In this category:

Or see the index

All categories

  1. AFRICAN AMERICAN LITERATURE
  2. AUDIO, CINEMA, RADIO & TV
  3. DANCE & PERFORMANCE
  4. DICTIONARY OF IDEAS
  5. EXHIBITION – art, art history, photos, paintings, drawings, sculpture, ready-mades, video, performing arts, collages, gallery, etc.
  6. FICTION & NON-FICTION – books, booklovers, lit. history, biography, essays, translations, short stories, columns, literature: celtic, beat, travesty, war, dada & de stijl, drugs, dead poets
  7. FLEURSDUMAL POETRY LIBRARY – classic, modern, experimental & visual & sound poetry, poetry in translation, city poets, poetry archive, pre-raphaelites, editor's choice, etc.
  8. LITERARY NEWS & EVENTS – art & literature news, in memoriam, festivals, city-poets, writers in Residence
  9. MONTAIGNE
  10. MUSEUM OF LOST CONCEPTS – invisible poetry, conceptual writing, spurensicherung
  11. MUSEUM OF NATURAL HISTORY – department of ravens & crows, birds of prey, riding a zebra, spring, summer, autumn, winter
  12. MUSEUM OF PUBLIC PROTEST
  13. MUSIC
  14. NATIVE AMERICAN LIBRARY
  15. PRESS & PUBLISHING
  16. REPRESSION OF WRITERS, JOURNALISTS & ARTISTS
  17. STORY ARCHIVE – olv van de veestraat, reading room, tales for fellow citizens
  18. STREET POETRY
  19. THEATRE
  20. TOMBEAU DE LA JEUNESSE – early death: writers, poets & artists who died young
  21. ULTIMATE LIBRARY – danse macabre, ex libris, grimm & co, fairy tales, art of reading, tales of mystery & imagination, sherlock holmes theatre, erotic poetry, ideal women
  22. WAR & PEACE
  23. WESTERN FICTION & NON-FICTION
  24. ·




  1. Subscribe to new material: RSS

BOOKS

«« Previous page · Ton van Reen: Het diepste blauw (025). Een roman als feuilleton · sam sax: madness (poetry) · The Unaccompanied. Poems by Simon Armitage · Ton van Reen: Het diepste blauw (024). Een roman als feuilleton · Kathryn Harkup: Making the Monster. The Science Behind Mary Shelley’s Frankenstein · Ton van Reen: Het diepste blauw (023). Een roman als feuilleton · Old Angel Midnight by Jack Kerouac · Expositie Charlotte Salomon in Joods Historisch Museum Amsterdam · Het diepste blauw (022). Een roman van Ton van Reen · Adam Haslett: Stellt euch vor, ich bin fort · Afterland. Poems by Mai Der Vang · Kim Addonizio: ‘Mortal Trash’ & ‘Bukowski in a Sundress’

»» there is more...

Ton van Reen: Het diepste blauw (025). Een roman als feuilleton

Voor het eerst ziet hij angst in de ogen van Tijger. Tijger, die nooit bang is. Tijger, die de zeven levens van een kat heeft. Met angst kijkt hij naar het stuur van zijn fiets, waarvan de rubberen handvatten zijn gesmolten door de blikseminslag.

Het stuur gloeit. Tijger spuwt erop. Het sist. Pas dan laat Tijger de fiets in het gras vallen. Hij voelt aan zijn oren, zijn neus. Alleen het vooruitspringende haar op zijn voorhoofd is wat geschroeid.

`Jezus, jezus’, zegt hij tien keer achter elkaar, alsof Jezus ervoor heeft gezorgd dat hij het er levend van af heeft gebracht.
`Je bent nog heel’, zegt Thija. Blij dat Tijger de inslag heeft overleefd, omarmt ze hem, drukt haar wang tegen zijn wang.

Mels weet niet wat hij moet zeggen, zo verbijsterd is hij nog door het felle licht dat op Tijgers stuur uit elkaar spatte. Verbijsterd door de angst die hij in de ogen van Tijger heeft gezien.

Ton van Reen: Het diepste blauw (025)
Een roman als feuilleton
wordt vervolgd

fleursdumal.nl magazine

More in: - Book Stories, - Het diepste blauw, Archive Q-R, Reen, Ton van


sam sax: madness (poetry)

An “astounding” (Terrance Hayes) debut collection of poems – Winner of the 2016 National Poetry Series Competition

In this ­­­powerful debut collection, sam sax explores and explodes the linkages between desire, addiction, and the history of mental health. These brave, formally dexterous poems examine antiquated diagnoses and procedures from hysteria to lobotomy; offer meditations on risky sex; and take up the poet’s personal and family histories as mental health patients and practitioners.

