Or see the index
ELIZABETH BARRETT BROWNING
(1806-1861)
Sonnets from the Portuguese
4 Sonnetten van Elisabeth Barret Browning uit een reeks van 44 over de ontwikkeling van haar relatie met Robert Browning. Italiaanse sonnetvorm, jambische vijfvoet, rijmschema steeds: abba abba cdc dcd. De dichteres had haar recht doen gelden om te trouwen tegen de wil van haar vader in, en had haar roem als dichteres op het spel gezet door met haar man, Robert Browning, uit te wijken naar Italië.
Vertaling: Cornelis W. Schoneveld
Sonnet 5
I lift my heavy heart up solemnly,
As once Electra her sepulchral urn,
And, looking in thine eyes, I over-turn
The ashes at thy feet. Behold and see
What a great heap of grief lay hid in me,
And how the red wild sparkles dimly burn
Through the ashen greyness. If thy foot in scorn
Could tread them out to darkness utterly,
It might be well perhaps. But if instead
Thou wait beside me for the wind to blow
The grey dust up,—those laurels on thine head,
O my Beloved, will not shield thee so,
That none of all the fires shall scorch and shred
The hair beneath. Stand further off then! go!
Sonnet 5
Plechtig til ik mijn zware hart omhoog,
Zoâls ooit met de urn Elektra doende was,
En jou in ‘t oog ziend, stort ik nu de as
Neer aan jouw voet. Kijk toe en houd in ‘t oog
De last van droefenis die mij bewoog,
En hoe het grijs der as wild en alras
Rood smeulen gaat. Kon nu je boze pas
Het drastisch smoren, voor er brand in vloog,
Dan leek dat juist. Maar als je toch belooft
Te talmen tot door wind het grijsstof zou
Gaan waaien,—dan zijn kransen op je hoofd,
O Lief, niet zo’n bescherming meer voor jou
Dat ‘t schroeien van je haar eronder dooft.
Dus blijf mij verder uit de buurt! Ga gauw!
Sonnet 14
If thou must love me, let it be for nought
Except for love’s sake only. Do not say
“I love her for her smile—her look—her way
Of speaking gently,—for a trick of thought
That falls in well with mine, and certes brought
A sense of pleasant ease on such a day”—
For these things in themselves, Beloved, may
Be changed, or change for thee,—and love, so wrought,
May be unwrought so. Neither love me for
Thine own dear pity’s wiping my cheeks dry—
A creature might forget to weep, who bore
Thy comfort long, and lose thy love thereby!
But love me for love’s sake, that evermore
Thou may’st love on, through love’s eternity.
Sonnet 14
Móet jij mij minnen, moge het dan gaan
Om liefdeswil alleen. En zeg niet hier:
” ‘k Bemin haar om haar lach, haar blik, manier
Van lieflijk spreken;” noch zij het gedaan
Vanwege eenzelfde denkpatroon, waaraan
Een dag te danken was vol zoet plezier—
Want die raakt, Liefste, eens uit het vizier;
Een omslag dreigt dan,—liefde, zo ontstaan,
Heeft dan zo afgedaan. Min me óók niet voor
Mijn traan gedroogd, als deernis jou verleidt:
Gaat hartzeer eens door lange troost teloor
Dan raak ik tegelijk je liefde kwijt!
Dus min me slechts om liefdeswil, waardoor
Je liefde blijven kan, in eeuwigheid.
Sonnet 21
Say over again, and yet once over again,
That thou dost love me. Though the word repeated
Should seem a “cuckoo-song,” as thou dost treat it,
Remember, never to the hill or plain,
Valley and wood, without her cuckoo-strain
Comes the fresh Spring in all her green completed.
Beloved, I, amid the darkness greeted
By a doubtful spirit-voice, in that doubt’s pain
Cry, “Speak once more—thou lovest!” Who can fear
Too many stars, though each in heaven shall roll,
Too many flowers, though each shall crown the year?
Say thou dost love me, love me, love me—toll
The silver iterance!—only minding, Dear,
To love me also in silence with thy soul.
Sonnet 21
Zeg nog eens weer, en daarna nog eens weer,
Dat jij mij liefhebt. Lijkt ook zulk gefluister
Op koekoekszang, besef: zo’n vogel huist er
In dal, in woud, en heuvels evenzeer,
Daar zonder koekoeksklank er nimmer meer
Een nieuw fris voorjaar komt met groene luister.
