains de bestiaux où beuglent mornement

Des bêtes qui se plaignent au village natal…

Tous ces grands wagons gris, hermétiques et clos,

Dont le silence luit sous l’averse automnale,

Avec leurs inscriptions effacées, leurs repos

Infinis, leurs nuits abandonnées, leurs vitres pâles…

Oh ! le balancement. des falots dans l’aurore !…

Une machine est là qui susurre et somnole…

 

Une face se montre et relaisse le store…

Et la petite gare où tinte une carriole…

Belloy, Sours, Clarigny, Gagnac et la banlieue…

Oh ! les wagons éteints où l’on entend des souffles !

La palpitation des lampes au voile bleu…

Le train qu’on croise et qui nous dit qu’il souffre,

Tandis que nous fronçons le sourcil dans nos coins,

Et nous laisse étonnés de son prolongement…

Oh ! dans la halte verte où l’on entend les cailles,

Le son du timbre triste et solitaire !… Et puis

Les voies bloquées avec au loin un sifflet qui tressaille,

Les signaux réguliers dans le dortoir des nuits…

Des appels mystérieux que l’on ne comprend pas…

Et, — oh ! surtout ! — après des bercements sans fin,

Où l’âme s’est donnée comme en une brisure,

L’entrée retentissante, avec un bruit d’airain,

De tout l’effort joyeux et bondissant du train,

Dans les grandes villes pleines de murmures !…

C’est là que vient se casser net le pur rayon

Qui m’a conduit d’un rêve à l’autre par le monde,

Rails infinis, sous le beau clair de lune et les fourgons,

A qui j’ai confié l’amertume profonde

De tous mes chers départs et tant d’enchantements…

 

J’aime les trains mouillés qui passent dans les champs.

 

Henry Bataille poetry

kempis.nl poetry magazine

More in: Archive A-B, Bataille, Henry


W. B. Yeats: For Anne Gregory

wbyeats

W. B. Yeats

(1865-1939)

For Anne Gregory

 

“Never shall a young man,

Thrown into despair

By those great honey-coloured

Ramparts at your ear,

Love you for yourself alone

And not your yellow hair.”

 

“But I can get a hair-dye

And set such colour there,

Brown, or black, or carrot,

That young men in despair

May love me for myself alone

And not my yellow hair.”

 

“I heard an old religious man

But yesternight declare

That he had found a text to prove

That only God, my dear,

Could love you for yourself alone

And not your yellow hair.”

 

W. B. Yeats poetry

fleursdumal.nl magazine

More in: Archive Y-Z, Yeats, William Butler


Albertine Kehrer: Verlangen

Albertine Kehrer

(1826-1852)

Verlangen

 

O! een gloeijend verlangen doortintelt mijn borst

Naar de aanschouwing van ‘t eeuwige schoon;

O! mij kwelt een onleschbare, een brandende dorst……

Wordt mij nimmer verkwikking geboôn?

Onuitsprekelijk heimwee naar ‘t zuiver genot

Der Natuur in oorspronklijke pracht,

Grootsch en schoon als ze kwam uit de hand van haar God –

Wordt nimmer uw kwelling verzacht?

 

O mijn God, schiept ge in mij een verlangen zoo rein,

Opdat eeuwig die zucht onbevredigd zou zijn?

Of – maakt dat genot, dat op aarde me ontvlugt,

Eens een deel uit der hemelsche vreugd?

 

Eens een deel uit van Edens herwonnen genucht,

Welks hope mijn boezem verheugt?

Een deel van dat heil, dat geen oog heeft aanschouwd,

Dat geen sterfelijk oor nog vernam,

Welks volheid geen menschelijk hart werd vertrouwd

In geen’s menschen verbeelding ooit kwam?

 

Albertine Kehrer poetry

fleursdumal.nl magazine

More in: Albertine Kehrer, Archive K-L, Kehrer, Albertine


Bert Bevers: Berchtesgaden

bertbevers02b

 

Berchtesgaden

 

Deze stilte tussen bergen maakte ik niet

eerder mee dan nu. Knielend naar het luchtledig

vergezicht van dat verre vroeger vermoed ik

 

in de wouden duistere geheimen. Met de geur

van amandel, van kerosine ook. Kijk ze toch

opstijgen als statige, o zo trage zeppelins.