Ultimately, Madness attempts to build a queer lineage out of inherited language and cultural artifacts; these poems trouble the static categories of sanity, heterosexuality, masculinity, normality, and health. sax’s innovative collection embodies the strange and disjunctive workings of the mind as it grapples to make sense of the world around it.

About the Author: sam sax is a queer Jewish writer and educator. He’s received fellowships from the National Endowment for the Arts, Lambda Literary, The MacDowell Colony, the Blue Mountain Center, and the Michener Center for Writers. He’s the winner of the 2016 Iowa Review Award and his poems have appeared in The American Poetry Review, Gulf Coast, Ploughshares, Poetry, and other journals.

Madness
By Sam Sax
Part of National Poetry Series
Category: Poetry
Published by Penguin Books
Paperback
Sep. 2017
96 Pages
$18.00
ISBN 9780143131700

new poetry
fleursdumal.nl magazine

More in: - Book News, Archive S-T, Art & Literature News, EDITOR'S CHOICE


The Unaccompanied. Poems by Simon Armitage

A powerful new collection of poetry from the National Book Critics Circle Award nominee and recipient of the Forward Poetry Prize.

In The Unaccompanied, Armitage gives voice to the people of Britain with a haunting grace.

We meet characters whose sense of isolation is both emotional and political, both real and metaphorical, from a son made to groom the garden hedge as punishment, to a nurse standing alone at a bus stop as the centuries pass by, to a latter-day Odysseus looking for enlightenment and hope in the shadowy underworld of a cut-price supermarket.

We see the changing shape of England itself, viewed from a satellite “like a shipwreck’s carcass raised on a sea-crane’s hook, / nothing but keel, beams, spars, down to its bare bones.”

In this exquisite collection, Armitage X-rays the weary but ironic soul of his nation, with its “Songs about mills and mines and a great war, / lines about mermaids and solid gold hills, / songs from broken hymnbooks and cheesy films”–in poems that blend the lyrical and the vernacular, with his trademark eye for detail and biting wit.

Simon Armitage was born in West Yorkshire and is Professor of Poetry at the University of Sheffield. A recipient of numerous prizes and awards, he has published eleven collections of poetry, including Seeing Stars, Paper Aeroplane: Selected Poems 1989 – 2014, and his acclaimed translation of Sir Gawain and the Green Knight.

The Shout: Selected Poems, was nominated for the National Book Critics Circle Award and his translation of the medieval poem Pearl received the 2017 PEN Award for Poetry in Translation. He writes extensively for radio and television, has published three best-selling non-fiction titles, and his theatre works include The Last Days of Troy, performed at Shakespeare’s Globe in London. He has taught at the University of Iowa’s Writers’ Workshop, and in 2015 was appointed Professor of Poetry at Oxford University.

Simon Armitage
The Unaccompanied
Poems
Published by Knopf
Hardcover
$27.00
Aug. 2017
96 Pages
ISBN 9781524732424

new poetry
fleursdumal.nl magazine

More in: #Editors Choice Archiv, - Book News, Archive A-B, Archive A-B, Armitage, Simon, Art & Literature News, Mermaids


Ton van Reen: Het diepste blauw (024). Een roman als feuilleton

Hij wordt wakker uit zijn hazenslaapje. De kamer is nog steeds nachtzwart. Hij is toch weer in slaap gevallen. Een paar minuten maar. Lang genoeg voor een droom.

Zo vaak al heeft hij gedroomd dat ze naar China vliegen, maar altijd weer klappen ze bij hun vertrek tegen de plompe wachter die het dorp van de rest van de wereld afsluit en degenen die het dorp verlaten keihard neerslaat. Wie er geboren is, is voorbestemd voor de fabriek. Voor een leven lang werken tussen de molenstenen, de graanschuren, de meelzakken, de magazijnen met honderd soorten bak- en broodmeel, appeltaart- en cakemeel, pannenkoeken- en oliebollenmeel. Wie hier thuis is, moet thuis blijven.

