Richard Steegmans: Nachtlied, afluisterbaar
Nachtlied, afluisterbaar
Je nadert aan het eind van een doormijmerde middag
het drinkgelagenplein
en knoopt nog een uurtje zonneschijn
los uit je bandana.
Rond een tafel dicht bij elkaar praten drie vrouwen
over hun welwillend voorbijgaan aan het punt dat de nacht
hen doorgaans scheidt –
je voorziet de halfzachte punten
waarop ze haveloos in de morgenschemering
zich samenvallen laten.
De verzamelde tinten
van de benen van de ene zijn eender
als die van de rug van een andere, van wie je
het nooit gedroomde voorkomen verwisselbaar acht
met dat van de uit iedere schaduw wegschuivende
en naar een dienster wuivende derde.
De dienster die de caféterrassen af zal sluiten
kan zeggen: ‘Dames, we komen op het punt
dat de nacht ons scheidt.’ Of: ‘Goedenacht,
er wachten meerdere heren die u regelrecht
met de deur in hun onvervalste slaaphouding
laten vallen.’
Op de drie loskomende tongen leg je een lijstverhaal
waarin je beter wel dan niet wordt opgevoerd.
Ken ook hier je hoekplaats, buiten hun toedoen, zolang de nacht
in ouvertures je aan het opstrijken is.
Richard Steegmans
(Uit: Richard Steegmans: Ringelorend zelfportret op haar leeuwenhuid, uitgeverij Holland, Haarlem, 2005)
Richard Steegmans gedichten – kempis.nl poetry magazine
More in: Archive S-T, Steegmans, Richard