Or see the index
De vrachtwagen van grootvader Bernhard staat voor de deur te ronken.
Nee, Mels vergist zich. Het lawaai wordt gemaakt door de veegwagen van de gemeente die één keer per week, vroeg in de ochtend, de straatgoten reinigt. De zware motor laat het lichtmetalen rooster van de luchtafvoer van het toilet trillen.
Hij moet plassen, maar nu hij op de pot zit kan hij geen druk maken. Het lawaai in de straat maakt hem gespannen. Spanning die zijn blaas afsluit. Hij moet proberen aan aardige dingen te denken. Denken dat hij jong is. Dat hij over de Wijer heen kan pissen.
Denken dat de vrachtwagen van grootvader Bernhard door de straat rijdt. Dat hij vlug nog even naar de tuin loopt om te pissen, omdat hij de komende uren mee zal denderen in de cabine, van het ene boerenerf naar het andere.
Ton van Reen: Het diepste blauw (030)
wordt vervolgd
fleursdumal.nl magazine
More in: - Book Stories, - Het diepste blauw, Archive Q-R, Reen, Ton van
“Once upon a time, men, women and (secretly) children smoked.”
Following the success of Cataract, John Berger, one of the great soothsayers of seeing, joins forces again with Turkish illustrator Selcuk Demirel. This charming pictorial essay reflects on the cultural implications of smoking. A subtle and beautifully illustrated prose poem, Smoke lingers in the mind.
This charming illustrated work reflects on the cultural implications of smoking, and suggests, through a series of brilliantly inventive illustrations, that society’s attitude to smoke is both paradoxical and intolerant. It portrays a world in which smokers, banished from public places, must encounter one another as outlaws. Meanwhile, car exhausts and factory chimneys continue to pollute the atmosphere. Smoke is a beautifully illustrated prose poem that lingers in the mind.
“A cigarette is a breathing space. It makes a parenthesis. The time of a cigarette is a parenthesis, and if it is shared you are both in that parenthesis. It’s like a proscenium arch for a dialogue.” – John Berger (in interview)
In contemporary English letters John Berger seems to me peerless. Not since D. H. Lawrence has there been a writer who offers such attentiveness to the sensual world with responsiveness to the imperatives of conscience.
—Susan Sontag
In his ceaselessly inventive work, Selçuk often uses parts of the body in ways that are characteristically Turkish…as if the comedy of the human condition were there in the human body, in the melancholy of anatomy.
—John Berger, on Selçuk Demirel
Smoke
by John Berger (Author)
and Selcuk Demirel (Illustrator)
Hardcover, $18.95
Available in Hardcover on May 8, 2018
ISBN10 1910749478
ISBN13 9781910749470
From Notting Hill Editions
70 pages
new books
fleursdumal.nl magazine
More in: - Book News, Archive A-B, Archive A-B, Archive C-D, Art & Literature News, Illustrators, Illustration, John Berger, Susan Sontag
Toon Tellegen: ‘Iedereen bewonderde mijn broer, maar ik het meest van iedereen.’
Als kleine jongen keek Toon Tellegen op tegen zijn zes jaar oudere broer, die onverzettelijk was, alle regels aan zijn laars lapte en zijn eigen weg ging. Toen die broer in 2016 overleed, begon hij zijn herinneringen op te schrijven aan de tijd dat ze allebei nog thuis woonden. Zijn grote broer kon alles, hij durfde alles en vaak liep dat uit de hand.
Maar al berusten Tellegens kleurrijke herinneringen voor een groot deel op waarheid, zijn fantasie geeft de stoere heldendaden een nog absurdistischere wending. Moeten we al die heldendaden geloven? Ja, want als het niet echt gebeurd is, had het wel zo kúnnen gebeuren!
Net als in Een vorig leven roept Tellegen in De seringenboom de wereld van zijn jeugd op, en wekt hij die voorbije tijd tot leven in mooie, ontroerende en grappige verhalen.
Toon Tellegen (Brielle, 1941) is dichter, kinderboekenschrijver en schrijver van proza en toneel voor volwassenen.
Toon Tellegen
De seringenboom.
