In this category:

    FICTION & NON-FICTION - books, booklovers, lit. history, biography, essays, translations, short stories, columns, literature: celtic, beat, travesty, war, dada & de stijl, drugs, dead poets
    BOOKS
    BOOKS. The final chapter?
    - Book News
    FICTION & NON-FICTION - books, booklovers, lit. history, biography, essays, translations, short stories, columns, literature: celtic, beat, travesty, war, dada & de stijl, drugs, dead poets
    BOOKS
    Ton van Reen
    - Het diepste blauw
    FICTION & NON-FICTION - books, booklovers, lit. history, biography, essays, translations, short stories, columns, literature: celtic, beat, travesty, war, dada & de stijl, drugs, dead poets
    FICTION & NONFICTION ARCHIVE
    Archive Q-R
    FICTION & NON-FICTION - books, booklovers, lit. history, biography, essays, translations, short stories, columns, literature: celtic, beat, travesty, war, dada & de stijl, drugs, dead poets
    FICTION: SHORT STORIES
    Reen, Ton van

New on FdM

  1. Fame is a bee by Emily Dickinson
  2. Ask me no more by Alfred Lord Tennyson
  3. Keith Douglas: How to Kill
  4. Christine de Pisan: Comme surpris
  5. Conrad Ferdinand Meyer: In der Sistina
  6. Emma Lazarus: Age and Death
  7. William Blake’s Universe
  8. Natalie Amiri & Düzen Tekkal: Nous n’avons pas peur. Le courage des femmes iraniennes
  9. Much Madness is divinest Sense by Emily Dickinson
  10. Death. A spirit sped by Stephen Crane

Or see the index

All categories

  1. AFRICAN AMERICAN LITERATURE (11)
  2. AUDIO, CINEMA, RADIO & TV (217)
  3. DANCE & PERFORMANCE (59)
  4. DICTIONARY OF IDEAS (178)
  5. EXHIBITION – art, art history, photos, paintings, drawings, sculpture, ready-mades, video, performing arts, collages, gallery, etc. (1,498)
  6. FICTION & NON-FICTION – books, booklovers, lit. history, biography, essays, translations, short stories, columns, literature: celtic, beat, travesty, war, dada & de stijl, drugs, dead poets (3,776)
  7. FLEURSDUMAL POETRY LIBRARY – classic, modern, experimental & visual & sound poetry, poetry in translation, city poets, poetry archive, pre-raphaelites, editor's choice, etc. (4,699)
  8. LITERARY NEWS & EVENTS – art & literature news, in memoriam, festivals, city-poets, writers in Residence (1,604)
  9. MONTAIGNE (110)
  10. MUSEUM OF LOST CONCEPTS – invisible poetry, conceptual writing, spurensicherung (54)
  11. MUSEUM OF NATURAL HISTORY – department of ravens & crows, birds of prey, riding a zebra, spring, summer, autumn, winter (177)
  12. MUSEUM OF PUBLIC PROTEST (137)
  13. MUSIC (216)
  14. PRESS & PUBLISHING (90)
  15. REPRESSION OF WRITERS, JOURNALISTS & ARTISTS (112)
  16. STORY ARCHIVE – olv van de veestraat, reading room, tales for fellow citizens (16)
  17. STREET POETRY (46)
  18. THEATRE (185)
  19. TOMBEAU DE LA JEUNESSE – early death: writers, poets & artists who died young (348)
  20. ULTIMATE LIBRARY – danse macabre, ex libris, grimm & co, fairy tales, art of reading, tales of mystery & imagination, sherlock holmes theatre, erotic poetry, ideal women (223)
  21. WAR & PEACE (125)
  22. · (2)

Or see the index



  1. Subscribe to new material: RSS

Ton van Reen: Het diepste blauw (097). Een roman als feuilleton

`Zullen we doen wie het eerst bij de kerk is?’ vraagt Tijger.
`Goed’, zegt Mels. `Maar ik wil twintig meter voorsprong. Mijn fiets is niet zo goed als die van jou.’

`Jij mag mijn fiets.’
`Dan starten we gelijk.’
`Jullie wachten maar op me bij de kerk’, zegt Thija.
`Ik tel tot drie’, roept Tijger.

Bij `drie’ vliegen ze ervandoor. De betere fiets helpt Mels niet. Tijger gaat op kop. Maar Mels geeft zich nog niet gewonnen.
Ze naderen het dorp. In volle vaart schiet Tijger van het pad, zoeft rakelings langs de Wijer en vindt het pad terug. Bijna had Mels hem ingehaald.
De kerk is al dichtbij. Het pad wordt breder. Op het laatste stuk van het pad, vanaf het kerkhof tot de kerk, ligt grind. Daar kunnen ze nog harder.
Tijger zoeft de straat op. Een paar tellen later gevolgd door Mels.
Hij hoort een klap. Roepen. Schelden.

Tijger ligt bewegingloos op straat. De fiets ligt verwrongen onder het wiel van de tractor. Mensen schieten te hulp. Vrouwen met handdoeken en verband. Mannen stropen in paniek hun mouwen op.
De boer probeert de fiets onder het tractorwiel vandaan te trekken.
Mels wil naar zijn vriend, maar de mensen duwen hem aan de kant. Hij ziet hoe een straaltje bloed uit het oor van Tijger loopt.
Thija slaat een arm om Mels heen. Hij ziet haar grote ogen waar de tranen uit stromen.