 

“Nieuwe wegen zijn nooit weg”, liggen tegen

lome hellingen stoffige paden te overwegen.

Het aanzicht is craquelé.  Dat moet ik schrijven.

 

Avonden zwijgen hier in vol ornaat, als priesters

in lege kerken. Tegen de lucht hangen koppels

kraaien, er zijn er veel, de grote zwarte vogel uit.

 

Bert Bevers

uit Afglans, Uitgeverij WEL, Bergen op Zoom, 1997

kempis.nl poetry magazine

More in: Archive A-B, Bevers, Bert


Salvatore Quasimodo: Street in Agrigentum

quasimodosalvatore 02

Salvatore Quasimodo

(1901-1968)

Street in Agrigentum

 

There is still the wind that I remember

firing the manes of horses, racing,

slanting, across the plains,

the wind that stains and scours the sandstone,

and the heart of gloomy columns, telamons,

overthrown in the grass. Spirit of the ancients, grey

with rancour, return on the wind,

breathe in that feather-light moss

that covers those giants, hurled down by heaven.

How alone in the space that’s still yours!

And greater, your pain, if you hear, once more,

the sound that moves, far off, towards the sea,

where Hesperus streaks the sky with morning:

the jew’s-harp vibrates

in the waggoner’s mouth

as he climbs the hill of moonlight, slow,

in the murmur of Saracen olive trees.

 

Salvatore Quasimodo poetry

kempis.nl poetry magazine

More in: Archive Q-R


Ton van Reen: Jef van Kempen houdt van gedichten

tonvanreen kempen00

Ton van Reen

Jef van Kempen houdt van gedichten

 

Jef van Kempen houdt van gedichten.

Hoe is dat zo gekomen?

Lang geleden las Jef het gedicht DE MUS van Jan Hanlo. Hij las en beluisterde het goed.

Hij hoorde dit:

 

DE MUS

Tjielp tjielp

tjielp tjielp tjielp

tjielp tjielp tjielp

tjielp tjielp

tjielp tjielp tjielp tjielp tjielp

tjielp tjielp tjielp

 

tjielp

etcetera.

 

Let op: het woord ETCETERA hoort bij het gedicht.

Dit etcetera betekent: eindeloos.  Het gedicht DE MUS is dus een eeuwigdurend gedicht, dat overgaat van mus op mus.

tonvanreen kempen01 

Toen Jef het gedicht driemaal had gehoord, besloot hij vooral een vervolg te geven aan het laatste woord van het gedicht: etcetera.

Hij schafte vogeltjes aan om ten eeuwigen dage het gedicht van Jan rond te horen zingen.

Dat is nou eens een lesje leren uit de literatuur.

Etcetera, met een mensenleven lang durend vervolg op het getjielp.

Toevallig ben ik erachter gekomen waarom Jan Hanlo dit gedicht schreef.

In de donkere jaren van de wederopbouw na de oorlog gaf Jan les in de Engelse taal aan het instituut Schoevers voor aankomende secretaresses. En als het zo uitkwam gaf hij ook les in boekhouden.

Nu denken veel  mensen dat zo’n bestaan voor een dichter vreemd is, maar het karakter van Jan Hanlo een beetje kennend, ik heb hem vaak meegemaakt, begrijp ik heel goed dat hij als dichter het dichtst bij zichzelf was als hij zijn kop vrij had in gebondenheid. De baan als leraar Engels en boekhouden beviel hem, omdat het zo absurd was. Tegen mijn achterneef Peter van Reen, illustrator en tekenaar bij de krant Het Volk, met wie hij bevriend was,  zei hij dat alleen structuur het leven zinvol maakte.

Ten tijde van zijn gevangenschap in de klas en de leerlingen debet en credit leerde, moet hij ook naar buiten hebben verlangd. Vaak moet hij mussen aan het schoolraam hebben horen tjielpen en dat moet een zeker verlangen  naar vrijheid hebben opgeroepen.

