Or see the index
Sommermorgen
Auf Bergeshöhen schneebedeckt,
Auf grünen Hügeln weitgestreckt
Erglänzt die Morgensonne;
Die tauerfrischten Zweige hebt
Der junge Buchenwald und bebt
Und bebt in Daseinswonne.
Es stürzt in ungestümer Lust
Herab aus dunkler Felsenbrust
Der Gießbach mit Getose,
Und blühend Leben weckt sein Hauch
Im stolzen Baum, im niedren Strauch,
In jedem zarten Moose.
Und drüben wo die Wiese liegt,
Im Blütenschmuck, da schwirrt und fliegt
Der Mücken Schwarm und Immen.
Wie sich’s im hohen Grase regt
Und froh geschäftig sich bewegt,
Und summt mit feinen Stimmen.
Es steigt die junge Lerche frei
Empor gleich einem Jubelschrei
Im Wirbel ihrer Lieder.
Im nahen Holz der Kuckuck ruft,
Die Amsel segelt durch die Luft
Auf goldenem Gefieder.
O Welt voll Glanz und Sonnenschein,
O rastlos Werden, holdes Sein,
O höchsten Reichtums Fülle!
Und dennoch, ach – vergänglich nur
Und todgeweiht, und die Natur
Ist Schmerz in Schönheitshülle.
Marie Ebner-Eschenbach
(1830 – 1916)
Sommermorgen
• fleursdumal.nl magazine
More in: Archive E-F, Archive E-F, CLASSIC POETRY
Grenzen der Liebe
Alles kann Liebe:
zürnen und zagen,
leiden und wagen,
demütig werben,
töten, verderben,
alles kann Liebe.
Alles kann Liebe:
lachend entbehren,
weinend gewähren,
heißes Verlangen
nähren in bangen,
in einsamen Tagen –
alles kann Liebe –
nur nicht entsagen!
Marie Ebner-Eschenbach
(1830 – 1916)
Grenzen der Liebe
•fleursdumal.nl magazine
More in: Archive E-F, Archive E-F, CLASSIC POETRY
Ah! Would I Could Forget
The whispering water rocks the reeds,
And, murmuring softly, laps the weeds;
And nurses there the falsest bloom
That ever wrought a lover’s doom.
Forget me not! Forget me not!
Ah! would I could forget!
But, crying still, “Forget me not,”
Her image haunts me yet.
We wander’d by the river’s brim,
The day grew dusk, the pathway dim;
Her eyes like stars dispell’d the gloom,
Her gleaming fingers pluck’d the bloom.
Forget me not! Forget me not!
Ah! would I could forget!
But, crying still, “Forget me not,”
Her image haunts me yet.
The pale moon lit her paler face,
And coldly watch’d our last embrace,
And chill’d her tresses’ sunny hue,
And stole that flower’s turquoise blue.
Forget me not! Forget me not!
Ah! would I could forget!
But, crying still, “Forget me not,”
Her image haunts me yet.
The fateful flower droop’d to death,
The fair, false maid forswore her faith;
But I obey a broken vow,
And keep those wither’d blossoms now!
Forget me not! Forget me not!
Ah! would I could forget!
But, crying still, “Forget me not,”
Her image haunts me yet.
Sweet lips that pray’d–“Forget me not!”
Sweet eyes that will not be forgot!
Recall your prayer, forego your power,
Which binds me by the fatal flower.
Forget me not! Forget me not!
Ah! would I could forget!
But, crying still, “Forget me not,”
Her image haunts me yet.
Juliana Horatia Ewing
(1841–1885)
Poem
Ah! Would I Could Forget
• fleursdumal.nl magazine
More in: Archive E-F, Archive E-F, Juliana Horatia Ewing, Tales of Mystery & Imagination
Vloed
Ze kruipt graag voor, de branding. Spoelt zich het kader
uit de blik in, een kamer waarin nog nooit gewoond werd
tegemoet. Door druppels heen voeren winden landzieke
beloftes aan. Zonder wat voor twijfels dan ook zwijgt
schamel het strand van de ontrouw, en bilzacht de bank.
