Jacob Campo Weyerman
JACOB CAMPO WEYERMAN
DE CASANOVA VAN BREDA
door Jef van Kempen
Op 9 maart 1747 overleed Jacob Campo Weyerman in de Gevangenpoort in Den Haag. Weyerman was schrijver, dichter en schilder. Maar ook een rokkenjager, hartenbreker en oplichter. Hij werd in 1677 geboren in een legerkamp bij Charleroi waar zijn moeder, de roemruchte vrouwelijke travestiet Elisabeth Sommuruell, marketentster was. Zijn vader Hendrick Weyerman was ruiter in het leger van stadhouder Willem III.
In 1680 vestigden zijn ouders zich in Breda. Zijn moeder en tante hadden lange tijd een eethuis aan de Grote Markt. Rond 1703 verlaat Jacob Breda: Vaar wel myn Land, myn Zanggodin, / Myn Schulden, en myn wufte Min. Daarna is het spoor van deze Casanova avant la lettre, soms moeilijk te volgen. Volgens de overlevering is sprake van talloze schuldeisers, liefdesavonturen en buitenechtelijke kinderen. Niet alleen in Breda, maar ook in Antwerpen, Parijs, Londen, Den Haag, Rotterdam en Amsterdam.
Zijn literaire nalatenschap geeft blijk van een groot satirisch talent. Weyerman was medewerker van obscure tijdschriften als: “De Rotterdamsche Hermes”, “Het Oog in het Zeil” en “De reizende Chinees”. Zijn bekendste werken zijn De Historie des Pausdoms (1725), De Levens-beschryvingen der Nederlandsche Konst-schilders en Konst-schilderessen (1729) en Den vrolyke Tuchtheer (1730). En wat te denken van een titel als: De geest van Jacob Campo Weyerman, of Nieuwe en aardige invallende Gedachten, zynde een vermakelyk Rommel Zootjen en verscheyde ouwe en nieuwe Kost, opgedist voor jonge Lieden, oude Droomers, en Snuffelaars. Gedrukt voor de Nieuwsgierige op het Eylandt Foppassie.
Door tijdgenoten en biografen is hij een “Brabantschen bordeelschuimer” en een “Een deugniet uit beginsel” genoemd. De mooiste kwalificatie is misschien nog wel: “Een struikrover met de pen”. Om van zijn schulden af te komen, greep Weyerman naar het middel van chantage. In zijn tijdschriften en pamfletten strooide hij lasterlijke praatjes rond over invloedrijke mensen. Vervolgens stuurde hij zijn slachtoffers een brief met een verzoek tot betaling, om zijn lastercampagne te laten ophouden. Een poging tot chantage van een bestuurslid van de V.O.C. werd hem noodlottig. In 1739 werd Jacob Campo Weyerman door het Hof van Holland tot levenslang veroordeeld. (Brabants Dagblad, 24 april 2003)
More in: Jef van Kempen, TRAVESTY & POETRY