Herinneringen aan mijn broer
Uitgeverij Querido
Hardcover
ISBN: 9789021408897
Prijs: € 18,99
Publicatiedatum: 06-03-2018
new books
fleursdumal.nl magazine
More in: - Book News, Archive S-T, Archive S-T, Art & Literature News, Toon Tellegen
`Hé, zijn jullie potloodventers?’ roept grootvader Bernhard. Hij heeft hen betrapt als ze proberen om van de ene op de andere oever van de Wijer te pissen.
`Wie het verst kan’, roept Mels.
`Vroeger had ik zeker van jullie gewonnen’, lacht grootvader. `Als zeeman piste ik over de mast van het schip heen.’
`Was u dan dronken?’
`Aan boord doen ze de gekste dingen tegen de schele verveling. De stomste spelletjes. Als je maanden alleen water ziet, word je gek. Op een gegeven moment zie je meerminnen in de golven.’
`Die bestaan niet’, zegt Mels.
`O jawel, maar ze laten zich alleen zien aan wie van hen houdt.’
`Onzin.’
`Zou kunnen’, zegt grootvader. `Vroeger wist ik precies wat zin of onzin was, maar veel van wat vroeger zinnig leek, bleek later juist echte onzin te zijn.’
`Zoals wat?’
`Dat mensen hun hele leven werken bijvoorbeeld. Ik heb veel tijd verspild door te werken voor de fabriek. Vroeger liep hier een man rond in het dorp van wie ze zeiden dat hij maar half wijs was. Hij had geen fatsoenlijke broek aan zijn gat, maar hij liep de hele dag te fluiten. Hij is honderd geworden. Na zijn begrafenis hebben ze een stapel nieuwe broeken in zijn kast gevonden. Hij had van alles te veel. Wie hem in zijn afgedragen broek zag lopen, had medelijden met hem en gaf hem een nieuwe broek. En hij was nooit ziek omdat hij altijd buiten was. Achteraf bleek hij niet hálf wijs, maar héél wijs.’
`Zitten er ook meerminnen in de Wijer?’
`Dat weet je pas als je verliefd op ze wordt.’
`Hoe kan dat als je ze nooit ziet!’
`Je kunt over hen dromen. Dat is ook zoiets als verliefd zijn. Ze kunnen in je hoofd kijken. Misschien hebben ze naar jullie liggen kijken toen je over de Wijer heen stond te pissen. Nou, vergeet het dan maar.’
Met grootvader Bernhard gaan ze naar zijn molenhuis. Vroeger was het de molen van Maalderij Weduwe Hubben-Houba en Zoon.
Grootvader weet nog hoe ze bakken vis haalden uit de fuiken onder het rad. En hoe ze er in de winter schaatsten. Als de zon op het ijs vonkte, schaatsten de kinderen van de brug tot aan de bosrand en terug, pauzeerden bij de watermolen, warmden zich aan de buiskachel van de molenaarsweduwe, net zo lang tot ze van voren gloeiden en van achteren bevroren leken, en schaatsten dan weer heen en weer over de Wijer om hun kont te warmen aan de kou. ‘s Zomers zaten er nog blauwe ijsvogeltjes in de opstaande oevers ten noorden van de molen. En horden winterkoninkjes huisden onder de stropoppen van het molendak.
Lijsters zwierden rond en zwaluwen schoten als pijlen weg. Kauwen zaten als stille weduwnaars op het grasveld te treuren en Vlaamse gaaien stalen alles wat van andere vogels was. Zo veel vogels, en nog meer fretten, ratten, wezels en bunzings die van het gemorste graan van de molen leefden, of jacht maakten op de dieren die lui en vadsig waren, vetgemest door de overvloed bij de molen.
De molen was buiten gebruik geraakt toen dieselmotoren het waterrad vervingen en de firma een nieuwe molen liet bouwen, een eind van de Wijer vandaan. Met een enorme silo van meer dan dertig meter hoog die tussen het dorp en de rest van de wereld werd geplant. Later was het dorp ertegenaan gegroeid. De nieuwe maalderij was niet meer afhankelijk van de grillen van de Wijer, die in droge zomers te weinig water had om het rad te laten draaien, en in strenge winters stijf bevroren weigerde voor de molenaarsweduwe te werken.
