Or see the index
J A C E V A N D E V E N
t w e e g e d i c h t e n
D e C i t y r i n g
In, spring, de cityring
Gò toch òn de kaant man
Tingelingeling
Wè kunde hier toch lekker rondjes rije
Op asfaltweege die de stad dörsnije
In, spring de cityring
Gò toch òn de kaant man
Tingelingeling
En waor ge mar wilt in files staon
Hè daor, stao ik naa veur of aachteraon?
Fast food, zoet, den autostoet
Ze zitte-n-in de waoge
En ze doen toettoet
En om honderd meter wijer te geraoke
Zumme nog mar es wè kilometers maoke
Dus Mat, start oewe squad
Mar zörg dègge nie slipt
Op de spiers van de qat
In, spring de cityring
Gò toch òn de kaant man
Tingelingeling
In, spring de cityring
Gò toch òn de kaant man
Tingelingeling….
Negentiende etappe Tour de France 1965
Van Briancon naar Aix-les-Bains, Cees Haast en Jimenez
Liggen minuten los, Cees kan vlakbij Gimondi komen
Voorbij Poupou, misschien straks tweede in het klassement
De aardbeiplukkers in West-Brabant hebben hun transistors
Op Tour de France afgestemd. Bij ieder zuchtje wind
Trilt spanning in de aardbeiblaadjes. Dan stokt hen de adem!
Jimenez demarreert! Verdoemd! Maar Cees blijkt bij de les
Springt uit zijn zadel, zwoegt in Jimenez zijn spoor. Hij schakelt
Maar in de haast te wild en knarsend slaat zijn ketting door
Zijn rechtervoet schiet uit de toeclip en, klap, daar gaat hij!
Een plukker op het veld knijpt onbewust een aardbei fijn
Hij drukt zijn radio haast in zijn oor: ‘Cees bloeit’, gilt hij
‘Als een rund, zijn stuur steekt in zijn lijf, Verdoeme nog!’
In Frankrijk plakt de tourdokter verband op Haast zijn been
Dat trilt, dat verder wil, dat zich over het zadel slingert, trapt!
Dat godverdoeme trapt en trappen zal om alles in te halen.
Maar met het bloed zijn kracht is weggevloeid. En daar is pijn,
Dan kou, intense kou, het gaat niet meer, hij stopt, hij huilt.
Vanuit zijn buik een vreemd gevoel opstijgt, zó’n diep verdriet…
De aardbeiplukker likt de aardbeisappen van zijn handen
Terwijl ver weg een maat Cees troostend in zijn armen sluit
Terwijl de Pel hard vloekt en dan alleen nog maar kan zuchten
Terwijl het aardbeisap naar asfalt smaakt en bloed en zweet
En straks de rondemiss een ander dan Cees Haast zal kussen.
Painting: Ivo van Leeuwen
Jace van de Ven: Poet of the city of Tilburg 2003-2005
© Jace van de Ven & Ivo van Leeuwen
KEMP=MAG poetry magazine
More in: City Poets / Stadsdichters, Ivo van Leeuwen, Ven, Jace van de
Harrie Janssens & Jef van Kempen
Het gevoel dat je hier thuishoort
Een geschiedenis van de Trouwlaan,
Zeehelden- en Uitvindersbuurt in Tilburg
Livius Boekhandel Tilburg
ISBN 90-807430-2-X
© H. Janssens
kempis magazine for art & literature
More in: Harrie Janssens Photos, OLV van de Veestraat
J O S E P H B E U Y S :
“Jeder Mensch ist ein Künstler.”
“To be a teacher is my greatest work of art.”
“The objects are only understandable
in relations to my ideas.”
“The whole thing is a game.”
J o s e p h B e u y s (1921-1986):
“Jeder Mensch ist ein Künstler.”
fleursdumal.nl magazine – magazine for art & literature
More in: Exhibition Archive, ZERO art
In almost every picture # 7
De zevende aflevering van in almost every picture toont een Tilburgse vrouw die haar hele leven elk jaar bij de schiettent op de kermis een foto van zichzelf schiet.
