In this category:

Or see the index

All categories

  1. AFRICAN AMERICAN LITERATURE
  2. AUDIO, CINEMA, RADIO & TV
  3. DANCE & PERFORMANCE
  4. DICTIONARY OF IDEAS
  5. EXHIBITION – art, art history, photos, paintings, drawings, sculpture, ready-mades, video, performing arts, collages, gallery, etc.
  6. FICTION & NON-FICTION – books, booklovers, lit. history, biography, essays, translations, short stories, columns, literature: celtic, beat, travesty, war, dada & de stijl, drugs, dead poets
  7. FLEURSDUMAL POETRY LIBRARY – classic, modern, experimental & visual & sound poetry, poetry in translation, city poets, poetry archive, pre-raphaelites, editor's choice, etc.
  8. LITERARY NEWS & EVENTS – art & literature news, in memoriam, festivals, city-poets, writers in Residence
  9. MONTAIGNE
  10. MUSEUM OF LOST CONCEPTS – invisible poetry, conceptual writing, spurensicherung
  11. MUSEUM OF NATURAL HISTORY – department of ravens & crows, birds of prey, riding a zebra, spring, summer, autumn, winter
  12. MUSEUM OF PUBLIC PROTEST
  13. MUSIC
  14. NATIVE AMERICAN LIBRARY
  15. PRESS & PUBLISHING
  16. REPRESSION OF WRITERS, JOURNALISTS & ARTISTS
  17. STORY ARCHIVE – olv van de veestraat, reading room, tales for fellow citizens
  18. STREET POETRY
  19. THEATRE
  20. TOMBEAU DE LA JEUNESSE – early death: writers, poets & artists who died young
  21. ULTIMATE LIBRARY – danse macabre, ex libris, grimm & co, fairy tales, art of reading, tales of mystery & imagination, sherlock holmes theatre, erotic poetry, ideal women
  22. WAR & PEACE
  23. WESTERN FICTION & NON-FICTION
  24. ·




  1. Subscribe to new material: RSS

Dadaïsme

«« Previous page · DADA een geschiedenis · Kunstbeweging DE STIJL (100 jaar) in het Stedelijk Museum Amsterdam · Let’s DADA! De Nacht van DADA op 3 december 2016 in Antwerpen · MUSEUM DR8888 VIERT 100 JAAR DADA · ARP MUSEUM BAHNHOF ROLANDSECK: 100 JAHRE DADA, DAS GROSSE FEST DES KULTIVIERTEN UN-SINNS · STADTPLAN ‘DADA STADT ZÜRICH’ – DADA 100 JAHR 1916 – 2016 · Museum De Lakenhal Leiden: Van Doesburg and the International Avant-Garde · Van Gogh Museum: Expositie Avant-gardes 1920-1960

DADA een geschiedenis

Dada
Een geschiedenis

Auteur: Hubert van den Berg

Dada. Een geschiedenis beschrijft het ontstaan en de ontwikkeling van de internationale dadabeweging, zoals die zich manifesteerde in onder andere Zürich, Berlijn en Parijs. Bijzondere aandacht is er voor dada-Nederland en dada-België en de belangrijkste hoofdrolspelers daar: Theo van Doesburg/I.K. Bonset, H.N. Werkman, Piet Mondriaan, Clément Pansaers en Paul van Ostaijen.

Dada wordt vaak een antibeweging genoemd. Dada. Een geschiedenis herziet dit eenzijdige, negatieve beeld. In werkelijkheid was dada zowel een synthese van vooroorlogse avantgardistische ‘ismen’ – kubisme, futurisme en expressionisme –, als de opmaat tot het surrealisme en constructivisme. Dada is een cruciale etappe in de ontwikkeling van de moderne kunst en literatuur van de twintigste eeuw, waarvan de echo nog altijd klinkt.

Dada. Een geschiedenis is rijk in kleur geïllustreerd. Een kroniek van de belangrijkste dadakunstenaars, -kunstwerken, -evenementen en -gebeurtenissen completeert het boek.

Hubert van den Berg:
Dada. Een geschiedenis
Vormgever: Martien Frijns
ISBN 9789075697971,
paperback
17 x 22 cm
geïllustreerd
304 pagina’s
Uitgeverij Vantilt
€ 29,95

fleursdumal.nl magazine

More in: - Book News, Antony Kok, Art & Literature News, Baargeld, Johannes Theodor, Ball, Hugo, DADA, Dada, Dadaïsme, DANCE & PERFORMANCE, De Stijl, Essays about Van Doesburg, Kok, Mondriaan, Schwitters, Milius & Van Moorsel, Evert en Thijs Rinsema, Freytag-Loringhoven, Elsa von, Kok, Antony, Kurt Schwitters, LITERARY MAGAZINES, MUSIC, Ostaijen, Paul van, Pansaers, Clément, Piet Mondriaan, Satie, Erik, Schwitters, Kurt, THEATRE, Theo van Doesburg, Theo van Doesburg, Tzara, Tristan, Werkman, Hendrik Nicolaas


Kunstbeweging DE STIJL (100 jaar) in het Stedelijk Museum Amsterdam

destijl-theovdoesburg-sma-fdm14Tentoonstelling De Stijl in het Stedelijk Museum Amsterdam
3 dec 2016 – 21 mei 2017

Wat heeft het werk van Isa Genzken met De Stijl te maken? En hoe verhoudt Bas Jan Ader zich tot De Stijl, of de iconische Lichtenstein uit de collectie van het Stedelijk? In De Stijl in het Stedelijk is in zes zalen te zien hoe De Stijl in de collectie vertegenwoordigd is, en hoe de stroming weerklank vond en vindt bij andere kunstenaars in de collectie. Onderdeel van het 100 jaar De Stijl programma.

De presentatie is opgebouwd rond verschillende facetten, zoals kleurgebruik, de diagonaal, zuiverheid, architectuur en de verspreiding van de stijl. Werken van De Stijl die de ideologie bij uitstek tot uitdrukking brengen, worden gecombineerd met werk van naoorlogse kunstenaars. Het is duidelijk dat De Stijl een onontkoombaar gegeven was voor de generaties die volgden. Sommige kunstenaars brengen een geïnspireerde ode, anderen onderzoeken de hedendaagse betekenis ervan. De dominantie van De Stijl riep ook parodiërende reacties op, zoals de Infe©ted Mondrian, de zieke Mondriaan, van General Idea uit de jaren 90.

De Stijl en het Stedelijk
In oktober 1917 verscheen de eerste aflevering van De Stijl, maandblad voor de moderne beeldende vakken, waarin kunstenaars, vormgevers en architecten vernieuwende ideeën publiceerden over een radicale hervorming van de kunst, die moest leiden naar een wereld van totale harmonie en een eenheid van kunst en leven. Hun theorieën over kleur en ruimte leidden tot een revolutionaire, volledig abstracte beeldtaal die aan die harmonie uitdrukking moest geven.

Het Stedelijk Museum legde een grote verzameling aan van De Stijl en leverde mede dankzij een aantal belangrijke tentoonstellingen een bijdrage aan de internationale waardering voor de beweging, in het bijzonder met het grote overzicht in 1951, georganiseerd door toenmalig directeur Willem Sandberg, dat doorreisde naar het MoMA in New York.

De Stijl werd in 1931 opgeheven, maar is tot op de dag van vandaag voor kunstenaars, vormgevers en architecten een inspiratiebron, of juist een onontkoombaar gegeven om zich tegen af te zetten.

2017: 100 jaar de stijl
In 2017 is het 100 jaar geleden dat De Stijl werd opgericht, de legendarische kunstenaars- en architectengroep rond Theo van Doesburg, Piet Mondriaan en Gerrit Rietveld. Dat wordt in Nederland door verschillende musea groot gevierd. Het Stedelijk Museum Amsterdam was de katalysator van de internationale doorbraak van De Stijl en beschikt over een van de grootste collecties van de beweging. In 2017 wijdt het Stedelijk een jaarlang presentaties aan onverwachte kanten van De Stijl, zoals een tentoonstelling over Chris Beekman, het afvallige lid van De Stijl. Ook legt het museum een verbinding met de Russische Revolutie, die eveneens in 1917 plaatsvond.

