Or see the index
Zilveren favorieten
bij het schilderij van Lawrence Alma-Tadema
Water om water. Daartussen vrouwen,
die drie die standbeeld zijn van eigen stilleven,
rustend op marmer alsof zij er zelf van schijnen.
Kruimels hangen stil tussen een hand en mondjes
van vissen die liever dan bekeken
onzichtbaar zouden zwemmen in de open
zee die zij veraf vermoeden en dichter hopen.
Wij weten haar vlakbij. Geen geluid weerklinkt
al zingt in elk hoofd een droom.
Zeer strak staat alles stil en nauwelijks
nog is blauw een kleur te noemen.
De wereld lijkt wel monochroom.
Bert Bevers
(uit Afglans – Gedichten 1972-1997, Uitgeverij WEL, Bergen op Zoom, 1997)
kempis.nl poetry magazine
More in: Archive A-B, Bevers, Bert
Een Egyptische weduwe
bij het schilderij van Lawrence Alma-Tadema
Wij weten nu dat deze schilder wist
dat eeuwen her zich deze dode
als een mummie naar de toekomst wrong
in uitgeleefde luchten en vluchtte
in hiernamaalsen waarin hij zelf
geloofde. Ter plekke zong de twijfel:
men roofde graven leeg en zweeg en
daarom neuriet er de hoop dat
rust hier mag gaan heersen.
De weduwe treurt diep maar ondertussen
leert ze van het sterven: het lot
vermomt zich graag als einde.
Bert Bevers
(uit Afglans – Gedichten 1972-1997, Uitgeverij WEL, Bergen op Zoom, 1997)
kempis.nl poetry magazine
More in: Archive A-B, Bevers, Bert
Winterlandschap met kauwtjes
Bij het werk van Valerius De Saedeleer
Ziet: alles vangt aan. Hoe schaduw knaagt aan
de leegte der velden, stilte gaten in de flank weigert.
In dit kader hebben heuvels recht op stilstand,
bomen en avondval niet. O, deze afwezigheid van nabij.
Winter kent geen verdriet maar strak als een zwangere buik
is het hart vol kreupelhout. Veel moet hier niet gebeuren.
Bert Bevers
(Eerder verschenen in Revolver, 28ste jaargang, nummer 111, Antwerpen, 2001)
kempis.nl poetry magazine
More in: 4SEASONS#Winter, Archive A-B, Bevers, Bert
Aquae sulis, Bath
Als een spiegelbeeld lijken de baden
de goden te willen behagen, zo strak
spannen zich deze aquae sulis naar boven.
Van marmer welhaast maar toch laat alles
wat zich zien wil zich hierin zien.
Inbreuk doet zelfs beweging ontstaan,
in steeds wijdere cirkels als zou zij
werkelijk slechts om water gaan.
Door de zachte heuvels hieromheen
glijdt zich de Avon. Bijna zeker
moet zij weten van de nevel die bij
avondval gaat hangen tussen beeld en spiegel.
Bert Bevers
(Verschenen in Hollands Maandblad, 29ste jaargang, nummer 481, Den Haag, 1987)
kempis.nl poetry magazine
More in: Archive A-B, Bevers, Bert
Vier van de vijf dichters van het collectief GeelZucht:v.l.n.r. Patrick Cornillie, Bert Bevers, Frank Pollet en Yella Arnouts. Willie Verhegghe was op dat moment de Kemmelberg aan het bedwingen…. (foto Moniek Vermeulen)
GeelZucht III
FLEURSDUMAL-medewerker Bert Bevers is een van de auteurs die dit jaar werken aan GeelZucht. Dat is een blog die de Tour de France op poëtische wijze volgt. Vijf dichters (behalve Bert Bevers zijn dat Yella Arnouts, Patrick Cornillie, Frank Pollet en Willie Verhegghe) beloven de lezers iedere dag van De Ronde om uiterlijk 19.00 uur een vers gedicht te posten dat is geïnspireerd op de rit (of de rustdag).
De poëtische krachttoer, die de derde editie beleeft, start op 30 juni met de proloog en moet 22 dagen later – rustdagen inbegrepen – minstens evenveel nieuwe schrijfsels opleveren.
Een en ander is te volgen op de druk bezochte blog www.geelzucht.wordpress.com
Ook gastdichters kunnen er met hun poëzie over de Tour 2012 terecht. De gedichten van het vijftal verschijnen ook weer in boekvorm – evenzeer voor de derde keer. De presentatie van de papieren versie van GeelZucht III staat op de rol voor zondag 12 augustus, in de bibliotheek van Stekene.
fleursdumal.nl magazine
More in: Bevers, Bert
IJzerhard
Stalen glans op paars blad. Op hoge stelen wiegt
de ijzerhard. Middaguur in onze hortus botanicus
liegt niet: het land van gisteren is toe. Alles bloeit.
Ik hoor kinderen op een nabijgelegen schoolplein
driewerf hoera roepen. Er wordt traag gesproeid
door een man die graag bezorgd lijkt. Soms wil hij
de tuin uit hollen en het op een gillen zetten, maar
zijn bladeren houden niet van geluid. Het ruikt naar
zoethout. Een koolwitje laveert tegen wind in, en zand
wijkt zachtjes voor zaad. Wolkjes zijn licht en de goden
nabij. Laat alle mensen maar weten waar de verhalen
over gaan. Wie een grens trekt heeft een huis.
