In this category:

    FICTION & NON-FICTION - books, booklovers, lit. history, biography, essays, translations, short stories, columns, literature: celtic, beat, travesty, war, dada & de stijl, drugs, dead poets
    FICTION: SHORT STORIES
    Reen, Ton van
    FICTION & NON-FICTION - books, booklovers, lit. history, biography, essays, translations, short stories, columns, literature: celtic, beat, travesty, war, dada & de stijl, drugs, dead poets
    BOOKS
    Ton van Reen

New on FdM

  1. Bert Bevers: Winters erfrecht
  2. Written at Midnight by Samuel Rogers
  3. Cupid Drowned by Leigh Hunt
  4. William Lisle Bowles: The Dying Slave
  5. The Ecstasy by John Donne
  6. Sara Teasdale: I Shall Not Care
  7. Fame is a bee by Emily Dickinson
  8. Ask me no more by Alfred Lord Tennyson
  9. Keith Douglas: How to Kill
  10. Christine de Pisan: Comme surpris

Or see the index

All categories

  1. AFRICAN AMERICAN LITERATURE (12)
  2. AUDIO, CINEMA, RADIO & TV (217)
  3. DANCE & PERFORMANCE (59)
  4. DICTIONARY OF IDEAS (178)
  5. EXHIBITION – art, art history, photos, paintings, drawings, sculpture, ready-mades, video, performing arts, collages, gallery, etc. (1,498)
  6. FICTION & NON-FICTION – books, booklovers, lit. history, biography, essays, translations, short stories, columns, literature: celtic, beat, travesty, war, dada & de stijl, drugs, dead poets (3,782)
  7. FLEURSDUMAL POETRY LIBRARY – classic, modern, experimental & visual & sound poetry, poetry in translation, city poets, poetry archive, pre-raphaelites, editor's choice, etc. (4,705)
  8. LITERARY NEWS & EVENTS – art & literature news, in memoriam, festivals, city-poets, writers in Residence (1,604)
  9. MONTAIGNE (110)
  10. MUSEUM OF LOST CONCEPTS – invisible poetry, conceptual writing, spurensicherung (54)
  11. MUSEUM OF NATURAL HISTORY – department of ravens & crows, birds of prey, riding a zebra, spring, summer, autumn, winter (178)
  12. MUSEUM OF PUBLIC PROTEST (138)
  13. MUSIC (216)
  14. PRESS & PUBLISHING (90)
  15. REPRESSION OF WRITERS, JOURNALISTS & ARTISTS (112)
  16. STORY ARCHIVE – olv van de veestraat, reading room, tales for fellow citizens (16)
  17. STREET POETRY (46)
  18. THEATRE (185)
  19. TOMBEAU DE LA JEUNESSE – early death: writers, poets & artists who died young (348)
  20. ULTIMATE LIBRARY – danse macabre, ex libris, grimm & co, fairy tales, art of reading, tales of mystery & imagination, sherlock holmes theatre, erotic poetry, ideal women (223)
  21. WAR & PEACE (125)
  22. · (2)

Or see the index



  1. Subscribe to new material: RSS

Ton van Reen: Vallende Ziekte deel 5 (slot)

Een nieuw verhaal van

T O N   V A N   R E E N

V a l l e n d e   Z i e k t e

deel 5 (slot)

De koster belt iemand. Even later komen er mensen binnen, ook moeder-overste en de pastoor. De twee staan met elkaar te praten en nee nee tegen elkaar te knikken. Dan weet ik het wel. Mannen van de brandweer dragen zuster Mazaweta naar buiten, op straat staat iedereen te kijken alsof er iets ernstigs is gebeurd, terwijl er alleen maar een vaas kapot is gevallen. Ze verdwijnen met haar door het gangetje naar het klooster. Ik weet zeker dat ik zuster Mazaweta niet meer in de kerk zal zien en dat ze haar op de bovenverdieping zullen leggen in een van de sterfkamertjes tussen de andere oude nonnen die nooit meer buiten mogen komen. Daar zitten ook een paar oude vrouwen uit het dorp die niemand nog wil hebben. Ik zal haar nog wel eens zien als ik haar de communie moet brengen, omdat pater Dietvorst de steile trap naar de zolderkamertjes niet meer opdurft, hij is al een keer een paar treden naar beneden gevallen met het Allerheiligste in de hand, dat heeft hij kunnen redden, maar zelf had hij zijn jukbeen gebroken. Ik hoop dat ze niet boos op me is, want eigenlijk had ik de koster nooit mogen helpen.