Terwijl hij de leerlingen sommen liet maken,  luisterde hij naar de mus en, altijd op zoek naar structuur, zocht hij naar de structuur van het getjielp van het levenslied van de mus op de vensterbank van het klaslokaal.

Hij noteerde de klanken en hoorde zeven varianten, die eindeloos herhaald werden. Dat bracht hem ertoe het woord etcetera toe te voegen aan het klankgedicht over de mus.

Hij was blij, want hij had de structuur betrapt in het gezang van de mus.

Het bleek hem dat de mus niet zomaar wat zong, maar zichzelf oneindig bleef herhalen. Die eeuwige herhaling vatte hij samen in het woord etcetera.

tonvanreen kempen02

Nu denken velen dat Jan Hanlo een liefhebber van vogels was. Dat was niet zo.

Als hij tijdens zijn lessen aan het Schoeversinstituut, naar buiten kijkend   een kraai op een grasveld zou hebben gezien, had hij mogelijk het volgende gedicht geschreven:

 

Ka ka ka, kaka, krrr krrr , ka

krrr ka, ka krrr,

ka ka ka ka, krrrr , ka ka

krrr krrr krrr, ka

kaka, kaka, krrr, kaka, ka

kakaka, krrr ka, kakakaka, ka

 

ka

etcetera

 

Jef, die in de loop der jaren heeft geleerd om met vogels te praten zou dit gedicht als volgt hebben vertaald:

 

Wat doet die hond op ons grasveld

hij jaagt ons weg, die hond hoort hier niet

wat doet die hond, jaag hem weg

jaag hem de bomen in

die hond hoort hier niet, het gras is van ons

jaag hem de bomen in

wat doet die hond op ons gras

jaag hem weg

jaag hem de bomen in.

wat doet die hond op ons grasveld

 

wat?

etcetera

 

Zo is dus niet de kraai maar de mus heel toevallig in de Nederlandse literatuur terechtgekomen, maar had voor hetzelfde geld een kraai het onderwerp van een beroemd gedicht kunnen worden. Het had niet uitgemaakt. Het gedicht blijkt vooral bekend te zijn gebleven door het woord etcetera. Het ging Jan Hanlo in deze alleen om het woord etcetera.  Heel tevreden schreef hij dat op, omdat hij de structuur  van het vogelliedje had gevonden en hij begreep dat het gedicht eindeloos zou blijken te zijn.

tonvanreen kempen03

Waarom was Hanlo zo uit op structuur? Waarom dwong hij zichzelf om alles wat hij deed gestructureerd aan te pakken? Tijdens mijn bezoeken aan Hanlo in het poorthuisje in Valkenburg, waar hij woonde in een eenkamervertrek, heb ik dat ontdekt. Hij legde zichzelf structuur op omdat hij geheel ongestructureerd was. En elke keer was hij blij om te ontdekken hoe anderen, in dit geval een mus, structuur aanbrachten in hun leven. Dat was ook de reden waarom hij in een piepklein huisje woonde. Een huis met meerdere vertrekken kon hij niet aan. Hij moest altijd alles onder handbereik hebben. Dat er zich spullen in andere vertrekken zouden bevinden, spullen die hij niet kon zien, was te veel van hem gevraagd.

Door zijn altijddurende jacht naar structuur beperkte hij zijn omgeving tot een steeds kleinere woonomgeving. In dat eenkamerwoninkje moest alles aanwezig zijn. Ook zijn motor.

Een andere reden om structuur aan te brengen was zijn armoe. Hij was zo arm als een rat. Wel beroemd in kleine kring, maar al heel lang zonder werk en af en toe vijf gulden vangend voor een gedicht in een literair tijdschrift. Het Fonds voor de Letteren bestond nog niet. Armoe dwong hem om heel gestructureerd met zijn geld om te gaan.

Waarom deze inleiding  over Jan Hanlo als ik praat over het werk van Jef van Kempen?

Er moeten enkele dingen worden rechtgezet.

