Or see the index
Aan de hand van een nauwgezette reconstructie van werkelijke gebeurtenissen, wordt Mondriaan gevolgd als de man die Nederland ontvluchtte en het moderne leven voluit omarmde, die beschouwend de schilderkunst en het leven liefhad, met alles wat daaraan vastzat, die conservatisme en nazi-terreur trotseerde en die zo de moderniteit waarin wij nu leven verregaand hielp formuleren.
Deze meeslepende biografie werpt nieuw licht op het leven en werk van een van de belangrijkste kunstenaars van de twintigste eeuw. In Piet Mondriaan brengt Hans Janssen de man en de schilder op meesterlijke wijze tot leven. Piet Mondriaan is een bij vlagen ontroerend boek over een kunstenaar die gek was van jazz en boogiewoogie, die open opvattingen had over liefde en huwelijk, vele vrouwen begeerde en liefdesaffaires kende, maar die uiteindelijk maar één echte passie had: het schilderen.
Deze biografie is de vrucht van een diepe fascinatie en bewondering voor het werk van een van onze allerbeste schilders. Janssen beziet deze buitengewone schilder vanuit het werk en niet vanuit onnavolgbare theorieën. Hij plaatst de handeling en de techniek van het schilderen in relatie tot de spirituele, dromerig verhalende betekenissen die in Mondriaans werken schuilgaan, en laat zien hoe die relatie betekenis geeft aan de uitzonderlijke wendingen in het leven en de kunst van deze bijzondere man. In zijn biografie van Piet Mondriaan weet hans Janssen allerlei nieuwe feiten over de schilder boven water te krijgen, onder meer over Mondriaans liefdesleven en een afgeslagen huwelijksaanzoek.
In het boek worden ook twee niet eerder gepubliceerde foto’s van Mondriaan afgedrukt. De foto’s, waarop Mondriaan werkt aan een van zijn bekendste schilderijen: Victory Boogie Woogie, zijn gevonden in de National Galery of Art in Washington, Hans Janssen publiceert ze voor het eerst in zijn boek Piet Mondriaan. Nieuwe kunst voor een ongekend leven, dat op 13 augustus ten doop gehouden werd in het Gemeentemuseum in Den Haag.
Janssen belicht ook het liefdesleven van Mondriaan. ‘Mondriaan wordt vaak geportretteerd als een rationele, ascetische man. Een monnik die zich opsloot in zijn atelier. Maar wie de historische feiten op een rij zet, komt op het tegendeel uit,’ stelt Janssen. ‘Mondriaan besloot Lily Bles, de dochter van dichter Dop Bles, in 1931 een huwelijksaanzoek te doen, per brief. De kunstenaar kocht zelfs een groter bed, huurde een zolderkamertje boven zijn eigen keukentje, timmerde een wiegje en schilderde zijn hele atelier.’
Hans Janssen
Piet Mondriaan: een nieuwe kunst voor een ongekend leven
De eerste volwaardige biografie van leven en werk van Piet Mondriaan
Gebonden, 608 p.
Uitg. Hollands Diep
ISBN: 9789048833580
€ 39.99 – 2016
‘Janssen staat bekend als dé Mondriaandeskundige en heeft al diverse boeken aan de kunstenaar gewijd. In de biografie kiest hij voor een nieuwe benadering: hij probeert onder de huid van de kunstenaar te kruipen en de schilder als ‘mens’ weer te geven. Hij kijkt met de ogen van Mondriaan naar een schilderij. Zo leest het boek hier en daar als een “vie romancée”, alsof de schrijver – en dus ook de lezer – bij Mondriaan in zijn atelier staat.’ PZC
# Meer informatie op website Hollands Diep
fleursdumal.nl magazine for art & literature
More in: - Book News, Antony Kok, Art & Literature News, De Stijl, Doesburg, Theo van, Essays about Van Doesburg, Kok, Mondriaan, Schwitters, Milius & Van Moorsel, Kok, Antony, Magazines, Modernisme, Piet Mondriaan, Piet Mondriaan, Theo van Doesburg, Theo van Doesburg, Theo van Doesburg (I.K. Bonset)
Tentoonstelling De Stijl in het Stedelijk Museum Amsterdam
3 dec 2016 – 21 mei 2017
Wat heeft het werk van Isa Genzken met De Stijl te maken? En hoe verhoudt Bas Jan Ader zich tot De Stijl, of de iconische Lichtenstein uit de collectie van het Stedelijk? In De Stijl in het Stedelijk is in zes zalen te zien hoe De Stijl in de collectie vertegenwoordigd is, en hoe de stroming weerklank vond en vindt bij andere kunstenaars in de collectie. Onderdeel van het 100 jaar De Stijl programma.
De presentatie is opgebouwd rond verschillende facetten, zoals kleurgebruik, de diagonaal, zuiverheid, architectuur en de verspreiding van de stijl. Werken van De Stijl die de ideologie bij uitstek tot uitdrukking brengen, worden gecombineerd met werk van naoorlogse kunstenaars. Het is duidelijk dat De Stijl een onontkoombaar gegeven was voor de generaties die volgden. Sommige kunstenaars brengen een geïnspireerde ode, anderen onderzoeken de hedendaagse betekenis ervan. De dominantie van De Stijl riep ook parodiërende reacties op, zoals de Infe©ted Mondrian, de zieke Mondriaan, van General Idea uit de jaren 90.
De Stijl en het Stedelijk
In oktober 1917 verscheen de eerste aflevering van De Stijl, maandblad voor de moderne beeldende vakken, waarin kunstenaars, vormgevers en architecten vernieuwende ideeën publiceerden over een radicale hervorming van de kunst, die moest leiden naar een wereld van totale harmonie en een eenheid van kunst en leven. Hun theorieën over kleur en ruimte leidden tot een revolutionaire, volledig abstracte beeldtaal die aan die harmonie uitdrukking moest geven.
Het Stedelijk Museum legde een grote verzameling aan van De Stijl en leverde mede dankzij een aantal belangrijke tentoonstellingen een bijdrage aan de internationale waardering voor de beweging, in het bijzonder met het grote overzicht in 1951, georganiseerd door toenmalig directeur Willem Sandberg, dat doorreisde naar het MoMA in New York.
De Stijl werd in 1931 opgeheven, maar is tot op de dag van vandaag voor kunstenaars, vormgevers en architecten een inspiratiebron, of juist een onontkoombaar gegeven om zich tegen af te zetten.
2017: 100 jaar de stijl
In 2017 is het 100 jaar geleden dat De Stijl werd opgericht, de legendarische kunstenaars- en architectengroep rond Theo van Doesburg, Piet Mondriaan en Gerrit Rietveld. Dat wordt in Nederland door verschillende musea groot gevierd. Het Stedelijk Museum Amsterdam was de katalysator van de internationale doorbraak van De Stijl en beschikt over een van de grootste collecties van de beweging. In 2017 wijdt het Stedelijk een jaarlang presentaties aan onverwachte kanten van De Stijl, zoals een tentoonstelling over Chris Beekman, het afvallige lid van De Stijl. Ook legt het museum een verbinding met de Russische Revolutie, die eveneens in 1917 plaatsvond.
De tentoonstellingen omtrent 100 Jaar De Stijl zijn onderdeel van een nieuw, langlopend onderzoeksprogramma van het Stedelijk. Daarin wordt de collectie van het museum, zonder onderscheid tussen beeldende kunst en vormgeving, op een experimentele manier benaderd, geïnterpreteerd en gepresenteerd. Ook de rijke geschiedenis van het instituut en de archieven worden daarbij betrokken.
100 JAAR DE STIJL
Stedelijk Museum belicht een jaar lang onverwachte kanten van De Stijl:
De Stijl in het Stedelijk
3 december 2016 – 21 mei 2017
Het Stedelijk laat in zes zalen zien hoe De Stijl in de collectie vertegenwoordigd is, en hoe de stroming weerklank vond en vindt bij andere kunstenaars in de collectie. Wat heeft bijvoorbeeld het werk van Isa Genzken met De Stijl te maken? En hoe verhoudt Bas Jan Ader zich tot De Stijl, of de iconische Lichtenstein uit de collectie van het Stedelijk? De presentatie is opgebouwd rond verschillende facetten, zoals kleurgebruik, de diagonaal, zuiverheid, architectuur en de verspreiding van De Stijl. Werken van De Stijl die de ideologie bij uitstek tot uitdrukking brengen, worden gecombineerd met werk van naoorlogse kunstenaars. Het is duidelijk dat De Stijl een onontkoombaar gegeven was voor de generaties die volgden. Sommige kunstenaars brengen een geïnspireerde ode, anderen onderzoeken de hedendaagse betekenis ervan. De dominantie van De Stijl riep ook parodiërende reacties op, zoals de Infe©ted Mondrian, de zieke Mondriaan, van General Idea uit de jaren 90.