Tilburg 1938
Brussel 1954
Op 5 september 1936 legt de dan 16-jarige Ria van Dijk aan voor haar eerste kermisfoto. Zeker in die tijd was het ongebruikelijk dat meisjes met een geweer om konden gaan, dus ze trekt nogal wat bekijks. Ria blijft echter onverstoorbaar. En schiet raak. Doordat ze het doel raakt, wordt een camera met flitslicht geactiveerd die Ria in haar schiethouding vastlegt. De foto krijgt ze als trofee mee naar huis.
Den Bosch 1964
Oisterwijk 1975
Deze trofee vormt de eerste van een lange reeks zelfportretten. Elk jaar bezocht Ria de kermis in Tilburg en enkele kermissen in de buurt om zichzelf vast te leggen. Haar schiethouding blijft door de jaren heen onveranderd: zelfverzekerd, één oog dichtgeknepen, geweer tegen de schouder, doelbewust. Als een standbeeld waar de jaren aan voorbij trekken, staat Ria onbewogen in een steeds veranderende omgeving. Een zekerheid in roerige tijden. Met slechts één naargeestige uitzondering: in de fotoserie ontbreekt de periode 1939 – 1945.
In almost every picture #7
vertelt een verhaal vanuit het standpunt van een schiettent-camera. Het omvat een periode van ruim 70 jaar. We zien kapsels veranderen, mensen ouder worden, kermissen hectischer, tijden voorbij gaan in een wereld die van zwart/wit naar kleur gaat, maar steeds één vast middelpunt houdt: Ria van Dijk, van 24 juni 1920, Tilburg.
Oosterhout 1978
Tilburg 1987
In almost every picture # 7
Verzameld & samengesteld door Erik Kessels en Joep Eijkens
Kleur – zwart & wit, 155 x 200 mm, 128 pagina’s, soft cover
ISBN 978-90-70478-23-0
KesselsKramer Publishing – 24,95 Euro
Publicaties van KesselsKramer Publishing zijn te koop
in de winkel van KK Outlet (www.kkoutlet.com) in geselecteerde
boekwinkels wereldwijd of kunnen online besteld worden
via www.kesselskramerpublishing.com
Tilburg 1997
Tilburg 2006
fleursdumal.nl – magazine for art & literature
More in: - Book News, - Fotoalbum Joep Eijkens, FDM Art Gallery
Nachrichten aus Berlin
Unser Korrespondent Anton K. berichtet:
Demonstration gegen den
Israelischen Militaireinsatz
im Gazastreifen
Berlin – January 2009
KEMP=MAG poetry magazine – magazine for art & literature
More in: MUSEUM OF PUBLIC PROTEST, Nachrichten aus Berlin
J o e p E i j k e n s p h o t o s
Joep Eijkens photos
Sneeuwlandschap
Cimetière sous la neige
© j. eijkens
fleursdumal magazine – magazine for art & literature
More in: Galerie des Morts, Joep Eijkens Photos
Vlucht maar, vogels
Vlucht maar, vogels,
koud en deerlijk
is ‘t alomme
vlucht en vliedt,
voor de koude en
voor de mensen,
want de mens en
mint u niet.
Vlucht maar, of hij
zal u schieten,
met zijn roer, hij
droomt daarvan:
vlucht waar hij, met
al zijn wijsheid,
vlucht waar hij, niet
aan en kan.
Vlucht omhooge, en
komt niet neder,
eer gij streken
mensloos vindt;
vlucht, en zet uw
voet geen tweemaal
bij dat Godloos
mensenkind.
Vlucht, hij wil zijn
boosheid boeten
in uw bloed, o
vogels vrij;
vlucht, of sterven
zult gij moeten:
zulk een hertloos
mens is hij!
Gij verschaft hem,
binst uw leven
kort of lang, o
vogels kleen,
al hetgeen gij
hebt en geven
kont: en, dankbaar
is hij? Neen!
