Or see the index
Adriaan en de anderen
Een toekomstroman
waarin de literatuur wordt gered
en het Huis van Oranje tot bloei komt
door Merel van der Gracht
drieënzeventig
‘Misschien moet’n wie ook maor ‘ns naor huus gaon,’ zei Ronald. De broertjes Krentenbrood liepen over de Dam, richting het slaaphuis van het Leger des Heils.
‘Weettie dan nog waor wie thuus zien?’ vroeg Erwin. ‘Wie zien al zo lang zwervers?’
‘Da is zo,’ zei Ronald. ‘Maor vreuger, da weettie toch ook nog wel, toen waor’n wie ergens thuus. Toen wie jongens waor’n.’
‘In Grunning’n!’ zei Erwin. Zijn gezicht klaarde op. ‘Da waor’n nog eens fijne tieden.’
‘Wie zien in jaor’n nie meer thuus ‘weest. Misschien bestaot ons thuus nie eens meer. Ik hoor er nooit wa euver.’
‘Grunning’n is ook erg ver weg.’
‘Ik zou er toch graog naor toe will’n. Ik denk da ‘t daor nog steeds rustig is.’
‘Hoe koom’n wie daor?’
‘Met de trein.’
‘Hep jij geld?’
‘Nee. Wie moet’n lift’n.’
‘Wanneer gaon wie?’
‘Noe.’
‘Ik hep nog wa spulletjes bie ‘t Leger des Heils staon.’
‘Wa dan?’
‘Zeep. Tandpasta.’
‘Daor gaon wie nie veur terug.’
De twee oude jongens sjokten naar de tramhalte.
‘Hoe denkie ‘n lift te krieg’n?’ vroeg Erwin.
‘Bij de RAI. Daor koom’n mens’n uut ‘t hele land. Elke dag. Wie hoev’n ze maor te vraog’n wie er naar Grunning’n riedt.’
‘Jao, da doen wie. Ik hepper zin aon. Gek, da ik jaor’n nie aon Grunning’n heb ‘dacht en da ik noe opeens terug wil.’
‘’t Is zoiets als het beleufde land,’ zei Ronald. ‘Misschien hadd’n wie er nooit weg moet’n gaon.’
‘Wa hadd’n we dan ‘moet’n?’
‘Misschien hadd’n wie postbode moet’n word’n. Dan hadd’n wie nie veul verdiend, maar waor’n wie rieker ‘weest dan noe.’
‘Misschien kan het nog. Misschien will’n ze ons wel hebb’n bie de post.’
‘In Grunning’n moet’n wie dat maor probeer’n. Ze zull’n ons nog wel kenn’n.’
‘Wie kunn’n ook sandwichman speul’n,’ zei Erwin. ‘Met reclaomebord’n op de buuk en op de rug. En daorboov’n onze beroemde kopp’n. Reclaome laop’n veur de rookworst van de Hema. Of veur de partie van Mandarijn.’
‘Brr, nee,’ zei Ronald. ‘Die kop zie je al euveral. Laot’n wie eerst naor Grunning’n gaon. Heppie nog ‘n paor cent’n veur ‘n baol shag?’
Hoofdstuk 73 (wordt vervolgd)
Adriaan en de anderen: Uitgeverij Compaan in Maassluis, ISBN: 978-94-903740-6-8, aantal pagina’s: 288, prijs: € 17,90 te bestellen via de plaatselijke boekhandel of via ► Bol.com
E-mail: merelvandergracht X kempis.nl ( X = @ )
kempis.nl poetry magazine
More in: -Adriaan en de Anderen
Adriaan en de anderen
Een toekomstroman
waarin de literatuur wordt gered
en het Huis van Oranje tot bloei komt
door Merel van der Gracht
vierenzeventig
Het werd nacht boven Griend. Twee doodstille figuren keken naar de donker wordende horizon.
Ineens sprong Jan Wolkmens op.
‘Daar is ze!’ riep hij uit. ‘Mijn Tsarina!’