Chris Beekman, de afvallige van De Stijl
8 april – 17 september 2017
Het Stedelijk besteedt aandacht aan het werk van Chris Beekman, een van de meest politiek actieve kunstenaars verbonden aan deze beweging. Voor het eerst is het oeuvre van deze vergeten Stijl-kunstenaar te zien, in een tentoonstelling met circa 80 werken, uit de collecties van het Stedelijk Museum, Museum Kröller Müller en het Amsterdam Museum.
Schilder en communist Chris Beekman (1887-1964) was bevriend met links-radicalen als Bart van der Leck, Peter Alma en Robert van ’t Hoff. Zijn werken uit de beginjaren van De Stijl laten een grote vrijheid zien in geometrische vorm en kleur. Beekman kreeg echter een afkeer van de louter ideële discussie binnen de stroming en het, in zijn ogen, gebrek aan concrete maatschappelijke betekenisgeving van De Stijl. De wereld stond in brand en daar moest begrijpelijke schilderkunst voor gemaakt worden. Hij brak begin jaren 20 dan ook met de abstractie om zich te wijden aan figuratieve kunst met een sociale inslag. In de tentoonstelling is de breuk met De Stijl goed te volgen: waar Mondriaan zijn meest efemere zwart-wit werken schildert, zoekt Beekman gedesillusioneerd een weg terug naar het volk. Hiermee vormt hij een trait-d’union tussen De Stijl en de Russische Revolutie: ook daar keerde menig kunstenaar, waaronder Malevich, terug naar de figuratie.
De tentoonstelling brengt, naast zijn werk van direct voor, tijdens en na de De Stijl-periode, ook de directe context waarin Beekman werkte in beeld. Zo zijn er banden met onder meer Bart van der Leck en Piet Mondriaan, met wie hij in Laren bevriend raakte, en is ook werk te zien van Jacob Bendien, Johan van Hell en Ferdinand Erfmann, en vroeg, verrassend abstract werk van Carel Willink.
Vanaf eind mei 2017 wordt er een epiloog aan de tentoonstelling toegevoegd, waarin duidelijk wordt dat Beekman nummers van De Stijl, met foto’s van abstract werk en De Stijl architectuur, opstuurde naar Malevich. Onderzoek suggereert dat een trapontwerp van Van ’t Hoff wellicht van invloed is geweest op de ontwikkeling van de laatste fase van Malevich’ suprematisme: de Architektons.
Op 2 en 3 juni 2017 houden het Stedelijk Museum en de Khardzhiev Stichting een internationaal symposium: The Many Lives of the Russian Avant-garde – Symposium in honour of Nikolai Khardzhiev, scholar and collector (1903-1996). Met deelname van vooraanstaande wetenschappers en met aandacht voor de Russische avant-garde als multidisciplinaire onderneming: kunstzinnig, literair, politiek en filosofisch.
De Stijl en Metz & Co
14 oktober 2017– 28 januari 2018
Leden van De Stijl ontwierpen onder meer meubelen, interieurtextiel en verpakkingen voor het Amsterdamse warenhuis Metz & Co. Het warenhuis speelde vanaf eind jaren 20 een grote rol bij de verspreiding van het modernisme in Nederland. Een aantal opvallende werken uit de collectie van het Stedelijk, van onder anderen Bart van der Leck, Friedrich Vordemberge-Gildewart en Vilmos Huszár, worden gepresenteerd in samenhang met hun toegepaste werk voor Metz & Co. De Zigzag-meubelontwerpen van Gerrit Rietveld – waarvan enkele vanaf 1934 bij Metz & Co in productie werden genomen – krijgen bijzondere aandacht. Daarnaast wordt werk getoond van ontwerpers die door De Stijl beïnvloed werden, zoals Sonia Delaunay, die veel stoffen voor het warenhuis ontwierp.
In 2017 zal het Stedelijk ook aandacht besteden aan de Russische revolutie, die honderd jaar geleden plaatsvond, met onder meer een presentatie over de Russische revolutie en film(affiches), en reflecties van kunstenaars uit de jaren 80 en 90 op de Sovjetmaatschappij.
De tentoonstellingen omtrent 100 Jaar De Stijl zijn onderdeel van een nieuw, langlopend onderzoeksprogramma van het Stedelijk. Daarin wordt de collectie van het museum, zonder onderscheid tussen beeldende kunst en vormgeving, op een experimentele manier benaderd, geïnterpreteerd en gepresenteerd. Ook de rijke geschiedenis van het instituut en de archieven worden daarbij betrokken.
Stedelijk Museum Amsterdam
Museumplein 10
1071 DJ Amsterdam
# Meer informatie op website SM
# Meer informatie over De Stijl op website Antony Kok
fleursdumal.nl magazine for art & literature
More in: Antony Kok, Antony Kok, Art & Literature News, Bauhaus, Dadaïsme, De Stijl, Design, DICTIONARY OF IDEAS, Doesburg, Theo van, Essays about Van Doesburg, Kok, Mondriaan, Schwitters, Milius & Van Moorsel, Evert en Thijs Rinsema, FDM Art Gallery, Futurisme, Kok, Antony, Kurt Schwitters, Magazines, Piet Mondriaan, Theo van Doesburg, Theo van Doesburg, Theo van Doesburg (I.K. Bonset)
De Nacht van DADA viert zaterdag 3 december 2016 in DE Studio de 100ste verjaardag van de explosieve kunstbeweging met optredens van BLIXA BARGELD en een ontregeld leger artiesten. Let’s DADA! VONK & Zonen en Villanella presenteren op zaterdag 3 december de Nacht van DADA in DE Studio. Deze festivalnacht staat helemaal in het teken van 100 jaar dada, de anarchistische en explosieve kunstbeweging die Europa in vuur en vlam zette kort na de eerste wereldoorlog. VONK & Zonen verzamelde een ontregeld leger artiesten die de DADA-geest uit de fles laten die in gesprek gaat met deze woelige tijden.
De Nacht van DADA wordt geopend door een uurlange ‘Solo Vocal Performance’ van BLIXA BARGELD. Hij ontleende niet voor niets zijn artiestennaam van de Duitse dichter en kunstenaar Johannes Theodor Baargeld (actief in de dadagroep in Keulen). Bargeld brengt een vocale performance in de geest van Kurt Schwitters. Daarna barst het festival uit zijn voegen in de verschillende zalen in DE Studio.
HERR SEELE, MARCEL VANTHILT en TEUN VERBRUGGEN & BONOM bereiden gepast dadaïstisch vuurwerk voor. Poëzierotten JAAP BLONK, PETER HOLVOET-HANSSEN en DIDI DE PARIS knipogen naar de historische dadapoëzie. Er is ook beeldende kunst met collage’s van BARBARA BERVOETS, spielereien van BERT LEZY en fluxus art van LUDO MICH. Tip Toe Topic, met o.a. ELKO BLIJWEERT, begeleiden oude experimentele dadafilmpjes. Danser MICHAEL VAN REMOORTERE toont zijn kont. Dichter ANDY FIERENS en muzikant MICHAËL BRIJS verzamelen een 30-koppig gelegenheidskoor onder de noemer De Bronstige Bazooka’s dat hun nieuwe dadawereldcreatie ‘World Reet Center’, waarin goede smaak wanhopig en helaas tevergeefs vecht voor zichzelf, in première zal zingen. De kunstenaars van Yellow Art uit Geel en het psychiatrisch centrum Sint-Amadeus uit Mortsel zorgen voor een 100-tal dadaïstisch beschilderde maskers die tijdens de Nacht van DADA worden uitgedeeld.
Al wat te serieus is in deze wereld zal er aan moeten geloven, dus doe uw beste boots aan en trek een zak over uw lelijke kop. Here we go. Let’s DADA!
De Nacht van DADA is een organisatie van VONK & Zonen i.s.m. Villanella en met steun van het Vlaams Fonds voor de Letteren en de stad Antwerpen.
De vorige Nacht van VONK is niet onopgemerkt voorbij gegleden. Meer dan vijftig schrijvers, muzikanten en kunstenaars brachten de geest van Jean-Marie Berckmans tot leven en doopten deze wilde nacht om tot de Nacht van PAFKE.
Dit jaar zet VONK & Zonen het festival in het teken van 100 jaar dada, de anarchistische, explosieve kunstbeweging die Europa in vuur en vlam zette kort na de eerste wereldoorlog. Verwacht u aan interventies van onze beste artiesten, van Herr Seele over Marcel Vanthilt tot Jaap Blonk. Als knallende openingsact hebben we Blixa Bargeld gestrikt voor een solo vocale performance in de geest van Kurt Schwitters. Al wat te serieus is in deze wereld, zal er aan moeten geloven.
DE Studio zal op zijn grondvesten daveren, dus doe uw beste boots aan en trek een zak over uw kop.
Here we go. Let’s dada!
DE VOLLEDIGE PROGRAMMATIE
EN TICKETS VIND JE OP
WWW.DESTUDIO.COM &
WWW.VONKENZONEN.BE
Met o.a.