Hij bespiedt u,
kleene dierkens,
met ‘t moorddadig
roer in ‘t hand:
en… Zo groot is
hij, die over
alle dieren
kroone spant!
GUIDO GEZELLE
(1830-1899)
NATUURDAGBOEK HANS HERMANS
January 2009
Poem: Guido Gezelle – Photos: Hans Hermans
© photos h. hermans
KEMP=MAG poetry magazine – magazine for art & literature
More in: Gezelle, Guido, Hans Hermans Photos, MUSEUM OF NATURAL HISTORY - department of ravens & crows, birds of prey, riding a zebra, spring, summer, autumn, winter
Nachrichten aus Berlin
Unser Korrespondent Anton K. berichtet:
Berliner Plakate II: Kultur
fleursdumal.nl magazine
More in: Nachrichten aus Berlin, STREET POETRY
Nationale Gedichtendag 2009
Poëzieproject POOSPLAATSEN
De Mark & de stad Breda
Ga tijdens Nationale Gedichtendag mee op reis in taal, muziek en beeld langs de rivier de Mark, zijn historie en betekenis voor de stad Breda. In Bibliotheek Breda vindt een avondvullend programma plaats rondom het project De Mark en de stad Breda van Pien Storm van Leeuwen. Mr. W.J. Willems, wethouder cultuur van de Gemeente Breda, neemt deze avond het eerste exemplaar in ontvangst van het dicht-doosje met poëziekaarten, dat bij de afronding van het project verschijnt.
Ontstaan en bloei van Breda zijn onverbrekelijk verbonden met de Mark. De Mark en de stad Breda brengt een ode aan de rivier en vertelt het verhaal van een stad, die eigenlijk ‘breed water’ heet en ingebed ligt in landelijk gebied. Het is een vertelling in vogelvlucht, een spiegeling in water.
Vijftien poëziekaarten schetsen in hun samenhang een beeld van de rivier en zijn historie. Op tien poosplaatsen liggen strofen versteend te velde. Vijf plekken leenden zich daartoe minder goed, maar inspireerden wel tot poëzie. Frans A. Brocatus, Olaf Douwes Dekker, Maarten van den Elzen, Albert Hagenaars, Kees Hermis, Silva Ley, Pieter Luykx, Kees van Meel, Jasper Mikkers, Herbert Mouwen, Y. Né, Sonja Prins en Pien Storm van Leeuwen schreven de gedichten voor De Marken de stad Breda. Jan Willem Storm van Leeuwen maakte de foto’s voor het project en Pien schreef de verbindende teksten.
Programma
Tijdens het avondprogramma in Bibliotheek Breda vertelt Pien Storm van Leeuwen over de nieuwe poosplaatsen langs de rivier en leidt zo de optredens in van muzikanten en dichters.
‘Muse conNAction’, met Noortje Korst enAnnemiek van de Geijn, brengt gezongen poëzie, geschreven door Brabantse dichters voor het stroomgebied van de Mark.
De dichters deze avond zijn Frans A. Brocatus, Olaf Douwes Dekker, Kees Hermis, Maarten van den Elzen, Kees van Meel, Jasper Mikkers en Herbert Mouwen.
Datum en tijd: Donderdag 29 januari 2009 | 20.15 – 22.30 uur
Locatie: Bibliotheek Breda, Molenstraat 6, Breda
Toegang: gratis
fleursdumal.nl magazine
More in: Art & Literature News, Dutch Landscapes
B E R L I N
Holocaust-Mahnmal
Peter Eisenman and Buro Happold:
Denkmal für
die ermordeten Juden Europas
(Holocaust-Mahnmal Berlin)
Photos Hanneke van Kempen
Holocaust Memorial Day 2009
Universiteit van Tilburg
Centrum voor Wetenschap en Levensbeschouwing
Dinsdag 27 januari 2009
fleursdumal.nl magazine magazine for art & literature
More in: FDM Art Gallery, FDM in Berlin, Hanneke van Kempen
MUSEUM OF LITERARY TREASURES
CHARLES DICKENS
part II
Charles Dickens Museum – Doughtystreet – London
kemp=mag poetry magazine
© photos kemp=mag
More in: Charles Dickens, Dickens, Charles, Museum of Literary Treasures
N I C K J. S W A R T H
drie gedichten
luizig lenteliedje
Langs de ringbanen gaan de luiken open.
