Merel van der Gracht: Adriaan en de anderen (59)
Adriaan en de anderen
Een toekomstroman
waarin de literatuur wordt gered
en het Huis van Oranje tot bloei komt
door Merel van der Gracht
negenenvijftig
Tjeepie schikte de tijdschriften en veegde er een paar wormen vanaf.
Ze hoorde het rumoer in de stad. Werd er weer gevochten? Haar nieuwsgierigheid was gewekt.
‘Ga je op stap?’ vroeg Barrie.
‘Kijken wat er jebeurt. Vandaaj jaat de koninjin toeren, samen met de paus.’
‘Daar had ik bij moeten zijn,’ zei Barrie. ‘Helaas was mijn tijd gekomen voordat híj gekomen was.’
‘Dat moet ik onthouden,’ zei Tjeepie. ‘Het is een mooie zin voor in een boek over filosofie.’
‘Als je er maar bij vermeldt dat je hem van mij hebt gehoord,’ zei Barrie.
‘Ik jat alles in alle openheid,’ zei Tjeepie. ‘Van mezelf heb ik niet veel. Mijn moeder zei altijd al dat ik mijn hersens van haar had jeërfd.’
‘Originaliteit is ook geen vereiste. Voor mijn bestseller De Procedure heb ik honderd bladzijden uit het boek Praga Magica van de Italiaanse schrijver Angelo Maria Ripellino vrij bewerkt. Niemand heeft het gemerkt, zelfs R.K. Fens zaliger niet. De schrijver was toch dood en niemand leest Italiaans.’
‘Jij wel, hè’
‘Ik begrijp dat de wereld anders wordt,’ zei Barrie ontwijkend. ‘Spijtig dat ik er niet bij kan zijn vandaag.’
‘Helaas, we zijn allemaal eindij,’ zei Tjeepie. ‘Je hoort het toj, er is alweer rotzooi in de stad.’
‘De mens wil altijd rotzooi,’ zei Barrie. ‘Ik vraag me wel eens af of hij een schepsel van God is of van de duivel.’
‘Ik jeloof niet in de duivel. Missjien heeft de mens hem zelf uitjevonden en verklaart hij daarmee het feit dat hij niet perfect is.’ Met deze gedachte, waarover Barrie kon nadenken, liet ze hem alleen. Ze zag hoe een paar meeuwen plaatsnamen op zijn bronzen fallus.
Op straat viel het haar direct op dat de mensen naar haar keken.
Bij een kiosk viel haar oog op de koppen in de krant en op de paginagrote foto op de voorpagina van Het Riool. Zij. Tjeepie. Een steen gooiend. Naast haar, maar kleiner, Turk. Ze begreep het meteen. Ze was écht een mascotte geworden. Een kenau. De Marianne van de Hollandse bevrijding. Trots keek ze naar haar portret.
Ze hoorde lawaai, nu dichterbij. Tjeepie ging erop af en zocht haar plekje tussen de oranjevierders, de Koninginnedag-verkopers en de eeuwig aanwezige leurders met tweedehands boeken op het Spui. Ze werd herkend, gefotografeerd en gefilmd alsof ze een filmster was. Ze was trots. En blij.
Opeens hadden de mensen ook belangstelling voor haar spullen.
De tijdschriften over filosofie vlogen weg. Ze verdiende geld. In een uur tijd was haar karretje leeg. En ze zette handtekeningen, net als vroeger.
Toen ze zelf niets meer te verkopen had, hielp ze de verkopers van oude boeken. Het kon niet schelen wat het was, als zij er een handtekening in zette, werd het druksel verkocht. Alles wat Tjeepie aanraakte, veranderde in goud. Zelfs de stapels onverkoopbare boeken van Willem Frederik Stermans en Simon Pestwijk, in alle mogelijke edities massaal in de kraampjes op het Spui aanwezig, vlogen weg, met háár handtekening.
Opnieuw voelde ze zich de koningin van lezend Nederland.
Hoofdstuk 59 (wordt vervolgd)
Adriaan en de anderen: Uitgeverij Compaan in Maassluis, ISBN: 978-94-903740-6-8, aantal pagina’s: 288, prijs: € 17,90 te bestellen via de plaatselijke boekhandel of via ► Bol.com
E-mail: merelvandergracht X kempis.nl ( X = @ )
kempis.nl poetry magazine
More in: -Adriaan en de Anderen