De fabriek heeft hem altijd in het dorp vastgehouden. Net als de anderen die hier geboren zijn, de lijfeigenen van de fabriek. Slaven van de Firma J.J. Hubben en Zonen. Wie eraan probeerde te ontkomen, werd teruggehaald, zoals zijn eigen grootvader Bernhard. De firma ging erg ver om de mensen aan zich te verplichten en had een wijk laten bouwen van twee-onder-een-kapwoningen voor de arbeiders en voor de boeren die van hun boerderijen waren weggekocht voor baantjes in de fabriek. Het Rood Dorp dankte zijn naam aan de huizen die bedekt waren met rode pannen, maar vooral aan de arbeiders, van wie er een aantal op de socialisten stemde, hoewel de pastoor dat had verboden. Daarom werden de arbeiders uit het Rood Dorp `de rooien’ genoemd. Het was grof volk, van het soort van grootvader Bernhard. De vrouwen liepen er in hun ochtendjassen op straat en hadden de hele week krulspelden in. En de mannen hielden postduiven en fokten parkieten. Alle parkieten moesten effen rood, effen geel of effen oranje zijn, de verkeerd gekleurde trokken ze de kop af en voerden ze aan de honden.

Op zaterdag brachten ze de duiven in manden naar het café, voor wedstrijdvluchten. Een vrachtwagen haalde de duiven op en bracht ze naar Luxemburg of Frankrijk, waar ze werden gelost. Als de duiven opgehaald waren, bleven de kerels in het café biljarten en kaarten. Diep in de nacht gingen ze naar huis, zo zwaar aangeschoten dat ze te laat kwamen voor de zondagsmis. Of helemaal niet naar de kerk gingen omdat ze thuis de duiven moesten klokken die terugkeerden van hun vluchten. Duiven die een paar keer te laat waren, draaiden ze de nek om. De duivensport was uitgevonden door de duivel, om de mensen hun zondagse plichten te doen verzaken. Duiven kwamen op plekken waar iemand uit het Rood Dorp nooit zou komen. Nooit was iemand in Luxemburg geweest, laat staan in Frankrijk.

Juist omdat het er stikte van de kinderen, was het voor kinderen van gewone burgers beter om niet in het Rood Dorp te komen. Alleen Kemp ging er elke dag naartoe, met zijn fiets met fietstassen, om bestelde vleeswaren rond te brengen. Eén keer hadden ze Kemp aangehouden en een pak gesneden droogworst uit zijn tas gehaald en dat voor zijn neus opgegeten.
Alwéér zit die vervloekte Kemp in zijn hoofd. Hij wil hem juist vergeten!

Gelukkig wordt het ochtend. Het vroege licht tekent vlekken op de spiegel en op het schilderij van Jezus en de twaalf apostelen aanzittend aan het Laatste Avondmaal. Jezus lijkt een beetje op grootvader Rudolf, van wie Mels het doek heeft geërfd. Hij verdenkt er zijn vrome grootvader van dat hij Jezus bewust met zijn eigen hoofd heeft laten afbeelden door meesterschilder Hubert Graus, die behalve huisschilder ook kalverschetser was en op verzoek portretten, Laatste Avondmalen en vele Jezussen in de Hof van Gethsemane schilderde. Dezelfde Graus die honderden schilderijen van de Wijer heeft gemaakt, die in alle huizen in het dorp in de gang hangen, langs de trap naar boven, of in de altijd doodstille voorkamers. Naast de kopieën van de molen van Ruysdael en van berglandschappen met sneeuw, geschilderd door iemand die nooit bergen heeft gezien, en die daardoor mooier en veel spitser zijn dan in het echt. Allemaal meesterwerken van Graus, die het best tot hun recht komen in kamers met heiligenbeelden onder glazen stolpen, meubels die kastanjebruin zijn geboend en ongebruikt blauw aardewerk achter de glazen deurtjes van een dressoir.

Grootvader Rudolf was altijd trots geweest op zichzelf en zijn statige voorkomen. Dit meesterstuk van Graus had het dan ook tot zijn huiskamer gebracht. Hij zag eruit als een generaal. Een echte dorpspotentaat. Dat was hij vooral door zijn functie van hoofdonderwijzer: een autoriteit. Elke centimeter van zijn statige lijf had hij gebruikt om zijn gezag te onderstrepen. Tot op zijn laatste dag was hij kaarsrecht gebleven. Hij had altijd neergekeken op kleine mensen, letterlijk en figuurlijk. Iemand als grootvader Bernhard, die een kop kleiner was dan hij, kon in zijn ogen alleen maar de mindere van hem blijven. Mels had dat gedrag pas begrepen toen hij zelf volwassen was. In zijn functie van boekhouder en uitbetaler van de lonen was hij altijd de verbindende schakel geweest tussen het kantoor en de fabriek. Op kantoor, met de directeuren Frans-Hubert en Frans-Joseph Hubben boven zich, had hij zich kleiner voor moeten doen, vooral om zijn bazen, die klein van stuk waren, niet nodeloos te irriteren. Als hij naast het tweetal stond, keken ze tegen hem op en dat maakte hen kwaad. In de fabriek had hij zich, tussen de vaak potige arbeiders, juist groter moeten maken, om zich tussen hen staande te houden. Dan was het of hij met blokken onder zijn schoenen liep.