`Hij is dood’, horen ze de man zeggen die zijn oor aan Tijgers borst houdt.
`Hij is dood’, zegt de man tegen Tijgers moeder.
`Hij is dood’, fluistert Mels.
Thija’s tranen vloeien langs haar hals en vormen een donkere vlek op haar lichtgroene blouse.
Een politieman stuurt alle kinderen weg. Het helpt niet als ze zeggen dat Tijger hun vriend is.
`Jullie moeten weg’, zegt de agent. `En hij heet geen Tijger. Hij heet Bart.’
Ze gaan op de bank voor de kerk zitten en zien hoe een ambulance voorrijdt, hoe Tijger op een brancard wordt gelegd en hoe hij het dorp uit wordt gereden.
De moeder van Mels komt naar hem en Thija toe, gaat bij hen zitten en legt een arm om hen heen. Samen zitten ze op de bank, totdat het donker wordt. En dan blijven ze ook nog zitten, omdat ze weer moeten huilen als ze steeds opnieuw het ijselijke gillen van Tijgers moeder horen. De dokter is bij haar, en de pastoor, maar geen pillen en geen gebeden krijgen haar stil.

Dan komt ook de moeder van Thija bij hen zitten. Zo zitten ze daar uren, in het almaar killer wordende maanlicht. En opeens begint Thija’s moeder te vertellen in haar wonderlijke taal die een mengeling is van Engels, Nederlands, Chinees en gebarentaal. Haar woorden verdoven de pijn. Ze vertelt dat ze als meisje leerde zwemmen in de Jangtsekiang. Dat ze als kind met haar ouders uit China is gevlucht, en dat ze het niet erg vindt om niet in China te wonen, maar dat ze zo dolgraag dat plekje aan de Gele Rivier terug zou willen zien.
Pas als beide wijzers van de kerkklok op twaalf staan, gaan ze naar huis.

Als Thija wegloopt, ziet Mels weer hoe dun ze is. Ze is niet meer dan vel over been.
De volgende ochtend wordt er op school over Tijger gesproken. De juf vertelt verhalen over de overstap van het leven naar de dood. En dan moeten ze allemaal huilen. De juf kan zo goed vertellen dat zelfs de meisjes die een hekel hadden aan Tijger moeten huilen.
Ze maken een rouwkrans en leggen die op Tijgers bank. Daar zal hij de rest van het schooljaar blijven liggen.

Na school gaan Mels en Thija naar het molenhuis van grootvader Bernhard.
Ze klimmen naar de doodstille zolder.
`Hoe gaat het in China als kinderen doodgaan?’ vraagt Mels.
`Vraag je dat aan mij?’
`Jij was er toch? Tenminste, jouw moeder.’
`Kinderen begraven ze in glazen kisten.’
`Net als Sneeuwwitje?’
`Soms worden ze verbrand, zodat de ziel van de overledene terug kan keren in een ander lichaam.’
`Kan Tijger dat ook?’
`Hij zal wel moeten’, zegt Thija. `We kunnen niet zonder hem.’
Mels ziet dat er tranen in haar ogen staan en daarom moeten ze opeens weer allebei huilen.

`Hij moet terugkomen’, zegt Mels.
`Misschien is hij al terug.’ Thija wijst op de grote vlinder die op de ruit gaat zitten en met zijn grote gekleurde vleugels naar hen wuift.
`Zo’n grote kapel heb ik hier nog nooit gezien’, zegt Mels. `Kapellen zijn heel zeldzaam. Denk je écht dat hij het is?’
`Ik denk het wel’, zegt Thija. `In China leven de zielen van gestorven kinderen ook voort in vlinders. En dan vliegen ze wuivend door het dorp. Je ziet toch dat hij naar ons wuift! Ik vind het echt iets voor Tijger.’
Bij de begrafenis loopt Thija aan de hand van haar moeder. Mels loopt ingehaakt in de arm van zijn moeder, die zachtjes huilt, maar toch zo hard dat iedereen het hoort. Ze kan er niets aan doen.
Mels huilt niet. En ook Thija huilt niet meer. Het meer achter haar ogen is leeg. Maar haar ogen staan schuiner dan ooit, alsof ze bij de begrafenis van Tijger extra mooi wil zijn.

De kist van Tijger wordt gedragen door mannen uit de buurt.
Het hele dorp loopt van de kerk naar het kerkhof. Ook de boer die Tijger doodgereden heeft. Hij heeft een vreemd bleek voorhoofd, precies waar zijn pet gewoonlijk staat, de rest van zijn gezicht is bruingebrand door de zon. Hij houdt de pet in de hand en knijpt hem bijna fijn.
De mannen laten Tijgers kist in het graf zakken. Mels probeert naar zichzelf te luisteren, maar zo stil is het in zijn hoofd nog nooit geweest.
Thija fluistert iets. Haar mond gaat open. Ze wijst. Dan pas ziet hij de kapel met grote gekleurde vleugels die over het kerkhof vliegt en tussen de bomen verdwijnt. Tijger is voorgoed vertrokken.

Ton van Reen: Het diepste blauw (097)
wordt vervolgd

• fleursdumal.nl magazine

More in: - Book News, - Het diepste blauw, Archive Q-R, Reen, Ton van

Previous and Next Entry

« | »

Thank you for reading Fleurs du Mal - magazine for art & literature