Ton van Reen: Het diepste blauw (098). Een roman als feuilleton
Mels blijft even staan op de brug en kijkt uit over de Wijer. Was de beek vroeger blauwer?
Is het echt waar dat ze vroeger tot op de bodem konden kijken omdat het water zo helder was als kristal, of herinnert hij zich dat zo omdat hij alles van vroeger idealiseert? Als ze in hun bootje zaten, voeren ze op een kleine rivier van stromend glas.
Het blauw dat hij in zijn geheugen heeft, was onzegbaar blauw. Het diepste blauw.
Hij sluit zijn ogen om zich dat blauw van de Wijer voor de geest te halen. De blauwe zomerkleur van het stromende water. Het blauw van de libellen. Het geel van de lisdodden. De spekwitte huid van de waterlelies.
Zonder nog op te kijken draait hij zijn rolstoel en rijdt naar huis.
Ton van Reen: Het diepste blauw (098)
wordt vervolgd
• fleursdumal.nl magazine
More in: - Book News, - Het diepste blauw, Archive Q-R, Reen, Ton van