Jefs lievelingsgedicht is het gedicht De Mus van Jan Hanlo. Maar  Jef heeft altijd gedacht dat Jan het gedicht heeft geschreven uit liefde voor de mus.

Niets is minder waar.  Zaten er mussen op de vensterbank van zijn woninkje, dan joeg hij ze weg met een nijdig getik tegen het raam.

Het was Jan enkel en alleen te doen om het woord ETCETERA.

Herhaling van altijd hetzelfde: dat was structuur, dat was de structuur die hij voor zichzelf zocht.

Jef hoorde bij het lezen van het gedicht DE MUS inderdaad  een tjielpende mus.  En dacht dat Hanlo door dat ETCETERA het getjielp van de mus oneindig had willen horen. Waardoor het Jefs lievelingsgedicht werd omdat hij zelf ook oneindig naar het zingen van vogeltjes wilde luisteren. Om het gedicht van Jan Hanlo eindeloos te kunnen horen, schafte hij vogeltjes aan en zette zijn kleine tuin vol met vogelkooien om eindeloos het gedicht DE MUS te kunnen horen.

Vinken, sijsjes, paradijsvogeltjes, ik heb geen idee hoe die vogeltjes allemaal heten,  maar vanaf de ontdekking van het gedicht DE MUS werd en wordt er in de kleine tuin van Jef dag en nacht, ETCETERA, gezongen.

tonvanreen kempen04 

Dames en heren, de inspiratie van een dichter kan uit onverwachte bronnen komen.  

Jef ging verder dan Jan Hanlo. Niet alleen de vogeltjes en hun gezang boeien Jef, hij luistert naar de taal die zijn vogeltjes zingen. Naar de tekst van het vogellied. Vaak zit hij uren voor het hok, met een blocnote op schoot, te luisteren en streepjes te zetten. De dichter Jef van Kempen is de notulist van vogelcomposities.

Jef heeft ontdekt dat de taal van de vogels ingewikkeld is, maar ook dat er een bepaalde ordening in zit die lijkt op poëzie.

Dat eenmaal ontdekt hebbende blijkt dat, nu zijn verzamelde gedichten verschijnen, de meeste van zijn gedichten zijn ontstaan uit de aanzetten die hij heeft gemaakt in zijn blocnote met aantekeningen van het vogelgefluit in zijn tuin.

Om die vogeltjesteksten voor mensen zichtbaar  en hoorbaar te maken, heeft Jef er mensenwoorden bij gevonden, zoals bij het gedicht van de kraaien die de hond op hun grasveld de boom in willen jagen Jef weet de vogeltjesteksten te vertalen naar het menselijk oor.

In aanzet zijn dus al zijn gedichten een vertaling van vogeltjesgefluit.

Zo blijkt dat Jef een dichter is geworden door het eindeloze woord  ETCETERA van Jan Hanlo, die met dat woord een gedicht met eeuwigheidswaarde schiep.

Blij door het vertalen van de vogelliedjes in gedichten, ging Jef op zoek naar vergelijkingsmateriaal. Hij ontdekte de ene na de andere dichter die, elk op een eigen manier, de taal van vogels, olifanten, zebra’s en andere spraakmakende dieren opving en bewerkte voor het menselijk oor.

Er ontstond een grote collectie poëzie in huize Van Kempen, tot de kasten ervan uitpuilden. Jef besloot de gedichten die hij in zo’n prachtige vertalingen uit de meest uiteenlopende talen vond, uit te venten naar anderen.

Kortom, hij wilde anderen deelgenoot maken van het ETCETERA van Jan Hanlo.

Zo ontstond zijn weblog KEMPIS.nl.

In alle talen van de wereld  vind je op zijn weblog gedichten van poëten, die net als Hanlo op zoek zijn naar iets wat aanvankelijk niet te begrijpen is, maar door de vertaling of de hertaling van de dichter begrijpelijk wordt.