Hij rukt het gordijn open aan het koord dat net binnen handbereik hangt. Gelukkig, dat kan hij nog. In het bleke binnenvallende licht neemt de landkaart op het plafond andere vormen aan. De zee verdampt in het grijsgrauwe licht. Water wordt land. De bootjes vallen droog. Vissen happen naar lucht in een modderbak vol wier. Kan hij ze redden? Hij móét ze redden. Hij is de enige. In deze kleine wereld is hij Noach. Hij wijst aan wie in leven mag blijven. Vlug trekt hij het gordijn weer dicht. De zee loopt weer vol. De vissen zijn gered. Hij veegt het zweet van zijn gezicht. Zo veel doden, alleen door het opkomende licht, en híj alleen regeert over al het leven in de zee boven zijn hoofd. Met één beweging van zijn arm kan hij alle dieren de dood in jagen. Opnieuw rukt hij aan het koord. Het toenemende daglicht laat het laatste stuk zee verdampen.

Miljoenen vissen sterven op de droge vlakten. Dolfijnen heffen hun angstige koppen. Haaien kruipen door het zand. Walvissen rollen stervend rond in plassen modder. De mens is baas en vernietigt wat hij wil. Hij spaart niemand. Hij is Noach. Hij is ijdel. Hij denkt dat hij de enige is die goed is in het aanschijn van God en daaraan het recht ontleent om alle mensen en dieren die niet door hem uitverkoren zijn te laten sterven.

Mels kan niets doen aan de angsten van allen die pijn hebben, die sterven, die geboren worden, die doodgaan. Hij heeft de bijbel gelezen en toen hij na jaren alle bijbelboeken uit had, had hij begrepen dat God de mens op aarde had gezet om hem te laten lijden. Lijden is door God uitgevonden. Zelfs zijn zoon moest de beproeving van het lijden ondergaan om de mensen van een erfvloek te bevrijden. Pijn is een gruwelijke grap van de schepper. God is een sadist. Als hij echt van mensen had gehouden, zou hij de pijn verbannen hebben. En ook de angst. Angst is een vorm van pijn.

Ton van Reen: Het diepste blauw (024)
Een roman als feuilleton
wordt vervolgd

fleursdumal.nl magazine

More in: - Book Stories, - Het diepste blauw, Archive S-T, Reen, Ton van


Kathryn Harkup: Making the Monster. The Science Behind Mary Shelley’s Frankenstein

The year 1818 saw the publication of one of the most influential science-fiction stories of all time.

Frankenstein: Or, Modern Prometheus by Mary Shelley had a huge impact on gothic horror and science-fiction genres, and her creation has become part of our everyday culture, from cartoons to Hallowe’en costumes. Even the name ‘Frankenstein’ has become a by-word for evil scientists and dangerous experiments. How did a teenager with no formal education come up with the idea for an extraordinary novel such as Frankenstein?

Clues are dotted throughout Georgian science and popular culture. The years before the book’s publication saw huge advances in our understanding of the natural sciences, in areas such as electricity and physiology, for example. Sensational science demonstrations caught the imagination of the general public, while the newspapers were full of lurid tales of murderers and resurrectionists.

Making the Monster explores the scientific background behind Mary Shelley’s book. Is there any science fact behind the science fiction? And how might a real-life Victor Frankenstein have gone about creating his monster? From tales of volcanic eruptions, artificial life and chemical revolutions, to experimental surgery, ‘monsters’ and electrical experiments on human cadavers, Kathryn Harkup examines the science and scientists that influenced Shelley, and inspired her most famous creation.

Kathryn Harkup is a chemist and author. Kathryn completed a PhD then a postdoc at the University of York before realising that talking, writing and demonstrating science appealed far more than spending hours slaving over a hot fume-hood. Kathryn went on to run outreach in engineering, computing, physics and maths at the University of Surrey, which involved writing talks on science and engineering topics that would appeal to bored teenagers, and she is now a science communicator delivering talks and workshops on the quirky side of science.