Mijn lief, ik roep,—belaagd door ‘n stem in ‘t duister
Vol twijfelzucht, en die drukt mij terneer—:
“Zeg nog eens dat je liefhebt!” Wie is bang
Voor te veel sterren in de hemelbaan,
Of rijke bloemenkronen ‘t heel jaar lang?
Zeg dat je houdt, houdt, houdt van mij—laat slaan
Die zilveren klok steeds weer!—maar Liefste, vang
Mij ook met stille ziel te minnen aan.
Sonnet 43
How do I love thee? Let me count the ways.
I love thee to the depth and breadth and height
My soul can reach, when feeling out of sight
For the ends of Being and ideal Grace.
I love thee to the level of everyday’s
Most quiet need, by sun and candlelight.
I love thee freely, as men strive for Right;
I love thee purely, as they turn from Praise.
I love thee with the passion put to use
In my old griefs, and with my childhood’s faith.
I love thee with a love I seemed to lose
With my lost saints,—I love thee with the breath,
Smiles, tears, of all my life!—and, if God choose,
I shall but love thee better after death.
Sonnet 43
Hoe ik jou liefheb? Hier mijn optelsom:
Ik heb jou lief zo diep en hoog en wijd
Als waar mijn ziel reikt, niet hier afgeleid
Door zicht op Levenseind en Heiligdom.
Ik heb jou dagelijks lief tot wat ik noem
Mijn kalmste wens, bij zon, in kaarslichttijd.
Ik heb jou vrij lief, als wie Recht bepleit;
Ik heb jou puur lief, als wie breekt met Roem.
Ik heb jou lief met hartstocht even groot
Als vroegere smart, en mijn geloof als kind.
Ik heb jou lief, zoals ‘k mijn heiligen genoot
Voorheen,—ik heb jou lief, met levenswind,
Lach, traan heel mijn bestaan!—en na de dood
Heb ik je beter lief nog, als ‘t God zint.
Vertaling: Cornelis W. Schoneveld
De vertaling van de hele serie van 44 sonnetten, vertaald en toegelicht door C.W. Schoneveld, is een publicatie, onder de titel Liefdesbiecht in klinkdicht, van uitgeverij Liverse te Dordrecht, 2014.
fleursdumal.nl magazine
More in: Archive A-B, Barret-Browning, Barrett Browning, Elizabeth
Bert
BEVERS
Sedan, april 1940
Aan een grens een stadje dat
sluimert tegen verre heuvels.
Geen vijand valt er te bekennen.
Een officier te paard trekt
ter inspectie langs de wegen,
in handen los de teugels.
Onaangekondigd meldt de tijd
zich aan de poorten die
in rust gedompeld zijn.
Wat valt er hier dan meer te doen
dan in alledaagse sleur
te worden overrompeld?
Bert Bevers
(Verschenen in De Tweede Ronde, Amsterdam, 8ste jaargang, nummer 4)
fleursdumal.nl magazine
More in: *War Poetry Archive, Archive A-B, Bevers, Bert
Bert
BEVERS
Picknick in Picardië
In de bossen rond Compiègne
dronk ik bier en brak ik brood.
Elke rust kwam over mij,
zo bloot als mijn gedachten waren
en ik genoot van alle dagen,
alle nachten die ons nog
te wachten staan. Van al die
bomen, al dat gras en
al die struiken bedacht ik geen
geschiedenis: ik liet ze ruiken
naar wat nog voor te vallen is.
Van mensenheugenis was niets te merken.
Bert Bevers
(Verschenen in De Tweede Ronde, Amsterdam, 8e jaargang, nummer 4)
fleursdumal.nl magazine
More in: Archive A-B, Bevers, Bert
Dichter Martin Beversluis viert in 2015 zijn 20-jarig jubileum, en trapt op gedichtendag zijn jubileumjaar af met de presentatie van zijn minibundel ‘De liefde begonnen’. De minibundel bestaat uit 9 gedichten op muziek. Evelien van Breemen verzorgde de vormgeving en Tom Pijnenburg maakte bij één van de gedichten een video. ‘De liefde begonnen’ is vanaf gedichtendag gratis te downloaden via www.beversluis.com en via www.telexpress.nl. De presentatie vindt plaats tijdens Beyond Borders: gedichtendag in de Polygonale Loods aan de Burgemeester Brokxlaan in Tilburg. De toegang is gratis.