Hanlo, die van kind af aan verdwaald was in het bestaan, was op zoek naar structuur in zijn leven. Pierre Kemp, altijd in het zwart gekleed, was juist op zoek naar kleur ter compensatie van zijn zwart gemoed. Vinkenoog  was op zoek naar de structuur van het telefoonboek, omdat hij met alle mensen in de wereld in gesprek wilde blijven. Rilke was altijd op zoek naar de geluiden van de liefde.

Elke dichter blijkt op zoek te zijn naar iets dat aanvankelijk voor hem geheimzinnig is en dat hij wil bewoorden, waardoor hij er vertrouwd mee raakt.

Zo is Jef de verklanker geworden van de vogeltjestaal, maar ook van de taal van zijn omgeving. En dat is, in de ruimste zin, de stad Tilburg.

Ik  besluit met een gedicht uit de bundel van Jef dat hij ook zelf heeft terugvertaald naar de taal van de vogels:

 

LANDSCHAP

Duizend kraaien

in de oude berk

tekenen

de grijze lucht

 

Deze leegte

had ik

niet vermoed

 

En nu het gedicht zoals het door Jef aan de vogels wordt verteld:

 

Bliep bliep tjiep, rrrrr

tjielp tjielp piep

piep piep piep piep

tjielp piep piep

rrrrr rrrrr piep tjielp piep

pieppiep rrrrrrr

hiep hiep tjielp piep

pieppiep piep rrrrrrrr

 

piep

etcetera

 

Zo vertelt Jef in de in hem opkomende gedichten aan de Tilburgse vogeltjes. De vogeltjes die in zijn tuintje zitten, de vogeltjes in het struikgewas rond de Hasseltse Kapel,  het vogeltje dat doorklinkt in het gefluit van een vrolijke student op de fiets op weg naar school.

Kortom, voor al het gezang en getjielp dat Tilburg heet.

Jef heeft goed naar Jan Hanlo geluisterd. Hij heeft goed naar de vogeltjes geluisterd.

Wie Jef door Tilburg ziet dwalen en hem vreemde klanken hoort uitstoten, moet niet denken dat hij gek geworden is. Hij communiceert met de vogels.

 

ETCETERA. En dat nog vele jaren.

tonvanreen kempen05

Op zondag 16 december 2012 vond in Boekhandel Livius in Tilburg de presentatie plaats van de nieuwe bundel van Jef van Kempen: Laatste bedrijf. Een keuze uit de gedichten 1962-2012. Op die bijeenkomst ontving Jef van Kempen uit handen van burgemeester Peter Noordanus de grote zilveren legpenning van de gemeente Tilburg voor zijn verdiensten op het gebied van literatuur en cultuur. Ton van Reen las zijn verhaal: ‘Jef van Kempen houdt van gedichten’ voor.

Jef van Kempen: Laatste Bedrijf. Een keuze uit de gedichten 1962-2012. Uitgeverij Art Brut – ISBN: 978-90-76326-06-1 / 68 pag. – 12,50 euro – geïllustreerd, 24×15 cm / Gedichten en illustraties van Jef van Kempen / Vormgeving Michiel Leenaars / In de bundel zijn tevens een aantal bijdragen opgenomen van Julia Origo, Monica Richter en J.A. Woolf.

Foto’s: Hans Hermans, Joep Eijkens, Peter IJsenbrant

kempenjefv laatstebedrijf 31

fleursdumal.nl  m a g a z i n e

More in: Jef van Kempen, Kempen, Jef van, Reen, Ton van, Reen, Ton van


Onderscheiding Jef van Kempen voor verdiensten literatuur en cultuur

jvkemp legpenningtilburg 01

jvkemp legpenningtilburg 02

jvkemp legpenningtilburg 03

Grote zilveren legpenning van de gemeente Tilburg voor de verdiensten van Jef van Kempen op het gebied van literatuur en cultuur

Jef van Kempen heeft op zondag 16 december 2012 een gemeentelijke onderscheiding ontvangen voor zijn jarenlange inzet voor het Tilburgse literaire en culturele leven. Hij kreeg de grote zilveren legpenning van de gemeente Tilburg uit handen van burgemeester Peter Noordanus. Dat gebeurde op 16 december in boekhandel Livius in Tilburg, tijdens de presentatie van de nieuwe bloemlezing uit de verzameld gedichten van Jef van Kempen.

