Marco Entrop: Theo van Doesburg in Weimar III (slot)
Theo van Doesburg in Weimar
deel 3 (slot)
door Marco Entrop
Dadaïsten
De zomervakantie van 1922 brachten Theo en Nelly opnieuw door met Kok. De Tilburgse dichter arriveerde op 25 juli met de trein op het station van Weimar, waarna ze gedrieën vrijwel onmiddellijk via Berlijn doorreisden naar het Oostzee-eiland Rügen.
Op of rond 7 augustus was Kok weer terug in Tilburg. Van Doesburg had zich in de vakantie kunnen opladen voor wat zijn tour de force in Weimar zou worden, de organisatie van een klein kunstenaarscongres: het Internationale Congres van Konstruktivisten en Dadaïsten, waarvoor hij ook Tzara, Arp en Kurt Schwitters had uitgenodigd.
Op 25 september, de dag van het congres, poseerden de deelnemers op de trappen van het Landesmuseum am Museumsplatz (tegenwoordig: Neues Museum aan de Weimarplatz).
Het congres zelf werd ’s avonds gehouden in Hotel Fürstenhof.
Het interieur van Russischer Hof is sinds 1922 diverse keren gemoderniseerd, maar de behulpzame kelner van het café-restaurant weet vrijwel zeker dat de dadaïsten hun manifestatie hebben gehouden in de grootste zaal, de Karl-Augustsaal op de begane grond.
Per 1 november 1922 zegde Van Doesburg de huur op bij Undeutsch; z’n atelier hield hij vooralsnog aan. Hij ging in Berlijn wonen, op het adres Wittelbacherstraße 25 in de wijk Wilmersdorf.
Het verblijf in Berlijn bleek slechts een tussenstop. Het leven in Duitsland was voor hen inmiddels onbetaalbaar geworden. Op 5 december 1922 keerden ze terug naar Nederland.
Pleister
Eén jaar later was Van Doesburg voor even terug in Weimar. Met de hoofdconservator van het Landesmuseum, Wilhelm Köhler, beraadslaagde hij over de inrichting van een overzichtstentoonstelling van zijn werk. Van 16 december 1923 tot en met 24 januari 1924 waren 86 schilderijen, tekeningen en architectuurontwerpen van Van Doesburg te zien, verspreid over een aantal ruimtes in het Landesmuseum.
‘Does heeft […] in Weimar een prachtige tentoonstelling in het Landes-Museum’, schreef Nelly op 11 januari 1924 aan Kok. ‘Je zult het misschien wel in de krant gelezen hebben. Bij de opening heeft hij dadelijk een werk verkocht […]. Zij zijn er daar zeer enthousiast over en het wordt goed bezocht.’ In dezelfde brief schatte Van Doesburg die geestdrift toch iets anders in. Twee jaar lang had hij zijn zinnen gezet en hoop gehouden op een docentschap aan het Bauhaus. Ze wilden hem niet omdat ze, volgens Van Doesburg, een dominante invloed van De Stijl vreesden. ‘Ik moet dus maar op mij zelf blijven werken en zien dat ik er doorheen scharrel’, klonk het toch enigszins zuur.
De expositie in het Landesmuseum had ook iets van een eerbetoon. Van Doesburg was immers geen onbekende in Weimar. Voor het kunstleven van de stad had hij onbetwist verdienste gehad. Maar de tentoonstelling voelde misschien meer als een pleister op de wonde. Dat hij bij de opening verstek liet gaan zegt genoeg. In Weimar zou Van Doesburg zich niet meer laten zien.
Met dank aan Wilma Kossen en Wim van Eijck
Literatuur
Rolf Bothe (red.), Neues Museum Weimar. Geschichte und Ausblick (München-Berlijn 1997).
Rolf Bothe, Thomas Föhl en Magdalena Droste, Das frühe Bauhaus und Johannes Itten. Katalogbuch anläßlich des 75. Gründungsjubiläums des Staatlichen Bauhauses in Weimar (Ostfildern-Ruit 1994).
Van Doesburg Archief (Schenking Van Moorsel), Rijksbureau voor Kunsthistorische Documentatie, Den Haag.
Kai-Uwe Hemken en Rainer Stommer, ‘Der “De Stijl”-Kurs von Theo van Doesburg in Weimar (1922)’, in: Konstruktivistische Internationale Schöpferische Arbeitsgemeinschaft, 1922-1927: Utopien für eine Europaïsche Kultur (Stuttgart 1992), p. 168-177.
Michel Kerres, ‘Logeren in historie – Hotel Elephant herbergde Goethe en Schiller, Bach en Tolstoi. En Hitler’, in: NRC Handelsblad, zaterdag 26 maart 2005. Themabijlage ‘Stedentrips’, p. 17.
‘De Stijl overal absolute leiding’. De briefwisseling tussen Theo van Doesburg en Antony Kok. Bezorgd door Alied Ottevanger. RKD-bronnenreeks, deel 5 (Bussum 2008).
Marco Entrop: Theo van Doesburg in Weimar
deel 3 (slot)
© M. Entrop 2008
Meer over Antony Kok, Theo van Doesburg en De Stijl:
KEMP=MAG poetry magazine – magazine for art & literature
More in: Bauhaus, Marco Entrop, Theo van Doesburg