Freda Kamphuis: Tegemoet
Tegemoet
Als lange neus naar zware, logge
aangemeerden langs de kade
zoeft lichtgewicht ze vliegensvlug voorbij
te recht en strak om dobberend dier te zijn
niet in harmonie met kwetterende eenden
ook niet met de tetterende fietser vlak daarnaast.
Acht peddels links, acht peddels rechts
daartussenin bewegen acht gesmeerde mannen
ritmisch met hun sterke armen mee tot één geheel.
Vlak voor brug worden zij rietstengels, die buigen,
niet door wind maar laagste ijzer van de brug is hard
van bovenaf kijk ik één tel op rij gezichten neer
als stille, stoere streep gaan zij in al hun pracht ten onder.
Freda Kamphuis
Tegemoet
Gedicht
• fleursdumal.nl magazine
More in: Archive K-L, Archive K-L, Kamphuis, Freda