De tentoonstellingen omtrent 100 Jaar De Stijl zijn onderdeel van een nieuw, langlopend onderzoeksprogramma van het Stedelijk. Daarin wordt de collectie van het museum, zonder onderscheid tussen beeldende kunst en vormgeving, op een experimentele manier benaderd, geïnterpreteerd en gepresenteerd. Ook de rijke geschiedenis van het instituut en de archieven worden daarbij betrokken.

100 JAAR DE STIJL
Stedelijk Museum belicht een jaar lang onverwachte kanten van De Stijl:

destijl-theovdoesburg-sma-fdm15De Stijl in het Stedelijk
3 december 2016 – 21 mei 2017
Het Stedelijk laat in zes zalen zien hoe De Stijl in de collectie vertegenwoordigd is, en hoe de stroming weerklank vond en vindt bij andere kunstenaars in de collectie. Wat heeft bijvoorbeeld het werk van Isa Genzken met De Stijl te maken? En hoe verhoudt Bas Jan Ader zich tot De Stijl, of de iconische Lichtenstein uit de collectie van het Stedelijk? De presentatie is opgebouwd rond verschillende facetten, zoals kleurgebruik, de diagonaal, zuiverheid, architectuur en de verspreiding van De Stijl. Werken van De Stijl die de ideologie bij uitstek tot uitdrukking brengen, worden gecombineerd met werk van naoorlogse kunstenaars. Het is duidelijk dat De Stijl een onontkoombaar gegeven was voor de generaties die volgden. Sommige kunstenaars brengen een geïnspireerde ode, anderen onderzoeken de hedendaagse betekenis ervan. De dominantie van De Stijl riep ook parodiërende reacties op, zoals de Infe©ted Mondrian, de zieke Mondriaan, van General Idea uit de jaren 90.

Chris Beekman, de afvallige van De Stijl
8 april – 17 september 2017
Het Stedelijk besteedt aandacht aan het werk van Chris Beekman, een van de meest politiek actieve kunstenaars verbonden aan deze beweging. Voor het eerst is het oeuvre van deze vergeten Stijl-kunstenaar te zien, in een tentoonstelling met circa 80 werken, uit de collecties van het Stedelijk Museum, Museum Kröller Müller en het Amsterdam Museum.

Schilder en communist Chris Beekman (1887-1964) was bevriend met links-radicalen als Bart van der Leck, Peter Alma en Robert van ’t Hoff. Zijn werken uit de beginjaren van De Stijl laten een grote vrijheid zien in geometrische vorm en kleur. Beekman kreeg echter een afkeer van de louter ideële discussie binnen de stroming en het, in zijn ogen, gebrek aan concrete maatschappelijke betekenisgeving van De Stijl. De wereld stond in brand en daar moest begrijpelijke schilderkunst voor gemaakt worden. Hij brak begin jaren 20 dan ook met de abstractie om zich te wijden aan figuratieve kunst met een sociale inslag. In de tentoonstelling is de breuk met De Stijl goed te volgen: waar Mondriaan zijn meest efemere zwart-wit werken schildert, zoekt Beekman gedesillusioneerd een weg terug naar het volk. Hiermee vormt hij een trait-d’union tussen De Stijl en de Russische Revolutie: ook daar keerde menig kunstenaar, waaronder Malevich, terug naar de figuratie.

De tentoonstelling brengt, naast zijn werk van direct voor, tijdens en na de De Stijl-periode, ook de directe context waarin Beekman werkte in beeld. Zo zijn er banden met onder meer Bart van der Leck en Piet Mondriaan, met wie hij in Laren bevriend raakte, en is ook werk te zien van Jacob Bendien, Johan van Hell en Ferdinand Erfmann, en vroeg, verrassend abstract werk van Carel Willink.

destijl-mondriaan-sma-fdm17Vanaf eind mei 2017 wordt er een epiloog aan de tentoonstelling toegevoegd, waarin duidelijk wordt dat Beekman nummers van De Stijl, met foto’s van abstract werk en De Stijl architectuur, opstuurde naar Malevich. Onderzoek suggereert dat een trapontwerp van Van ’t Hoff wellicht van invloed is geweest op de ontwikkeling van de laatste fase van Malevich’ suprematisme: de Architektons.

Op 2 en 3 juni 2017 houden het Stedelijk Museum en de Khardzhiev Stichting een internationaal symposium: The Many Lives of the Russian Avant-garde – Symposium in honour of Nikolai Khardzhiev, scholar and collector (1903-1996). Met deelname van vooraanstaande wetenschappers en met aandacht voor de Russische avant-garde als multidisciplinaire onderneming: kunstzinnig, literair, politiek en filosofisch.

De Stijl en Metz & Co
14 oktober 2017– 28 januari 2018
Leden van De Stijl ontwierpen onder meer meubelen, interieurtextiel en verpakkingen voor het Amsterdamse warenhuis Metz & Co. Het warenhuis speelde vanaf eind jaren 20 een grote rol bij de verspreiding van het modernisme in Nederland. Een aantal opvallende werken uit de collectie van het Stedelijk, van onder anderen Bart van der Leck, Friedrich Vordemberge-Gildewart en Vilmos Huszár, worden gepresenteerd in samenhang met hun toegepaste werk voor Metz & Co. De Zigzag-meubelontwerpen van Gerrit Rietveld – waarvan enkele vanaf 1934 bij Metz & Co in productie werden genomen – krijgen bijzondere aandacht. Daarnaast wordt werk getoond van ontwerpers die door De Stijl beïnvloed werden, zoals Sonia Delaunay, die veel stoffen voor het warenhuis ontwierp.

In 2017 zal het Stedelijk ook aandacht besteden aan de Russische revolutie, die honderd jaar geleden plaatsvond, met onder meer een presentatie over de Russische revolutie en film(affiches), en reflecties van kunstenaars uit de jaren 80 en 90 op de Sovjetmaatschappij.

De tentoonstellingen omtrent 100 Jaar De Stijl zijn onderdeel van een nieuw, langlopend onderzoeksprogramma van het Stedelijk. Daarin wordt de collectie van het museum, zonder onderscheid tussen beeldende kunst en vormgeving, op een experimentele manier benaderd, geïnterpreteerd en gepresenteerd. Ook de rijke geschiedenis van het instituut en de archieven worden daarbij betrokken.

Stedelijk Museum Amsterdam
Museumplein 10
1071 DJ Amsterdam

# Meer informatie op website SM

# Meer informatie over De Stijl op website Antony Kok

fleursdumal.nl magazine for art & literature

More in: Antony Kok, Antony Kok, Art & Literature News, Bauhaus, Dadaïsme, De Stijl, Design, DICTIONARY OF IDEAS, Doesburg, Theo van, Essays about Van Doesburg, Kok, Mondriaan, Schwitters, Milius & Van Moorsel, Evert en Thijs Rinsema, FDM Art Gallery, Futurisme, Kok, Antony, Kurt Schwitters, Magazines, Piet Mondriaan, Theo van Doesburg, Theo van Doesburg, Theo van Doesburg (I.K. Bonset)


Let’s DADA! De Nacht van DADA op 3 december 2016 in Antwerpen

100jaardada-antwerpen2016-11De Nacht van DADA viert zaterdag 3 december 2016 in DE Studio de 100ste verjaardag van de explosieve kunstbeweging met optredens van BLIXA BARGELD en een ontregeld leger artiesten. Let’s DADA! VONK & Zonen en Villanella presenteren op zaterdag 3 december de Nacht van DADA in DE Studio. Deze festivalnacht staat helemaal in het teken van 100 jaar dada, de anarchistische en explosieve kunstbeweging die Europa in vuur en vlam zette kort na de eerste wereldoorlog. VONK & Zonen verzamelde een ontregeld leger artiesten die de DADA-geest uit de fles laten die in gesprek gaat met deze woelige tijden.