HERR SEELE
JAAP BLONK
TEUN VERBRUGGEN
MARCEL VANTHILT
TIP TOE TOPIC
LUDO MICH
PETER HOLVOET-HANSSEN
BONOM
BARBARA BERVOETS
ANDREW CLAES
BERT LEZY
ANDY FIERENS
MICHAËL BRIJS
DE BRONSTIGE BAZOOKA’S
HERSENCELLEN
GERT VANLERBERGHE
ELKO BLIJWEERT
KUNSTHUIS YELLOW ART
DJ BOOTS
DIANE GRACE
TROEBEL NEYNTJE
KATJA STONEWOOD
VITALSKI
DJ WAGONMAN
SVEN DE SWERTS
MICHAEL VAN REMOORTERE
ANNELEEN VAN OFFEL
ELENA PEETERS
DOMINIQUE OSIER
DIDI DE PARIS
BUTSENZELLER
JEUGD & POËZIE
HAMSTER AXIS OF THE ONE CLICK PANTHER
PHILIP MEERSMAN
GEERT BEULLENS
MCHNRY
FREDERIK LUCIEN DE LAERE
ATERITIS BELDEMOR
DE Studio
Maarschalk Gérardstraat 4
2000 Antwerpen
# Meer info op website DE Studio
fleursdumal.nl magazine
More in: #Archive A-Z Sound Poetry, Art & Literature News, Baargeld, Johannes Theodor, Ball, Hugo, Dada, DADA, Dadaïsme, Doesburg, Theo van, FLUXUS LEGACY, Kok, Antony, Literary Events, Ostaijen, Paul van, Schwitters, Kurt, THEATRE, Tzara, Tristan
Museum Dr8888 viert 100 jaar Dada
De tentoonstelling is nog tot en met 18 september 2016 te zien.
De tentoonstelling Holland Dada and the International Context sluit aan bij de mondiale viering van de oprichting van de Dada-beweging in 1916. Museum Dr8888 heeft dankzij een uitgebreid internationaal netwerk de hand weten te leggen op prachtige collecties van Dada-kunstenaars uit diverse landen als Frankrijk, België en Duitsland. De tentoonstelling toont topwerken van o.a. Hans Arp, Marcel Duchamp, Kurt Schwitters, Man Ray en Francis Picabia.
Holland Dada and the International Context is opgebouwd in hoofdstukken die corresponderen met steden waar Dada een rol heeft gespeeld en een speciaal hoofdstuk over Holland Dada. Steden als Zürich, New York, Berlijn, Hannover, Parijs en Drachten zijn te zien in het gehele museum. Museum Dr8888 toont tijdens deze tentoonstelling een breed spectrum van disciplines: van literatuur en beeldende kunst tot film en muziek.
Randprogrammering: Naast de tentoonstelling volgt ook een randprogrammering die zich afspeelt binnen en buiten het museum. Zo geven Professor Russolo & His Noise Intoners vanaf mei elke laatste zaterdag van de maand om 15.30 uur een speciale Dada-voorstelling met de titel De grote betovering van het tijdloze (De liefde) in het auditorium. Dit is een ruim 35 minuten durende ode aan 100 jaar Dada in de vorm van een sprookjesachtige circusvoorstelling, waarin zeven bijzondere fantasiekarakters worden gemimed, gedanst en gezongen door zeven verschillende acteurs. De voorstellingen vinden plaats in het kader van Holland Dada and the International Context en zijn gratis te bekijken. U betaalt slechts toegang tot het museum.
Tentoonstelling Dada Remake in Sûnenz
Op maandag 20 juni opent Museum Dr8888 i.s.m. Sûnenz, de tentoonstelling DaDa Remake. De tentoonstelling bestaat uit foto’s van scholieren en studenten van o.a. ROC Friese Poort en het Drachtster Lyceum. Tijdens de opening wordt tevens de nieuwste uitgave van het tijdschrift DADA in Stijl gepresenteerd. Het tijdschrift is een samenwerking tussen Museum Dr8888, ROC Friese Poort en Minerva Academie voor Popcultuur. De tentoonstelling is tot en met 28 augustus in Sûnenz te zien.
Over de tentoonstelling: De tentoonstelling DaDa Remake is samengesteld uit foto’s die gemaakt zijn door studenten en scholieren. De jonge kunstenaars deden mee aan het Dada-fotografie project ‘Hoe bluf ik mijn weg door fotografie?’, een project over Dada en fotografie in het kader van de manifestatie 100 jaar Dada. Zij lieten zich inspireren door een iconische foto, denk aan de Beatles op Abbey Road van Iain MacMillan of Maxima van Erwin Olaf. Museumdocent is Mariëlle Vos en gastcurator van de tentoonstelling is Hester Witteveen, student kunstgeschiedenis aan de RUG.
Tentoonstelling DaDa Remake
Datum: 20 juni t/m 28 augustus 2016
Plaats: Sûnenz, Burgemeester Wuiteweg 140B, Drachten
Openingstijden: ma-zo, 9:00 – 20:00 uur
Tijdschrift Dada in Stijl te koop
DADA in Stijl is alweer de derde uitgave van het tijdschrift waarin jonge vormgevers, schrijvers en kunstenaars hun talenten laten zien. Dit doen ze in de vorm van foto’s, collages en artikelen. Het tijdschrift bestaat uit bijdragen van onder meer Natasha Taylor, Tjy Liu, Bert Jansen, Hein Kockelkoren, studenten TURBO Groep van AvP en ROC Friese Poort.
Het tijdschrift is verkrijgbaar voor € 6,50
Nieuwe publicatie
Holland Dada en de internationale context
door Annemieke Keizer-Sloff e.a.
€29,90
Paperback
Nederlands
Pagina’s 288
Auteur: Paulo Martina, Annemieke Keizer-Sloff, Dick Adelaar, Emanuel Overbeeke, Hester Jenkins, K. Schippers, Niels Bokhove, Remco Heite
ISBN: 9789056153748
In Holland Dada en de internationale context gaan verschillende dada-deskundigen, waaronder schrijver/dichter K. Schippers, in op de betekenis van de beweging voor de beeldende kunst, muziek en typografie. De internationale context staat hierbij centraal. De steden die in het boek aan bod komen zijn: Zürich, New York, Berlijn, Hannover, Keulen, Parijs, Antwerpen en Drachten.
Ondanks haar kleine omvang neemt Drachten zeker geen onbelangrijke plaats in de geschiedenis van dada in. Zo bestond er een intensief contact tussen Theo van Doesburg en Kurt Schwitters en de Drachtster broers Evert en Thijs Rinsema. Evert Rinsema was dichter, zijn broer Thijs kunstschilder. Door de vriendschap met de gebroeders Rinsema kwam Theo van Doesburg in contact met de gemeente-architect Cees Rienks de Boer. Van Doesburg ontwierp voor 16 middenstandswoningen aan de Torenstraat en de Landbouwwinterschool een kleuroplossing. Ook ontwierp hij op verzoek van De Boer glas-in-loodramen voor de Christelijke ULO en de Landbouwwinterschool.
In april 1923 ‘eindigde’ in Drachten de internationale dada-beweging met een solo-optreden van Kurt Schwitters. Tot die tijd shockeerde hij zijn publiek graag met abstracte poëzie en een onverstaanbaar mengsel van diverse talen en dierengeluiden, maar vanaf dat moment stapte Schwitters over op sprookjes en voordrachten over moderne kunst. Het optreden in Drachten was de laatste in zijn soort en daarmee een keerpunt in de gehele dada-beweging.
# Meer informatie op website Museum Dr8888
Museum Dr8888
Museumplein 2,
Drachten
fleursdumal.nl magazine
More in: - Book News, Antony Kok, Art & Literature News, Dada, Dadaïsme, De Stijl, Doesburg, Theo van, Evert en Thijs Rinsema, Kok, Antony, Kurt Schwitters, Marcel Duchamp, Piet Mondriaan, Schippers, K., Schwitters, Kurt, Theo van Doesburg, Theo van Doesburg
Onder de titels Wilden en Nieuwe Wilden presenteren Museum de Fundatie en het Groninger Museum tot en met 18 september 2016 een dubbeltentoonstelling gewijd aan het 20ste-eeuwse expressionisme in Duitsland. In Museum de Fundatie staat het expressionisme uit het begin van de eeuw centraal, het Groninger Museum toont het neo-expressionisme uit de jaren ’80. Meer dan een halve eeuw scheidt de beide bewegingen, toch is er bij alle verschillen een duidelijke gemene deler: artistieke vrijheid zonder compromis.
Artistieke conventies en academische regels werden ingeruild voor subjectieve ervaringen. In Duitsland manifesteerde het expressionisme zich aan het begin van de twintigste eeuw in het werk van leden van de kunstenaarsgroeperingen ‘Brücke’ en ‘Der Blaue Reiter’. Met hun compromisloze visie veranderden kunstenaars als Alexej von Jawlensky, Wassily Kandinsky, Emil Nolde, Ernst Ludwig Kirchner, August Macke, Franz Marc en Max Pechstein voorgoed het gezicht van de moderne kunst. De expositie WILDEN – Expressionisme van ‘Brücke’ & ‘Der Blaue Reiter’, toont met zo’n 100 werken het eerste grote museale overzicht in Nederland van Duitse expressionistische schilderkunst.
