Frank van Pamelen: Vier gedichten
FRANK VAN PAMELEN
v i e r g e d i c h t e n
S p i t s e n
Ze vormden altijd twee vertrouwde gidsen
De spitsen
Van vijfsprong naar het centrum op de fiets
Je kon ze in de zomerzon zien flitsen
De spitsen
Nu zie je in de Tuinstraat vrijwel niets
Op weg van Jack’s naar PickAlily schort er
Nog weinig aan de beide fenomenen
Maar dan worden de bakens nota bene
Ter hoogte van de Langestraat steeds korter
Totdat ze bijna weggezonken zijn
In heel dat nieuwe Pieter Vreedeplein
Het waren nooit echt van die hele blitse
De spitsen
Die horen bij de Heuvel en de kerk
Maar toch: ik adoreer ze en aanbid ze
De spitsen
Hoewel ik vrijwel niets meer van ze merk
Nog even wordt er één teruggevonden
Al rijdend langs Antonius z’n straat
Totdat ook deze kansloos ondergaat
In Tilburgs nieuwste grijsbetonnen zonde
Vanaf de fiets schuilt er nog veel venijn
In heel dat nieuwe Pieter Vreedeplein
I n e v e r
I never recalled
A when or a how
Til now
I never remembered
A where or a who
Til you
And I never saw
The future so clear
Til here
Cos I never went
So completely berzerk
Til burg
O n g e l o o f
Je kunt nu langs de hele Noordpool varen
Er is een man die over water loopt
En Maître Paul gebak kun je bewaren
Tot minstens twee jaar nadat je het koopt
Er zijn wel duizend miersoorten bekend
Een scharrelkip legt elke dag een eitje
Amerika dat krijgt zijn eerste zwarte president
En Willem II staat in het linkerrijtje
Er passen duizend foto’s op een stickje
Er was een grote knal aan het begin
En een gewoon gemiddeld colablikje
Daar zitten veertien suikerklontjes in
Een valk vliegt als een racewagen zo hard
En witte kool wordt zuurkool na een tijdje
De rijkste man ter wereld heeft zo’n zeventig miljard
En Willem II staat in het linkerrijtje
Soms gaat het mijn verstand al ver te boven
Het horen van zo’n onwaarschijnlijk feitje
Maar nu kan ik mijn oren helemaal niet meer geloven
Want Willem II staat in het linkerrijtje
D r a a i e n
Draaien, denkt ze, draaien, draaien
Op de kermis in het rond
Draaien gaat ze, draaien, draaien
Met haar ogen en haar kont
Draaien met haar naveltruitje
In de Breakdance en dan vlug
Met een jongen tongen draaien
En weer naar de Kets terug
Draaien, denkt hij, draaien, draaien
Draaien met een lekker ding
Draaien wil hij met haar, draaien
Draaien in de Efteling
Even draaien in de Droomvlucht
En dan rondjes van formaat
Onder Vogel Rokjes draaien
Tot hij weer naar Tilburg gaat
En dan ergens halverwege
Pythonrit en Heuvelring
Komen ze elkaar weer tegen
Bij het Huis van Körmeling
Waar ze voortaan verder draaien
Eeuwig samen, eeuwig speels
Kunst zet heel wat in beweging
Kunst zet liefdes op de rails
Frank van Pamelen: Vier gedichten
Het zijn er dertien. Natuurlijk. Want Tilburg
P a i n t i n g : I v o v a n L e e u w e n
Frank van Pamelen: Poet of the city of Tilburg 2007-2009
© F. van Pamelen & I. van Leeuwen
fleursdumal.nl magazine
More in: City Poets / Stadsdichters, Frank van Pamelen, Ivo van Leeuwen, LIGHT VERSE