De Nacht van DADA wordt geopend door een uurlange ‘Solo Vocal Performance’ van BLIXA BARGELD. Hij ontleende niet voor niets zijn artiestennaam van de Duitse dichter en kunstenaar Johannes Theodor Baargeld (actief in de dadagroep in Keulen). Bargeld brengt een vocale performance in de geest van Kurt Schwitters. Daarna barst het festival uit zijn voegen in de verschillende zalen in DE Studio.

HERR SEELE, MARCEL VANTHILT en TEUN VERBRUGGEN & BONOM bereiden gepast dadaïstisch vuurwerk voor. Poëzierotten JAAP BLONK, PETER HOLVOET-HANSSEN en DIDI DE PARIS knipogen naar de historische dadapoëzie. Er is ook beeldende kunst met collage’s van BARBARA BERVOETS, spielereien van BERT LEZY en fluxus art van LUDO MICH. Tip Toe Topic, met o.a. ELKO BLIJWEERT, begeleiden oude experimentele dadafilmpjes. Danser MICHAEL VAN REMOORTERE toont zijn kont. Dichter ANDY FIERENS en muzikant MICHAËL BRIJS verzamelen een 30-koppig gelegenheidskoor onder de noemer De Bronstige Bazooka’s dat hun nieuwe dadawereldcreatie ‘World Reet Center’, waarin goede smaak wanhopig en helaas tevergeefs vecht voor zichzelf, in première zal zingen. De kunstenaars van Yellow Art uit Geel en het psychiatrisch centrum Sint-Amadeus uit Mortsel zorgen voor een 100-tal dadaïstisch beschilderde maskers die tijdens de Nacht van DADA worden uitgedeeld.

Al wat te serieus is in deze wereld zal er aan moeten geloven, dus doe uw beste boots aan en trek een zak over uw lelijke kop. Here we go. Let’s DADA!

De Nacht van DADA is een organisatie van VONK & Zonen i.s.m. Villanella en met steun van het Vlaams Fonds voor de Letteren en de stad Antwerpen.

De vorige Nacht van VONK is niet onopgemerkt voorbij gegleden. Meer dan vijftig schrijvers, muzikanten en kunstenaars brachten de geest van Jean-Marie Berckmans tot leven en doopten deze wilde nacht om tot de Nacht van PAFKE.

100jaardada-antwerpen2016-12

Dit jaar zet VONK & Zonen het festival in het teken van 100 jaar dada, de anarchistische, explosieve kunstbeweging die Europa in vuur en vlam zette kort na de eerste wereldoorlog. Verwacht u aan interventies van onze beste artiesten, van Herr Seele over Marcel Vanthilt tot Jaap Blonk. Als knallende openingsact hebben we Blixa Bargeld gestrikt voor een solo vocale performance in de geest van Kurt Schwitters. Al wat te serieus is in deze wereld, zal er aan moeten geloven.
DE Studio zal op zijn grondvesten daveren, dus doe uw beste boots aan en trek een zak over uw kop.
Here we go. Let’s dada!

DE VOLLEDIGE PROGRAMMATIE
EN TICKETS VIND JE OP
WWW.DESTUDIO.COM &
WWW.VONKENZONEN.BE

Met o.a.
HERR SEELE
JAAP BLONK
TEUN VERBRUGGEN
MARCEL VANTHILT
TIP TOE TOPIC
LUDO MICH
PETER HOLVOET-HANSSEN
BONOM
BARBARA BERVOETS
ANDREW CLAES
BERT LEZY
ANDY FIERENS
MICHAËL BRIJS
DE BRONSTIGE BAZOOKA’S
HERSENCELLEN
GERT VANLERBERGHE
ELKO BLIJWEERT
KUNSTHUIS YELLOW ART
DJ BOOTS
DIANE GRACE
TROEBEL NEYNTJE
KATJA STONEWOOD
VITALSKI
DJ WAGONMAN
SVEN DE SWERTS
MICHAEL VAN REMOORTERE
ANNELEEN VAN OFFEL
ELENA PEETERS
DOMINIQUE OSIER
DIDI DE PARIS
BUTSENZELLER
JEUGD & POËZIE
HAMSTER AXIS OF THE ONE CLICK PANTHER
PHILIP MEERSMAN
GEERT BEULLENS
MCHNRY
FREDERIK LUCIEN DE LAERE
ATERITIS BELDEMOR

DE Studio
Maarschalk Gérardstraat 4
2000 Antwerpen

# Meer info op website DE Studio

fleursdumal.nl magazine

More in: #Archive A-Z Sound Poetry, Art & Literature News, Baargeld, Johannes Theodor, Ball, Hugo, Dada, DADA, Dadaïsme, Doesburg, Theo van, FLUXUS LEGACY, Kok, Antony, Literary Events, Ostaijen, Paul van, Schwitters, Kurt, THEATRE, Tzara, Tristan


MUSEUM DR8888 VIERT 100 JAAR DADA

HOLLANDDADA01Museum Dr8888 viert 100 jaar Dada
De tentoonstelling is nog tot en met 18 september 2016 te zien.
De tentoonstelling Holland Dada and the International Context sluit aan bij de mondiale viering van de oprichting van de Dada-beweging in 1916. Museum Dr8888 heeft dankzij een uitgebreid internationaal netwerk de hand weten te leggen op prachtige collecties van Dada-kunstenaars uit diverse landen als Frankrijk, België en Duitsland. De tentoonstelling toont topwerken van o.a. Hans Arp, Marcel Duchamp, Kurt Schwitters, Man Ray en Francis Picabia.

Holland Dada and the International Context is opgebouwd in hoofdstukken die corresponderen met steden waar Dada een rol heeft gespeeld en een speciaal hoofdstuk over Holland Dada. Steden als Zürich, New York, Berlijn, Hannover, Parijs en Drachten zijn te zien in het gehele museum. Museum Dr8888 toont tijdens deze tentoonstelling een breed spectrum van disciplines: van literatuur en beeldende kunst tot film en muziek.

Randprogrammering: Naast de tentoonstelling volgt ook een randprogrammering die zich afspeelt binnen en buiten het museum. Zo geven Professor Russolo & His Noise Intoners vanaf mei elke laatste zaterdag van de maand om 15.30 uur een speciale Dada-voorstelling met de titel De grote betovering van het tijdloze (De liefde) in het auditorium. Dit is een ruim 35 minuten durende ode aan 100 jaar Dada in de vorm van een sprookjesachtige circusvoorstelling, waarin zeven bijzondere fantasiekarakters worden gemimed, gedanst en gezongen door zeven verschillende acteurs. De voorstellingen vinden plaats in het kader van Holland Dada and the International Context en zijn gratis te bekijken. U betaalt slechts toegang tot het museum.

Tentoonstelling Dada Remake in Sûnenz
Op maandag 20 juni opent Museum Dr8888 i.s.m. Sûnenz, de tentoonstelling DaDa Remake. De tentoonstelling bestaat uit foto’s van scholieren en studenten van o.a. ROC Friese Poort en het Drachtster Lyceum. Tijdens de opening wordt tevens de nieuwste uitgave van het tijdschrift DADA in Stijl gepresenteerd. Het tijdschrift is een samenwerking tussen Museum Dr8888, ROC Friese Poort en Minerva Academie voor Popcultuur. De tentoonstelling is tot en met 28 augustus in Sûnenz te zien.

HOLLANDDADA03Over de tentoonstelling: De tentoonstelling DaDa Remake is samengesteld uit foto’s die gemaakt zijn door studenten en scholieren. De jonge kunstenaars deden mee aan het Dada-fotografie project ‘Hoe bluf ik mijn weg door fotografie?’, een project over Dada en fotografie in het kader van de manifestatie 100 jaar Dada. Zij lieten zich inspireren door een iconische foto, denk aan de Beatles op Abbey Road van Iain MacMillan of Maxima van Erwin Olaf. Museumdocent is Mariëlle Vos en gastcurator van de tentoonstelling is Hester Witteveen, student kunstgeschiedenis aan de RUG.