Nadat de weduwe Hubben-Houba de molen verlaten had, was het bouwwerk in verval geraakt. Alleen de ratten en de duiven bleven in de molen huizen. De houten schoepen van het molenrad rotten weg. Na verloop van tijd was iedereen vergeten hoe het molenwerk bediend moest worden. De watermolen kwam alleen nog voor in het logo van de Firma J.J. Hubben en Zonen. Frits, de zoon van de weduwe, had de naam Houba weggehaald omdat hij het een idiote naam vond. Hubben-Houba, daar werd vaak om gelachen. Dat riepen ze naar een stier als ze hem ophitsten een koe te beklimmen. Het was weinig respectvol, vooral omdat toen al een groot aantal mensen uit het dorp in de fabriek van de weduwe Hubben-Houba hun brood verdiende.
Tot grootvader Bernhard in de molen ging wonen. Hij had het gebouw hersteld en het rad van nieuwe schoepen voorzien. Hij liet het draaien, alleen voor de lust van het draaien en om het warse molenwerk te bedienen, dat hij kon bespelen als een pianist zijn piano.
Thija is al bij het molenhuis. Ze is met de fiets gekomen.
Binnen ruikt het naar gehakt hout en jutezakken. In een weckfles op de schouw glinstert een zwarte adder. Zijn ogen vlammen op in het licht dat door de openstaande deur naar binnen valt. Hij wil naar buiten, maar zit voor altijd vast in de fles die de basis is van zijn doods bestaan.
`Hebt u geen kaarten van de zeeën die u bevaren hebt?’ vraagt Mels.
`Die heb ik niet nodig.’
`Grootvader Rudolf heeft kaarten van alle wereldzeeën.’
`Ik heb alle zeeën van de wereld in mijn hoofd. En mijn schip draag ik mee op mijn hart.’ Hij tilt zijn trui omhoog en laat het getatoeëerde schip op zijn borst zien, dat Mary heet, net als het meisje met blote borsten en lang zwart haar dat vanaf het rimpelende dek naar iemand zwaait.
`Ze zwaait niet naar u’, zegt Thija.
`Hoezo niet?’
`Ze staat met haar rug naar u toe.’
`Als ik in mijn blote bast voor de spiegel sta, zie ik haar naar mij zwaaien.’
`Hebt u een meisje gehad dat Mary heette?’ vraagt Tijger.
`Wel drie. In elke haven heten de meisjes Mary. Ze zijn genoemd naar Mare, de zee. Uit de zee komt alle leven voort. Daarom is het een mooie naam voor vrouwen.’
Nu snapt Mels waarom Mariakinderen altijd blauw dragen. Hij loopt in het diepe blauw van de zee. Dat voelt al heel wat beter.
`Was er een op wie u echt verliefd was?’
`Zeemansliefdes houden nooit stand.’ Grootvader lacht wat verlegen, alsof hij zich tegenover zijn kleinkinderen een beetje schaamt. `Die meisjes wisten ook dat de matrozen van wie ze een paar nachten hadden gehouden, waarschijnlijk nooit meer terugkeerden.’
`Is er niet één bij van wie u nog steeds houdt?’
`In China heb ik een meisje ontmoet van wie ik nog wel eens droom. Heb ik jullie het verhaal over mijn Chinese muts al verteld?’
`Nee.’
`Toen ik een keer door de stad Sjanghai liep, werd ik aangesproken door een meisje van een jaar of zestien. De manier waarop ze naar mij lachte, dat was iets heel moois. Ik kon haar niet verstaan, maar uit haar gebaren maakte ik op dat ze mijn hoed wilde hebben, in ruil voor haar zijden muts. Nou, ik vond het goed. We ruilden. Met mijn hoed naar mij zwaaiend liep ze weg. Ik zette haar muts op en ging verder. Het begon te regenen en ik moest nog zeker een uur lopen naar het schip. Maar het gekke was, het maakte me niet uit. Al regende het nog zo hard, ik floot en ik zong, de hele weg terug naar de haven. Het was een wondermuts. Vanaf toen heb ik hem elke keer als ik verdriet had opgezet. En altijd was ik dan direct weer vrolijk.’
Grootvader pakt een oude muts van de kapstok, een verfomfaaid ding van gerafelde zijde.
Mels zet hem op.