‘Ze is al een jaar dood.’ zei Theodorus.
‘Wat weet jij daar nou van!’ riep Jan. ‘Ze leeft. Ze komt naar ons toe. Ze komt ons redden. Ze heeft emmers water bij zich. Voor jou.’
Theodorus zag een donkere wolk dreigend op hen afkomen. Een soort trechter daalde uit de wolk neer en ging als een hoos door de zee. Een orkaan, dat zag hij zo, ook al had hij er nooit een gezien.
‘We moeten schuilen,’ riep Theodorus. Hulpeloos dwaalden zijn ogen over het lege eiland.
‘Tsarina Tsarina!’ riep Jan. ‘Hier ben ik!’
Het leek of Tsarina hem hoorde. De woedende trechter kwam vlug dichterbij. De zee begon te kolken. De storm vloog hen om de oren. Een hoos water en zand nam hen op en tilde hen van het eiland.
‘We vliegen!’ riep Jan verrukt. Ver boven zich zag hij Theodorus dwarrelen. Als een veertje werd de kleine man naar het oog van de orkaan gezogen.
De vogels van Griend, die in kluitjes bij elkaar zaten om te schuilen onder elkaars veren, hadden nog nooit zoiets wonderlijks gezien.
Hoofdstuk 74 (wordt vervolgd)
Adriaan en de anderen: Uitgeverij Compaan in Maassluis, ISBN: 978-94-903740-6-8, aantal pagina’s: 288, prijs: € 17,90 te bestellen via de plaatselijke boekhandel of via ► Bol.com
E-mail: merelvandergracht X kempis.nl ( X = @ )
kempis.nl poetry magazine
More in: -Adriaan en de Anderen
Adriaan en de anderen
Een toekomstroman
waarin de literatuur wordt gered
en het Huis van Oranje tot bloei komt
door Merel van der Gracht
vijfenzeventig
Adriaan opende het raam. Even wilde hij naar de sterren kijken, om zich te verpozen.
Verbaasd zag hij hoe een man uit de hemel afdaalde, via een bundel lichtstralen. Hij herkende het zorglijke hoofd van Willem Frederik Stermans, de Grote Schrijver. Hij landde naast het vijvertje in de tuin.
‘Willem Frederik!’ riep Adriaan uit. ‘Dit is een wonder.’
‘Ik kan het zootje hier beneden niet langer aanzien,’ zei Willem Frederik resoluut. ‘Kom op, we gaan Amsterdam bevrijden.’
‘Je bedoelt Mandarijn verdrijven?’
‘En we drijven meteen dat zootje van de Scientology aan de Nieuwezijds de zee in. We maken schoon schip met die aliens.’
‘Ja, dat zou goed zijn,’ zei Adriaan blij.
‘Kom man, we gaan op weg,’ zei Willem Frederik.
‘Maar, ik was juist van plan om bij de benedictijnen in te treden,’ zei Adriaan. ‘Ik voel late roeping. Bodarius wil me persoonlijk tot priester wijden en dan word ik zijn Geheim Kamerheer.’
‘Ben jij ook al gek geworden?’ riep Willem Frederik verstoord. ‘Dat die lui hier wazig zijn in hun hoofd moeten zij weten, maar van jou had ik verstand verwacht.’
Overdonderd keek Adriaan hem aan.
‘Je hebt helemaal gelijk Willem Frederik,’ riep hij uit. ‘Door mijn angst voor de tijdgeest was ik bijna gek. Ik doe met je mee.’
Schouder aan schouder liepen ze de laan uit en gingen op weg om de Amsterdamse grachtengordel te bevrijden.
‘Het moet lukken,’ zei Willem Frederik opgewekt. ‘Zeker nu we God zelf aan onze zijde hebben.’
‘Laat God zich voor een karretje spannen?’
‘God houdt van mij. Ik voel me als door hem gestuurd.’
‘Draaf je nu niet een beetje door naar de andere kant, Willem Frederik? Eerst bestond God niet voor je en nu praat je alsof je Gods Zoontje bent.’
