Presentiment
With saintly grace and reverent tread,
She walked among the graves with me;
Her every foot-fall seemed to be
A benediction on the dead.
The guardian spirit of the place
She seemed, and I some ghost forlorn
Surprised in the untimely morn
She made with her resplendent face.
Moved by some waywardness of will,
Three paces from the path apart
She stepped and stood — my prescient heart
Was stricken with a passing chill.
The folk-lore of the years agone
Remembering, I smiled and thought:
“Who shudders suddenly at naught,
His grave is being trod upon.”
But now I know that it was more
Than idle fancy. O, my sweet,
I did not think so little feet
Could make a buried heart so sore!
Ambrose Bierce
(1842-1914)
poetry
fleursdumal.nl magazine
More in: Archive A-B, Archive A-B, Bierce, Ambrose
Het beeld springt over naar de groep eskimo’s. Voor het eerst herkent hij Kemp tussen hen. Kemp met zijn brutale grijns. Mevrouw Lecoeur staat op en loopt het zaaltje uit. Mels wisselt de film. Hij wacht, maar mevrouw Lecoeur komt niet terug. Hij hoort haar naar buiten lopen.
Dan draait hij de film maar voor zichzelf.
De aftiteling bestaat uit het logo van de meelfabriek. Mensen drommen samen in de hal van de Firma J.J. Hubben en Zonen. De pastoor zegent de nieuwe fabriek in. De mensen slaan een kruis.
De oud-directeur Frits, de zoon van de weduwe Hubben-Houba, voert het woord. Hij lijkt te vertellen over de fabriek en de mensen en dat ze één zijn en dat de fabriek bestaat voor de mensen en dat de mensen er zijn voor de fabriek. Mels kan het zich haast woordelijk herinneren. Bij elk feest zei hij hetzelfde. Hij komt niet goed uit zijn woorden, dat is te zien. Waarschijnlijk was hij dronken. Zijn beide zonen, Frans-Hubert en Frans-Joseph, luisteren niet en staan achter zijn rug te kletsen, vergetend dat ze worden gefilmd en voor altijd voor joker worden gezet.
Er zijn uitgebreide beelden van directeur Frits en zijn familie die champagne drinken. Ook aparte shots van de twee zonen die hem later hebben opgevolgd en als laatste daad het bedrijf hebben verkocht. Dan beelden van de werknemers en hun gezinsleden die op de broodjestafel aanvallen. Even later opnames van de lege schalen en de glunderende koppen van de eters. Dan nog een paar beelden van de fabriek. De maalderij met de zakkenvullers, nederig kijkend omdat de directeur bij hen staat, zijn arm om de schouder van een jonge inpakster. Later heeft hij bij dat meisje een kind verwekt. De jonge moeder heeft het direct na de geboorte af moeten staan voor adoptie. Om haar voor de schande in het dorp te behoeden, werd ze tewerkgesteld in de keuken van een klooster. Van de adoptie schijnt ook niets terecht te zijn gekomen. Men zegt dat de pastoor het kind heeft verkocht aan een zigeunerin die een kind wilde hebben om mee te bedelen.
De film is afgelopen. De tientallen verhalen die Mels aan het publiek had willen vertellen, zijn in zijn hoofd blijven steken. Het doet pijn. Op de tast zet hij de derde film op.
Iemand heeft geprobeerd de geschiedenis van het bedrijf te laten zien. De stem van meneer Zoetmulder, die lang de bedrijfsvoerder was in de fabriek. De man om wie het praktische werk had gedraaid. Zoetmulder repareerde alles zelf. Na zijn vertrek wist niemand nog hoe het bedrijf technisch functioneerde. Zoetmulder was werkelijk onmisbaar zodat na zijn afscheid de dingen vaak in de soep liepen. Met als grootste klap de explosie in de proefbakkerij waar veredelingsproducten door het meel werden gemengd, waarbij twee doden waren gevallen. Het luxe patentmeel voor fijn wittebrood, waaraan benzoylperoxide werd toegevoegd om het witter dan wit te maken, werd vanaf toen door het personeel buskruit genoemd.