Jef van Kempen is al sinds 1962 actief in het Brabantse, en meer bijzonder het Tilburgse literaire en culturele leven. Zijn loopbaan is bijzonder: veertig jaar lang werkte hij in de Tilburgse metaalsector. Daarnaast heeft hij bijzonder veel artikelen, gedichten, literair-historische essays, teksten en bundels uitgebracht. Zijn werk werd onder meer gepubliceerd in Brabant Cultureel, het Brabants Dagblad, Tilburg (tijdschrift voor geschiedenis, monumenten en cultuur), Actum Tilliburgis, Tilburg Magazine, Rijmtijd (tijdschrift Gezellestudie), DWB en De Parelduiker.

Veel van zijn artikelen gaan over in vergetelheid geraakte literair-historische figuren, zoals Dr. P.J. Cools, Henri Dolmans, Antony Kok en de schrijvers van de kunstbeweging en het gelijknamig tijdschrift De Stijl. Met zijn beschouwingen over de Tilburgse volkscultuur bereikte hij een breed en trouw lezerspubliek door alle lagen van de bevolking heen.

Sinds enige jaren is Jef van Kempen de drijvende kracht achter het online magazine KEMP=MAG (kempis.nl). Het is een van de meest bezochte poëziewebsites van Nederland en België. Veel bekende en onbekende dichters krijgen hier een podium voor hun werk. Het ondersteunen van onbekend en vaak nog jong talent is een van zijn andere bijzondere verdiensten. Al meer dan veertig jaar helpt Jef van Kempen hen om een plek te veroveren in de lokale of landelijke literaire wereld.

Van Kempen is één van de smaakmakers van de lokale cultuur. Zo helpt hij bij het organiseren van tentoonstellingen en symposia en was hij betrokken bij het opzetten van de grootste boekenmarkt van Zuid-Nederland in Tilburg. Verder was hij jarenlang bestuurslid van o.a. Amnesty International Nederland, Stichting Dr. P.J. Cools en de beheersstichting van de Hasseltse Kapel.

Jef van Kempen heeft met al deze werkzaamheden een bijzondere bijdrage aan de Tilburgse samenleving geleverd en doet dat nog steeds. Voor deze verdiensten krijgt hij de grote zilveren legpenning van de gemeente Tilburg.

(persbericht)

jvkemp legpenningtilburg 04

jvkemp legpenningtilburg 05

jvkemp legpenningtilburg 06

jvkemp legpenningtilburg 07

jvkemp legpenningtilburg 08

jvkemp legpenningtilburg 09

jvkemp legpenningtilburg 10

jvkemp legpenningtilburg 11

jvkemp legpenningtilburg 12

jvkemp legpenningtilburg 13

jvkemp legpenningtilburg 14

jvkemp legpenningtilburg 15

Op zondag 16 december 2012 vond in Boekhandel Livius in Tilburg de presentatie plaats van de nieuwe bundel van Jef van Kempen: ‘Laatste bedrijf. Een keuze uit de gedichten 1962-2012’. Op die bijeenkomst ontving Jef van Kempen uit handen van burgemeester Peter Noordanus de grote zilveren legpenning van de gemeente Tilburg voor zijn verdiensten op het gebied van literatuur en cultuur.

Verder las Ton van Reen zijn verhaal: ‘Jef van Kempen houdt van gedichten’ (morgen op deze website) en stadsdichter Esther Porcelijn droeg enkele gedichten en prozateksten van Jef van Kempen voor.

photos: joep eijkens

kempen laatstebedrijf 102

Jef van Kempen:  Laatste Bedrijf.  Een keuze uit de gedichten 1962-2012

Uitgeverij Art Brut –  ISBN: 978-90-76326-06-1  / 68 pag. – 12,50 euro –  geïllustreerd, 24×15 cm / Gedichten en illustraties van Jef van Kempen / Vormgeving Michiel Leenaars / In de bundel zijn tevens een aantal bijdragen opgenomen van Julia Origo, Monica Richter en J.A. Woolf.

