Het diepste blauw (014). Een roman van Ton van Reen
Altijd is hij blijven luisteren naar Radio Formosa, de stem van het andere China. Het vrije China van Tjiang K’ai-sjek. Een generaal die terugvocht tegen de communisten die het goede voor de mensen predikten, maar beter waren in het afhakken van hoofden.
Elke zondagavond zond Radio Formosa twee uur uit in het Engels. Dan waren er familieberichten van en voor mensen uit de hele wereld die elkaar zochten. Chinezen die uit China waren gevlucht, verdwaald waren geraakt en hun familie hadden gevonden met behulp van Radio Formosa. Ze deden elkaar de groeten of maakten afspraken om elkaar te ontmoeten. Vaak sloegen hun stemmen over van ontroering of van enthousiasme, zodat ze als katten leken te janken.
Die twee uur op zondagavond waren voor hem. Die had Lizet hem nooit af kunnen nemen. In die twee uren zocht hij naar een herkenbare stem die de groeten deed aan Thija’s moeder. Of Thija’s moeder die Thija zocht. Beide stemmen had hij bewaard in zijn hoofd.
Hij had geleerd om de Chinese stemmen van elkaar te onderscheiden. Na jaren hoorde hij of een Chinees zijn groeten overbracht uit Amerika, Hongkong of Parijs. En hoewel zijn kennis van het Chinees beperkt was gebleven, had hij steeds meer van de boodschappen begrepen omdat ze werden uitgesproken in standaardzinnen. `Mama, ik zoek je.’ `Wie kent Lin Hung die in 1957 vanuit Hongkong naar Europa is vertrokken?’ `Reünie van vluchtelingen uit Kow-Loon in Londen.’ `Ik zoek Mai-Lou, die bij mij op school zat in Kwanton.’
Ton van Reen: Het diepste blauw (014)
wordt vervolgd
fleursdumal.nl magazine
More in: - Book Stories, - Het diepste blauw, Archive Q-R, Reen, Ton van