Lange opnames van de watermolen en het maalwerk met de technische uitleg door Zoetmulder, pratend als een stomme kikker. Niet eens onderschriften. Foto’s van de verhuizing naar de nieuwe fabriek, met een kletsende Zoetmulder, verdrinkend in details. Daarna vooral opnames van de directieleden in hun kantoor. Soms van hoog bezoek aan het bedrijf. Dan de ingebruikneming van de silo. De nieuwe hal. De rij vrachtwagens die van het bedrijf vertrekt, ingehuurd voor de promotiefilm, met uit hun raampjes wuivende chauffeurs. In werkelijkheid had de fabriek nooit meer dan één vrachtwagen gehad.
Nog steeds geen geluid. Mels mist het niet. Hij weet precies wat er in al die hoofden omging.
Hijzelf staat er nooit op. Als boekhouder zat hij in de kamer achter het kantoor van de directeuren, maar die deur was altijd dicht. Naast hem was het kantoor van Zoetmulder, dat lag vol gestapeld met motoren, aandrijfassen, tandraderen, membraanschijven, manometers, vloeistoffilters en potjes chemisch spul ter verbetering van de meelkwaliteit.
De film eindigt begin jaren tachtig. Weer nieuwe vrachtwagens, terwijl de firma al jaren het vervoer uitbesteedde. Een nieuw logo dat de watermolen moest vervangen. Een gestileerd rad dat de samenwerking van het personeel voorstelt, maar ook de groei van het bedrijf door de tijd heen.
De film is afgelopen.
`Licht aan!’ roept Mels.
Hij pakt de films in. Rot dat niemand in zijn films is geïnteresseerd. Hij rijdt terug naar het café.
`Hier, de foto’s.’ Koen reikt hem de tas aan. `Zulke voorstellingen hoeven we hier dus niet meer te proberen’, zegt hij. `Ik moet het in de toekomst vooral hebben van jongelui, dat is duidelijk.’
Mels mompelt wat en rijdt naar buiten. Hij stopt op de brug, om even bij te komen.
Hij begrijpt dat zijn boek er nooit zal komen. Wat moet hij doen met al die platen die hij van de oude molen heeft uitgetekend? Het molenwerk, het aandrijfwerk, hij heeft het allemaal klaarliggen. Jaren werk voor niets. Tekeningen zoals hij ze zich nog van vroeger voor de geest kan halen, als grootvader Bernhard zijn molenkaarten voor zich op tafel had uitgespreid. Jammer dat die verdwenen zijn. Dat zou hem veel werk hebben bespaard. Nu heeft hij alles moeten terughalen aan de hand van tekeningen van andere gerestaureerde molens.
Ton van Reen: Het diepste blauw (070)
wordt vervolgd
fleursdumal.nl magazine
More in: - Book Stories, - Het diepste blauw, Archive Q-R, Reen, Ton van
Celebrated Ecuadorian author Gabriela Alemán’s first work to appear in English: a noir, feminist eco-thriller in which venally corrupt politicians and greedy land speculators finally get their just comeuppance!
“The story is a condemnation not only of the corrupt businessmen and the criminal gangs that rule Poso Wells but also of the violence against women that plagues Latin America’s real slums.” –– The New Yorker
In the squalid settlement of Poso Wells, women have been regularly disappearing, but the authorities have shown little interest. When the leading presidential candidate comes to town, he and his entourage are electrocuted in a macabre accident witnessed by a throng of astonished spectators. The sole survivor—next in line for the presidency—inexplicably disappears from sight.
Gustavo Varas, a principled journalist, picks up the trail, which leads him into a violent, lawless underworld. Bella Altamirano, a fearless local, is on her own crusade to pierce the settlement’s code of silence, ignoring repeated death threats. It turns out that the disappearance of the candidate and those of the women are intimately connected, and not just to a local crime wave, but to a multinational magnate’s plan to plunder the country’s cloud forest preserve.
Title: Poso Wells
Author: Gabriela Alemán
Translated by Dick Cluster
Publisher City Lights Publishers
Format Paperback
ISBN-10 0872867552
ISBN-13 9780872867550
Publication Date 14 August 2018
Main content page count 160
List Price $14.95
new books
fleursdumal.nl magazine
More in: - Book News, - Bookstores, Archive A-B, Art & Literature News
Thank you for reading Fleurs du Mal - magazine for art & literature