Making the Monster
The Science Behind Mary Shelley’s Frankenstein
By: Kathryn Harkup
Published: 08-02-2018
Format: Hardback
Edition: 1st
Extent: 304 pp
ISBN: 9781472933737
Imprint: Bloomsbury Sigma
Illustrations: 11 black and white illustrations
Dimensions: 216 x 135 mm
£16.99

new books
fleursdumal.nl magazine

More in: - Book News, Archive G-H, Archive S-T, Archive S-T, Art & Literature News, Mary Shelley, Natural history, Percy Byssche Shelley, Shelley, Mary, Shelley, Percy Byssche, Tales of Mystery & Imagination


Ton van Reen: Het diepste blauw (023). Een roman als feuilleton

De boot nadert de brug. Mels ziet zijn moeder, de moeder van Tijger en zelfs Thija’s moeder op de brug staan, klaar om hen uit te wuiven. Ook grootvader Rudolf en grootvader Bernhard staan op de brug, de armen over elkaars schouders. Die twee hebben al vijftig jaar niets tegen elkaar gezegd en nu staan ze als gezworen vrienden bij elkaar.

Kemp staat ook op de brug. Zo onnozel als een schaap kijkt hij langs hen heen, net of hij niet in de gaten heeft dat er een wonder gaat gebeuren. Naast hem staat Lizet, de dochter van de kastelein. Ze zit bij hen in de klas en heeft vaak ruzie met Thija. Ze heeft altijd die vreemde glimlach rond haar mond waarvan Mels niet weet of het minachting voor hen is of onnozelheid.
Allemaal wuiven ze naar hen, behalve Kemp en Lizet, die blij is dat Thija weggaat uit het dorp.
Moeder huilt een beetje.
`Je hoeft niet te huilen’, roept Mels. `Als ik terugkom, breng ik een zijden jurk voor je mee. Met groene vogels en gouden bloemen.’
`Ik heb genoeg jurken!’ roept zijn moeder. Nu huilt ze echt. `Ik wil alleen jou. Kom terug!’ Maar dan schuift de boot onder de brug.

Net op het moment dat de boot de halfdonkere tunnel binnenglijdt, zet Lizet haar been op een sport van het hekwerk, zodat Mels onder haar uitstaande rok de kanten band ziet die ze rond haar dij draagt. Ze doet het erom. Denkt ze hem zo in te palmen en hem van de reis af te houden? Hij weet dat ze zich ergert aan Thija, die geen kousenband nodig heeft. Die kan toveren met een gebaar, een vingerknip, een waaiende haarlok.

In het halve donker onder de bruggenboog verdrinkt het licht in de bemoste stenen die glinsteren als smaragd. De tunnel is een sprookjesgrot, zomaar midden in het dorp. Alles wordt er anders. Een grot waarin alles aan zijn einde komt bij het binnenvaren en waarin alles opnieuw begint bij het naar buiten komen.

Als Mels aanzet om de boot naar buiten te laten schieten, gebeurt het wonder. De riemen in zijn handen worden vleugels. De boot verandert in een vliegtuig, precies zoals het altijd weer opnieuw gebeurt in zijn dromen. Een vliegtuig met de weidse vleugels van een arend en de ronkende motor van de Berini-bromfiets van grootvader Rudolf. Tijger zit achter de stuurknuppel. Thija en Mels zijn de passagiers. In een boog vliegt het kleine toestel onder de brug uit en draait een rondje boven het kerkplein.
Mels wuift naar zijn moeder die met haar zakdoek naar hem zwaait. Ze roept als een zoenvis die tegen het glas van het aquarium hapt. Woorden zonder klank. Blinde letters. Vraagtekens.

`Ik versta je niet’, roept hij, de handen als een trompet aan de mond. `Je weet het toch! Een jurk van zijde met geborduurde vogels! Rode en blauwe arenden boven bergen vol sneeuw! Sneeuw, hoor je! Net als op de Chinese lamp van grootvader Rudolf!’ Zijn moeder houdt haar handen als schelpen achter haar oren. `Net als op de zijden lamp in de studeerkamer van grootvader!’
Dan worden zijn ogen groot van ontzetting. De torenhoge silo komt op hen af. Zo snel. Opeens is daar de witgekalkte muur.
Mels schreeuwt. Te laat. De toren breekt open. Meel wolkt rond. Alles wordt wit. Een dikke laag meel begraaft het dorp.