Tentoonstelling DaDa Remake
Datum: 20 juni t/m 28 augustus 2016
Plaats: Sûnenz, Burgemeester Wuiteweg 140B, Drachten
Openingstijden: ma-zo, 9:00 – 20:00 uur

Tijdschrift Dada in Stijl te koop
DADA in Stijl is alweer de derde uitgave van het tijdschrift waarin jonge vormgevers, schrijvers en kunstenaars hun talenten laten zien. Dit doen ze in de vorm van foto’s, collages en artikelen. Het tijdschrift bestaat uit bijdragen van onder meer Natasha Taylor, Tjy Liu, Bert Jansen, Hein Kockelkoren, studenten TURBO Groep van AvP en ROC Friese Poort.
Het tijdschrift is verkrijgbaar voor € 6,50

HOLLANDDADA02Nieuwe publicatie
Holland Dada en de internationale context
door Annemieke Keizer-Sloff e.a.
€29,90
Paperback
Nederlands
Pagina’s 288
Auteur: Paulo Martina, Annemieke Keizer-Sloff, Dick Adelaar, Emanuel Overbeeke, Hester Jenkins, K. Schippers, Niels Bokhove, Remco Heite
ISBN: 9789056153748

In Holland Dada en de internationale context gaan verschillende dada-deskundigen, waaronder schrijver/dichter K. Schippers, in op de betekenis van de beweging voor de beeldende kunst, muziek en typografie. De internationale context staat hierbij centraal. De steden die in het boek aan bod komen zijn: Zürich, New York, Berlijn, Hannover, Keulen, Parijs, Antwerpen en Drachten.

Ondanks haar kleine omvang neemt Drachten zeker geen onbelangrijke plaats in de geschiedenis van dada in. Zo bestond er een intensief contact tussen Theo van Doesburg en Kurt Schwitters en de Drachtster broers Evert en Thijs Rinsema. Evert Rinsema was dichter, zijn broer Thijs kunstschilder. Door de vriendschap met de gebroeders Rinsema kwam Theo van Doesburg in contact met de gemeente-architect Cees Rienks de Boer. Van Doesburg ontwierp voor 16 middenstandswoningen aan de Torenstraat en de Landbouwwinterschool een kleuroplossing. Ook ontwierp hij op verzoek van De Boer glas-in-loodramen voor de Christelijke ULO en de Landbouwwinterschool.

In april 1923 ‘eindigde’ in Drachten de internationale dada-beweging met een solo-optreden van Kurt Schwitters. Tot die tijd shockeerde hij zijn publiek graag met abstracte poëzie en een onverstaanbaar mengsel van diverse talen en dierengeluiden, maar vanaf dat moment stapte Schwitters over op sprookjes en voordrachten over moderne kunst. Het optreden in Drachten was de laatste in zijn soort en daarmee een keerpunt in de gehele dada-beweging.

# Meer informatie op website Museum Dr8888

Museum Dr8888
Museumplein 2,
Drachten

fleursdumal.nl magazine

More in: - Book News, Antony Kok, Art & Literature News, Dada, Dadaïsme, De Stijl, Doesburg, Theo van, Evert en Thijs Rinsema, Kok, Antony, Kurt Schwitters, Marcel Duchamp, Piet Mondriaan, Schippers, K., Schwitters, Kurt, Theo van Doesburg, Theo van Doesburg


ARP MUSEUM BAHNHOF ROLANDSECK: 100 JAHRE DADA, DAS GROSSE FEST DES KULTIVIERTEN UN-SINNS

DADA-ARP_ Dada_TДnzerinGenese Dada
100 Jahre Dada Zürich
bis 10. Jul 2016

“Wie erlangt man die ewige Seligkeit? Indem man Dada sagt. Wie wird man berühmt? Indem man Dada sagt. Mit edlem Gestus und mit feinem Anstand. Bis zum Irrsinn, bis zur Bewusstlosigkeit.”
Hugo Ball

Über die Aus­stel­lung
Am 5. Februar 1916 von Hugo Ball, Emmy Hennings, Marcel Janco, Tristan Tzara und Hans Arp im »Cabaret Voltaire« in Zürich gegründet, ist Dada eine der progressivsten Kunstbewegungen des 20. Jahrhunderts. Zum 100-jährigen Jubiläum lässt das Arp Museum Bahnhof Rolandseck die bedeutenden Geburtsorte Dadas wieder aufleben: die legendäre Künstlerkneipe »Cabaret Voltaire« und die bürgerliche »Galerie Dada«. Ausgehend von diesen beiden Polen revolutionierten die Dadaisten innerhalb kürzester Zeit die internationale Kunstwelt. Neben ihren eigenen Arbeiten zeigten sie dort Werke von internationalen Avantgarde-Künstlern wie Giorgio de Chirico, Pablo Picasso, Paul Klee und Elie Nadelman, die nun auch in der Ausstellung zu sehen sind. Die Kunstwerke werden in eine lebhafte Inszenierung eingebettet, die den vielsKünstlerinnen und Künstler der Ausstellung

Genese Dada. 100 Jahre Dada Zürich
Anonym (Meister der Magdalenen-Legende)
Hans Arp
Hugo Ball
Heinrich Campendonk
Giorgio De Chirico
Jacoba van Heemskerck
Richard Huelsenbeck
Marcel Janco
Paul Klee
Oscar Lüthy
August Macke
Francois-Joseph Martin
Elie Nadelmann
Max Oppenheimer
Pablo Picasso
Hilla Rebay
Otto Van Rees
Adya Van Rees-Dutilh
Arthur Segal
Sophie Taeuber
Tristan Tzarachichtigen gesellschaftlichen und intellektuellen Nährboden verdeutlicht, aus dem Dada entstanden ist. Themengebiete wie Psychologie, Literatur und politisch-soziokulturelle Revolte spiegeln dabei den Zeitgeist wider und machen die Entstehung von Dada anschaulich.
In Zusammenarbeit mit dem Cabaret Voltaire, Zürich

“Dada ist schön wie die Nacht, die einen jungen Tag in ihren Armen wiegt.”
Hans Arp

DADA-ARP_Hugo Bal1916100 Jahre Dada: Das große Fest des kultivierten Un-Sinns
“Genese Dada. 100 Jahre Dada Zürich: Das Arp Museum feiert das große Dada-Jubiläum 2016 mit einer ebenso fulminanten wie substantiellen Ausstellung, die die Entstehung der für die Moderne so wichtigen Kunstrichtung anschaulich nachverfolgt. (Ausstellungsdauer bis 10. Juli 2016)

Einen zentralen Beitrag zum europaweit gefeierten Dada-Jahr stellt die große Ausstellung »Genese Dada. 100 Jahre Dada Zürich« (14. Februar bis 10. Juli 2016) im Arp Museum Bahnhof Rolandseck dar, die in Kooperation mit dem Direktor des Cabaret Voltaire in Zürich, Adrian Notz, erarbeitet wurde. »Wie aus einer künstlerischen Laune eine revolutionäre internationale Kunstrichtung wird und welche Rolle die beiden mit Rheinland-Pfalz verbundenen Künstlerpersönlichkeiten Hugo Ball und Hans Arp spielen, ist in dieser fantastischen Ausstellung mit größtem Vergnügen zu erleben«, kommentiert der rheinland-pfälzische Kulturstaatssekretär Walter Schumacher.

Am 5. Februar 1916 von Hugo Ball, Emmy Hennings, Marcel Janco, Tristan Tzara und Hans Arp im Cabaret Voltaire in Zürich gegründet, wurde Dada zu einer der zentralen Kunstbewegungen des 20. Jahrhunderts. Anlässlich des Jubiläums widmet sich das Arp Museum Bahnhof Rolandseck den Anfangsjahren der Kunstbewegung und erweckt die bedeutenden Entstehungsorte Dadas wieder zum Leben: die legendäre Künstlerkneipe »Cabaret Voltaire« und die eher bürgerlich orientierte »Galerie Dada«. »Als Gegengewicht zum dionysischen Cabaret wurde die apollinische Galerie eingesetzt. Nur durch die beiden Komponenten Cabaret Voltaire und Galerie Dada konnte die Unruh von Dada in Schwingung gebracht werden«, bewertet Adrian Notz.