`Ik voel niks.’
`Het werkt alleen bij mij.’
`U lijkt een beetje op die man die half wijs leek’, zegt Thija bedachtzaam.
`Gelukkig maar’, lacht grootvader.
`Later ga ik ook varen’, zegt Tijger. `Ik wil de wereld zien.’
`Dat lijkt me een goed plan’, zegt grootvader. `De wereld zien, om wijs te worden. Mels, haal even een paar flessen bier uit de kelder.’
Heerlijk koel bier. Een fles voor grootvader en voor elk van hen een driekwart glas. Extra lekker omdat het eigenlijk niet hoort. En zeker voor Thija niet. Maar opa Bernhard heeft schijt aan alles wat hoort. Hij heeft de hele wereld gezien en toen hij terugkwam van zijn zeereizen is hij vrachtwagenchauffeur bij de meelfabriek geworden. Dertig jaar lang heeft Bernhard de silo van de Firma J.J. Hubben en Zonen vol geblazen met de oogst van de graanboeren.
Ton van Reen: Het diepste blauw (029)
wordt vervolgd
fleursdumal.nl magazine
More in: - Book Stories, - Het diepste blauw, Archive Q-R, Reen, Ton van
Jakub Shapiro ist ein hoffnungsvoller junger Boxer und überhaupt sehr talentiert.
Das erkennt auch der mächtige Warschauer Unterweltpate Kaplica, der Shapiro zu seinem Vertrauten macht. Doch rechte Putschpläne gegen die polnische Regierung bringen das Imperium Kaplicas in Bedrängnis; er kommt in Haft, als ihm ein politischer Mord angehängt wird. Im Schatten dieser Ereignisse bricht ein regelrechter Krieg der Unterwelt los. Jakub Shapiro muss die Dinge in die Hand nehmen: Er geht gegen Feinde wie Verräter vor, beginnt – aus Leidenschaft und Kalkül – eine fatale Affäre mit der Tochter des Staatsanwalts, muss zugleich seine Frau und Kinder vor dem anschwellenden Hass schützen – und nimmt immer mehr die Rolle des Paten ein.
Der Aufstieg eines Verbrecherhelden zwischen Gewalt, Eleganz und Laster, seine Verletzlichkeit als Jude im Vorkriegs-Warschau: «Der Boxer» ist grandios angelegt und fast filmisch erzählt, ein Panorama mit Sportlern und Schurken, einem Mann mit zwei Gesichtern, glamourösen Huren und charismatischen Gangstern. Ein überragender, thrillerhafter Roman, der eine eruptive Epoche geradezu körperlich erlebbar macht.
Mit Szczepan Twardoch ist Polen zurück auf der Bühne der Weltliteratur.
-Die Welt
Szczepan Twardoch, geboren 1979, ist einer der herausragenden Autoren der polnischen Gegenwartsliteratur. Mit «Morphin» (2012) gelang ihm der Durchbruch, das Buch wurde mit dem Polityka-Passport-Preis ausgezeichnet, Kritik und Leser waren begeistert. Für den ebenfalls hochgelobten Roman «Drach» wurden Twardoch und sein Übersetzer Olaf Kühl 2016 mit dem Brücke Berlin Preis geehrt. Bei polnischen Lesern wie Kritikern übertraf «Der Boxer» diese Erfolge sogar noch. Szczepan Twardoch lebt mit seiner Familie in Pilchowice/Schlesien.
Szczepan Twardoch
Der Boxer
Übersetzt von: Olaf Kühl
Deutsche Erstausgabe
Hardcover
€22,95
Verlag: Rowohlt Berlin
464 Seiten
ISBN: 978-3-7371-0008-3
Erscheinungstermin: 24.01.2018
new books
fleursdumal.nl magazine
More in: - Book News, Archive S-T, Art & Literature News, Thrillers
A fascinating account by one of the world’s leading neurologists of the profound influence of William Burroughs on his medical career.
Lees relates how Burroughs, author of Naked Lunch and troubled drug addict, inspired him to discover a ground-breaking treatment for Parkinson’s Disease. Lees journeys to the Amazonian rainforest in search of cures, and through self-experimentation seeks to find the answers his patients crave. He enters a powerful plea for the return of imagination to medical research.