Ton van Reen: Het diepste blauw (023)
Een roman als feuilleton
wordt vervolgd

fleursdumal.nl magazine

More in: - Book Stories, - Het diepste blauw, Archive Q-R, Reen, Ton van


Old Angel Midnight by Jack Kerouac

Old Angel Midnight is a treasure trove of Kerouac’s experiments with automatic writing, a method he practiced constantly to sharpen his imaginative reflexes.

Recorded in a series of notebooks between 1956-1959, what Kerouac called his “endless automatic writing piece” began while he shared a cabin with poet Gary Snyder.

Kerouac tried to emulate Snyder’s daily Buddhist meditation discipline, using the technique of “letting go” to free his mind for pure spontaneous writing, annotating the stream of words flowing through his consciousness in response to auditory stimuli and his own mental images.

Kerouac continued his exercise in spontaneous composition over the next three years, including a period spent with William Burroughs in Tangiers. He made no revisions to the automatic writing entries in his notebooks, which were collected and transcribed for publication as originally written.

Old Angel Midnight attests to the success of Kerouac’s experiment and bears witness to his commitment to his craft, and to the pleasure he takes in writing: “I like the bliss of mind.”

“Kerouac’s ambition to capture the living moment (crucially for him, recapitulating memory) developed poetic form in 1954 with his collection San Francisco Blues, and it reached greater fulfilment with the sixty-seven free-association passages of Old Angel Midnight. This new edition from City Light Books adds one more, found among Kerouac’s papers by John Sampas, concluding ‘Eyes of Ray Charles see Me here realize O Holy.’ Mostly written during April 1956 when Kerouac shared a shack with Gary Snyder in rural Mill Valley, outside San Francisco, Old Angel Midnight was likely facilitated by the ‘letting go’ technique he observed from Snyder’s Buddhist meditation.” – Jules Smith – The Times Literary Supplement

“Tried to warn all of you, essence of stuff wont do
— God why did you make the world?
Answer: –Because I gwt pokla renamash ta va in
ming the atss are you forever with it?
I like the bliss of mind.
Awright I’ll call up all the fuckin Gods, right now!
Parya! Arrive! Ya damn hogfuckin lick lip twillerin
fishmonger! Kiss my purple royal ass baboon! Poota!
Whore! You and yr retinues of chariots & fucks! Devadatta!
Angel of Mercy! Prick! Lover! Mush! Run on
ya dog eared kiss willying nilly Dexter Michigan ass—
warlerin ratpole! The rat in my cellar’s an old canuck who
wasnt fooled by rebirth but b God gotta admit I was born for
the same reason I bring this glass to my lip — ?
Rut! Old God whore, the key to ecstasy is forevermore
furthermore blind! Potanyaka! God of Mercy!”
Excerpt from ‘Old Angel Midnight’ by Jack Kerouac

Old Angel Midnight
Jack Kerouac
Preface by Ann Charters, Michael McClure
Collection City Lights/Grey Fox
Publisher City Lights Publishers
Paperback, $13.95
Pages 94
Publication 2016
ISBN-10 087286703X
ISBN-13 9780872867031

fleursdumal.nl magazine

More in: - Book Lovers, - Book Stories, Archive K-L, Art & Literature News, Automatic writing, Kerouac, Jack, Opium-Eaters


Expositie Charlotte Salomon in Joods Historisch Museum Amsterdam

Het Joods Historisch Museum markeert het honderdste geboortejaar van kunstenares Charlotte Salomon (1917-1943) met een bijzondere tentoonstelling gewijd aan haar artistieke nalatenschap: het kunstwerk Leven? of Theater?

 

Charlotte Salomon was 22 jaar toen ze in december 1938 vanuit Berlijn als vluchteling bij haar grootouders in Zuid-Frankrijk aankwam. Toen bij het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog haar grootmoeder zelfmoord pleegde, begon Charlotte aan een ‘totaal waanzinnig project’ om mentaal te overleven. In vele honderden gouaches herschiep ze haar leven als een geschilderd theaterstuk. Charlotte Salomon werd in 1943 in Auschwitz vermoord.

Na de Tweede Wereldoorlog vonden haar vader en zijn vrouw Leven? of Theater? in Zuid-Frankrijk. Zij schonken het in 1971 aan het Joods Historisch Museum. De afgelopen decennia reisden delen van het werk langs musea wereldwijd. Salomons levenswerk heeft altijd intense reacties opgeroepen bij het publiek en inspireerde kunstenaars, filmers, schrijvers en choreografen tot eigen creaties. Het Joods Historisch Museum toont nu voor het eerst het werk in zijn totaal – ruim 800 gouaches.

