Merel van der Gracht: Adriaan en de anderen (10)
Adriaan en de anderen
Een toekomstroman waarin de literatuur wordt gered
en het Huis van Oranje tot bloei komt
door Merel van der Gracht
tien
Uitnodiging voor een receptie
De bel ging.
Adriaan slofte naar de deur.
Een jongen, gekleed als misdienaar, had aangebeld. Een schattig gezichtje. Krullend lang engelenhaar.
‘Kom binnen,’ zei Adriaan verrast. ‘Leuk, dat je samen met mij de Heilige Mis komt spelen.’ Ineens drong het tot hem door dat hij misschien alleen maar priester wilde worden omdat hij dan vaak in het gezelschap zou verkeren van jonge frisse jongens. Dat zou zijn bestaan in dit huis voor oude kunstenaars aanzienlijk verlevendigen.
‘Nee, nee,’ zei de jongen vlug. ‘Ik ben de persoonlijke koerier van de paus.’ Hij overhandigde Adriaan een envelop met het stempel van het Vaticaan. ‘Ik moet nog langs een tiental adressen.’
Adriaan opende het couvert.
‘Uitnodiging’, stond er in zilveren letters onder de gouden tiara. ‘Zijne Heiligheid Paus Antonius Bodarius, Servus Christi, nodigt u uit vanavond de receptie te bezoeken die hij aanbiedt aan de minister-president Jan Mandarijn. Gelieve aan de koerier-misdienaar mede te delen of u komt, met of zonder partner. De ontvangst is om 20.00 uur in Hotel Krasnapolsky.’
‘Natuurlijk kom ik,’ stamelde Adriaan geroerd. ‘En ik breng een vriendin mee.’
‘Daar wordt dan op gerekend,’ zei de engelachtige koerier. Hij wilde al weggaan.
‘Wacht wacht,’ zei Adriaan. Vlug liep hij naar binnen, graaide enkele luxebonbons van de schaal, liep terug naar de voordeur en overhandigde ze de jongen.
‘Lekker. Dank u.’ De knaap stopte een bonbon in zijn mond en liep terug naar de straat. Daar wachtte een auto. Adriaan meende de chauffeur te herkennen. Was het niet Theofiel Bolman, de eertijds godhatende maar altijd zo goedlachse radiopresentator? Verdiende hij nu de kost als taxichauffeur? Niet slecht, om met een misdienaartje rond te mogen rijden. Met een engel eigenlijk. Waar had die Bolman dat aan verdiend?
Hoofdstuk 10 – Vrijdag 26 maart 2010 (vervolg maandag)
Gelijkenis met bestaande personen is toevallig. Auteurs die zich in niemand van de opgevoerde personen herkennen, moeten nog wachten op eeuwige roem. Koosje en Deesje zijn wel naar hun ware leven getekend. Luud Es bestaat echt. Zijn ideeën leven voort.
E-mail: merelvandergracht X kempis.nl (X = @)
kempis poetry magazine
More in: -Adriaan en de Anderen, Merel van der Gracht