Die Abkehr vom Krieg und die Entdeckung des Nichts
Im Wechselspiel zwischen den beiden gegensätzlichen Geburtsstätten entwickelte sich im damals äußerst kosmopolitischen Zürich – einer der Flüchtlingsmetropolen Europas – der Geist Dadas. Ein wichtiger Ausgangspunkt war der überzeugte Pazifismus der Protagonisten. Selbst die Künstler, die sich anfangs dem allgegenwärtigen Kriegstaumel nicht ganz entziehen konnten, sagten sich von ihm los und versuchten, die Geschehnisse jenseits der so sicher erscheinenden Gebirgsketten zu verdrängen. Gleichzeitig waren es die Grauen des Krieges, die alles Bestehende so nichtig erscheinen ließen – und das Nichts so zum neuen Gott erhoben.

DADA-ARP_ Arp, Tzara, Janco ZБrichDie große Revolte gegen die Traditionen und Konventionen – ohne politische Ideologie
Zugleich wurden die bürgerliche Gesellschaft und ihr gängiger Wertekanon, die den Ersten Weltkrieg hervorgebracht hatten, zur Zielscheibe des künstlerischen Protestes erklärt. Die etablierte Kunst als Teil dieser Gesellschaft wurde als reaktionär und überholt abgelehnt.
Stattdessen suchten die Dadaisten nach neuen Ausdrucksformen, in der darstellenden wie in der bildenden Kunst. In den legendären Soireen im Cabaret Voltaire wurde gedichtet, gesungen, hinter Masken getanzt und den anarchischen Kräften von Geist und Körper Tribut gezollt. Die bisweilen absurde dadaistische Performance war durchaus mehr als eine Narretei – und doch war sie kein Akt dezidierten politischen Protestes. Die Dadaisten verweigerten sich einer klaren Zuordnung zu einer politischen Haltung. Vielmehr war es die Macht der Ratio und ihrer vermeintlichen Strategien, die nun zum Urgrund aller kollektiven Verbrechen erklärt wurde. So erteilten die Künstler der Logik eine radikale Absage.

Befreiung der Sprache und Lob des Archaischen sowie der mystischen Naturverbundenheit
Der Abgesang auf die herrschenden Mächte und ihre Propaganda führte zu neuen Formen des sinnlichen, aber unsinnigen Sprachgebrauchs. In Simultan- und Lautgedichten suchten die Dadaisten die Grenzen des Vernunftdenkens zu überwinden. In mystischen Übungen diente das Unterbewusstsein als Quelle des unmittelbar Schöpferischen, wobei zeitgenössische Theorien und wissenschaftliche Schriften der Psychoanalyse, etwa von C. G. Jung, wichtige Impulse lieferten.
In ihrer Suche nach vorsprachlichen, urwüchsigen Ausdrucksformen und einer Sehnsucht nach der vorzivilisierten Natur spiegeln die Dadaisten einen Aspekt des Zeitgeistes. Die Lebensreformer und Nudisten, die etwa zeitgleich im schweizerischen Ascona auf dem Monte Verità im Einklang mit der Natur lebten und mit den Dada-Künstlern in regem Austausch standen, sind hier beispielhaft zu nennen.
Auch das starke Interesse an der afrikanischen Kunst, die mit dem so genannten Primitivismus weithin ihre Würdigung erfuhr, fügt sich hier ein. Von Klischees geprägt, wird die so genannte »Negerkunst« in europäischen Ausstellungen gefeiert und ihre Formensprache zu adaptieren versucht. Die exotischen Rhythmen wiederum lieferten Inspiration für theatralische Darbietungen und maskierte Tänze, in denen man das Unmittelbare, Spontane und Unkontrollierbare anstrebte, das mit den Kulturpraktiken primitiver Stämme assoziiert wurde.

Vom Zürcher Kabarett zur Internationalen Bewegung
Die »wilde« Initiationsphase im Cabaret Voltaire setzte sich in der benachbarten Galerie Dada fort. Mit dem Ortswechsel lässt sich jedoch auch eine gewisse Professionalisierung erkennen. Durch öffentliche Führungen und den Kontakt zu Journalisten sollte gezielt ein kunstaffines Publikum erreicht werden. Neben den Soireen wurden in der Galerie vermehrt Ausstellungen gezeigt, bei denen auch Werke namhafter internationaler Avantgarde-Künstler zu sehen waren. Die Ablehnung der etablierten Kunst durch die Dadaisten wandelt sich hier in das Bestreben, mittels Bezügen zum Surrealismus, Futurismus oder Kubismus den Anschluss an die internationale Kunstszene zu gewinnen. Die dadaistischen Manifeste und Schriften, die Hugo Ball und seine Mitstreiter publizierten, dienten dabei als Medium der Verbreitung. Es bildeten sich Dada-Zentren in Hannover, Berlin und Köln aber auch in Paris und New York, und Dada revolutionierte innerhalb kürzester Zeit die Kunstwelt.

DADA-ARP_ Janco_DadaPlakat_CorayDada – kein Stil, sondern . . .
Die Ausstellung widmet sich intensiv dem intellektuellen und wissenschaftlichen Nährboden der Zeit, aus dem Dada hervorging. Themen wie Mystik, Psyche, Revolte, Philosophie und Literatur stehen dabei in engem Wechselspiel zu den verschiedenen künstlerischen Formen und Praktiken, die sich unter dem Einfluss der Dadaisten in eine gänzlich neue Richtung entwickelt haben – von Tanz, Theater, Poesie und Neuer Musik bis hin zu Masken und Kostümen, Collagen, Objekten, Gemälden und Grafiken. Entscheidend ist hierbei die im Ausstellungskatalog festgehaltene Schlussfolgerung des Dada-Kenners Tobia Bezzola, dass sich der Dadaismus nicht auf einen Stil reduzieren lasse. Anders als andere Ismen der modernen Avantgarden sei Dada nicht an einer spezifischen Form zu erkennen und an ihr zu charakterisieren. Als proklamierte »Stunde Null« in der Kunst stellt Dada somit einen Bruch mit einer chronologisch nachvollziehbaren Stilentwicklung dar, wie sie die Kunstgeschichte von der Neuzeit bis zur Postmoderne konstruiert. Damit wird die Dada-Bewegung zum Modellfall für nachfolgende Strömungen wie Fluxus oder auch die Performance- und Aktionskunst.

Von der Dada-Schleuse zur Rauminszenierung
In der Ausstellung werden Werke aus dem engeren Kreis der Zürcher Dadaisten (Hans Arp, Hans Richter, Marcel Janco u. a.) in ihrem künstlerischen Umfeld (Arthur Segal, Max Oppenheimer, Adya und Otto van Rees u. a.) präsentiert. Hinzu kommen Gemälde und grafische Arbeiten von Künstlerinnen und Künstlern der internationalen Avantgarde wie Heinrich Campendonk, Giorgio de Chirico, Paul Klee, August Macke, Elie Nadelman, Pablo Picasso und Hilla von Rebay, die auch in den historischen Dada-Ausstellungen zu sehen waren. Als Leihgeber konnten hierfür renommierte Sammlungen wie das Guggenheim Museum und das Museum of Modern Art, New York, das Kunsthaus Zürich, das Folkwang Museum, Essen, u. v. a. gewonnen werden.
Die Kunstwerke sind in eine anschauliche, multi-mediale Inszenierung eingebettet: Bevor die Besucher die Ausstellung betreten, durchlaufen sie eine Bild- und Klangcollage, die sogenannte »Dada-Schleuse«, die sich von den unterirdischen Tunneln über den Aufzug bis ins 1. Obergeschoss des Richard Meier-Baus erstreckt. In zwei Ausstellungskuben werden die räumliche Situation des Cabaret Voltaire und der Galerie Dada nachempfunden, so dass die unterschiedliche Atmosphäre der beiden Lokalitäten erkennbar wird. Um diese beiden Zentren gruppieren sich verschiedene Themenfelder, die die Entstehung von Dada anhand zahlreicher Kunstwerke und Zeitdokumente greifbar machen. Ergänzt wird die Präsentation durch den Film »Dada in Nuce« und durch von Adrian Notz entwickelte Diagramme, die wie das »Firmament Dada« die internationale Vernetzung der Bewegung deutlich machen.