Bert Bevers
Bert Bevers schreef dit gedicht bij de foto van Joep Eijkens
© gedicht Bert Bevers 2020
© foto Joep Eijkens 2020
• fleursdumal.nl magazine
More in: Archive A-B, Archive A-B, Archive E-F, Bevers & Eijkens, Bevers, Bert, Joep Eijkens Photos, Photography
Geheim
Verbazingwekkend scherp gelijke tred
met de herinnering. Halsstarrig bedenken
van ballades omtrent niets. Opgestaan
zijn wij uit een lege slaap, en we eten nu
brood aan langzame, langzame tafels.
Prevel maar voor een gesloten gordijn.
Traagheid is immers van geluk het geheim.
Bert Bevers
Joep Eijkens maakte de foto bij dit gedicht
© gedicht Bert Bevers 2020
© foto Joep Eijkens 2020
• fleursdumal.nl magazine
More in: Archive A-B, Archive E-F, Bevers & Eijkens, Bevers, Bert, Joep Eijkens Photos, Photography
De schrijvers Ellen Deckwitz, Stephan Enter en Asha Karami zijn genomineerd voor de E. du Perronprijs 2019.
De prijs wordt toegekend aan schrijvers, kunstenaars of instellingen die met een cultuuruiting in brede zin een bijdrage leveren aan een inclusieve samenleving. De uitreiking vindt plaats op donderdagavond 16 april in de LocHal in Tilburg. Dan houdt Maxim Februari de negende E. du Perronlezing met als titel ‘E. du Perron en de pseudo-identiteiten’.
Ellen Deckwitz ‒ Hogere Natuurkunde (Uitgeverij Pluim)
“Op een avond begon je te hijgen, greep naar je borst en riep dat je moest blijven ademen omdat ze anders hadden gewonnen.” Deze openingszin leidt een fascinerende en onheilspellende dichtbundel in, waarin verschillende genres, stemmen en stemmingen met elkaar worden verweven.
Aan het woord is een kleindochter die de stem van haar grootmoeder (1921-2014) laat klinken en haar ervaringen in de oorlog in Nederlands-Indië onder woorden probeert te brengen. Dat levensverhaal werd alleen in flarden verteld, in snippers overgeleverd. Dergelijke details geven een indruk van de overlevingsdrift van de grootmoeder als klein meisje, en van het pantser dat zij op latere leeftijd om zich heen heeft opgetrokken. De kleindochter verweeft haar stem met die van de ander en geeft ook een perspectief op de dochter/moeder (geboren in 1952) die tussen hen in staat. Zij houdt zich buiten het verhaal en overleeft door juist niet te vragen naar waar de pijn vandaan komt. Deckwitz schreef een indrukwekkende dichtbundel die laat zien hoe volgende generaties getekend worden door een land van herkomst dat in oorlog raakte en werd verwoest. Het leed en de veerkracht, soms ingewikkeld met elkaar verbonden, blijven bestaan ook in volgende generaties.
Stephan Enter ‒ Pastorale (Uitgeverij Van Oorschot)
De roman Pastorale neemt ons mee naar de jaren tachtig, naar een fictief dorp, Brevendal, in het midden van Nederland. Het ene deel van het dorp is christelijk, de “Goede Herder en Zijn Kudde”, in het andere deel wonen “Ambonezen” die proberen de cultuur die ze verloren zijn vast te houden.
Het verhaal wordt verteld vanuit het perspectief van een broer en zus, opgegroeid in een oude familie met een groot en verwaarloosd landgoed. De roman laat zien hoe verschillende groepen naast elkaar leven, hoe stereotypische perspectieven van kracht zijn, en ook hoe de grenzen tussen de ene en de andere groep poreus blijken te zijn. Deze roman overtuigt omdat de beschrijvingen precies en gedetailleerd zijn, en er subtiel inzicht wordt geboden in de psychologie van de scholier Oscar, verliefd op een Moluks meisje, en zijn zus Louise, die een gesjeesde student is en onzeker over haar toekomst. Goede intenties hebben niet altijd een positief effect, mensen vatten uitspraken en ideeën vaak anders op dan werd bedoeld, en zo worden levens in de provincie geschilderd die veranderen en toch ook hetzelfde blijven. De roman is Perronesk in de veelzijdigheid van personages en in de dialogen waaruit uiteenlopende opvattingen naar voren komen. De meerstemmigheid van de roman wordt niet alleen bereikt door het aanvoeren van verschillende personages, maar zit ook in het hoofd van de enkeling, die haar eigen positie scherp probeert te krijgen: “Die stem – hadden andere mensen die ook? Hadden alle andere mensen die ook? En wat was ze, die stem – was je die zelf, of niet, of niet helemaal, of was je die alleen op momenten waarop je je niet van jezelf bewust was?” Pastorale is intellectueel, literair en uitermate boeiend.
