Merel van der Gracht: Adriaan en de anderen (58)
Adriaan en de anderen
Een toekomstroman
waarin de literatuur wordt gered
en het Huis van Oranje tot bloei komt
door Merel van der Gracht
achtenvijftig
Naomi was gekleed op haar paasbest. Een lichtgroen mantelpakje met kort rokje waaronder de kanten randen van haar broekje naar buiten lonkten. Ze had een dunne zwarte streep op de
achterkant van haar benen getekend, heel summier, alsof ze nylons droeg.
Ze pakte haar fiets.
Het was rumoerig in de stad: alle lawaai had zich naar de binnenstad verplaatst.
Naomi had het gevoel dat ze was verdwaald in een vreemde stad. Het Amsterdam dat ze zo goed kende en dat in haar bloed zat, was deze dag onherkenbaar.
Ze fietste door verlaten straten, met overal geparkeerde bussen uit het binnenland, en hoorde niet eens dat een paar lijsters haar nafloten. Een eenzame hond deed zijn ochtendwandeling en blafte naar haar.
Ze voelde zich verdwaald in een roman van Kafka: huiveringwekkend mooi, maar onheilspellend. Was deze dag het begin van een nieuwe wereld? Een nieuwe orde waarin alles decor was en iedereen alleen bleef?
Ze arriveerde bij het Willem Witsenhuis, liet haar fiets tegen de muur vallen en snelde naar Adriaans appartement. Hij was thuis. Blij een levende ziel te zien, viel ze hem om de nek.
‘Meid, je staat er weer piekfijn op,’ zei Adriaan verrast. ‘Met jou durf ik me bij Hare Majesteit te laten zien!’
‘En ik met jou,’ zei ze. Ze hielp hem met het strikken van zijn das. Daarna gaf ze Deesje een kus op haar fluwelen kopje.
‘Maxima zal blij zijn ons te zien,’ zei Deesje tevreden.
‘Zeker,’ zei Adriaan. ‘Mandarijn ook. Hij mag dan wel een socialist zijn, hij is en blijft een zuiderling uit Oss. Daar houden de mensen ook van kleur.’
‘Ik ga met de prinsesjes spelen,’ zei Naomi.
‘Je zou een uitstekende gouvernante zijn. Misschien kun je me adviseren over mijn houding tegenover Maxima. Moet ik vaderlijk zijn? Vriendschappelijk? Gereserveerd?’
‘Je moet het allemaal aan haar overlaten,’ zei Naomi. ‘Ze heeft het natuurlijk erg druk met zwaaien en handen schudden.’
‘Zeker,’ viel Deesje haar bij. ‘Een vrouw palm je niet in. Ze dirigeert de man tot die denkt dat hij haar heeft veroverd.’
‘Tactiek,’ vulde Naomi aan.
‘Raffinement,’ zei Deesje.
‘Goh,’ zei Adriaan.
Hij stopte een pochet in het borstzakje van zijn colbert.
‘Zo meisjes, we zijn klaar voor de versiertoer.’
Hoofdstuk 58 (wordt vervolgd)
Adriaan en de anderen: Uitgeverij Compaan in Maassluis, ISBN: 978-94-903740-6-8, aantal pagina’s: 288, prijs: € 17,90 te bestellen via de plaatselijke boekhandel of via ► Bol.com
E-mail: merelvandergracht X kempis.nl ( X = @ )
kempis.nl poetry magazine
More in: -Adriaan en de Anderen