‘De liefde begonnen’ bestaat uit oud en nieuw werk. De titel refereert aan het motto van gedichtenweek 2015: ‘Met zingen is de liefde begonnen’. De muziek nam de dichter eind 2014 thuis op. Daarbij werkte Martin Beversluis samen met muzikant Jeroen Geurts. Komend najaar zal er nog een dichtbundel van Martin Beversluis verschijnen. Die bundel gaat ‘Meandertaler‘ heten en komt in september 2015 uit bij Uitgeverij teleXpress.
Al voor de publicatie van ‘De liefde begonnen‘ vervolgt Martin Beversluis zijn eeuwigdurende ‘Consumptiebonnentour’ met optredens op de meest uiteenlopende Nederlandse en voor het eerst ook Belgische podia. Zo staat hij op 24 januari in Café Lambiek tijdens het Red De Pollepel Festival, op 25 januari schuift Martin aan bij het Cultureel Café in De NWE Vorst en op 7 februari treedt hij op in Turnhout bij De Sprekende Ezels. Daarnaast blijft Beversluis actief als organisator en presentator van de Tilburgse poetry slam Podiumvlees (samen met Daan Taks) en van Beyond Borders: Poëzie Polygonaal. En Martin Beversluis gaat uiteraard nog meer activiteiten in het kader van zijn jubileumjaar organiseren.
Daarvan kunt u op de hoogte blijven via zijn website en zijn facebookpagina (én fleursdumal.nl magazine).
fleursdumal.nl magazine
More in: - Book News, Archive A-B, Art & Literature News, Beversluis, Martin, Poetry Slam
Lord Byron
(1788-1824)
So We’ll Go No More A Roving
So, we’ll go no more a roving
So late into the night,
Though the heart be still as loving,
And the moon be still as bright.
For the sword outwears the sheath,
And the soul wears out the breast,
And the heart must pause to breathe,
And love itself have rest.
Though the night was made for loving,
And the day returns too soon,
Yet we’ll go no more a roving
By the light of the moon.
Lord Byron poetry
fleursdumal.nl magazine
More in: Archive A-B, Byron, Lord
B e r t
B e v e r s
Asverstrooiing
Hoe van mij als grote broer
verwacht werd dat ik van ons pa
de as verstrooien zou. Ik weet
ons daar nog samen. Alleen.
Hij was nog meer dan ik van hem
verwachtte en liet zich door een
ferme ruk van oostenwind verspreiden.
Over mijn broek.
Over mijn schoenen.
Over mijn zin.
En van ons weg.
Bert Bevers
(uit Onaangepaste tijden, Uitgeverij Zinderend, Bergen op Zoom, 2006)
fleursdumal.nl magazine
More in: Archive A-B, Bevers, Bert
B e r t
B e v e r s
Caleidoscoop
Bij de grafiek van Gerrit Westerveld
Rustig drukker duwt hij zijn vormen
papier op geestdriftig in wachtende kleuren.
Alle lagen zijn hem hiervan even lief.
Hij plet ze zacht totdat het vierkant staat.
Dit werk kent slechts zijn eigen normen,
tolt zich de blik in als draaiende deuren
gelijk open in een waaierend perspectief
en gesloten als een kermis bij dageraad.
Bert Bevers
(uit Onaangepaste tijden, Uitgeverij Zinderend, Bergen op Zoom, 2006)
fleursdumal.nl magazine
More in: Archive A-B, Bevers, Bert
Johannes Theodor Baargeld
(1892-1927)
Es war einmal ein rares Kind
Es war einmal ein rares Kind,
Das war, wie solche Vöglein sind:
Sie wachsen und gedeihen
Und füttern ihre Eigenart
Vom alten Jahr zum neuen.
Es irrt der Mensch, solang er lebt,
Und Manches seltsam an ihm klebt,
Zumal wenn er nach Geistigem strebt;
Doch peinlich ist es immer,
Besteht sein ganzer Geistesschwanz
Aus allerfaulstem Flimmer.
Gib Mensch, solang Du geben kannst,
Bedenk zuletzt den eignen Wanst!
Wie schön wär’s unter Christen,
Lenkt nicht solch Vöglein eigner Art
Ins saubre Christennest die Fahrt:
Die Frucht aus seinem Nisten
darf dann der Christe misten.
Drum Mensch, siehst Du solch Vöglein ziehn
Dank Gott, wenn Winde er verliehn,
Die in die Täler streichen:
Denn zieht das Tierchen bei Dir ein,
So ist’s zum Herzerweichen.