Hoera, er loopt weer tuig over straat.
Naar buiten met de hond, tijd om te lijnen.
Ik wil dat dit lied klinkt als een generaal pardon,
een hoera voor ‘skaeve huse’ en nieuwe pleinen,
voor sneeuwklok, hazelaar en gladiool.
Hoera voor nota en bestemmingsplan.
Hoera voor vuile handen maken, van de hoogste
verdieping naar beneden braken.
Leve de architect, leve de doorgewinterde bouwer
en de planoloog.
Stort je zaad in X-burgs aarde, klaar het karwei
dat niemand klaarde.
Zet de oudjes op de bus, gratis duurt het langst.
Hoera voor bange burgers, voor de eitjes van de
angst,
voor terroristen, trekvogels en opgehokte kippen.
Hoera voor benavelde lolita’s met bonte Breezers
aan getuite lippen.
O, en niet te vergeten:
Eén maal big mac menu, twee maal big mac
Eén maal mac chicken, negen maal nuggets
Eén maal happy meal kip en vier maal mayo
a.u.b.
de terrassenkoning te rijk
Ik lijk de kale koningin van de nacht,
van beiderlei kunne, maar haan nog het meest
of kapoen op de gebruikelijke, goed voorziene fuif
kakelend pikkend in andermans kuif,
die de honger verdreef voor de buis, verwikkeld
in een frietje oorlog, waarvan elk pijltje
pijnlijk in eendere richting wees, de scepter in de
schoot onder een schort van futloos vlees.
Die zichzelf te rijk lijkt en royaal met zijn gemaal,
Prins Pils, bal houdt in het land van Hol en Neder.
“Ik zit op het terras en drink een biertje, jij zit op
het terras en drinkt een biertje – armoede, hier?”
Of zich te kijk zet en blauw als een Maleier danst,
Orang Orang Tilbo, gesmurfde Donald Duck; terwijl
de prinsjes – veertien, vijftien jaar – dronken
knokken om respect, boerend bij burgers en jongelui
of brakend tegen een pui. Die, als de nacht ten
einde neigt en een taxi voorrijdt met tikkende meter,
niet weet waarheen, slechts driehoog-achter.
Ach, ruiste dat blauwe bloed nu maar wat zachter.
ja, je mag er zijn
Zo ontstaat de stad, die eerst geen stad is
maar een huis, nee, een onverlicht vertrek,
vlees en bloed.
Daar tikt het klokloos kind, de bloesembom,
en doet zich te goed. Daar eet het kind zich
rond
en heeft geen weet van het smeulend lont.
En de donkerte ontsluit en
werpt het uit
in de stad van reeds gedaan, nog te doen en
o god ja, toen.
En soms zet er iemand een punt.
Een blindganger roest in de bodem.
Er gaat van alles naar de knoppen.
Bot eet Moeder Aarde spruitjes.
En toch: elke uk zijn stad. Ik gun je er een
als de mijne (niet zo’n grote,
eerder een kleine; meer dan gemiddeld lelijk
en daarom onaf),
waarin ruimte is voor pit
en men bij het zoveel duizendste ontluiken
nog steeds keurig informeert: wie is het toch
die daar zo bloemrijk explodeert?
Nick J. Swarth – Poet of the city of Tilburg 2005-2007
Luizig Lenteliedje en andere gedichten
Painting: Ivo van Leeuwen
© N.J. Swarth & © I. van Leeuwen
KEMP=MAG poetry magazine – magazine for art & literature
More in: City Poets / Stadsdichters, Ivo van Leeuwen, Swarth, Nick J.
Thank you for reading Fleurs du Mal - magazine for art & literature