Asha Karami ‒ Godface (Uitgeverij De Bezige Bij)
Godface biedt veelzijdige, levendige, geestige en ook vaak verontrustende gedichten. Deze poëzie gaat over van alles, van schuldsanering tot Suikerfeest, van liposuctie tot Aviko-ovenfriet.
Maar bovenal gaat deze poëzie over taal en hoe die als banaal en verheven instrument ingezet kan worden om dagelijkse beelden en ervaringen uit te drukken. Blog post discours en lyriek vermengen zich in absurde beschrijvingen: “ik ben geboren met twee vagina’s / en ik geloof niet in deuren / dit is al mijn derde dood en ik ben nog maar in mijn dertig.” De dichterlijke stem orkestreert het geheel, terwijl zij ook steeds verschillende perspectieven biedt en stemmingen oproept. Er is een sterke thematiek van verschil tussen culturen, groepen, werelden, een verschil dat volledig normaal wordt bevonden. Du Perron zei ooit dat zijn gewone bestaan zonder literatuur onbevredigd zou zijn. Die inzet lezen we ook hier: van alles is literatuur te maken en alles is te dragen omdat het in poëzie uitdrukking kan krijgen. De dichter is tegendraads en scherp analytisch. Dit is poëzie zonder diepzinnigheid of traagheid. Rauw en levendig, en daarmee bestendig in een tijd waarin alles op social media gezegd kan worden, zonder dat daar inzicht te vinden is: “de overweldigende zekerheid / van een ondanks alle zichtbare veranderingen / permanent onzichtbaar onderliggend landschap.”
Sinds 1986 reikt Tilburg University jaarlijks een prijs uit ‘ter bekroning van mensen of instellingen die zich middels een actieve bijdrage aan de cultuur verdienstelijk hebben gemaakt voor de bevordering van wederzijds begrip en een goede verstandhouding tussen de in Nederland woonachtige bevolkingsgroepen’. In de vele jaren dat de prijs bestaat, veranderde de universiteit haar naam van Katholieke Universiteit Brabant in Universiteit van Tilburg en vervolgens in Tilburg University, en veranderde de Faculteit der Letteren in de Faculteit voor Communicatie en Cultuur, vervolgens in Faculteit Geesteswetenschappen en uiteindelijk in Tilburg School of Humanities and Digital Sciences. De prijs echter draagt al meer dan twintig jaar dezelfde naam: die van de beroemde schrijver E. du Perron.
# Meer informatie op website: www.tilburguniversity.edu/duperronprijs
• fleursdumal.nl magazine
More in: Archive C-D, Archive E-F, Archive K-L, Awards & Prizes, Literary Events
In 2020 organiseert het Museum voor Schone Kunsten (MSK) Gent de grootste Jan van Eyck-tentoonstelling ooit. Wereldwijd zijn er van deze Vlaamse meester slechts een twintigtal werken bewaard. Zeker de helft daarvan reist naar ons museum. Hier worden ze samengebracht met werk uit Van Eycks atelier en kopieën van intussen verdwenen schilderijen. Maar ook met meer dan 100 topstukken uit de late middeleeuwen. Daarvoor worden maar liefst 13 museumzalen heringericht.
Het Museum voor Schone Kunsten (MSK) in Gent is een museum voor jong en oud. Het is een levendige ontmoetingsplaats waar je kunst van de Middeleeuwen tot vandaag ontdekt in een unieke omgeving. Tijdens de tentoonstelling ‘Van Eyck. Een optische revolutie’ maken we de Middeleeuwse kunst van Van Eyck en zijn getalenteerde tijdgenoten tastbaar in het nu. Iedereen komt dichterbij Van Eyck dan ooit en ontdekt zo hoe revolutionair Van Eyck toen was en hoe belangrijk hij nu nog steeds is.