‘Verdomd, daar zeg je wat,’ zei Willem Frederik verheugd. ‘Zo voel ik me, als Gods Zoon.’
‘En dat betekent?’
‘Hoe bedoel je, Adriaan?’
‘Je weet dat God bestaat uit de Drievuldigheid?’
‘Zoiets als de Grote Drie?’ vroeg Willem Frederik.
‘Precies, maar God bestaat uit de Vader, de Zoon en de Heilige Geest.’
‘Daarmee zeg je dus dat ik, als ik de Zoon van God ben, ook God zelf ben.’
‘Het is moeilijk te begrijpen, maar voor gelovige katholieken is het zo.’
Willem Frederik keek omhoog, naar de plek in het firmament waar hij in de hemel was geweest.
‘God zij dank,’ zei Willem Frederik. ‘En nu naar Amsterdam. Is café Scheltema er nog?’
‘Oh ja.’
‘En café De Kwelling?’
‘Jazeker.’
‘Staat dat warrige Limburgse meisje nog achter de tap?’
‘Je bedoelt Tjeepie? Man, jij bent echt uit de tijd. Die heeft alle stadia van kroonprinses tot gevallen ster al doorlopen.’
‘Ik moet nodig naar Amsterdam,’ zei Willem Frederik. ‘God, wat heb ik die stad gemist.’
Samen zetten ze de pas erin en marcheerden naar de hoofdstad.
Deesje huppelde achter hen aan.
Hoofdstuk 75 (wordt vervolgd)
Adriaan en de anderen: Uitgeverij Compaan in Maassluis, ISBN: 978-94-903740-6-8, aantal pagina’s: 288, prijs: € 17,90 te bestellen via de plaatselijke boekhandel of via ► Bol.com
E-mail: merelvandergracht X kempis.nl ( X = @ )
kempis.nl poetry magazine
More in: -Adriaan en de Anderen
Adriaan en de anderen
Een toekomstroman
waarin de literatuur wordt gered
en het Huis van Oranje tot bloei komt
door Merel van der Gracht
zesenzeventig (slot)
Weer werd het ochtend in de stad. Maar het was stil. De Amsterdammers sliepen uit.
Een eenzame poes, helemaal van Egmond naar huis gelopen, achter haar baasje Adriaan aan, sprong lenig naar een goot en klom op een dak. Beneden zag ze Movo van Brabant langs de gracht zeulen, met zijn karretje vol halfvergane manuscripten. Als gewoonlijk was hij op zoek naar een uitgever.
Lekker liggend in de zon kroelde Deesje op haar rug. Ze kwam bij van de lange tocht die ze samen met Adriaan en Willem Frederik had ondernomen. Adriaan lag nog te pitten, net als Willem Frederik, die op het logeerbed was neergestreken. Beide heren spaarden krachten om straks stevig uit te pakken.
Deesje was helemaal tevreden. Ze was blij dat ze een kat was. Niemand hield haar in de gaten. Zo kon ze altijd de dans ontspringen.
De zon kietelde haar buik. Wat was het fijn om soms eenzaam te zijn.
EINDE
P.S. Voor alle grote schrijvers die niet in dit boek zijn genoemd: mogelijk spelen ze een rol in het volgende boek over Adriaan, Tjeepie en Deesje.