Niet de buitenwereld maar de binnenwereld, daar ging het de expressionisten om. Kunst als uitdrukking van emotie en innerlijke beleving.
De baanbrekende kunst van het expressionisme was de weerslag van sociale en wetenschappelijke veranderingen in de jaren vóór en vlak na de Eerste Wereldoorlog in Duitsland. De oprukkende industrialisering, de explosief groeiende steden, de ‘ontgoddelijking’ van de samenleving – “God is dood”, zei Nietzsche –, de ontdekking van het onderbewuste en de opkomst van de psychoanalyse, alsook de ontwikkeling van de kwantummechanica en relativiteitstheorie zetten het vertrouwde mens- en wereldbeeld op zijn kop. Oude zekerheden vielen weg en een nieuwe, grotendeels (nog) onbekende realiteit diende zich aan. De unieke positie van de mens in de schepping werd betwijfeld. De expressionistische kunstenaars keerden zich tegen het materialistische vooruitgangsdenken, dat vooral zakelijk en rationeel was. Zij richtten zich voortaan op de geestelijke wereld die achter de materie schuilging en wilden de band tussen mens en natuur herstellen.
De expressionisten stonden kritisch tegenover het onpersoonlijke stadsleven en verheerlijkten de eenvoud van het platteland. Zogenaamd primitieve volkeren werden als de ware erfgenamen van het verloren paradijs tot voorbeeld genomen, zowel in leven als in kunst. Geen materialisme en burgerlijkheid, maar originaliteit en echt contact. In artistieke zin was het expressionisme een reactie op het inmiddels als gezapig betitelde impressionisme, dat – letterlijk – oppervlakkig werd bevonden door zijn focus op de buitenkant van de wereld. Kunstenaars van ‘Brücke’ en ‘Der Blaue Reiter’, opgericht in respectievelijk in 1905 in Dresden en in 1911 in München, hielden zich juist bezig met het innerlijk en met de oorspronkelijke, geestelijke eenheid van mensen, dieren en planten. Zij wilden niet de optische realiteit weergeven, maar de subjectieve ervaring van de mens in zijn natuurlijke omgeving. Bevrijd van de noodzaak zich te houden aan de werkelijkheid zochten de Duitse expressionisten naar alternatieve methoden om hun visie uit te dragen. Ongekend felle kleuren en krachtige vormen werden de dragers van ideeën en emoties. Nolde, Kirchner, Pechstein en andere leden van ‘Brücke’ bleven bij alle stilering vasthouden aan de herkenbaarheid van hun onderwerpen. Leden van ‘Der Blaue Reiter’, met name Jawlensky en Kandinsky, voerden hun streven naar vergeestelijking daarentegen zo hoog op dat zij de materiële wereld oplosten in een volledig voorstellingsloos beeld. Zodoende stonden zij mede aan de basis van de abstracte kunst.
Wilden – Expressionisme
van ‘Brücke’ en ‘Der Blaue Reiter’
t/m 18 september 2016
Museum de Fundatie
Blijmarkt 20
8011 NE Zwolle
Telefoon: 0572 388188
info@museumdefundatie.nl
# meer info website museum de fundatie
fleursdumal.nl magazine
More in: *War Poetry Archive, Art & Literature News, Exhibition Archive, EXPERIMENTAL POETRY, Expressionism, Expressionisme, Galerie Deutschland, PRESS & PUBLISHING
De vlucht uit de tijd
Hugo Ball
Vertaald door Hans Driessen
Het korte leven van Hugo Ball werd gekenmerkt door rusteloosheid. Deze rusteloosheid is goed zichtbaar in Balls hoofdwerk Die Flucht aus der Zeit (1927) – bijna letterlijk zijn laatste, radicale woorden. Hij wilde geen concessies meer doen aan het lezend publiek en aan de waarheid mocht niet worden geschaafd. De romanvorm schoot daarom in zijn ogen tekort: De vlucht uit de tijd werd een compilatie uit zijn dagboeken, een bonte verzameling van notities, redeneringen, uittreksels en citaten uit boeken die voor Hugo Ball belangrijk waren. Er zijn twee duidelijke zwaarte-punten: de oprichting van de dada-beweging, met alles wat daaraan voorafging en wat erop volgde, en Balls terugkeer naar de katholieke kerk, die zijn dada-kameraden hogelijk verbaasde, om niet te zeggen ergerde. De lezer wordt in De vlucht uit de tijd een blik gegund in de werkplaats van deze onnavolgbare denker, die zijn teksten presenteert zoals hij ze destijds noteerde: rechtstreeks en zonder opsmuk.
352 pagina’s | paperback
isbn 978 94 6004 265 2
prijs 22,50
Uitgeverij Vantilt
St. Annastraat 99
6501 bk Nijmegen 652 4 ek Nijmegen
e-mail: info@vantilt.nl
www.vantilt.nl
fleursdumal.nl magazine
More in: - Book News, Ball, Hugo, Dada
Genese Dada
100 Jahre Dada Zürich
bis 10. Jul 2016
“Wie erlangt man die ewige Seligkeit? Indem man Dada sagt. Wie wird man berühmt? Indem man Dada sagt. Mit edlem Gestus und mit feinem Anstand. Bis zum Irrsinn, bis zur Bewusstlosigkeit.”
Hugo Ball
Über die Ausstellung
Am 5. Februar 1916 von Hugo Ball, Emmy Hennings, Marcel Janco, Tristan Tzara und Hans Arp im »Cabaret Voltaire« in Zürich gegründet, ist Dada eine der progressivsten Kunstbewegungen des 20. Jahrhunderts. Zum 100-jährigen Jubiläum lässt das Arp Museum Bahnhof Rolandseck die bedeutenden Geburtsorte Dadas wieder aufleben: die legendäre Künstlerkneipe »Cabaret Voltaire« und die bürgerliche »Galerie Dada«. Ausgehend von diesen beiden Polen revolutionierten die Dadaisten innerhalb kürzester Zeit die internationale Kunstwelt. Neben ihren eigenen Arbeiten zeigten sie dort Werke von internationalen Avantgarde-Künstlern wie Giorgio de Chirico, Pablo Picasso, Paul Klee und Elie Nadelman, die nun auch in der Ausstellung zu sehen sind. Die Kunstwerke werden in eine lebhafte Inszenierung eingebettet, die den vielsKünstlerinnen und Künstler der Ausstellung
Genese Dada. 100 Jahre Dada Zürich
Anonym (Meister der Magdalenen-Legende)
Hans Arp
Hugo Ball
Heinrich Campendonk
Giorgio De Chirico
Jacoba van Heemskerck
Richard Huelsenbeck
Marcel Janco
Paul Klee
Oscar Lüthy
August Macke
Francois-Joseph Martin
Elie Nadelmann
Max Oppenheimer
Pablo Picasso
Hilla Rebay
Otto Van Rees
Adya Van Rees-Dutilh
Arthur Segal
Sophie Taeuber
Tristan Tzarachichtigen gesellschaftlichen und intellektuellen Nährboden verdeutlicht, aus dem Dada entstanden ist. Themengebiete wie Psychologie, Literatur und politisch-soziokulturelle Revolte spiegeln dabei den Zeitgeist wider und machen die Entstehung von Dada anschaulich.
In Zusammenarbeit mit dem Cabaret Voltaire, Zürich
“Dada ist schön wie die Nacht, die einen jungen Tag in ihren Armen wiegt.”
Hans Arp
100 Jahre Dada: Das große Fest des kultivierten Un-Sinns
“Genese Dada. 100 Jahre Dada Zürich: Das Arp Museum feiert das große Dada-Jubiläum 2016 mit einer ebenso fulminanten wie substantiellen Ausstellung, die die Entstehung der für die Moderne so wichtigen Kunstrichtung anschaulich nachverfolgt. (Ausstellungsdauer bis 10. Juli 2016)
Einen zentralen Beitrag zum europaweit gefeierten Dada-Jahr stellt die große Ausstellung »Genese Dada. 100 Jahre Dada Zürich« (14. Februar bis 10. Juli 2016) im Arp Museum Bahnhof Rolandseck dar, die in Kooperation mit dem Direktor des Cabaret Voltaire in Zürich, Adrian Notz, erarbeitet wurde. »Wie aus einer künstlerischen Laune eine revolutionäre internationale Kunstrichtung wird und welche Rolle die beiden mit Rheinland-Pfalz verbundenen Künstlerpersönlichkeiten Hugo Ball und Hans Arp spielen, ist in dieser fantastischen Ausstellung mit größtem Vergnügen zu erleben«, kommentiert der rheinland-pfälzische Kulturstaatssekretär Walter Schumacher.