Bert Bevers
(Verschenen in Smeedwerk, Stichting Bredevoort Boekenstad, Bredevoort, lente 2007)
kempis.nl poetry magazine
More in: Archive A-B, Bevers, Bert
Glasscherven op een muur
Eens zaten jullie om jenever heen en wijn maar
jullie moesten kapot, van fles naar gruzelementen.
Iemand heeft jullie ooit fluitend in cement gestoken.
Gedacht: ‘Wat ben jij mooi stuk, glas, ik zal jou naar
het westen laten wijzen. Het beste lijkt me dat voor
jou, doorzichtig groen.’ Daar steek je nu van noen tot noen,
van winter tot winter. In oude handschoenen uw splinters.
Bert Bevers
(Verschenen in Stroom, nummer 24, Antwerpen, lente 2007)
kempis.nl poetry magazine
More in: Archive A-B, Bevers, Bert
Stabilitas loci
Lamellen breken zonlicht. Buiten ballen kinderen.
Ik kan ze horen, vreugdekreetjes om ik weet niet wat.
De kamer droomt hartgrondig dat zij een kajuit is.
Op straat speelt het leven zich af als een parodie
op zichzelf. In boodschappentassen herkennen
tussen karton ajuin en prei zich als verre verwanten.
Lippen praten elkaar naar de mond met woorden
leeg als kraters. In de verte stap iemand een kerk binnen.
Dezelfde wereld is er anders voor wie zich welkom weet.
Hier zwijgt de telefoon met het ritme van een goederentrein.
Ik huiver van begrip: nooit is het te laat om te blijven
waar men is. Nooit te laat is het. Het is altijd tijd.
Bert Bevers
(uit Afglans – Gedichten 1972-1997, uitgeverij WEL, Bergen op Zoom, 1997, ISBN 90 6230 080 4)
kempis.nl poetry magazine
More in: Bevers, Bert
Bert Bevers
Leven en dood
bij het schilderij Der Anatom van Gabriel von Max
Zelfs als levenloos object van studie
is het lichaam op de tafel mooi,
stemmig als het meisje dat het was.
De anatoom voelt zich haast onbeleefd,
hij durft zijn hand niet verder nog
de wade van haar borst te laten glijden.
O, wat wendt zij hardnekkig haar blik af.
(uit Afglans – Gedichten 1972-1997, uitgeverij WEL, Bergen op Zoom, 1997, ISBN 90 6230 080 4)
kempis.nl poetry magazine
More in: Archive A-B, Bevers, Bert
Haaks
Ver geslacht zijn wij van daar waar hutten
roken naar vuur en vlam, naar brandend,
sissend vlees. Waar jankende zuigelingen
tot voorvaderen werden, en beulen kappen
droegen boven gewette zwaarden, verroest
nu als de waarden waarvoor zij daalden.
De weg kwijt ben je immer als je die zoekt.
Als terugzien belemmert dat je weet waar je
opa’s hun eerste stappen zetten, waar je bent
als je schrijft dat je weet waar je was toen je
schreef dat je wist waar je was toen alles nog
rook naar inkt en die mooie schilfers die je zag
ontstaan bij het slijpen van het potlood dat nu
rust als een stompje bij stompjes. Zo haaks op
alles wat reeds lang bestaat staat alles wat nog
niet geschreven is.
Bert Bevers
Verschenen in jubileumnummer Ballustrada (t.g.v. 25-jarig bestaan), Middelburg, november 2011
kempis.nl poetry magazine
More in: Archive A-B, Bevers, Bert
Notulen van een zwijgen
Achter iedere boom kun je kijken. Stenen zijn
er ook genoeg om om te keren. Hardnekkige
verwachtingspatronen. Een dagreis verder
valt te peilen hoe vaders van vertrekkende
dochters verschieten. Roes en boete. Ergens
in het ijle zwaaien onzichtbare handen, ijdel
als een ongelezen bijbel. Grond onder voeten.
Bert Bevers
Verschenen in Stroom, nummer 26 Antwerpen, herfst 2007
kempis.nl poetry magazine
More in: Archive A-B, Bevers, Bert
Royal de Luxe
Het bezoek dat de sultan der Indiën op zijn
olifant die door de tijd kan reizen in juli 2006
aan Antwerpen bracht indachtig
Niet uit het oosten weggebleven
passeert mij langzaam dreunend
een olifant van rubber, staal en tover.
Wat mij betreft blijft deze langskomst
immer duren maar daar gaat hij al.
Hoe je deel van sprookjes uit kunt
maken. Het benoemen van de onderdelen
waaruit dit monter wonder bestaat
is hoogverraad. Door merg en been
zijn twaalf meter hoge vreugdeschal.
En dan, dan krijg ik tranen in de ogen
omdat ik wil geloven in de wimpers
van het meisje dat gemaakt van kostbaar
hout is, dat slechts bestaat bij gratie
van een reuzenfantasie. Het ziet mij aan
met quasi echte sympathie en schrijdt
vervolgens zonderlinge uren tegemoet.
Wie haar aanschouwden wensen zich
aan deze aanblik vast te klampen.
Eeuwig delen wij gekwetste liefde.
O lieve dode schone, keer behouden
weer, behouden
Bert Bevers
Verschenen in Stroom, Antwerpen, nummer 22, herfst 2006
kempis.nl poetry magazine
More in: Archive A-B, Bevers, Bert
Thank you for reading Fleurs du Mal - magazine for art & literature