A fascinating personal account by one of the world’s leading neurologists of the profound influence of William Burroughs on his medical career. Lees journeys to the Amazonian rainforest in search of cures, and through self-experimentation seeks to find the answers his patients crave. ‘The inevitable comparison with the late, great Oliver Sacks is entirely just.’ – Professor Raymond Tallis
Mentored by a Madman:
The William Burroughs Experiment
by A.J. Lees (Author),
James Grauerholz (Foreword)
Hardcover
Pages: 236
$16.11
September 12, 2017
Series: Notting Hill Editions
ISBN: 9781910749104
new books
fleursdumal.nl magazine
More in: #Beat Generation Archives, - Book News, - Book Stories, Archive A-B, Art & Literature News, Burroughs, William S.
Op zondag 11 maart is de première van de documentaire Dichter tegen de tijd, een portret van Jasper Mikkers, te zien in de Nieuwe Vorst, Willem II-straat, Tilburg. Aanvang 16.00 uur. Na de vertoning vindt aldaar ook de presentatie plaats van zijn nieuwe bundel Nachtleven, met illustraties van Daisy Karthaus.
Jasper Mikkers (Oerle, 1948) debuteerde in 1974 onder het pseudoniem Tymen Trolsky bij de Bezige Bij met de roman Hyacinta en Pasceline. Bij dezelfde uitgeverij verschenen later datzelfde jaar maar liefst drie dichtbundels .Na de onthulling van zijn pseudoniem in 1976 volgden nog vele publicaties, zowel onder de naam Tymen Trolsky als zijn echte naam. Naast dichtbundels onder meer het reisboek De weg van de regen (1990), de verhalenbundel De kleine jongen en de rivier (1994), en de romans Het einde van de eeuwigheid (2000) en Karl Marx Universiteit (2009).
In de periode 2013-2015 was hij stadsdichter van Tilburg; hierover schreef hij de bundel Gespiegelde stad (2015).
Nachtleven is de derde dichtbundel die hij publiceert bij de bibliofiele uitgeverij Brandon Pers, eerder verschenen Kwatrijnen (1979) en De landmeters van de keizer (2002).
Nachtleven is in meer dan een opzicht een opvallende bundel. Zoals de dichter zelf in het voorwoord schrijft: ‘Aanzet tot het schrijven van deze bundel lag in het idee dromen die regelmatig terugkwamen vast te leggen’. En wat deze uitgave zeker zo bijzonder maakt zijn de erin opgenomen tien prachtige aquarellen van Daisy Karthaus die aansluiten bij de thematiek van de tweeëntwintig sonnetten.
Nachtleven is een dichtbundel van Jasper Mikkers met tien aquarellen van Daisy Karthaus. Wilt u verzekerd zijn van een exemplaar van Nachtleven dan kunt u reserveren bij de secretaris van de Brandon Pers (via cvanraak@online.nl )
De prijs bedraagt euro 17,50 (excl. Porto) en de oplage is 140 exemplaren.
fleursdumal.nl magazine
More in: - Book Lovers, - Book News, Archive K-L, Archive M-N, Art & Literature News, Illustrators, Illustration, Jasper Mikkers, Mikkers, Jasper
For the first time in a quarter century, a major new volume of translations of the beloved poetry of Federico García Lorca, presented in a beautiful bilingual edition.
The fluid and mesmeric lines of these new translations by the award-winning poet Sarah Arvio bring us closer than ever to the talismanic perfection of the great García Lorca. Poet in Spain invokes the “wild, innate, local surrealism” of the Spanish voice, in moonlit poems of love and death set among poplars, rivers, low hills, and high sierras.
Arvio’s ample and rhythmically rich offering includes, among other essential works, the folkloric yet modernist Gypsy Ballads, the plaintive flamenco Poem of the Cante Jondo, and the turbulent and beautiful Dark Love Sonnets—addressed to Lorca’s homosexual lover—which Lorca was revising at the time of his brutal political murder by Fascist forces in the early days of the Spanish Civil War.
Here, too, are several lyrics translated into English for the first time and the play Blood Wedding—also a great tragic poem. Arvio has created a fresh voice for Lorca in English, full of urgency, pathos, and lyricism—showing the poet’s work has grown only more beautiful with the passage of time.