# Meer informatie op de website vaneyck2020
• fleursdumal.nl magazine
More in: - Book News, Archive E-F, Art & Literature News, AUDIO, CINEMA, RADIO & TV, CATHEDRALS, FDM Art Gallery, Historia Belgica, Jan van Eyck
Haventijding
Ze laten water nimmer alleen en nemen ook kaarten
die niemand lezen kan mee. Geen schrik van weertij
hebben ze, en voor wroeging geen geduld. Schippers
hechten aan hun roer. Bedenken dat Maria Rome
nooit zag, nimmer voer. Hun schepen haten blijven.
© gedicht Bert Bevers 2019
© foto Joep Eijkens 2019
• fleursdumal.nl magazine
More in: Archive A-B, Archive A-B, Archive E-F, Bevers & Eijkens, Bevers, Bert, Joep Eijkens Photos, Natural history, Photography
Kolonie
Kauwval in de avond: vrije val naar nesten. Ontrouw
wordt hier niet gedoogd. Ze schijnen op de plattegrond
van het slapen te dolen maar weten feilloos hun weg
boven die dubbele bodems van diepte. Craquelures
in de lucht lijken takken. Nacht weet zich een grens.
© gedicht Bert Bevers 2019
© foto Joep Eijkens 2019
• fleursdumal.nl magazine
More in: Archive A-B, Archive E-F, Bevers & Eijkens, Bevers, Bert, Joep Eijkens Photos
De Soldaat.
Geen mensch.
Geen dier.
Geen plant:
Een ding.
Het mort
noch klaagt:
Zijn kracht
verging.
Het lijdt.
Het sjouwt.
Het torst
gewicht.
Geen vreugd.
Geen lach
op zijn
gezicht.
Vraag.
O mensch,
mijn vriend,
waar gaat
dat heen?
Antwoord.
Het vuur,
de dood,
‘t Is mij
heusch één!
Agnita Feis
(1881 – 1944)
Uit: Oorlog. Verzen in Staccato (1916).
De Soldaat
• fleursdumal.nl magazine
More in: *Concrete + Visual Poetry F-J, *War Poetry Archive, Agnita Feis, Antony Kok, Archive E-F, Archive E-F, DADA, De Stijl, Feis, Agnita, Theo van Doesburg (I.K. Bonset)
De slag.
De zon.
Een woud.
Een veld.
Een vliet:
‘t Is geel,
groen, blauw,
maar rood
is ‘t niet.
Gerij.
Gedraaf.
Geschut.
Gedreun:
Gegil!
Gekerm!
Gezucht!
Gekreun!
Geen zon.
Geen woud.
Geen mensch!
Geen hart!
‘t Is bloed!
‘t Is rood!
‘t Is grijs!
‘t Is zwart!
Agnita Feis
(1881 – 1944)
Uit: Oorlog. Verzen in Staccato (1916).
De Slag
• fleursdumal.nl magazine
More in: - Book Stories, Agnita Feis, Archive E-F, Archive E-F, De Stijl, Feis, Agnita, Theo van Doesburg
Met haar succesdebuut Habitus wint Radna Fabias na de C. Buddingh’-prijs 2018 en de Awater Poëzieprijs en Herman De Coninckprijs 2019 óók deze eerste editie van De Grote Poëzieprijs.
De prijs, € 25.000,- voor de beste Nederlandstalige bundel van het jaar, werd op de slotdag van het gouden Poetry International Festival uitgereikt samen met de C. Buddingh’-prijs, die naar Roberta Petzoldt ging, voor haar debuut Vruchtwatervuurlinie’. Habitus is daarmee zonder meer de meest prijswinnende debuutbundel ooit.
Ook werden op het festival prijzen uitgereikt door jongeren, een initiatief van School der Poëzie.
De School der Poëzie-Communityprijs ging naar Ted van Lieshout voor Ze gaan er met je neus vandoor,
Roelof ten Napel kreeg de Jongerenprijs voor Het woedeboek waarmee hij ook kans maakte op De Grote Poëzieprijs én de C. Buddingh’-prijs. Met het uitreikingsprogramma ‘Prijs de poëzie!’ sloot Poetry International het gouden jubileumfestival even feestelijk af als dat het begon.