fleursdumal.nl magazine

More in: Jef van Kempen, Jef van Kempen Photos & Drawings, Kempen, Jef van


William Carlos Williams: This Is Just to Say

WCWilliams 01

William Carlos Williams

(1883-1963)

This Is Just to Say

 

I have eaten

the plums

that were in

the icebox

 

and which

you were probably

saving

for breakfast

 

Forgive me

they were delicious

so sweet

and so cold

 

William Carlos Williams poetry

kempis.nl poetry magazine

More in: Archive W-X


A. E. Housman: Eight O’Clock

housmanae 01

A. E. Housman

(1859-1936)

Eight O’Clock

 

He stood, and heard the steeple

Sprinkle the quarters on the morning town.

One, two, three, four, to market-place and people

It tossed them down.

 

Strapped, noosed, nighing his hour,

He stood and counted them and cursed his luck;

And then the clock collected in the tower

Its strength, and struck.

 

A. E. Housman poetry

kempis.nl poetry magazine

More in: Archive G-H, Housman, A.E.


Nieuwe bundel van Jef van Kempen: LAATSTE BEDRIJF

kempen laatstebedrijf 101

Jef van Kempen

LAATSTE BEDRIJF

een keuze uit de gedichten 1962-2012

Jef van Kempen (1948) publiceerde poëzie en korte verhalen, biografische artikelen en essays, o.a. over Guido Gezelle, J.-K. Huysmans, Theo van Doesburg, Antony Kok, de Stijlbeweging en Walter Breedveld. Hij is ook (mede)samensteller van enkele literaire bloemlezingen. Daarnaast schreef hij voor boeken, kranten en tijdschriften vele artikelen over de Brabantse geschiedenis. De serie artikelen die hij voor het Brabants Dagblad schreef over de straat waar hij geboren is, werden gebundeld onder de titel: Onze Lieve Vrouw van de Veestraat en andere verhalen en in het boek: Het gevoel dat je hier thuishoort. Jef van Kempen is ook actief als (literair) vertaler. Daarnaast is hij redacteur van kempis.nl  (een veel bezochte internationale poëziewebsite) en drie andere literaire websites.

De bundel bevat, naast gepubliceerde en ongepubliceerde gedichten, talrijke illustraties van Jef van Kempen uit dezelfde periode.

Ter gelegenheid van het verschijnen van deze bundel ontving Jef van Kempen op 16 december 2012 van burgemeester Peter Noordanus de grote zilveren legpenning van de gemeente Tilburg voor zijn verdiensten op het gebied van literatuur en cultuur.

kempen laatstebedrijf 102

Jef van Kempen

Laatste Bedrijf.

Een keuze uit de gedichten 1962-2012

Uitgeverij Art Brut

ISBN: 978-90-76326-06-1

68 pag. – 12,50 euro

Geïllustreerd, 24×15 cm

Gedichten en illustraties van Jef van Kempen

Vormgeving Michiel Leenaars

kempen laatstebedrijf 103

fleursdumal.nl magazine

More in: Jef van Kempen, Jef van Kempen Photos & Drawings, Kempen, Jef van


Amy Lowell: To a Friend

lowellamy 01

Amy Lowell

(1874-1925)

 

To a Friend

 

I ask but one thing of you, only one,

That always you will be my dream of you;

That never shall I wake to find untrue

All this I have believed and rested on,

Forever vanished, like a vision gone

Out into the night. Alas, how few

There are who strike in us a chord we knew

Existed, but so seldom heard its tone

We tremble at the half-forgotten sound.

The world is full of rude awakenings

And heaven-born castles shattered to the ground,

Yet still our human longing vainly clings

To a belief in beauty through all wrongs.

O stay your hand, and leave my heart its songs!

 

Amy Lowell poetry

fleursdumal.nl magazine

More in: Archive K-L, Archive K-L, Lowell, Amy


Older Entries »« Newer Entries

Thank you for reading Fleurs du Mal - magazine for art & literature