Am 5. Februar 1916 von Hugo Ball, Emmy Hennings, Marcel Janco, Tristan Tzara und Hans Arp im Cabaret Voltaire in Zürich gegründet, wurde Dada zu einer der zentralen Kunstbewegungen des 20. Jahrhunderts. Anlässlich des Jubiläums widmet sich das Arp Museum Bahnhof Rolandseck den Anfangsjahren der Kunstbewegung und erweckt die bedeutenden Entstehungsorte Dadas wieder zum Leben: die legendäre Künstlerkneipe »Cabaret Voltaire« und die eher bürgerlich orientierte »Galerie Dada«. »Als Gegengewicht zum dionysischen Cabaret wurde die apollinische Galerie eingesetzt. Nur durch die beiden Komponenten Cabaret Voltaire und Galerie Dada konnte die Unruh von Dada in Schwingung gebracht werden«, bewertet Adrian Notz.
Die Abkehr vom Krieg und die Entdeckung des Nichts
Im Wechselspiel zwischen den beiden gegensätzlichen Geburtsstätten entwickelte sich im damals äußerst kosmopolitischen Zürich – einer der Flüchtlingsmetropolen Europas – der Geist Dadas. Ein wichtiger Ausgangspunkt war der überzeugte Pazifismus der Protagonisten. Selbst die Künstler, die sich anfangs dem allgegenwärtigen Kriegstaumel nicht ganz entziehen konnten, sagten sich von ihm los und versuchten, die Geschehnisse jenseits der so sicher erscheinenden Gebirgsketten zu verdrängen. Gleichzeitig waren es die Grauen des Krieges, die alles Bestehende so nichtig erscheinen ließen – und das Nichts so zum neuen Gott erhoben.
Die große Revolte gegen die Traditionen und Konventionen – ohne politische Ideologie
Zugleich wurden die bürgerliche Gesellschaft und ihr gängiger Wertekanon, die den Ersten Weltkrieg hervorgebracht hatten, zur Zielscheibe des künstlerischen Protestes erklärt. Die etablierte Kunst als Teil dieser Gesellschaft wurde als reaktionär und überholt abgelehnt.
Stattdessen suchten die Dadaisten nach neuen Ausdrucksformen, in der darstellenden wie in der bildenden Kunst. In den legendären Soireen im Cabaret Voltaire wurde gedichtet, gesungen, hinter Masken getanzt und den anarchischen Kräften von Geist und Körper Tribut gezollt. Die bisweilen absurde dadaistische Performance war durchaus mehr als eine Narretei – und doch war sie kein Akt dezidierten politischen Protestes. Die Dadaisten verweigerten sich einer klaren Zuordnung zu einer politischen Haltung. Vielmehr war es die Macht der Ratio und ihrer vermeintlichen Strategien, die nun zum Urgrund aller kollektiven Verbrechen erklärt wurde. So erteilten die Künstler der Logik eine radikale Absage.
Befreiung der Sprache und Lob des Archaischen sowie der mystischen Naturverbundenheit
Der Abgesang auf die herrschenden Mächte und ihre Propaganda führte zu neuen Formen des sinnlichen, aber unsinnigen Sprachgebrauchs. In Simultan- und Lautgedichten suchten die Dadaisten die Grenzen des Vernunftdenkens zu überwinden. In mystischen Übungen diente das Unterbewusstsein als Quelle des unmittelbar Schöpferischen, wobei zeitgenössische Theorien und wissenschaftliche Schriften der Psychoanalyse, etwa von C. G. Jung, wichtige Impulse lieferten.
In ihrer Suche nach vorsprachlichen, urwüchsigen Ausdrucksformen und einer Sehnsucht nach der vorzivilisierten Natur spiegeln die Dadaisten einen Aspekt des Zeitgeistes. Die Lebensreformer und Nudisten, die etwa zeitgleich im schweizerischen Ascona auf dem Monte Verità im Einklang mit der Natur lebten und mit den Dada-Künstlern in regem Austausch standen, sind hier beispielhaft zu nennen.
Auch das starke Interesse an der afrikanischen Kunst, die mit dem so genannten Primitivismus weithin ihre Würdigung erfuhr, fügt sich hier ein. Von Klischees geprägt, wird die so genannte »Negerkunst« in europäischen Ausstellungen gefeiert und ihre Formensprache zu adaptieren versucht. Die exotischen Rhythmen wiederum lieferten Inspiration für theatralische Darbietungen und maskierte Tänze, in denen man das Unmittelbare, Spontane und Unkontrollierbare anstrebte, das mit den Kulturpraktiken primitiver Stämme assoziiert wurde.
Vom Zürcher Kabarett zur Internationalen Bewegung
Die »wilde« Initiationsphase im Cabaret Voltaire setzte sich in der benachbarten Galerie Dada fort. Mit dem Ortswechsel lässt sich jedoch auch eine gewisse Professionalisierung erkennen. Durch öffentliche Führungen und den Kontakt zu Journalisten sollte gezielt ein kunstaffines Publikum erreicht werden. Neben den Soireen wurden in der Galerie vermehrt Ausstellungen gezeigt, bei denen auch Werke namhafter internationaler Avantgarde-Künstler zu sehen waren. Die Ablehnung der etablierten Kunst durch die Dadaisten wandelt sich hier in das Bestreben, mittels Bezügen zum Surrealismus, Futurismus oder Kubismus den Anschluss an die internationale Kunstszene zu gewinnen. Die dadaistischen Manifeste und Schriften, die Hugo Ball und seine Mitstreiter publizierten, dienten dabei als Medium der Verbreitung. Es bildeten sich Dada-Zentren in Hannover, Berlin und Köln aber auch in Paris und New York, und Dada revolutionierte innerhalb kürzester Zeit die Kunstwelt.
Dada – kein Stil, sondern . . .
Die Ausstellung widmet sich intensiv dem intellektuellen und wissenschaftlichen Nährboden der Zeit, aus dem Dada hervorging. Themen wie Mystik, Psyche, Revolte, Philosophie und Literatur stehen dabei in engem Wechselspiel zu den verschiedenen künstlerischen Formen und Praktiken, die sich unter dem Einfluss der Dadaisten in eine gänzlich neue Richtung entwickelt haben – von Tanz, Theater, Poesie und Neuer Musik bis hin zu Masken und Kostümen, Collagen, Objekten, Gemälden und Grafiken. Entscheidend ist hierbei die im Ausstellungskatalog festgehaltene Schlussfolgerung des Dada-Kenners Tobia Bezzola, dass sich der Dadaismus nicht auf einen Stil reduzieren lasse. Anders als andere Ismen der modernen Avantgarden sei Dada nicht an einer spezifischen Form zu erkennen und an ihr zu charakterisieren. Als proklamierte »Stunde Null« in der Kunst stellt Dada somit einen Bruch mit einer chronologisch nachvollziehbaren Stilentwicklung dar, wie sie die Kunstgeschichte von der Neuzeit bis zur Postmoderne konstruiert. Damit wird die Dada-Bewegung zum Modellfall für nachfolgende Strömungen wie Fluxus oder auch die Performance- und Aktionskunst.
Von der Dada-Schleuse zur Rauminszenierung
In der Ausstellung werden Werke aus dem engeren Kreis der Zürcher Dadaisten (Hans Arp, Hans Richter, Marcel Janco u. a.) in ihrem künstlerischen Umfeld (Arthur Segal, Max Oppenheimer, Adya und Otto van Rees u. a.) präsentiert. Hinzu kommen Gemälde und grafische Arbeiten von Künstlerinnen und Künstlern der internationalen Avantgarde wie Heinrich Campendonk, Giorgio de Chirico, Paul Klee, August Macke, Elie Nadelman, Pablo Picasso und Hilla von Rebay, die auch in den historischen Dada-Ausstellungen zu sehen waren. Als Leihgeber konnten hierfür renommierte Sammlungen wie das Guggenheim Museum und das Museum of Modern Art, New York, das Kunsthaus Zürich, das Folkwang Museum, Essen, u. v. a. gewonnen werden.
Die Kunstwerke sind in eine anschauliche, multi-mediale Inszenierung eingebettet: Bevor die Besucher die Ausstellung betreten, durchlaufen sie eine Bild- und Klangcollage, die sogenannte »Dada-Schleuse«, die sich von den unterirdischen Tunneln über den Aufzug bis ins 1. Obergeschoss des Richard Meier-Baus erstreckt. In zwei Ausstellungskuben werden die räumliche Situation des Cabaret Voltaire und der Galerie Dada nachempfunden, so dass die unterschiedliche Atmosphäre der beiden Lokalitäten erkennbar wird. Um diese beiden Zentren gruppieren sich verschiedene Themenfelder, die die Entstehung von Dada anhand zahlreicher Kunstwerke und Zeitdokumente greifbar machen. Ergänzt wird die Präsentation durch den Film »Dada in Nuce« und durch von Adrian Notz entwickelte Diagramme, die wie das »Firmament Dada« die internationale Vernetzung der Bewegung deutlich machen.
Kuratiert wird die vielfältige Schau von Adrian Notz (Cabaret Voltaire, Zürich) und Astrid von Asten unterstützt von Sylvie Kyeck (beide Arp Museum Bahnhof Rolandseck).