Kuratiert wird die vielfältige Schau von Adrian Notz (Cabaret Voltaire, Zürich) und Astrid von Asten unterstützt von Sylvie Kyeck (beide Arp Museum Bahnhof Rolandseck).

Die Ausstellung wird begleitet von einem umfangreichen Katalog (deutsch/ englisch, Verlag Scheidegger & Spiess, Preis: 38 Euro), in dem unter anderem auch die Rolle Hans Arps bei der Entstehung von Dada erläutert wird. »Unser Hauspatron Hans Arp zählt zu den
Gründungsmitgliedern jener künstlerischen Bewegung, die 1916 von Zürich aus innerhalb kürzester Zeit das Kunstgeschehen weltweit nachhaltig veränderte,« so Dr. Oliver Kornhoff, Direktor des Arp Museums Bahnhof Rolandseck und künstlerischer Leiter des
Künstlerhauses Schloss Balmoral in Rheinland-Pfalz

# More info website Arp Museum Bahnhof Rolandseck

fleursdumal.nl magazine

Fotos
-Hugo Ball im kubistischen Kostüm, 1916, unbekannter Fotograf
-Dada-Tanz mit Maske (Sophie Taeuber oder Emmy Hennings?), ca. 1917 – Stiftung Arp e.V., Berlin/Rolandswerth, unbekannter Fotograf
-Hans Arp, Tristan Tzara, Hans Richter vor dem Hotel Elite, Zürich 1918 – Stiftung Arp e.V. Rolandswerth/Berlin, unbekannter Fotograf
-Marcel Janco, Plakat der Ersten Dada-Ausstellung in der Galerie Corray, 1917

More in: - Book News, Adya & Otto van Rees, Art & Literature News, Ball, Hugo, Dada, DADA, Dadaïsme, DANCE & PERFORMANCE, Exhibition Archive, THEATRE


STADTPLAN ‘DADA STADT ZÜRICH’ – DADA 100 JAHR 1916 – 2016

voltaireDADA104

Da, da und da

hats Dada in der Stadt

Dada Stadt Zürich zeigt das Milieu, in welchem Dada entstanden ist, indem Ihnen die Orte der Revolte, der Psyché und des Amusement vorgeführt werden sowie alle Örtlichkeiten, an denen zwischen 1916 und 1919 Dada stattgefunden hat.

Sie erfahren, in welchen Lokalitäten sich die Dadaisten zu ihren Soiréen getroffen haben, wo Lenin debattierte und C. G. Jung das Unbewusste entdeckte, wo die besten Tanzabende stattfanden und woher das Wort Dada eigentlich kommt. Das Kartenmaterial gibt Ihnen ein Bild von Zürich vor 100 Jahren, das Sie direkt mit dem Zustand heute vergleichen können.

Speziell zum 100-jährigen Jubiläum von Dada finden Sie auf diesem Plan auch die Orte, an denen Dada 2016 präsentiert und gefeiert wird.

2. Auflage, deutsch & englisch
Kostenfrei erhältich ab 5. Februar 2016 im Cabaret Voltaire.

Stadtplan «Dada Stadt Zürich»

Cabaret Voltaire
Spiegelgasse 1
8001 Zürich

fleursdumal.nl magazine

More in: Art & Literature News, Dada, DADA, Dadaïsme


Museum De Lakenhal Leiden: Van Doesburg and the International Avant-Garde

Theo van Doesburg, Simultaneous Counter-Composition, 1929-30, olieverf op doek,

50,1 x 49,8cm, Digital image © 2009, The Museum of Modern Art, New York/ Scala, Florence

 

MUSEUM DE LAKENHAL LEIDEN

 V a n   D o e s b u r g

and the International Avant-Garde:

Constructing a New World

20 oktober 2009 t/m 3 januari 2010


In nauwe samenwerking met Tate Modern in Londen presenteert Stedelijk Museum De Lakenhal van 20 oktober ’09 t/m 3 januari ’10 in Leiden een groots opgezette tentoonstelling over Theo van Doesburg (1883-1931) en zijn invloed op de internationale avant-garde. Onvermoeibaar en vol van geestdrift verrichtte Van Doesburg baanbrekend werk als initiator, ambassadeur, promotor en organisator van de nieuwe kunst. De meer dan 300 werken van circa 80 kunstenaars – onder wie El Lissitzky, László Moholy-Nagy, Gino Severini, Kurt Schwitters, Hans en Sophie Arp, Hans Richter, Piet Mondriaan, Vilmos Huszár en Alexander Archipenko – zijn afkomstig van musea uit de hele wereld en voor een groot deel nog nooit in Nederland te bewonderen geweest.

Multidisciplinair als Van Doesburg was, als schilder, architect, vormgever, typograaf, kunstcriticus, dichter, redacteur en uitgever, streefde hij naar veranderingen in alle disciplines en vooral naar een synthese van kunst en leven: een ‘constructeur van het nieuwe leven’. In 1917 richtte hij in Leiden het tijdschrift De Stijl op, een platform van de gelijknamige kunstbeweging, waar kunstenaars en architecten als onder anderen Piet Mondriaan, Bart van der Leck, Vilmos Huszár, J.J.P. Oud en Gerrit Rietveld op zoek waren naar een harmonische en universele stijl. Als redacteur van het blad werd Van Doesburg al snel de spreekbuis van de groep en vanaf 1920 reisde hij naar België, Frankrijk en Duitsland om De Stijl te promoten. Hij gaf lezingen, schreef artikelen in internationale tijdschriften, gaf ‘De Stijl’ cursussen in Weimar aan studenten van het Bauhaus, organiseerde congressen en tentoonstellingen, richtte tijdschriften en kunstenaarsgroepen op, raakte bevriend met buitenlandse kunstenaars als de constructivist El Lissitzky en dadaïst Kurt Schwitters en wist vooral veel kunstenaars aan zich te binden. Door al die activiteiten werd hij een van de centrale figuren binnen de Europese avant-garde.
Hij was de man van de contrasten, van de polemieken; weerstanden waren voor hem om te overwinnen en niet om uit de weg te gaan. Vriendschappen eindigden wel eens in flinke ruzies. Ook in de kunst zijn er tegenstellingen te ontdekken in zijn interesses in het constructivisme én Dada, dat als een antikunst beweging het tegenovergestelde was. Hij schiep alter ego’s als de dadaïstische dichter I.K. Bonset en de Italiaanse schrijver Aldo Camini. Tijdens de Dada-optredens in Duitsland en vervolgens in Nederland, met zijn derde vrouw Nelly en de kunstenaars Schwitters en Huszár, genoot hij van de ophef die ze veroorzaakten.
De tentoonstelling neemt het hele museum in beslag en zet Van Doesburg neer als een onvermoeibare, veelzijdige en centrale persoon binnen de internationale avant-garde. Schilderijen, beelden, maquettes, meubels, affiches, films, typografische ontwerpen en tijdschriften geven een beeld van de levendige internationale kunstwereld waarin de verschillende disciplines steeds meer met elkaar verweven raakten. Er is werk te zien van onder anderen El Lissitzky, László Moholy-Nagy, Gino Severini, Karl Peter Röhl, Werner Gräff, Walter Dexel, Kurt Schwitters, Hans en Sophie Arp, Raoul Hausmann, Hans Richter, Henryk Berlewi, Mondriaan, Vilmos Huszár, Bart van der Leck, Alexander Archipenko.