 

Charlotte Salomon;
Leven? of theater?
Nog t/m 25 maart 2018

Joods Historisch Museum en JHM Kindermuseum
Nieuwe Amstelstraat 1
1011 PL Amsterdam

# meer info op website joods historisch museum

fleursdumal.nl magazine

More in: - Book Stories, Art & Literature News, Charlotte Salomon, FDM Art Gallery, Galerie des Morts, Holocaust, REPRESSION OF WRITERS, JOURNALISTS & ARTISTS


Het diepste blauw (022). Een roman van Ton van Reen

De eeuwige twijfel heeft hem verlamd. Daardoor is hij nooit uit het dorp weggekomen. Hij had weg moeten gaan toen het nog kon.

Zou hij ergens anders gelukkiger zijn geworden? Of zou hij hebben terugverlangd naar het dorp met de Wijer en de meelfabriek? Waarschijnlijk wel.

Zijn ontevredenheid is ongegrond. Het dorp gaf hem zijn bestaansrecht. En ook zijn onvrede over thuis moet hij van zich afzetten. Hij moet er juist blij om zijn dat hij verzorgd wordt door zijn vrouw en zijn dochter en dat ze hem niet in zijn eigen vuil laten stikken. Of is dat wat ze voor hem doen alleen maar plicht? Je kunt je man en je vader niet laten verkommeren, dat hoort niet in een dorp als dit.

Hier helpen de kinderen hun ouders tot aan het graf. `Zo men doet, zo men ontmoet’, is een spreuk die in alle huizen hangt. Kinderen zijn de verzekering voor de oude dag. De garantie dat je iemand hebt die je uit bed hijst, je rolstoel duwt en je graf verzorgt.

Ton van Reen: Het diepste blauw (022)
wordt vervolgd

fleursdumal.nl magazine

More in: - Book Stories, - Het diepste blauw, Archive Q-R, Reen, Ton van


Adam Haslett: Stellt euch vor, ich bin fort

“Stellt euch vor, ich bin fort” wurde in der englischsprachigen Presse «atemraubend» genannt, «überwältigend und herzzerreißend», wurde als «Literatur höchsten Ranges» gefeiert und für den Pulitzer Preis, den National Book Award und den National Book Critics Circle Award nominiert. Ein moderner Familienroman in der Tradition einer welthaltigen und weltläufigen US-Literatur.

Alles beginnt mit einem Unglück auf einer Landpartie in Maine. Nein, früher: Es beginnt in den 1960er Jahren in London, als die junge Amerikanerin Margaret erfährt, dass John, ihr Verlobter, nicht einfach verschwunden, sondern manisch-depressiv in eine psychiatrische Klinik eingewiesen worden ist. Vor die Wahl gestellt, entscheidet sie sich für ein Leben an seiner Seite, ein Leben mit seiner Krankheit. Was daraus folgt, ist die Geschichte einer Familie über zwei Generationen, die Geschichte einer erblichen bipolaren Störung, einer mal glanzvollen und häufiger noch prekären Existenz, durchzogen von den Spuren eines großen Verlusts.

Adam Haslett erzählt von Mutterliebe und Geschwisterbanden mit derselben Glaubwürdigkeit und Präzision wie vom Hummerfischen, von Clonazepam oder Funk, Techno und House. “Stellt euch vor, ich bin fort” ist ein Meisterwerk des psychologischen Realismus, genauso einfühlsam wie einfallsreich, ein Roman, der unseren Blick auf die Menschen, die uns am wichtigsten sind, dauerhaft verändern kann.

Adam Haslett, geboren 1970, studierte Literatur und Jura in Yale, Swarthmore und an der University of Iowa. Seine Bücher wurden in achtzehn Sprachen übersetzt und unter anderem mit dem PEN/Malamud-Award ausgezeichnet. Der Erzählungsband “Hingabe” gelangte nicht nur auf die Shortlist des Pulitzer Preises, sondern auch auf die des National Book Award. Für den Roman “Union Atlantic” erhielt Adam Haslett den Lambda Literary Award. “Stellt euch vor, ich bin fort”, sein zweiter Roman, wurde für den Pulitzer Preis, den National Book Award und den National Book Critics Circle Award nomininiert. Adam Haslett lebt in New York City.

