Niels Landstra gedicht: Niemandsland
Niemandsland
De honden renden op wolken van woorden
Over de ruïnes van een vergaan seizoen
Staken herfstige beken over, de zon gloorde
In kronen van roodkoper en najaarsgroen
Het wazige licht verstilde aan de overkant
Raakte aan de adem van de oude dieren
En de vallende schaduw in het niemandsland
Van bos en hei waar wij liepen, bij de grienden
Hield je mij vast, alsof je onze teleurgang
Vergeten was, en neigde naar een verzoening
Terwijl je wist dat uit mij geen troost meer voortkwam
De hondenas heb ik alleen uitgestrooid, lang-
zaam verdort hun grond in mijn lege niemandsland
Waar ik jou vergeefs nog aanklamp, bij de grienden
Niels Landstra
Niels Landstra gedichten
kempis.nl poetry magazine
More in: Archive K-L, Landstra, Niels