Er verschijnt een rijk geïllustreerde Engelstalige catalogus Van Doesburg and The International Avant-Garde. Constructing a New World, onder redactie van Gladys Fabre en Doris Wintgens Hötte (240 pagina’s met 250 kleurafbeeldingen; € 25).

Van 4 februari tot 16 mei 2010 is de tentoonstelling te zien in Tate Modern Londen.

 

Theo van Doesburg, Compositie III, 1917, Glas-in-Lood, uitgevoerd door Vennoootschap Crabeth,

Den Haag, 40 x 40 cm, Stedelijk Museum De Lakenhal Leiden,

Bruikleen Instituut Collectie Nederland,(schenking Van Moorsel)

Theo van Doesburg: architect, vormgever, typograaf

Hoe veelzijdig een mens kan zijn, is duidelijk te zien aan Theo van Doesburg (1883-1931). Hij was niet alleen een beeldende kunstenaar, promotor van De Stijl en dichter, maar ook architect, vormgever en typograaf. Het was niet voor niets dat hij een groot belang hechtte aan disciplines als architectuur en (grafische) vormgeving. Van Doesburg was de oprichter van het tijdschrift De Stijl (Leiden, 1917), een platform van de gelijknamige kunstbeweging. Hierin waren kunstenaars en architecten verenigd en Van Doesburg zag in deze samenwerking een voorbeeld van zijn gewenste synthese van kunst en maatschappij.

Theo van Doesburg, Counter Composition VI , 1925, olieverf op doek, 50 x 50 cm, © Tate, London 2009

Van Doesburg vindt al snel in de architect J.J.P. Oud een medestander voor een integratie van schilderkunst, design en architectuur en hij krijgt van Oud diverse opdrachten om glas-in-loodramen te ontwerpen. Deze ontwerpen zijn door het gebruik van eenvoudige, geometrische vormen ook van groot belang voor zijn visie op kunst. Voor verschillende interieurs maakt hij voorstellen voor kleurschema’s. In zijn jaren in Duitsland (1921-1923) komt hij in contact met de Russische constructivisten, onder wie El Lissitzky. In het constructivisme ziet Van Doesburg een verwante artistieke visie. Ook zij vinden dat de nieuwe kunst toepasbaar moet zijn op de architectuur, stedenbouw, industriële vormgeving en typografie. In 1923 verhuist Van Doesburg naar Parijs. Hier ontwerpt hij met de architect Cornelis van Eesteren voor een expositie enkele maquettes van een ‘ideaal huis’, het Maison d’Artiste en voor het Maison Particulier. Enkele jaren later, in 1926, vragen Hans en Sophie Arp zijn hulp bij het inrichten van Café Aubette in het Franse Straatsburg. Van Doesburg neemt al snel de leiding en maakt van de Aubette een architectonische beleving van de vierde dimensie, voorbij de ruimte van de driedimensionale ruimte. Hij ontwerpt de Aubette als een dynamische arena voor eten, drinken, dansen en filmvoorstellingen.
Niet alleen architectuur maar ook de grafische vormgeving had zijn belangstelling; in deze discipline wordt hij beïnvloed door kunstenaars als El Lissitzky, László Moholy-Nagy en Kurt Schwitters. Hij ontwerpt diverse omslagen voor tijdschriften en affiches, waarbij het accent op de typografie komt te liggen. Van Doesburg en andere Stijlleden hebben een voorkeur voor een typografie die de mogelijkheden van de letter en tekst benadrukt. Naast deze wat statische stijl past Van Doesburg ook een onconventioneler typografie toe zoals in het, door hem uitgegeven, dadaïstische tijdschrift Mécano. Zijn klankgedichten die hij voordraagt tijdens Dada-voorstellingen, plaatst Van Doesburg in het tijdschrift De Stijl als ‘letterklankbeelden’, waarbij de typografie vormt geeft aan de vrije gedichten.
In nauwe samenwerking met Tate Modern in Londen presenteert Stedelijk Museum De Lakenhal in Leiden, van 20 oktober 2009 t/m 3 januari 2010, een groots opgezette tentoonstelling over Theo van Doesburg en zijn invloed op de internationale avant-garde:
Van Doesburg and the International Avant-Garde: Constructing a New World
Onvermoeibaar en vol van geestdrift verrichtte hij baanbrekend werk als initiator, ambassadeur, promotor en organisator van de nieuwe kunst. De meer dan 300 werken van circa 80 kunstenaars –  onder wie El Lissitzky, László Moholy-Nagy, Gino Severini, Kurt Schwitters, Hans en Sophie Arp, Hans Richter, Piet Mondriaan, Vilmos Huszár en Alexander Archipenko – zijn afkomstig van musea uit de hele wereld en voor een groot deel nog nooit in Nederland te bewonderen geweest.


Theo van Doesburg, Cornelis van Eesteren, Model Maison d’Artiste,1923,

reconstructie 1982, Collectie Gemeentemuseum Den Haag

Nelly (Pétro) van Doesburg-van Moorsel

Als ‘vrouw van’, maar vooral ook als ‘weduwe van’ heeft Nelly van Doesburg-van Moorsel zich ingezet voor de idealen van haar man Theo van Doesburg: het internationaal promoten van de nieuwe kunst.

Nelly van Moorsel (1899-1975) was pianiste, opgeleid aan het conservatorium, toen ze in 1920 tijdens een lezing in de Haagse Kunstkring de kunstenaar Theo van Doesburg ontmoette. Na enkele maanden brak de 21-jarige Nelly met haar familie om het avontuur aan te gaan met de zestien jaar oudere Van Doesburg, die op dat moment nog getrouwd was met zijn tweede vrouw Lena.

Theo van Doesburg,Portret van Pétro (Nelly van Doesburg), ca. 1922,

olieverf op karton op paneel,Stedelijk Museum De Lakenhal Leiden,

bruikleen Instituut Collectie Nederland (Schenking Van Moorsel)

Theo en Nelly vestigden zich in april 1921 in Weimar (Duitsland). In 1919 was het Bauhaus hier van start gegaan en Van Doesburg zag kansen om binnen dit internationale kunstenaarsklimaat zijn ideeën van de Stijl uit te dragen. Hij gaf ‘De Stijl’cursussen en oefende veel invloed uit op jonge kunstenaars. Nelly speelde daarbij een belangrijke rol. Haar haren geknipt in een strakke coupe en zwaar opgemaakt, ontwikkelde zij zich aan de zijde van haar altijd in zwart en wit geklede ‘Doesje’ tot een ware muze van de moderne kunstenaars. Zij liet zich ook als pianiste niet onbetuigd en droeg met haar piano-uitvoeringen in belangrijke mate bij aan Dada-avonden in Duitsland. Met Kurt Schwitters en Vilmos Huszár gaan de Van Doesburgs in 1923 op Dada-toernee in Nederland. Nelly, alias Pétro, speelde tijdens deze optredens muziek van eigentijdse componisten als Jacob van Domselaer, Daniel Ruynemann en Erik Satie.

In 1923 verhuisden Nelly en Theo naar Parijs. Ze probeerde haar muziekcarrière verder op te bouwen, maar wordt uiteindelijk een danseres in een operette om zo wat geld te verdienen.

Nelly maakte zelf ook enkele schilderijen onder de naam Cupera (afgeleid van Küpper, de officiële naam van Theo) en organiseerde in 1929 de ESAC-tentoonstelling (Exposition Sélectes d’Art Contemporain) in het Stedelijk Museum in Amsterdam. Daarbij bracht ze werk in van onder anderen Hans Arp, Marcelle Chan, Joaquin Torres-Garcia, Jean Crotti, Gino Severini – allen kunstenaars die zij persoonlijk kende.  Door de erfenis van haar vader verbeterde hun financiële situatie en met dit geld werd begonnen aan een door Van Doesburg ontworpen huis in Meudon. Dit was in 1930 gereed, maar Theo kon er maar kort wonen; wegens astma moest hij kuren in Zwitserland, waar hij in 1931 overleed.