De Grote Poëzieprijs voor Radna Fabias
De Grote Poëzieprijs is dé prijs voor Nederlandstalige poëzie en bekroont de beste Nederlandstalige bundel van het jaar met € 25.000,-.
De jury van De Grote Poëzieprijs 2019 kreeg 150 bundels ter lezing en nomineerde er niet vijf maar zes, vanwege het hoge aantal inzendingen, de verlengde periode waarover werd gejureerd en de aangetroffen kwaliteit.
Opnieuw gaat de hoofdprijs dus naar Radna Fabias: “Fabias graaft net zo lang in wat bedenkelijk is – waarbij ze ook zichzelf niet spaart – totdat de complexiteit van een probleem zich openbaart.
Dit maakt dat Habitus (Arbeiderspers) deelneemt aan het ‘gesprek van de dag’, maar tegelijk – en belangrijker – dat de bundel er ook een krachtig tegengif tegen is.
Niets is eenvoudig in deze bundel, niets is op te lossen met een paar slimme oneliners of standpunten. Fabias maakt het persoonlijke politiek en het politieke persoonlijk,” oordeelde de jury.
De C. Buddingh’-prijs voor Roberta Petzoldt
De prijs voor beste Nederlandstalige poëziedebuut – jaarlijks uitgereikt op het Poetry International Festival – gaat dit jaar naar Roberta Petzoldt.
Haar debuut Vruchtwatervuurlinie (Van Oorschot) gaat over verlies en is strijdbaar, humoristisch, prikkelend en fel maar boven alles een rigoureus allerindividueelst onderzoek waarbij de dichter, sneller dan de eigen schaduw, de poëzie zelf op de staart probeert te trappen of ‘zonder vliegtuig de wolken raken / bewegen door / een getraind gevoel voor humor / en een eenzame logica’.
Op intieme wijze creëert de dichter een verrassend nieuw poëtisch universum, wat weergaloze gedichten en tijdloze regels oplevert: ‘ik weet dat mensen op hun honden lijken, maar jij / lijkt op de hond van iemand anders’”, aldus de jury.
Jongerenprijzen bij De Grote Poëzieprijs
School der Poëzie reikte op de slotavond van Poetry International twee prijzen uit namens de Poëzie Community en namens scholieren uit Nederland en Vlaanderen.
De Poëzie Community van School der Poëzie koos unaniem voor Ze gaan er met je neus vandoor (Leopold) van Ted van Lieshout, omdat het “een avontuur was om te lezen.” Jongeren van scholen uit Antwerpen, Amsterdam, Rotterdam en Gent namen deel aan workshops van School der Poëzie en lieten zich inspireren door de gedichten van de zes genomineerden. Zij kenden hun Jongerenprijs toe aan Roelof ten Napel voor Het woedeboek (Hollands Diep) “omdat het over woede gaat én over liefde.”
De jury van De Grote Poëzieprijs bestond uit Joost Baars, Yra van Dijk, Adriaan van Dis, Cindy Kerseborn en Maud Vanhauwaert.
Zij nomineerden naast Habitus van Radna Fabias ook Nachtboot van Maria Barnas, Stalker van Joost Decorte, Het woedeboek van Roelof ten Napel, Genadeklap van Willem Jan Otten en Onze kinderjaren van Xavier Roelens. De jury van de C. Buddingh’-prijs bestond uit Els Moors, Tsead Bruinja en Kila van der Starre. Zij nomineerden ook Obelisque van Obe Alkema, Dwaallichten van Gerda Blees en Het woedeboek van Roelof ten Napel.
Eerste Grote Poëzieprijs voor Radna Fabias
Roberta Petzoldt wint ‘de Buddingh’
Jongerenprijzen voor Ted van Lieshout en Roelof ten Napel
• fleursdumal.nl magazine
More in: #Editors Choice Archiv, #More Poetry Archives, - Book News, - Bookstores, Archive E-F, Archive E-F, Archive K-L, Archive M-N, Archive O-P, Art & Literature News, Awards & Prizes, Lieshout, Ted van, Poetry International
Thank you for reading Fleurs du Mal - magazine for art & literature