Autor: Adam Haslett
Titel: Stellt euch vor, ich bin fort
Roman.
Originaltitel: Imagine Me Gone.
Übersetzt von Dirk van Gunsteren
Rowohlt Verlag GmbH
12. Januar 2018
gebunden
460 Seiten
€ 22,95
ISBN: 3498030280
EAN: 9783498030285

new books
fleursdumal.nl magazine

More in: - Book News, - Book Stories, Archive G-H, Art & Literature News


Afterland. Poems by Mai Der Vang

*Walt Whitman Award Winner 2016
*One of The New Yorker’s Poetry I Was Grateful For in 2017, selected by Dan Chiasson
*One of The Brooklyn Rail’s Best Books of 2017

 

“[Afterland] reminds us what a distinctive instrument the human imagination is, no matter what tune it plays. There is a story in this book, and an important one. . . . Vang writes strikingly, often chillingly visual poems, their images projected one at a time, like slides in a lecture, or perhaps in a trial. . . . Afterland works its wonders with an intentionally rationed vocabulary, its counters combined and recombined in poem after poem: stars, water, hair, bones, fire. . . . The style creates an atmosphere of impending marvels, and many of Vang’s poems perform, in words, the transformations that they describe . . . . [Afterland] is among the most satisfying débuts by an American poet in some time.”  The New Yorker

 

When I make the crossing, you must not be taken no matter what the current gives. When we reach the camp,

there will be thousands like us.?
If I make it onto the plane, you must follow me to the roads and waiting pastures of America.

We will not ride the water today on the shoulders of buffalo as we used to many years ago, nor will we forage?  for the sweetest mangoes.

I am refugee. You are too. Cry, but do not weep.”  from “Transmigration”

 

“Afterland has haunted me. I keep returning to read these poems aloud, hearing in them a language at once atavistic, contemporary, and profoundly spiritual. Mai Der Vang confronts the Secret War in Laos, the flight of the Hmong people, and their survival as refugees. That a poet could absorb and transform these experiences in a single generation—incising the page with the personal and collective utterances of both the living and the dead, in luminous imagery and a surprising diction that turns both cathedral and widow into verbs, offering both land and body as swidden (slashed and burned)—is nothing short of astonishing.Here is deep attention, prismatic intelligence, and fearless truth.”  Carolyn Forché, judge’s statement for the Walt Whitman Award

 

Mai Der Vang
Afterland. Poems
Pages: 104
Pub Date: April 4, 2017
Poetry
Paperback, $16.00
ISBN: 978-1-55597-770-2
2016 Walt Whitman Award winner

new books
fleursdumal.nl magazine

More in: - Book News, - Book Stories, Archive U-V, Archive U-V, Art & Literature News, EDITOR'S CHOICE


Kim Addonizio: ‘Mortal Trash’ & ‘Bukowski in a Sundress’

Passionate and irreverent, Mortal Trash transports the readers into a world of wit, lament, and desire.

In a section called “Over the Bright and Darkened Lands,” canonical poems are torqued into new shapes. “Except Thou Ravish Me,” reimagines John Donne’s famous “Batter my heart, Three-person’d God” as told from the perspective of a victim of domestic violence.

Like Pablo Neruda, Addonizio hears “a swarm of objects that call without being answered”: hospital crash carts, lawn gnomes, Evian bottles, wind-up Christmas creches, edible panties, cracked mirrors.

Whether comic, elegiac, or ironic, the poems in Mortal Trash remind us of the beauty and absurdity of our time on earth.

 

From “Scrapbook”:

We believe in the one-ton rose
and the displaced toilet equally. Our blues

assume you understand
not much, and try to be alive, just as we do,

and that it may be helpful to hold the hand
of someone as lost as you.

 

Title: Mortal Trash
Subtitle: Poems
Author: Kim Addonizio
Publisher: W. W. Norton
Published 28 June 2017
ISBN-10 0393354342
ISBN-13 9780393354348
112 pages
Paperback – $15.95

 

More from Kim Addonizio

Bukowski in a Sundress
Confessions from a Writing Life
by Kim Addonizio

Behold the memoir of sex-positive rebel Kim Addonizio! This book moves from gritty/funny/sexy, to emotionally raw, in swift seamless strokes.

By the end, you will feel that Kim is an old friend whom you know far too well, but who you think the world of because she’s way cooler than you are.

Bukowski in a Sundress:
Confessions from a Writing Life
by Kim Addonizio (Author)
Paperback, 2016
Biography & Memoir
Publisher: Penguin Group USA
ISBN: 9780143128465
224 pages
$26.99

new books
fleursdumal.nl magazine

More in: - Book News, - Book Stories, Archive A-B, Archive A-B, Art & Literature News, Bukowski, Charles


Older Entries »« Newer Entries

Thank you for reading Fleurs du Mal - magazine for art & literature