Tijdens zijn leven was Nelly Theo zeer toegewijd; ze steunde hem in zijn idealen om de nieuwe kunst te verspreiden. Na zijn overlijden zet ze deze missie voort. Ze beheert niet alleen zijn nalatenschap, maar promoot ook Van Doesburg en de denkbeelden van De Stijl. Ze maakt doelmatig gebruik van haar uitgebreide netwerk dat ze had opgebouwd in de jaren met Theo. Voor de Tweede Wereldoorlog raakte ze bevriend met Peggy Guggenheim, waarna ze een tijd Peggy’s adviseur was voor kunstaankopen. Na de oorlog woonde ze twee jaar in de Verenigde Staten, waar ze ook als promotor van De Stijl actief was. Mede door haar doortastendheid werden in binnen- en buitenland diverse exposities gehouden waaronder de grote tentoonstelling in 1951 in het Stedelijk Museum over De Stijl en een solotentoonstelling van Theo van Doesburg in 1968 in het Van Abbemuseum te Eindhoven. Ze leidde een druk sociaal leven als ook een boeiend liefdesleven met interessante minnaars onder wie Apithy, de latere president van Benin, en de beroemde architect Mies van der Rohe. Maar ze koos voor haar onafhankelijkheid; ze had haar hart al aan één man gegeven, haar ‘Does’.

In nauwe samenwerking met Tate Modern in Londen presenteert Stedelijk Museum De Lakenhal in Leiden, van 20 oktober 2009 t/m 3 januari 2010, een groots opgezette tentoonstelling over Theo van Doesburg en zijn invloed op de internationale avant-garde:

Van Doesburg and the International Avant-Garde: Constructing a New World

Onvermoeibaar en vol van geestdrift verrichtte hij baanbrekend werk als initiator, ambassadeur, promotor en organisator van de nieuwe kunst. De meer dan 300 werken van circa 80 kunstenaars – onder wie El Lissitzky, László Moholy-Nagy, Gino Severini, Kurt Schwitters, Hans en Sophie Arp, Hans Richter, Piet Mondriaan, Vilmos Huszár en Alexander Archipenko – zijn afkomstig van musea uit de hele wereld en voor een groot deel nog nooit in Nederland te bewonderen geweest.
Samenstellers tentoonstelling: Gladys Fabre, Vicente Todolí en Doris Wintgens Hötte.

Van 4 februari t/m 16 mei 2010 is de tentoonstelling te zien in Tate Modern Londen.
MUSEUM DE LAKENHAL LEIDEN

Van Doesburg and the International Avant-Garde:

Constructing a New World

20 oktober 2009 t/m 3 januari 2010

 W e b s i t e   M u s e u m    D e   L a k e n h a l

Kurt Schwitters, Mz. 285 Pillenz (oorspr: Für Nelli), collage, gouache, stof op papier,

18 x 14,1 cm, particuliere collectie

fleursdumal magazine

More in: Dadaïsme, De Stijl, Evert en Thijs Rinsema, Gerrit Rietveld, Kurt Schwitters, Piet Mondriaan, Theo van Doesburg, Theo van Doesburg


Van Gogh Museum: Expositie Avant-gardes 1920-1960

 Avant-gardes ’20-’60

Hoogtepunten uit de collectie van  

het Stedelijk Museum te zien in het

Van Gogh Museum

26 juni t/m 23 augustus 2009

In de aanloop naar de heropening in het voorjaar van 2010 is het Stedelijk Museum van 26 juni tot en met 23 augustus 2009 opnieuw te gast in het Van Gogh Museum. De expositie Avant-gardes ‘20 / ‘60 toont hoogtepunten uit de collectie van het Stedelijk Museum uit de jaren ‘20 en de jaren ‘60 van de vorige eeuw: roerige decennia met veel verschuivingen, ook in de kunst. Deze jaren werden gekenmerkt door een grote experimenteerdrift binnen de beeldende kunst. Kunstenaars maakten grensverleggend werk, met nieuwe middelen. Zij beschouwden zich als de voorlopers en vernieuwers, of letterlijk als de ‘avant-garde’ van de beeldende kunst en van de maatschappij. Circa 70 belangrijke werken van onder meer Pablo Picasso, Piet Mondriaan, Kazimir Malevich, Luciano Fontana, Yves Klein, Roy Lichtenstein en Andy Warhol zijn te zien in de tentoonstellingsvleugel van het Van Gogh Museum.


Gerrit Rietveld: Roodblauwe stoel, 1918- 1923

Stedelijk Museum Amsterdam

Avant-gardes ‘20
In de jaren ‘20 speelde de avant-garde zich nog vrijwel exclusief in Europa af. Picasso, Mondriaan, Van Doesburg, Schwitters en Malevich behoren tot de belangrijkste vertegenwoordigers van de avant-garde van die tijd. Parijs bleef het centrum van de vernieuwingen dat het al sinds lang was, met onder meer het late kubisme van Picasso en het surrealisme van bijvoorbeeld Max Ernst. In West-Europa speelde Nederland een rol, waar in plaatsen als Leiden en Utrecht De Stijl bloeide. Maar ook in steden als Berlijn, Dessau en Hannover bestond met onder meer Dada en het Bauhaus een radicaal nieuw kunstbegrip. Veel verder naar het oosten, in Moskou en Leningrad, ontstonden revolutionaire stromingen die als Russisch constructivisme bekend staan.

Theo van Doesburg: Affiche Kleine Dadasoirée, 1922
Stedelijk Museum Amsterdam

 
Avant-gardes ‘60

Veertig jaar later vonden belangrijke ontwikkelingen binnen de avant-garde juist ook in Amerika plaats, met name in New York en Los Angeles. In het land van de onbegrensde mogelijkheden ontstonden stromingen als pop art, minimal art en post-minimal art, met kunstenaars als Andy Warhol, Carl Andre en Robert Morris. In West-Europa bleef Parijs belangrijk, met vertegenwoordigers van het nouveau réalisme, en kwam het zakelijke vormgebruik van kunstenaarsgroepen Zero en Nul naar voren in Duitsland en Nederland. Steden waaronder Düsseldorf, Keulen en Amsterdam speelden hierin een belangrijke rol.

De rol van het Stedelijk Museum Amsterdam vervulde na de Tweede Wereldoorlog een brugfunctie: veel Amerikaanse kunstenaars realiseerden hier hun eerste museale presentaties en wisten zo voet aan de grond in West-Europa te krijgen. Het Stedelijk Museum speelde daarbij veelal een verbindende rol en slaagde erin een toonaangevende collectie op te bouwen. Het merendeel van de getoonde werken was tot 5 jaar geleden dan ook vaak te zien in de vaste opstelling van het Stedelijk Museum.

Naar het nieuwe Stedelijk MuseumHet Stedelijk Museum wordt op dit moment gerenoveerd en uitgebreid met spectaculaire nieuwbouw van Benthem Crouwel Architekten. De heropening van het Stedelijk Museum staat gepland voor maart/april 2010. Tot die tijd beweegt het door Amsterdam met projecten  en tentoonstellingen, onder de noemer Stedelijk in de Stad.

Kazimir Malevich: Suprematist painting (Rood kruis op zwarte cirkel), 1921-1927
Stedelijk Museum Amsterdam

fleursdumal.nl magazine – magazine for art & literature

More in: Andy Warhol, Bauhaus, Bauhaus, Constructivism, Constuctivisme, Dada, Dadaïsme, De Ploeg, De Stijl, Exhibition Archive, Expressionism, Futurism, Futurisme, Gerrit Rietveld, Kubisme, Modernisme, Piet Mondriaan, Surrealism, Surrealisme, Theo van Doesburg, Vincent van Gogh, Yves Klein, ZERO art


« Newer Entries

Thank you for reading Fleurs du Mal - magazine for art & literature