Die Ausstellung wird begleitet von einem umfangreichen Katalog (deutsch/ englisch, Verlag Scheidegger & Spiess, Preis: 38 Euro), in dem unter anderem auch die Rolle Hans Arps bei der Entstehung von Dada erläutert wird. »Unser Hauspatron Hans Arp zählt zu den
Gründungsmitgliedern jener künstlerischen Bewegung, die 1916 von Zürich aus innerhalb kürzester Zeit das Kunstgeschehen weltweit nachhaltig veränderte,« so Dr. Oliver Kornhoff, Direktor des Arp Museums Bahnhof Rolandseck und künstlerischer Leiter des
Künstlerhauses Schloss Balmoral in Rheinland-Pfalz
# More info website Arp Museum Bahnhof Rolandseck
fleursdumal.nl magazine
Fotos
-Hugo Ball im kubistischen Kostüm, 1916, unbekannter Fotograf
-Dada-Tanz mit Maske (Sophie Taeuber oder Emmy Hennings?), ca. 1917 – Stiftung Arp e.V., Berlin/Rolandswerth, unbekannter Fotograf
-Hans Arp, Tristan Tzara, Hans Richter vor dem Hotel Elite, Zürich 1918 – Stiftung Arp e.V. Rolandswerth/Berlin, unbekannter Fotograf
-Marcel Janco, Plakat der Ersten Dada-Ausstellung in der Galerie Corray, 1917
More in: - Book News, Adya & Otto van Rees, Art & Literature News, Ball, Hugo, Dada, DADA, Dadaïsme, DANCE & PERFORMANCE, Exhibition Archive, THEATRE
ROOD! Heilstaatvisioenen uit de Sovjet Unie 1930-1941
VAN ABBEMUSEUM EINDHOVEN t/m 29.07.2016
Na de Russische revolutie van 1917 besloten de machthebbers in de nieuwe Sovjet-Unie hun ideeën op een unieke wijze te gaan uitdragen. De Sovjetideologie zou worden gepresenteerd via radicale avant-gardistische ontwerpen, gemaakt door de culturele elite van het land. Als vurige aanhangers van de nieuwe orde vormden schrijvers en beeldend kunstenaars als het ware een artistiek leger dat net als het Rode Leger ten dienste van de staat stond. Vooral in de jaren dertig was er geen natie ter wereld die zoveel eersteklas kunstenaars in dienst had voor propagandadoeleinden als de Sovjet-Unie. De tentoonstelling ROOD! in het Van Abbemuseum biedt van 3 mei tot en met29 juli 2016 een overzicht van meer dan 150 heilstaatvisioenen uit de Sovjet-Unie uit de periode 1930-1941.
De USSR in opbouw: De visualisering van het communistische gelijkheidsideaal was een van de hoofddoelstellingen van het tijdschrift De USSR in opbouw. Dit maandblad op groot formaat verscheen van januari 1930 tot mei 1941. Naast een Russische uitgave waren er edities in het Engels, Frans, Duits en vanaf 1938 ook in het Spaans. In de opmaak werden onder anderen foto’s en fotocollages gebruikt op een manier die radicaal vernieuwend was. Daarbij waren de grafische ontwerpen ingenieus en ook de typografie werd als het ware opnieuw gedefinieerd. Behalve fotografen als Sergej Senkin, Georgi Petroesov en Michail Seregin leverden nu wereldberoemde kunstenaars als El Lissitzky en Alexander Rodtsjenko belangrijke bijdragen aan het blad. Daarnaast was Lissitzky in 1935 ook de maker van het geweldige fotoalbum De industrie van het socialisme, een monument voor de industriële verworvenheden van de Sovjet-Unie. Samen met Vavara Stepanova maakte Rodtsjenko in 1938 het monumentale fotoalbum Moskou gereconstrueerd, waarin de modernisatie van de Russische hoofdstad naar voorbeeld van Parijs uitvoerig werd geïllustreerd en gedocumenteerd. Rodtsjenko nam zelf de foto’s, die net als de fotomontages, uitklap-platen, kaarten en diagrammen op elke nieuwe bladzijde voor een verrassing zorgden.
Paradeboeken: Tot de meest bijzondere en meest kostbare publicaties uit deze bloeitijd van de Russische propaganda behoren boeken met speciale opdrukken of zelfs metalen plaquettes en reliëfs op de omslag. Dit is bijvoorbeeld het geval bij het boek Tankbestuurders, in 1936 ontworpen door Andrej Lavrov en een van de opvallendste stukken op de tentoonstelling in Zwolle. Met dergelijke luxe uitgaven was voor de ontwerpers of uitgevers geen geld te verdienen. De productie ervan was namelijk zo duur dat de boeken alleen gemaakt konden worden omdat de Russische regering ze in opdracht gaf en zich er financieel garant voor stelde. Niet voor niets worden ze daarom ook wel ‘paradeboeken’ genoemd. De primaire functie van de boeken was inderdaad dezelfde als die van een militaire parade, dat wil zeggen: pronken en indruk maken ter meerdere eer en glorie van de communistische heilstaat.
De opzienbarende Sovjet-vormgeving uit de jaren dertig groeide uit tot een inspiratiebron voor modernisten over de hele wereld. Zoals de expositie in Museum de Fundatie duidelijk maakt, reikte haar invloed ook tot in Nederland.
De kring rond Theo van Doesburg en De Stijl was zeer geïnteresseerd in de Russische avant-gardekunst, zowel qua vormgeving als in ideologische zin. Gerrit Rietveld was als grafisch ontwerper en typograaf verbonden aan het tijdschrift Nieuw Rusland, opgericht in 1928 als orgaan van het Genootschap Nederland-Nieuw Rusland. Cineast Joris Ivens volgde voor dit tijdschrift de ontwikkelingen op het gebied van de Russische film. In maart 1931 richtte de Communistische Partij Nederland de Vereniging Vrienden van de Sovjet-Unie op, die een jaar later het tijdschrift Feiten uit de Sovjetunie lanceerde. De omslagen van de publicaties zijn veel interessanter dan de door het Kremlin gedicteerde inhoud. Ze werden ontworpen door Nico de Haas en Cas Oorthuys van de Nederlandse vereniging van Arbeiders Fotografen, afgekort tot ArFot, die zich rechtstreeks door de Russische avant-gardisten lieten beïnvloeden.
Alle werken zijn afkomstig uit de LS collectie van het Van Abbemuseum.
Bij de tentoonstelling verschijnt een Engelstalige catalogus.
Curatoren: Albert Lemmens, Serge Stommels en Diana Franssen
Openingstijden Bibliotheek: De tentoonstelling vindt plaats in de bibliotheek, deze is geopend van dinsdag tot en met vrijdag van 11.00 tot 17.00 uur. Weekends gesloten.
Van Abbemuseum: Het Van Abbemuseum in Eindhoven is een van de meest toonaangevende musea voor hedendaagse kunst in Europa. Het museum heeft een uitgebreide internationale collectie van ruim 2700 kunstwerken, waaronder sleutelwerken van Lissitzky, Picasso, Kokoschka, Chagall, Beuys, McCarthy, Daniëls en Körmeling. Vragen op het gebied van kunst en samenleving stelt het museum op een experimentele manier aan de orde.
Openheid, gastvrijheid en kennisuitwisseling zijn voor het Van Abbemuseum van belang, en prikkelen bezoekers om over onderwerpen na te denken. Bijvoorbeeld over de rol van de collectie als cultureel ‘geheugen’, of over het museum als publieke ruimte. Door internationale samenwerking en uitwisseling is het Van Abbemuseum bovendien een plaats waar creatieve kruisbestuiving plaatsvindt. Een bron van verwondering, inspiratie en verbeelding.
Openingstijden Museum: Dinsdag t/m zondag 11.00–17.00 uur. Donderdag 11.00 – 21.00 uur.
Toegang: Volwassenen: € 12,00 / Groepen van 10 of meer personen: € 9,00 / Jongeren 13-18 jaar, studenten, CJP houders: € 6,00/ Kinderen t/m 12 jaar, Museumkaart: gratis / Familiepas (2 volwassenen en max. 3 kinderen tot 18 jaar): € 18,00. Iedere dinsdagmiddag tussen 15.00-17.00 uur: gratis toegang.
Van Abbemuseum,
Bilderdijklaan 10, Eindhoven.
www.vanabbemuseum.nl
fleursdumal.nl magazine
More in: - Book Stories, Art & Literature News, Constructivism, De Stijl, Exhibition Archive, Theo van Doesburg
Marthe Donas (1885-1967) verwierf tijdens het interbellum als enige Belgische vrouw internationale faam in de avant-garde. Ze werkte in dezelfde kring als de groten der aarde, zoals Pablo Picasso, Theo van Doesburg en Piet Mondriaan.
Maar na haar dood werd ze vergeten…
Het Museum voor Schone Kunsten Gent organiseert dit jaar de eerste grote tentoonstelling ooit gewijd aan Donas. De nadruk ligt op haar meest creatieve jaren, van 1916 tot 1927.