Hoofdstuk 76 (slot)
Adriaan en de anderen: Uitgeverij Compaan in Maassluis, ISBN: 978-94-903740-6-8, aantal pagina’s: 288, prijs: € 17,90 te bestellen via de plaatselijke boekhandel of via ► Bol.com
E-mail: merelvandergracht X kempis.nl ( X = @ )
fleursdumal.nl magazine
fleursdumal.nl magazine
More in: -Adriaan en de Anderen, Archive G-H
Adriaan en de anderen
Een toekomstroman
waarin de literatuur wordt gered
en het huis van Oranje tot bloei komt
Door Merel van der Gracht
Het jaar 2015. In Nederland is alles anders. Premier Mandarijn is op het pluche getild door een linkse elite van schrijvers en journaille. Jan regeert, samen met zijn gristelijke rechterhand Andries Koevoet. Eenmaal aan de macht heeft de rood-gristelijke coalitie alles gelijkgeschakeld onder het motto: ‘vrijheid voor het individu is onvrijheid voor allen’. De mensen leven in een collectief met stalinistische en calvinistische trekjes. De meeste schrijvers is het verboden te publiceren, lijden een kommervol bestaan en stappen massaal over naar de onderdrukte Katholieke Kerk. De eens zo befaamde schrijver Adriaan van Bis leeft teruggetrokken in het bejaardenhuis voor schrijvers, het Willem Witsenhuis, samen met zijn roomse poes Deesje van Bredevoort. Tjeepie Paumen, de altijd terugkerende Kniertje van de Nederlandse literatuur, lijdt een kommervol bestaan en woont in een kartonnen doos in het Vondelpark. Het volk, ingeslapen onder het bewind van de rode volkstribuun Mandarijn, wordt op die dag met een schok wakker.
Lees in dit enerverende boek over het bezoek van Paus Antonius Bodarius, van Nederlandse afkomst en bevriend staatshoofd. De stadstoer die hij door Amsterdam maakt, samen met de geliefde koningin-regentes Maxima, is olie op het vuur dat wordt opgestookt door gristelijke jongeren. Deze fundies, die zijn teruggekeerd naar het geloof der Vaderen en hun waarden en normen ontlenen aan de Statenbijbel, willen niets weten van de paus. Ze komen in opstand tegen hun eigen Andries en ontketenen de revolutie tegen het rood-gristelijk bewind.
Ook de grote schrijvers zijn het zat. Onder aanvoering van Adriaan en zijn roomse poes Deesje komen ze in verweer. Ze willen weer in vrijheid kunnen publiceren en zich manifesteren. Zo ook schrijvers als Beesje Hazelnoot, Hanna Verkwist, Garritje Kwamreets, Belleke Noordkanaal en hun vakbroeders die de komende gebeurtenissen afwachten in het illegale café De Kwelling. Net als Movo van Brabant, die rondzeult met een kar vol manuscripten, en de vergeten schrijvers die tijdelijk logeren bij Het Leger Des Heils. In de illegaliteit probeert Foppert Uitterlaan de voormalige ondergrondse uitgeverij De Woedende Wesp nieuw leven in te blazen.
Groot is het leed van Barry, de best geklede schrijver ooit die, als bronzen naakt, enkel getooid met lauwerkrans, het hele gebeuren vanuit het Vondelpark moet meemaken. Willem Frederik Stermans kan vanuit het universum de chaos niet meer kan aanzien en Tjeepie dreigt ten tweeden male de koningin der Nederlandse Letteren te worden.
De lezer kan de auteurs, die in deze toekomstroman moeten leven onder pseudoniemen, hun ware namen teruggeven.
Helaas heeft ook de auteur van dit boek, zich bewegend in de illegaliteit van de Amsterdamse grachtengordel, zich van een pseudoniem moeten bedienen. Maar de lezer zij getroost: zij is een bekend schrijfster en een verdediger van het vrije woord.
De satirische sleutelroman ADRIAAN EN DE ANDEREN van Merel van der Gracht belooft een van de literaire hoogtepunten van het jaar te worden en verschijnt vanaf 15 maart 2010 als dagelijks feuilleton op de literatuur-website: KEMP=MAG ( kempis poetry magazine: www.kempis.nl )
In mei 2010 wordt ADRIAAN EN DE ANDEREN gepubliceerd door Uitgeverij Compaan in Maassluis. Aan het verschijnen van de roman is een prijsvraag verbonden met originele prijzen.