(1922)
Johannes Theodor Baargeld poetry
fleursdumal.nl magazine
More in: Archive A-B, Baargeld, Johannes Theodor
Het bestuur van de Stichting P.C. Hooft-prijs voor Letterkunde heeft afgelopen dinsdag bekend gemaakt dat de P.C. Hooft-prijs 2015 wordt toegekend aan de dichteres Anneke Brassinga (1948).
De P.C. Hooft-prijs is een van de belangrijkste literaire prijzen van Nederland. De oeuvreprijs wordt jaarlijks afwisselend toegekend voor proza, essays en poëzie. Dit jaar is de prijs, waaraan een bedrag is verbonden van 60.000 euro, bestemd voor poëzie.
De prijs wordt op 21 mei 2015, de sterfdag van dichter P.C. Hooft (1581-1647), uitgereikt.
Brassinga debuteerde in 1987 met de bundel Aurora. Daarna publiceerde ze nog een tiental dichtbundels. Haar laatste dichtbundel was, Ontij (2010). Anneke Brassinga publiceerde, naast poëzie, veel essays en verhalen. Verder heeft ze veel vertaalwerk verricht, waaronder de vertaling van boeken van o.a. schrijvers als Oscar Wilde, Jules Verne, Vladimir Nabokov en Sylvia Plath.
De dichteres wordt door de jury geprezen om het gebruik van bijna vergeten of in onbruik geraakte woorden. ‘In elk gedicht openen zich onvermoede vergezichten van zeggingskracht. De taal wordt omgekeerd, uitgekleed en weer opnieuw uitgedost totdat alle registers die er ooit in voorgekomen zijn weer meedoen.’
De jury van de prijs bestond dit jaar uit Wim Brands, Anja de Feijter, Rozalie Hirs, Erik Lindner en Maaike Meijer.
fleursdumal.nl magazine
More in: - Book News, Archive A-B, Art & Literature News, Sylvia Plath
Johannes Theodor Baargeld
(1892-1927)
Du blickst befremdet auf die alten Spuren
Du blickst befremdet auf die alten Spuren
wo Du des immer Neuen Grund
gewähnt, und dich erschreckt der Fund,
und wieder blickst du auf den jungen Schnee der Fluren.
Doch du begreifst nicht, daß vor Jahresstund
du dich am selben Wegkreuz maßest,
und daß du schier ein Jahr vergaßest
und wie so stark sein könne ein zerbrochner Bund.
(1924)
Johannes Theodor Baargeld poetry
fleursdumal.nl magazine
More in: Archive A-B, Baargeld, Johannes Theodor, Dada
bert
bevers
Remedies tegen ongeloof
Toen hij nog klein was, was hij erg bang om zijn
haren te laten groeien omdat je met lange manen
als je niet uitkeek op je galopperend paard in takken
van een boom kon blijven hangen. Maar nu, op deze
Rogate, denkt hij in een doezeling van waarheid aan
de lichtheid van de biecht, aan het herhalingsgebod,
aan zijn weelderig ontbijt, aan de zwijgruimte van zijn
sacristie en aan het Requiem van Peter Benoit. Aan
die ijlte waarnaar sopranen je verheffen kunnen.
Bert Bevers
Ongepubliceerd, uit de reeks in wording Gedichten uit een stadje in de heuvels
fleursdumal.nl magazine
More in: Archive A-B, Bevers, Bert
Martin
Beversluis
Mijn eeuwige incarnatie
In een vorig leven was ik misthoorn
ik identificeerde rampen brulde
in twijfeldonker monosyllaben
tegen boeien en boten
ik gaf plaats aan
hier
nu ik dichter ben heb ik de dood
gevangen in een potvisprotocol
ik spring als in een computergame
van level naar level van leven naar leven
van de ene werkelijkheid in de andere
hier schrijf ik gedichten in gebarentaal
daar schiet ik voorbijgaand een bad guy neer
meer dan negen levens mij kun je niet raken
en mocht ik toevallig toch doodgaan
dan sta ik onmiddellijk weer op in een
volgend leven in een ander spel
altijd klaar die volgende strofe
te schrijven te dulden
te duiden en te brullen
ik ben hier
en ik zal de Boeddha maar niet vragen
hoeveel gedichten ik nog ga maken
eer ik verlichting bereik.
Martin Beversluis
fleursdumal.nl magazine
More in: Archive A-B, Beversluis, Martin
Thank you for reading Fleurs du Mal - magazine for art & literature