Donas. De Belgische avant-gardiste
tot 05.06.2016 – MSK GENT
In de jaren onmiddellijk na de Eerste Wereldoorlog maakte de enigmatische ‘Tour Donas’ een blitzcarrière op tentoonstellingen in geheel Europa, tot in de Verenigde Staten toe. Achter dit ongewoon pseudoniem school de jonge Antwerpse kunstenares Marthe Donas (1885-1967), de enige Belgische vrouw in de internationale avant-garde. In 2016 organiseert het MSK de eerste grote overzichtstentoonstelling ooit gewijd aan deze bijzondere kunstenares.
Kunstenares uit de burgerij: Marthe Donas wordt in 1885 geboren in het Antwerpse burgermilieu. Haar vader verzet zich tegen haar plannen om schilderes te worden, maar Marthe volhardt en volgt met tussenpozen les aan de Academie van Antwerpen en, tijdens de Eerste Wereldoorlog, in Dublin. In 1916 trekt ze naar Parijs en ontdekt er het kubisme.
Internationale carrière: Donas werkt aanvankelijk nauw samen met haar partner, de revolutionaire Oekraïense beeldhouwer Alexander Archipenko. Via hem legt ze contacten met de internationale kunstwereld en stelt tentoon met Theo van Doesburg, Pablo Picasso, Amedeo Modigliani, Fernand Léger, Piet Mondriaan en Sonja Delaunay. Alle beïnvloeden ze haar schilderstijl.
Donas verwerft tijdens het interbellum behoorlijke faam. Zo exposeert ze met 35 topwerken in de mythisch geworden Berlijnse galerie Der Sturm. Daar koopt de Amerikaanse verzamelaar Katherine Dreier vier schilderijen en een inkttekening, om toe te voegen aan de kunstcollectie waarmee ze met de hulp van Marcel Duchamp en Man Ray Amerika in contact brengt met de Europese avant-garde.
Recent herontdekt: Vanaf de jaren 60 krijgt Donas’ vroeg werk langzaam terug erkenning. Thans wordt ze in binnen- en buitenland opnieuw ontdekt als een van de pioniers van het Belgisch modernisme. De tentoonstelling in het MSK wordt de eerste belangrijke sinds haar overlijden in 1967 die uitsluitend gewijd is aan haar werk.
De nadruk ligt op Donas’ meest creatieve jaren tussen eind 1916 toen ze zich in Parijs vestigde en 1927, het jaar waarin ze voor een lange tijd met schilderen stopte.
MSK Gent
Fernand Scribedreef 1
Citadelpark
9000 Gent
T +32 (0)9 240 07 00
# meer info op website MSK Gent
fleursdumal.nl magazine
More in: Art & Literature News, Constructivism, De Stijl, Exhibition Archive, Historia Belgica, Theo van Doesburg
Tot 29 mei 2016
Theo van Doesburg
Een nieuwe kijk op leven, kunst en technologie
BOZAR / Paleis der Schone Kunsten (Bozar) Brussel
Deze tentoonstelling geeft, voor het eerst in België, een zicht op het veelzijdige oeuvre van de Nederlandse kunstenaar Theo van Doesburg, de spilfiguur van de kunststroming De Stijl. Het multidisciplinaire oeuvre van deze artistieke geestverwant van Piet Mondriaan wordt gepresenteerd in de context van de belangrijkste internationale kunststromingen waar hij bij betrokken was.
Met werk van o.a. Theo van Doesburg, Piet Mondriaan, Bart van der Leck, Kurt Schwitters, Georges Vantongerloo, Hans Arp, El Lissitzky, Victor Servranckx, Gerrit Rietveld, César Domela, Jean Hélion, Karel Maes . . .
De Nederlandse kunstenaar Theo van Doesburg (1883-1931) was actief als schilder, dichter, typograaf, kunsttheoreticus, interieurarchitect… Hij had van meet af aan een uitgesproken multidisciplinaire aanpak: hij had een kunst voor ogen die ingreep op alle vlakken van het leven en hij streefde naar het idee van het ‘totaalkunstwerk’.
Tijdens de Eerste Wereldoorlog stond hij aan de wieg van één van de belangrijkste kunststromingen van Europa, De Stijl. Van Doesburg richtte het gelijknamige kunsttijdschrift in 1917 op en verzamelde hiertoe gelijkgestemde kunstenaars, architecten en designers rond zich: de bekendste is ongetwijfeld Piet Mondriaan, maar ook Antony Kok, Bart van der Leck, J.J.P. Oud, Vilmos Huszár, Gerrit Rietveld en Georges Vantongerloo maakten deel uit van dit oorspronkelijke collectief. De leden van De Stijl streefden onder impuls van Van Doesburg naar een radicale hervorming van de kunst, in interactie met de maatschappij, wetenschap en technologie.
Onder de dynamische leiding van Theo van Doesburg verspreidden de ideeën van De Stijl zich al snel als een inktvlek door Europa. Hij ontpopte zich tot een energetisch sleutelfiguur van de Europese avant-garde.
De caleidoscopische tentoonstelling presenteert Theo van Doesburg als een visionaire kunstenaar en fascinerende persoonlijkheid. Alle facetten van zijn multidisciplinaire oeuvre komen aan bod.
De focus ligt daarnaast ook op de creatieve dynamiek die heerste tussen de verschillende kunstenaars van de avant-garde en de kruisbestuiving tussen de diverse disciplines die hieruit voortsproot. De bezoeker ontdekt zo’n 140 schilderijen, tekeningen, foto’s, tijdschriften, publicaties, meubels, maquettes en glasramen van Theo van Doesburg en zijn artistieke tijdgenoten.
De tentoonstelling is thematisch-chronologisch opgebouwd en start in 1917 met de kunst en het gedachtengoed van de Nederlandse beweging De Stijl, en volgt dan het artistiek parcours van Van Doesburg doorheen Europa.
Reis met kunstenaar Theo van Doesburg naar het begin van de twintigste eeuw en snuif de revolutionaire sfeer op van de avant-garde in deze tentoonstelling Theo van Doesburg. Een nieuwe kijk op leven, kunst en technologie. In 1917 richtte hij samen met Piet Mondriaan de kunststroming De Stijl op in Nederland. Om hun abstracte beeldtaal internationaal te promoten trok Van Doesburg door Europa. In Parijs kwam hij in aanraking met de kunst van de dadaïsten en begon zelf dadaïstische poëzie te schrijven. In Weimar stelde hij zijn nieuwe schoonheidsbewustzijn voor aan de architecten van het Bauhaus. Hij reisde Europa rond en zorgde ervoor dat zijn vooruitstrevende beeldtaal niet alleen opdook in schilderijen, maar ook in gebouwen, meubels en interieurs.
Aan het einde van de Eerste Wereldoorlog werd de Europese avant-gardebeweging gedreven door een behoefte aan verandering en de hoop op een betere toekomst. In zijn streven naar heropbouw had de Nederlander Theo van Doesburg (1883–1931) – meer dan welke andere kunstenaar ook – een belangrijk aandeel; hij trok de neoplasticistische esthetiek, die Mondriaan voor de schilderkunst had gedefinieerd, open naar alle disciplines: beeldhouwkunst, architectuur en toegepaste kunsten.
De tentoonstelling, die begint bij de oprichting van de beweging De Stijl in 1917, legt de nadruk op de bijzondere creativiteit en het dynamisme van Van Doesburg. Door zijn uitgebreide netwerk en talrijke reizen wist hij stromingen die op het eerste gezicht onverzoenbaar leken, zoals het dadaïsme en het neoplasticisme, te verenigen. Het traject van Van Doesburg kan worden omschreven als een voortdurend zoeken naar synthese in overeenstemming met zijn initieel doel: een nieuwe kunstexpressie creëren, in interactie met de complexiteit van het leven en met de evolutie van de wetenschap en de techniek, om zo te bouwen aan een nieuwe wereld.
Om de wereld te veranderen was een revolutie nodig. Maar waar Van Doesburg, Piet Mondriaan en Kurt Schwitters naar streefden, was een revolutie van de kunst zelf: daarin onderscheidden zij zich van de in die tijd sterk verspreide opvatting dat de kunst ‘in dienst van de Revolutie’ moest staan, een ideaal dat door charismatische kunstenaars als El Lissitzky en André Breton werd gehuldigd.
‘Theo van Doesburg. Een nieuwe kijk op leven, kunst en technologie’ toont een reeks werken die aan dat esthetische programma beantwoorden, en vestigt tevens de aandacht op het exemplarische activisme van Van Doesburg. Om zijn project een internationale dimensie te geven, vormde hij eerst, samen met Bart van der Leck, Vilmos Huszár, Georges Vantongerloo, Jan Wils, Antony Kok, J.J.P. Oud en Gerrit Rietveld een beweging rond Piet Mondriaan. Later vernieuwde hij de kunststroming en maakten onder anderen Cornelis van Eesteren, Friedrich Vordemberge-Gildewart en César Domela er deel van uit. In de loop van de jaren bleef Van Doesburg onvermoeibaar zijn ideeën en zijn creativiteit ontwikkelen en verzamelde hij talrijke kunstenaars om zich heen. (…)
De tentoonstelling ‘Theo van Doesburg. Een nieuwe kijk op leven, kunst en technologie’ – de titel is geïnspireerd op een artikel van Van Doesburg dat in 1922 in De Stijl verscheen – wil de bijzondere betekenis van deze kunstenaar duidelijk maken, zowel aan de hand van zijn artistieke realisaties als van zijn activisme, dat een andere manier was om zijn filosofisch, artistiek en collectief ideaal te verwezenlijken. Talrijke kunstenaars, onder wie Mondriaan, hebben hun internationale bekendheid in ruime mate aan hem te danken.