fleursdumal.nl magazine
More in: -Adriaan en de Anderen, Merel van der Gracht
ADRIAAN EN DE ANDEREN
door Merel van der Gracht
op FLEURSDUMAL MAGAZINE
Hoofdstuk 41 en verder vanaf 8 november 2010
na het overlijden van Barry,
de best geklede schrijver ooit,
actueler dan ooit
► Lees hoofdstuk 1 t/m 40 op deze site
Een toekomstroman waarin de literatuur wordt gered en het Huis van Oranje tot bloei komt
Het jaar 2015. In Nederland is alles anders. Premier Mandarijn is op het pluche getild door een linkse elite van schrijvers en journaille. Jan regeert, samen met zijn gristelijke rechterhand Andries Koevoet. Eenmaal aan de macht heeft de rood-gristelijke coalitie alles gelijkgeschakeld onder het motto: ‘vrijheid voor het individu is onvrijheid voor allen’. De mensen leven in een collectief met stalinistische en calvinistische trekjes. De meeste schrijvers is het verboden te publiceren, lijden een kommervol bestaan en stappen massaal over naar de onderdrukte Katholieke Kerk. De eens zo befaamde schrijver Adriaan van Bis leeft teruggetrokken in het bejaardenhuis voor schrijvers, het Willem Witsenhuis, samen met zijn roomse poes Deesje van Bredevoort. Tjeepie Paumen, de altijd terugkerende Kniertje van de Nederlandse literatuur, lijdt een kommervol bestaan en woont in een kartonnen doos in het Vondelpark.
15 augustus 2015. Het volk, ingeslapen onder het bewind van de rode volkstribuun Mandarijn, wordt op die dag met een schok wakker.
Lees over het bezoek van Paus Antonius Bodarius, van Nederlandse afkomst en bevriend staatshoofd. De stadstoer die hij door Amsterdam maakt, samen met de geliefde koningin-weduwe Maxima, is olie op het vuur dat wordt opgestookt door gristelijke jongeren. Deze fundies, die zijn teruggekeerd naar het geloof der Vaderen en hun waarden en normen ontlenen aan de Statenbijbel, willen niets weten van de paus. Ze komen in opstand tegen hun eigen Andries en ontketenen de revolutie tegen het rooms-gristelijk bewind.
Ook de grote schrijvers zijn het zat. Onder aanvoering van Adriaan en zijn roomse poes Deesje komen ze in verweer. Ze willen weer in vrijheid kunnen publiceren en zich manifesteren. Zo ook schrijvers als Beesje Hazelnoot, Anne Inktvis, Garretje Kwamreets, Belleke Noordkanaal en hun vakbroeders die de komende gebeurtenissen afwachten in het illegale café Kwelling. Net als Movo van Brabant, die rondzeult met een kar vol manuscripten, en de vergeten schrijvers die tijdelijk logeren bij Het Leger Des Heils. In de illegaliteit wordt de voormalige ondergrondse uitgeverij De Woedende Wesp nieuw leven ingeblazen.
Maar groot is het leed van Barry, de best geklede schrijver ooit die, als bronzen naakt, enkel getooid met lauwerkrans, het hele gebeuren vanuit het Vondelpark moet meemaken.
Lees hoe Willem Frederik Stermans vanuit het universum de chaos niet meer kan aanzien en hoe Tjeepie ten tweeden male de koningin der Nederlandse Letteren dreigt te worden.
Lees mee en geef de auteurs, die in deze toekomstroman moeten leven onder pseudoniemen, hun ware namen terug.
Helaas heeft ook de schrijver van dit boek, zich bewegend in de illegaliteit van de Amsterdamse grachtengordel, zich van een pseudoniem moeten bedienen. Maar de lezer zij getroost: hij is een bekend schrijver en een verdediger van het vrije woord.
ADRIAAN EN DE ANDEREN
HOOFDSTUK 41 en verder
vanaf maandag 8 november 2010
op FLEURSDUMAL.NL MAGAZINE
(voorheen kempis.nl)
fleursdumal.nl magazine
More in: Merel van der Gracht
Thank you for reading Fleurs du Mal - magazine for art & literature