Ik loop terug naar de Mariakapel, waar moeder op me wacht en haar kleren goed doet, zoals ze dat thuis ook doet als ze in een stoel heeft zitten slapen. Nou, van mij mag ze best in de Mariakapel slapen. Onze Maria deugt ook niet. Ik vind het stom dat ze nooit een mens helpt. Nu had ze zuster Mazaweta kunnen helpen door haar niet te laten vallen. Ze had er ook voor kunnen zorgen dat de pastoor zijn grote bek dichthield, dan had hij haar niet zenuwachtig gemaakt. Dan had de vallende ziekte haar niet te pakken gekregen. Waarom kapelaan Vaessen haar nooit helpt, snap ik ook niet, maar misschien vind hij haar te oud, hij is alleen op jonge meisjes.

Ik vind het wel gek dat juist de mensen van wie je het verwacht zo weinig van mensen houden. Mijn moeder zegt dat het komt omdat de heren geestelijken zo vaak alleen zijn en zo veel goeds moeten missen, maar ik zou niet weten wat want ze hebben alles. Ze hebben de beste huizen. De pastoor heeft drie kamers in zijn villa en een wijnkelder en hij is iedereen de baas: wat kan hij missen?

De heilige Theresia staat nog steeds te lachen met haar schort vol rozen, ze heeft een gezicht alsof ze altijd alles grappig vindt, net als Bernadette Groenings die naar de debielenschool in Venlo gaat. Van Bernadette vind ik dat lachen niet hinderlijk maar van Theresia kan ik het nu niet verdragen, het is net alsof ze nog steeds staat te lachen om wat er met zuster Mazaweta is gebeurd. Ik vind het heel hinderlijk dat ze niet met zuster Mazaweta te doen heeft. Theresia was ook een non, zo ziet ze eruit, maar ik weet dat nonnen niet van elkaar houden, elke ochtend als ik de mis moet dienen in hun kapel lopen ze rond met zure gezichten. Ik heb er wel eens een horen krijsen. Toen ik het aan mijn moeder vertelde zei ze dat de zuster die gekrijst had overspannen moest zijn geweest door haar liefde voor God. Nu kan ik die lach van Theresia niet verdragen. Als ik zou durven gooide ik een kandelaar of een bloemenvaas naar haar hoofd, maar ze zeggen dat glas-in-lood zo duur is. Van mij mogen ze Theresia naar de sterfkamertjes brengen.

‘Ze halen pater Dominicus van het Trappistenklooster uit Tegelenbij Mazaweta,’ zegt moeder als we over het kerkhofpad teruglopen naar de Ringovenstraat. ‘Hij moet de duivel bij haar uitdrijven.’

‘Ik vind het erg,’ zeg ik. Ik heb pater Dominicus een keer bezig gezien toen hij bij Hansje Manders de duivel uitdreef. Als hij de vallende ziekte kreeg, schreeuwde hij de goorste taal uit, vuile woorden die een kind helemaal niet kan kennen, wat bewees dat Hansje van de duivel bezeten was. Pater Dominicus geselde hem met palmtakken en sopte zijn hoofd in een emmer wijwater. Het heeft Hansje goed geholpen. Hij werd rustig en een week later was hij dood. Zijn ouders waren blij dat hij is gestorven zonder duivel in zijn lijf.

We lopen langs het kerkhof waar vader begraven ligt en slaan een kruis. Moeder raakt altijd even een van de spijlen van de poort aan, alsof ze dan heel even wat dichter bij hem is.

Ik zie dat de doodgraver een graf maakt. Hij staat al tot zijn middel in de aarde. Denken ze dat zuster Mazaweta ook dood gaat als Dominicus bij haar de duivel heeft uitgedreven? De tranen staan me in de ogen. Ik wil het niet. Ik wil niet dat alle mensen van wie ik houd dood moeten.

© t v reen

Ton van Reen: Vallende Ziekte deel 5 (slot)

kemp=mag poetry magazine

More in: Reen, Ton van, Ton van Reen

Previous and Next Entry

« | »

Thank you for reading Fleurs du Mal - magazine for art & literature