De Theo van Doesburg retrospectieve in BOZAR is een mooie aanleiding om aandacht te schenken aan I.K. Bonset, de legendarische schrijversnaam van Van Doesburg. De Nederlandse klankdichter Jaap Blonk – bekend van zijn uitvoering van Kurt Schwitters’ Ursonate – maakte op verzoek van BOZAR opnames van Bonsets gedichten. Ze zijn in de “Dada” zaal van de expo te beluisteren en werden ook geperst op een exclusieve vinyl single. “Jaap Blonk leest Theo Van Doesburg” verschijnt in een gelimiteerde oplage van 300 exemplaren en is te koop in de BOZAR BOUTIK. De poëzie van Bonset is ook te lezen in de literaire bezoekersgids.
Curator: Gladys Fabre
BOZAR/Paleis voor Schone Kunsten
Circuit Koningsstraat
Paleis voor Schone Kunsten
Koningsstraat 10
1000 Brussel
# Meer info op website BOZAR
fleursdumal.nl magazine
More in: Antony Kok, Art & Literature News, Bauhaus, Dada, De Stijl, Doesburg, Theo van, Exhibition Archive, Kok, Antony, Kurt Schwitters, Piet Mondriaan, Schwitters, Kurt, Theo van Doesburg
Tot 29 mei 2016
Theo van Doesburg
Een nieuwe kijk op leven, kunst en technologie
BOZAR / Paleis der Schone Kunsten Brussel
Reis met kunstenaar Theo van Doesburg naar het begin van de twintigste eeuw en snuif de revolutionaire sfeer op van de avant-garde in deze tentoonstelling Theo van Doesburg. Een nieuwe kijk op leven, kunst en technologie. In 1917 richtte hij samen met Piet Mondriaan de kunststroming De Stijl op in Nederland. Om hun abstracte beeldtaal internationaal te promoten trok Van Doesburg door Europa. In Parijs kwam hij in aanraking met de kunst van de dadaïsten en begon zelf dadaïstische poëzie te schrijven. In Weimar stelde hij zijn nieuwe schoonheidsbewustzijn voor aan de architecten van het Bauhaus. Hij reisde Europa rond en zorgde ervoor dat zijn vooruitstrevende beeldtaal niet alleen opdook in schilderijen, maar ook in gebouwen, meubels en interieurs.
Aan het einde van de Eerste Wereldoorlog werd de Europese avant-gardebeweging gedreven door een behoefte aan verandering en de hoop op een betere toekomst. In zijn streven naar heropbouw had de
Nederlander Theo van Doesburg (1883–1931) – meer dan welke andere kunstenaar ook – een belangrijk aandeel; hij trok de neoplasticistische esthetiek, die Mondriaan voor de schilderkunst had gedefinieerd, open naar alle disciplines: beeldhouwkunst, architectuur en toegepaste kunsten.
De tentoonstelling, die begint bij de oprichting van de beweging De Stijl in 1917, legt de nadruk op de bijzondere creativiteit en het dynamisme van Van Doesburg.
Door zijn uitgebreide netwerk en talrijke reizen wist hij stromingen die op het eerste gezicht onverzoenbaar leken, zoals het dadaïsme en het neoplasticisme, te verenigen. Het traject van Van Doesburg kan worden omschreven als een voortdurend zoeken naar synthese in overeenstemming met zijn initieel doel: een nieuwe kunstexpressie creëren, in interactie met de complexiteit van het leven en met de evolutie van de wetenschap en de techniek, om zo te bouwen aan een nieuwe wereld.
Om de wereld te veranderen was een revolutie nodig. Maar waar Van Doesburg, Piet Mondriaan en Kurt Schwitters naar streefden, was een revolutie van de kunst zelf: daarin onderscheidden zij zich van de in die tijd sterk verspreide opvatting dat de kunst ‘in dienst van de Revolutie’ moest staan, een ideaal dat door charismatische kunstenaars als El Lissitzky en André Breton werd gehuldigd.
‘Theo van Doesburg. Een nieuwe kijk op leven, kunst en technologie’ toont een reeks werken die aan dat esthetische programma beantwoorden, en vestigt tevens de aandacht op het exemplarische activisme van Van Doesburg. Om zijn project een internationale dimensie te geven, vormde hij eerst, samen met Bart van der Leck, Vilmos Huszár, Georges Vantongerloo, Jan Wils, Antony Kok, J.J.P. Oud en Gerrit Rietveld een beweging rond Piet Mondriaan. Later vernieuwde hij de kunststroming en maakten onder anderen Cornelis van Eesteren, Friedrich Vordemberge-Gildewart en César Domela er deel van uit. In de loop van de jaren bleef Van Doesburg onvermoeibaar zijn ideeën en zijn creativiteit ontwikkelen en verzamelde hij talrijke kunstenaars om zich heen. (…)
De tentoonstelling ‘Theo van Doesburg. Een nieuwe kijk op leven, kunst en technologie’ – de titel is geïnspireerd op een artikel van Van Doesburg dat in 1922 in De Stijl verscheen – wil de bijzondere betekenis van deze kunstenaar duidelijk maken, zowel aan de hand van zijn artistieke realisaties als van zijn activisme, dat een andere manier was om zijn filosofisch, artistiek en collectief ideaal te verwezenlijken. Talrijke kunstenaars, onder wie Mondriaan, hebben hun internationale bekendheid in ruime mate aan hem te danken.
(BOZAR Brussel)
De Theo van Doesburg retrospectieve in BOZAR is een mooie aanleiding om aandacht te schenken aan I.K. Bonset, de legendarische schrijversnaam van Van Doesburg. De Nederlandse klankdichter Jaap Blonk – bekend van zijn uitvoering van Kurt Schwitters’ Ursonate – maakte op verzoek van BOZAR opnames van Bonsets gedichten. Ze zijn in de “Dada” zaal van de expo te beluisteren en werden ook geperst op een exclusieve vinyl single. “Jaap Blonk leest Theo Van Doesburg” verschijnt in een gelimiteerde oplage van 300 exemplaren en is te koop in de BOZAR BOUTIK. De poëzie van Bonset is ook te lezen in de literaire bezoekersgids.
Curator: Gladys Fabre
BOZAR/Paleis voor Schone Kunsten
Circuit Koningsstraat
Paleis voor Schone Kunsten
Koningsstraat 10
1000 Brussel
fleursdumal.nl magazine
More in: Antony Kok, Art & Literature News, Dada, De Stijl, Doesburg, Theo van, Kok, Antony, Kurt Schwitters, Piet Mondriaan, Schwitters, Kurt, Theo van Doesburg, Theo van Doesburg
Chaim Levano
(Theatermaker, musicus, mimespeler en klankkunstenaar, (1928)) is op 17 februari 2016 overleden.
Chaim Levano was zijn hele leven gefascineerd door de historische avantgarde van de muziek, het theater en de literatuur. Zijn solo-performance van de Ursonate van dadaïst Kurt Schwitters werd overal zeer geprezen. Chaim Levano trad ook op met werk van avantgardisten als Gertrude Stein, Daniil Charms en Samuel Beckett.
Chaim Levano was verder o.a. lid van het experimentele mimegezelschap Waste of Time van Will Spoor. Verder was hij repertoirebegeleider van de dansgezelschappen Ballet der Lage Landen en het Amsterdams Ballet en werkte hij als repetitor van de opera-opleiding van het Amsterdams Conservatorium.
Daarnaast was Chaim Levano te zien in producties van het Holland Festival en de Theaterunie (De ui (1979), Gebed zonder end (1982)) en in voorstellingen van het Ro Theater (Mieke Mom (1985), Master Class (1987), De nieuwe kleren van de keizer (1988) en Zomerdans (1992).
In 2013 verscheen een film en boek over Chaim Levano:
Theater Levano
Een film en een boek over Chaim Levano
Camiel Hamans, Ben van Melick en Kees Hin (film)
Uitgeverij Huis Clos
nummer 46 | 2013
1000 exemplaren | 144 p | 15 x 24 cm | offset
letter FF Scala en DTL Caspari | papier Biotop 3
ISBN 978 90 79020 19 5
€ 27,50
Inclusief DVD
Best verzorgd boek 2013
Premier Award 2014 International Society of Typographic Designers
fleursdumal.nl magazine
More in: - Book Lovers, Art & Literature News, Dada, In Memoriam, MUSIC, Schwitters, Kurt, THEATRE
Thank you for reading Fleurs du Mal - magazine for art & literature