Federico Garcia Lorca may be Spain’s most famous poet and dramatist of all time. Born in Andalusia in 1898, he grew up in a village on the Vega and in the city of Granada.
His prolific works, known for their powerful lyricism and an obsession with love and death, include the Gypsy Ballads, which brought him far-reaching fame, and the homoerotic Dark Love Sonnets, which did not see print until almost fifty years after his death.
His murder in 1936 by Fascist forces at the outset of the Spanish Civil War became a literary cause célébre; in Spain, his writings were banned. Lorca’s poems and plays are now read and revered in many languages throughout the world.
Poet in Spain
By Federico Garcia Lorca
Translated by Sarah Arvio
Category: Poetry
Hardcover
Nov 07, 2017
576 Pages
$35.00
Published by Knopf
ISBN 9781524733117
new books
fleursdumal.nl magazine
More in: - Book News, Archive G-H, Archive G-H, Art & Literature News, Garcia Lorca, Federico, WAR & PEACE
Starend naar de rand van de pyjamabroek valt hem opeens op hoe vaal hij is van het vele wassen.
Het blauw is bijna wit.
Hij zit te lang op de pot. Zijn rug wordt koud. Waarom klappen ze altijd met hun vliegtuig tegen de silo? Natuurlijk komt het door Tijger. Terwijl hij stuurt, zwaait hij naar zijn moeder.
Hij mag toch wel één keer naar China reizen? Één keer, al is het maar in een droom.
Zijn blaas is vol, maar het plassen lukt niet. Hij grinnikt als hij aan vroeger denkt. Toen piste hij over muren heen.
Ton van Reen: Het diepste blauw (028)
wordt vervolgd
fleursdumal.nl magazine
More in: - Book Stories, - Het diepste blauw, Archive Q-R, Reen, Ton van
De Parelduiker pakt het thema van de Boekenweek op en stelt de vraag: hoezo natuur?
In dit themanummer naar aanleiding van de Boekenweek vier verhalen over schrijvers en kunstenaars die ieder een ‘andere’ kant van de natuur leerden kennen.
Joris van Casteren volgde de voetsporen van Gerard Bilders (1838-1865). In het vieze Amsterdam ging deze jonge schrijver en landschapsschilder op tragische wijze ten onder. Tot op zijn sterfbed, in een benauwd pand aan een stinkende gracht, hunkerde hij naar de natuur en het buitenleven.
Madelon de Keizer schrijft over Albert Verwey. Anders dan diens vriend Willem Kloos, die het bij de stad en zijn verlokkingen hield, koos Verwey na zijn huwelijk met Kitty van Vloten voor een leven dichter bij de natuur en stichtte met haar een gezin in een huis op een duin te Noordwijk. Zij zetten zich in voor het herstel van de band tussen mens en natuur, die door de verstedelijking teloor dreigde te gaan.
Nescio bezong, zo schrijft biografe Lieneke Frerichs, onbezorgd de schoonheid van zomerse glooiende korenvelden, terwijl hij met zijn dochters door Noord-Frankrijk fietste.
Willem van Toorn ten slotte zette zich op initiatief van kunstschilder Willem den Ouden in voor zorgvuldige, vernuftiger dijkverbeteringen die het Nederlandse rivierenlandschap zoveel mogelijk zouden sparen, aldus Marco Daane. Hij laat zien dat Van Toorns betrokkenheid hierbij ook sporen heeft achtergelaten in zijn literaire werk.
In memoriam Jaap Harten en Menno Wigman.
De Parelduiker is een uitgave van Uitgeverij Bas Lubberhuizen – Johannes Vermeerstraat 63 – 1071 DN Amsterdam – Postbus 15511 – 1001 NA Amsterdam – T 020 5706 100
# Voor meer informatie zie de website van de parelduiker
boekenweek 2018
fleursdumal.nl magazine
More in: Art & Literature News, Boekenweek, LITERARY MAGAZINES, Natural history, Wigman, Menno, Willem van Toorn
`Ik wil geen blauwe broek’, roept Mels. `Ik wil een bruine, net als Tijger. En een rood hemd. Of geel. Of groen.’ `Je krijgt alleen blauw’, zegt zijn moeder kortaf. `Je bent toegewijd aan Maria.’
Hij weet het. Hij heet Emilius Maria. Hij schaamt er zich een beetje voor dat hij een Mariakind is. Het is iets voor meisjes. Voor anderen probeert hij het geheim te houden. Of hij liegt erover. Emilius Michael, zegt hij als anderen naar zijn doopnamen vragen, maar ze twijfelen natuurlijk wel. Iedereen weet dat wie altijd in het blauw loopt, een Mariakind is.
`Paars mag ook’, zegt hij. `Of wit of zwart. Ik wil wat anders.’ Om dat eeuwige blauw heeft hij niet gevraagd.
`Het kan niet’, zegt zijn moeder. `Het is een belofte. Ik heb het Maria beloofd toen ik je onder mijn hart droeg. Een paar keer ging het bijna mis. Dat het leek of je te vroeg werd geboren. Ik was bang dat je een achterblijver zou worden. Toen heb ik die belofte gedaan.’
`Ik begrijp het’, zegt hij. Nu weet hij opeens waarom Tijger altijd van hem wint. Er is iets met hem. Hij is niet helemaal goed. Het komt door zijn moeder. Nog steeds is ze vaak ziek.
Tijger komt binnen. Hij ziet zijn teleurgestelde gezicht. Hij weet niet waarom, maar toch legt hij troostend een arm om Mels’ schouders.
`Het is vreselijk’, zegt Mels. `Ik zal nooit van je kunnen winnen. Toen ik werd geboren, was ik bijna dood.’
Tijger schrikt.
`Dan had ik je nooit gekend!’
`Ik weet het’, zegt Mels. `Jij bent mijn vriend.’
Zijn moeder kijkt hem verwijtend aan.
`Zo erg was het ook weer niet’, zegt ze, hoewel het als een verdediging klinkt. `Je was een beetje blauw, maar je woog zeven pond. Ik was er trots op dat ik, zo mager als ik altijd was, een baby van zeven pond op de wereld had gezet. Je mankeert niks.’
Ton van Reen: Het diepste blauw (027)
wordt vervolgd
fleursdumal.nl magazine
More in: - Book Stories, - Het diepste blauw, Archive Q-R, Reen, Ton van
Sie gilt als Künstlerin des sozialen Elends und der schmerzlichen Tragik des Krieges – Käthe Kollwitz.
Fröhlich, unkonventionell, sinnlich, neugierig – all das ist sie Zeit ihres Lebens. Immer wieder bricht Kollwitz mit gängigen Konventionen. So reist die Mutter von zwei Kindern etwa 1904 alleine nach Paris – eigentlich undenkbar zu dieser Zeit -, um die Kunst des plastischen Gestaltens zu lernen. Dort trifft sie u.a. auf Rodin.
Als zu Beginn des Ersten Weltkrieges ihr Sohn ums Leben kommt, beherrscht dieses Trauma über viele Jahre ihr Leben wie auch ihre Kunst.1919 wird sie als erste Frau Professorin an der Preußischen Akademie der Künste, bis nach Hitlers Machtergreifung ein dunkler Schatten über das Land zieht und sich auch auf ihr Leben legt.
Eine tiefgründige Romanbiografie, die das außergewöhnliche Leben dieser beeindruckenden Künstlerin facettenreich einfängt.
Roswitha Mair, Dr. phil., ist Kunsthistorikerin und lebt in Innsbruck. Zahlreiche Veröffentlichungen und Beiträge zur Kunst des 20. Jahrhunderts sowie Organisation und Konzeption von Kunstausstellungen.
Roswitha Mair :
Käthe Kollwitz.
Ein Leben gegen jede Konvention.
Romanbiografie
‘Herder Spektrum Taschenbücher’
Herder Verlag GmbH
Juni 2017
231 Seiten
Kartoniert – Broschiert
Sprache: Deutsch
€16,00
EAN: 9783451069734
ISBN: 3451069733
new books
fleursdumal.nl magazine
More in: - Book News, Archive K-L, Archive M-N, Art & Literature News, Galerie Deutschland, Käthe Kollwitz, Sculpture, WAR & PEACE
Thank you for reading Fleurs du Mal - magazine for art & literature